Fysieke arbeidsbelasting werknemers; bedrijfstak

Fysieke arbeidsbelasting werknemers; bedrijfstak

Bedrijfstakken/branches (SBI 2008) Marges Perioden Regelmatig veel kracht zetten (%) Geluid en trillingen Regelmatig hard praten (%) Geluid en trillingen Regelmatig te maken met trillingen (%) Gevaarlijk werk en gevaarlijke stoffen Gevaarlijk werk (vanaf 2018) Gevaarlijk werk (vanaf 2018) (%)
A-U Alle economische activiteiten Waarde 2022 20,1 6,5 7,5 13,5
A Landbouw, bosbouw en visserij Waarde 2022 32,5 11,7 17,3 20,8
B Delfstoffenwinning Waarde 2022 9,4 10,5 8,5 15,7
C Industrie Waarde 2022 25,7 18,7 15,0 20,7
D Energievoorziening Waarde 2022 4,3 2,8 2,1 9,7
E Waterbedrijven en afvalbeheer Waarde 2022 24,5 14,7 21,4 27,6
F Bouwnijverheid Waarde 2022 33,3 14,4 26,3 26,3
G Handel Waarde 2022 29,7 4,6 8,5 13,2
H Vervoer en opslag Waarde 2022 28,7 10,5 19,0 31,9
I Horeca Waarde 2022 24,4 8,8 4,0 24,2
J Informatie en communicatie Waarde 2022 1,9 1,4 0,5 1,6
K Financiële dienstverlening Waarde 2022 1,1 0,6 0,4 1,0
L Verhuur en handel van onroerend goed Waarde 2022 3,0 1,0 1,6 1,3
M Specialistische zakelijke diensten Waarde 2022 4,8 1,9 2,1 6,3
N Verhuur en overige zakelijke diensten Waarde 2022 20,7 8,3 10,1 15,0
O Openbaar bestuur en overheidsdiensten Waarde 2022 5,1 2,1 3,4 9,9
P Onderwijs Waarde 2022 3,8 5,5 1,2 3,2
Q Gezondheids- en welzijnszorg Waarde 2022 28,4 2,8 3,4 11,5
R Cultuur, sport en recreatie Waarde 2022 20,4 12,2 5,1 12,9
S Overige dienstverlening Waarde 2022 11,4 4,6 4,5 7,7
T Huishoudens Waarde 2022 31,6 0,6 7,2 6,5
U Extraterritoriale organisaties Waarde 2022 . . . .
Bron: © CBS, TNO
Verklaring van tekens

Tabeltoelichting


Deze tabel bevat gegevens over de fysieke arbeidsomstandigheden van de Nederlandse werknemer van 15 tot 75 jaar, naar bedrijfstakken (SBI 2008). In de tabel worden cijfers gepresenteerd over kracht zetten, geluid en trillingen, gevaarlijk werk en gevaarlijke stoffen, werkhouding en beeldschermwerk.

Vanaf het verslagjaar 2022 verschilt de wijze waarop gegevens voor de NEA zijn verzameld en verwerkt op enkele punten van eerdere verslagjaren. Daardoor zijn de cijfers vanaf 2022 mogelijk niet in alle gevallen vergelijkbaar met de cijfers tot en met 2021. Meer informatie is beschikbaar in de onderzoeksbeschrijving van de NEA 2022 (zie paragraaf 4).

Alle cijfers zijn gebaseerd op ten minste 100 waarnemingen.

Gegevens beschikbaar vanaf: 2014.

Status van de cijfers:
Cijfers in deze tabel zijn definitief.

Wijzigingen per 17 april 2024:
De jaarcijfers over 2023 zijn toegevoegd.

Wijzigingen per 18 april 2023:
De jaarcijfers over 2022 zijn toegevoegd.
In 2022 is de vraagstelling over het werken met gevaarlijke stoffen gewijzigd. Deze cijfers staan in de nieuwe onderwerpenmap “Gevaarlijke stoffen (vanaf 2022)”. Door deze wijzigingen zijn de cijfers over dit onderwerp vanaf 2022 niet vergelijkbaar met de cijfers van eerdere jaren (2014-2021). Cijfers over het oude onderwerp “Gevaarlijke stoffen (tot 2022)” worden vanaf 2022 niet meer aangevuld.
Tot slot zijn in de tabel betrouwbaarheidsintervallen toegevoegd, en is het minimaal aantal waarnemingen voor publicatie gewijzigd van 200 naar 100.

Wijzigingen per 29 augustus 2019
De 2018 cijfers behorende bij het onderwerp ‘gevaarlijk werk (vanaf 2018)’ waren onjuist. Vanwege een technisch probleem tijdens de waarneming waren niet alle antwoorden van respondenten meegeteld. Deze cijfers zijn nu gecorrigeerd.

Wijzigingen per 11 april 2019
In 2018 is de vraagstelling over gevaarlijk werk gewijzigd. Voor elke vorm van gevaarlijk werk wordt gevraagd naar de frequentie. Hieruit wordt afgeleid of werknemers aan minimaal één vorm van gevaarlijk werk worden blootgesteld. Deze cijfers staan in de nieuwe onderwerpenmap “Gevaarlijk werk (vanaf 2018)”. Door deze wijzigingen zijn de cijfers over dit onderwerp vanaf 2018 niet vergelijkbaar met de cijfers van eerdere jaren (2014-2017). Cijfers over het oude onderwerp “Gevaarlijk werk (tot 2018)” worden vanaf 2018 niet meer aangevuld.

Wanneer komen er nieuwe cijfers?
Uiterlijk in mei verschijnen de cijfers over het voorafgaande jaar.

Toelichting onderwerpen

Regelmatig veel kracht zetten
Enquêtevraag: Doet u werk waarbij u veel kracht moet zetten, bijvoorbeeld bij tillen, duwen, trekken of sjouwen of gebruikt u in uw werk gereedschappen of apparaten waarbij u veel kracht moet zetten?
Antwoordcategorieën:
Ja, regelmatig.
Ja, soms.
Nee.
Cijfer betreft het percentage werknemers met antwoordcategorie Ja, regelmatig.

In 2021 en 2020 is deze vraag niet gesteld aan werknemers waarvan het werk op de enquêtedatum stil lag/niet mocht worden uitgevoerd vanwege coronamaatregelen. Het betreft 0,5 procent van alle werknemers in 2021 en 2,5 procent in 2020. Binnen bedrijfstakken, beroepen, leeftijdsklassen en andere kenmerken kan dit percentage hoger of lager uitvallen. Het cijfer is berekend voor werknemers waarvan het werk op de enquêtedatum niet stil lag vanwege coronamaatregelen.
Geluid en trillingen
Regelmatig hard praten
Enquêtevraag: Is er op uw werkplek zoveel lawaai, dat u hard moet praten om u verstaanbaar te maken?
Antwoordcategorieën:
Ja, regelmatig.
Ja, soms.
Nee.
Cijfer betreft het percentage werknemers met antwoordcategorie Ja, regelmatig.

In 2021 en 2020 is deze vraag niet gesteld aan werknemers waarvan het werk op de enquêtedatum stil lag/niet mocht worden uitgevoerd vanwege coronamaatregelen. Het betreft 0,5 procent van alle werknemers in 2021 en 2,5 procent in 2020. Binnen bedrijfstakken, beroepen, leeftijdsklassen en andere kenmerken kan dit percentage hoger of lager uitvallen. Het cijfer is berekend voor werknemers waarvan het werk op de enquêtedatum niet stil lag vanwege coronamaatregelen.
Regelmatig te maken met trillingen
Enquêtevraag: Maakt u bij uw werk gebruik van een gereedschap, apparaat of voertuig dat trillingen of schudden veroorzaakt?
Antwoordcategorieën:
Ja, regelmatig.
Ja, soms.
Nee.
Cijfer betreft het percentage werknemers met de antwoordcategorie: Ja, regelmatig.

In 2021 en 2020 is deze vraag niet gesteld aan werknemers waarvan het werk op de enquêtedatum stil lag/niet mocht worden uitgevoerd vanwege coronamaatregelen. Het betreft 0,5 procent van alle werknemers in 2021 en 2,5 procent in 2020. Binnen bedrijfstakken, beroepen, leeftijdsklassen en andere kenmerken kan dit percentage hoger of lager uitvallen. Het cijfer is berekend voor werknemers waarvan het werk op de enquêtedatum niet stil lag vanwege coronamaatregelen.
Gevaarlijk werk en gevaarlijke stoffen
Gevaarlijk werk (vanaf 2018)
Gevaarlijk werk (vanaf 2018)
Cijfer betreft het percentage werknemers dat bij minimaal 1 van de 10 vragen over gevaarlijk werk aangeeft dat zij vaak of altijd gevaarlijk werk moeten doen.

In 2021 en 2020 is deze vraag niet gesteld aan werknemers waarvan het werk op de enquêtedatum stil lag/niet mocht worden uitgevoerd vanwege coronamaatregelen. Het betreft 0,5 procent van alle werknemers in 2021 en 2,5 procent in 2020. Binnen bedrijfstakken, beroepen, leeftijdsklassen en andere kenmerken kan dit percentage hoger of lager uitvallen. Het cijfer is berekend voor werknemers waarvan het werk op de enquêtedatum niet stil lag vanwege coronamaatregelen.