Regionale kerncijfers Nederland

Regionale kerncijfers Nederland

Regio's Perioden Onderwijs Naar schoolgemeente Leerlingen Basisonderwijs (aantal) Onderwijs Naar schoolgemeente Leerlingen Speciaal basisonderwijs (aantal) Onderwijs Naar woongemeente Leerlingen/studenten Voortgezet onderwijs (aantal) Onderwijs Naar woongemeente Leerlingen/studenten Hoger beroepsonderwijs (aantal) Onderwijs Naar woongemeente Leerlingen/studenten Wetenschappelijk onderwijs (aantal) Onderwijs Naar woongemeente Gediplomeerden Voortgezet onderwijs (aantal) Onderwijs Naar woongemeente Gediplomeerden Middelbaar beroepsonderwijs (aantal) Onderwijs Naar woongemeente Gediplomeerden Hoger beroepsonderwijs bachelor (aantal) Bedrijfsvestigingen Bedrijfsvestigingen naar activiteit O-Q Overheid, onderwijs en zorg (aantal) Nabijheid voorzieningen Onderwijs Afstand tot school basisonderwijs (km) Nabijheid voorzieningen Onderwijs Aantal basisonderwijsscholen binnen 3 km (aantal) Nabijheid voorzieningen Onderwijs Afstand tot school vmbo (km) Nabijheid voorzieningen Onderwijs Aantal scholen vmbo binnen 5 km (aantal) Nabijheid voorzieningen Onderwijs Afstand tot school havo/vwo (km) Nabijheid voorzieningen Onderwijs Aantal scholen havo/vwo binnen 5 km (aantal)
Nederland 2025 435.095
Noord-Nederland (LD) 2025 36.095
Oost-Nederland (LD) 2025 89.955
West-Nederland (LD) 2025 227.860
Zuid-Nederland (LD) 2025 81.180
Groningen (PV) 2025 12.260
Fryslân (PV) 2025 13.410
Drenthe (PV) 2025 10.425
Overijssel (PV) 2025 24.485
Flevoland (PV) 2025 11.265
Gelderland (PV) 2025 54.205
Utrecht (PV) 2025 42.055
Noord-Holland (PV) 2025 82.270
Zuid-Holland (PV) 2025 95.525
Zeeland (PV) 2025 8.015
Noord-Brabant (PV) 2025 57.980
Limburg (PV) 2025 23.200
Oost-Groningen (CR) 2025 2.090
Delfzijl en omgeving (CR) 2025 640
Overig Groningen (CR) 2025 9.530
Noord-Friesland (CR) 2025 6.315
Zuidwest-Friesland (CR) 2025 2.965
Zuidoost-Friesland (CR) 2025 4.125
Noord-Drenthe (CR) 2025 4.520
Zuidoost-Drenthe (CR) 2025 2.930
Zuidwest-Drenthe (CR) 2025 2.975
Noord-Overijssel (CR) 2025 8.435
Zuidwest-Overijssel (CR) 2025 3.820
Twente (CR) 2025 12.230
Veluwe (CR) 2025 16.505
Achterhoek (CR) 2025 9.280
Arnhem/Nijmegen (CR) 2025 23.065
Zuidwest-Gelderland (CR) 2025 5.355
Utrecht (CR) 2025 42.055
Kop van Noord-Holland (CR) 2025 7.415
Alkmaar en omgeving (CR) 2025 6.615
IJmond (CR) 2025 4.335
Agglomeratie Haarlem (CR) 2025 7.510
Zaanstreek (CR) 2025 4.015
Groot-Amsterdam (CR) 2025 44.990
Het Gooi en Vechtstreek (CR) 2025 7.390
Agglomeratie Leiden en Bollenstreek (CR) 2025 11.025
Agglomeratie 's-Gravenhage (CR) 2025 26.345
Delft en Westland (CR) 2025 5.225
Oost-Zuid-Holland (CR) 2025 7.505
Groot-Rijnmond (CR) 2025 37.605
Zuidoost-Zuid-Holland (CR) 2025 7.820
Zeeuwsch-Vlaanderen (CR) 2025 1.765
Overig Zeeland (CR) 2025 6.245
West-Noord-Brabant (CR) 2025 14.630
Midden-Noord-Brabant (CR) 2025 10.575
Noordoost-Noord-Brabant (CR) 2025 15.555
Zuidoost-Noord-Brabant (CR) 2025 17.220
Noord-Limburg (CR) 2025 5.715
Midden-Limburg (CR) 2025 5.275
Zuid-Limburg (CR) 2025 12.215
Flevoland (CR) 2025 11.265
Aa en Hunze 2025 615
Aalburg 2025
Aalsmeer 2025 640
Aalten 2025 495
Ter Aar 2025
Aarle-Rixtel 2025
Abcoude 2025
Achtkarspelen 2025 395
Akersloot 2025
Alblasserdam 2025 345
Albrandswaard 2025 630
Alkemade 2025
Alkmaar 2025 3.090
Almelo 2025 1.430
Almere 2025 6.690
Alphen aan den Rijn 2025 2.460
Alphen en Riel 2025
Alphen-Chaam 2025 255
Altena 2025 970
Ambt Delden 2025
Ambt Montfort 2025
Ameland 2025 80
Amerongen 2025
Amersfoort 2025 5.675
Ammerzoden 2025
Amstelveen 2025 2.580
Amsterdam 2025 32.485
Andijk 2025
Angerlo 2025
Anloo 2025
Anna Paulowna 2025
Apeldoorn 2025 4.560
Appingedam 2025
Arcen en Velden 2025
Arnemuiden 2025
Arnhem 2025 6.340
Assen 2025 1.480
Asten 2025 350
Avereest 2025
Axel 2025
Baarle-Nassau 2025 130
Baarn 2025 835
Bakel en Milheeze 2025
Bron: CBS.
Verklaring van tekens

Tabeltoelichting


In deze tabel zijn voor een groot aantal onderwerpen de belangrijkste statistische gegevens weergegeven voor diverse regionale indelingen.

Gegevens beschikbaar vanaf: 1995.

Status van de cijfers:
De cijfers in deze tabel zijn definitief tenzij is aangegeven in de toelichting bij 'perioden' of 'onderwerp' dat ze voorlopig of nader voorlopig zijn.

Wijzigingen per 31 oktober 2025:
Bevolking - bevolkingsontwikkeling
De definitieve cijfers van 2024 zijn toegevoegd.

Bevolking - bevolkingssamenstelling op 1 januari - inwoners naar stedelijkheidsklasse
De voorlopige cijfers van 2025 zijn bijgesteld.

Bevolking - particuliere huishoudens
De definitieve cijfers van 2025 zijn toegevoegd.

Bouwen en wonen - woningvoorraad
De cijfers van 2022 - 2025 zijn geüpdatet.

Nabijheid
Voor 2023 zijn de cijfers definitief gemaakt.
De voorlopige cijfers van 2024 zijn toegevoegd.

Milieu en bodemgebruik - bodemgebruik - omgevingsadressendichtheid
De cijfers van 2025 zijn bijgesteld.

Landbouw - mestproductie
De definitieve cijfers van 2024 zijn toegevoegd.

Wanneer komen er nieuwe cijfers?
December 2025.

Toelichting onderwerpen

Onderwijs
Het aantal leerlingen/studenten en geslaagden/afgestudeerden op instellingen waar het onderwijs door de overheid bekostigd is (regulier onderwijs). Deze reeks loopt vanaf het schooljaar 2000/'01.

TELLING ONDERWIJSSOORTEN
Behalve bij het hoger beroepsonderwijs en het wetenschappelijk onderwijs zijn de gegevens over het aantal leerlingen gebaseerd op de jaarlijkse tellingen van het Ministerie van Onderwijs, Cultuur en Wetenschappen (OCW) en het Ministerie van Landbouw, Natuur en Voedselkwaliteit (LNV).
De gegevens over het aantal studenten bij het hoger beroepsonderwijs en het wetenschappelijk onderwijs zijn gebaseerd op uitkomsten van het 'Project één cijfer Hoger Onderwijs'. In dit project werken het CBS, de Informatie Beheer Groep (IB-groep), de HBO-raad, de VSNU (Vereniging van Universiteiten), Cfi (een agentschap van het Ministerie van OCW) en het Ministerie van OCW samen om bij publicaties over het hoger onderwijs van dezelfde bronbestanden gebruik te maken en met uniforme definities en berekeningsmethoden tot een gecoördineerde standtelling te komen. Essentieel is dat genoemde instanties dezelfde afslag van het Centraal Register Inschrijvingen Hoger Onderwijs (CRIHO) hanteren. In onderling overleg is daar een aantal kenmerken aan toegevoegd.

REGIONALE GEGEVENS
Voorheen waren alle regionale gegevens over het onderwijs vermeld per gemeente van de (hoofd)vestiging. Door invoering van het onderwijsnummer is het nu mogelijk de gegevens te verstrekken naar de woongemeente van de leerling of student. Alleen bij het primair onderwijs (basisonderwijs, speciaal basisonderwijs en speciale scholen) zijn de leerlingen nog geteld naar de gemeente van de vestiging van de school.

TELDATUM
De teldatum voor het wetenschappelijk onderwijs is 1 december en voor de overige schoolsoorten 1 oktober. Dat betekent dat de gegevens over bijvoorbeeld het schooljaar 2005/'06 betrekking hebben op de situatie per 1 december 2005 of 1 oktober 2005.

SCHOOL- OF STUDIEJAAR VERSUS STATISTIEKJAAR
Een extra bijkomstigheid is dat in deze tabel een school- of studiejaar vertaald wordt naar een kalenderjaar en dat gemeentelijke herindelingen worden doorgevoerd per 1 januari. Een schooljaar bij het voortgezet of beroepsonderwijs loopt over twee kalenderjaren van 1 augustus tot en met 31 juli en een studiejaar bij het hoger onderwijs loopt over twee kalenderjaren van 1 september tot en met 31 augustus.
In deze tabel staan de onderwijsgegevens bij het jaar waarin het school- of studiejaar begint, dus voor het schooljaar 2005/'06 bij 2005.
Naar schoolgemeente
Een schoolgemeente beschrijft de groep leerlingen die naar school gaat op een vestiging die in de betreffende gemeente dan wel regio staat.
Leerlingen
Het aantal leerlingen op instellingen waar het primair onderwijs (basisonderwijs, speciaal basisonderwijs en speciale scholen) door de overheid bekostigd is (regulier onderwijs) naar gemeente van de vestiging van de school.
Basisonderwijs
Het onderwijs zoals opgenomen in de Wet primair Onderwijs (WPO).
Het reguliere basisonderwijs is bedoeld voor kinderen van 4-12 jaar.
Speciaal basisonderwijs
Het onderwijs zoals opgenomen in de Wet primair onderwijs (WPO).
Het speciaal basisonderwijs is bedoeld voor kinderen die meer hulp behoeven bij de opvoeding en het leren dan het reguliere basisonderwijs kan bieden. Vergeleken met scholen voor basisonderwijs hebben scholen voor speciaal basisonderwijs kleinere groepen leerlingen en beschikken ze over meer deskundigen om de leerlingen met leer- en gedragsproblemen te begeleiden.
Naar woongemeente
Een woongemeente beschrijft de groep leerlingen en studenten die op 1 oktober van het schooljaar of studiejaar in de betreffende gemeente dan wel regio woont. Van sommige leerlingen of studenten is de woongemeente onbekend.
Zij zijn dan wel opgenomen in het nationale totaal maar niet bij de onderliggende regionale niveaus.
Leerlingen/studenten
Het aantal leerlingen/studenten op instellingen waar het voortgezet onderwijs, middelbaar beroepsonderwijs en hoger onderwijs door de overheid bekostigd is (regulier onderwijs) die op 1 oktober van het school- of studiejaar in de betreffende gemeente dan wel regio wonen.
Niet van elke leerling/student is bekend wat de woongemeente is.
In het nationale totaal zit bij elke onderwijssoort een groep leerlingen/ studenten waarvan de woongemeente niet bekend is.
Deze groep is < 0,8% bij het voortgezet onderwijs, < 0,5% bij de beroepsopleidende leerweg, < 1,3% bij de beroepsbegeleidende leerweg, < 7% bij het hoger beroepsonderwijs en < 4% bij het wetenschappelijk onderwijs en ontbreekt dus bij de onderliggende regionale niveaus.
Voortgezet onderwijs
Het onderwijs zoals opgenomen in de Wet op het voortgezet onderwijs (WVO) behalve het praktijkonderwijs.
De WVO omvat de volgende onderwijssoorten: vwo, havo, vmbo (met en zonder indicatie voor leerwegondersteuning) en praktijkonderwijs.
In 2003 en 2004 is het vmbo behalve het agrarisch onderwijs dat wordt bekostigd door het Ministerie van LNV.
Pas vanaf 2007 is het aantal leerlingen naar woongemeente in het praktijkonderwijs bekend.
Hoger beroepsonderwijs
Het onderwijs zoals opgenomen in de Wet op het hoger onderwijs en wetenschappelijk onderzoek (WHW).
Het betreft hier voltijdonderwijs, deeltijdonderwijs en duaal onderwijs.
Wetenschappelijk onderwijs
Het betreft hier vol-, deeltijd- en duaal onderwijs.
---
De theologische universiteiten, de Universiteit voor Humanistiek, de transnationale Universiteit Limburg, de Universiteit van Nijenrode en de Open Universiteit zijn niet opgenomen.
Gediplomeerden
Mensen die met goed gevolg een afsluitend examen voor een bepaalde onderwijssoort hebben afgelegd.
Voortgezet onderwijs
Het voortgezet onderwijs bij de geslaagden omvat vwo, havo, vmbo inclusief vanaf 2005 de vmbo-afdelingen van de Agrarische Opleidingscentra (AOC), leerwegondersteunend onderwijs (lwoo).
Het voortgezet algemeen volwassenenonderwijs (vavo), het praktijk- onderwijs, de Engelse Stroom (onder havo) en het Internationaal Baccalaureaat (onder vwo) zijn buiten beschouwing gelaten.
Middelbaar beroepsonderwijs
Het middelbaar beroepsonderwijs (mbo) omvat de beroepsopleidende leerweg (bol) en de beroepsbegeleidende leerweg (bbl) zoals opgenomen in de Wet educatie en beroepsonderwijs (WEB) plus de extranei (personen die geen onderwijs volgen maar slechts ingeschreven staan voor een examen).
Het betreft hier vol- én deeltijdonderwijs.
Hoger beroepsonderwijs bachelor
Een hoger beroepsonderwijs bachelor is iemand die een studie in het hoger beroepsonderwijs (hbo) succesvol heeft afgerond.
Een bachelordiploma geeft toegang tot een masteropleiding in het hbo.
De bachelorgraad werd ingevoerd bij de introductie van het zogeheten bachelor-masterstelsel in het hoger onderwijs in 2002/'03.
Degenen die vóór 2002/'03 voor een hbo-studie zijn geslaagd, worden ook tot de bachelors gerekend.
Voor toelating tot een masteropleiding aan een universiteit moet een gediplomeerde hbo'er vrijwel altijd eerst een schakelprogramma volgen.
Bedrijfsvestigingen
Bedrijfsvestigingen naar activiteit op 1 januari (SBI 2008).

Deze tabel bevat gegevens over het aantal vestigingen van bedrijven naar economische activiteit, gebaseerd op de Standaard Bedrijfsindeling 2008 (SBI 2008). De vestigingen zijn voorts ingedeeld naar de gemeentelijke indeling per 1 januari van het verslagjaar.
Door een verbeterd gebruik van gegevens gedurende 2023 over eigenaren en eigendomsverhoudingen is voor veel bedrijven binnen de bedrijfstak K Financiële dienstverlening per 1 januari 2024 een andere activiteit vastgesteld. De belangrijkste activiteiten waar deze groep is terechtgekomen is M Specialistische zakelijke diensten.

Vestiging:
Elke afzonderlijk gelegen ruimte, terrein of complex van ruimten of terreinen, benut door een bedrijf voor uitoefening van de activiteiten. Ieder bedrijf bestaat uit ten minste één vestiging. Meerdere locaties van een bedrijf binnen één postcodegebied worden als één vestiging beschouwd.

Standaard Bedrijfsindeling 2008 (SBI 2008):
De Nederlandse hiërarchische indeling van economische activiteiten die door het CBS wordt gebruikt om bedrijfseenheden in te delen naar hun hoofdactiviteit. De SBI 2008 is de versie die vanaf 2008 gebruikt wordt.

In deze tabel is gekozen voor de hoofdactiviteit (SBI) van de vestiging. Niet iedere vestiging van een bedrijf houdt zich bezig met de hoofdactiviteit (SBI) van het bedrijf als geheel. Om te weten welke activiteiten worden uitgevoerd in een regio is de hoofdactiviteit (SBI) van de vestiging gebruikt. In de tabel zijn de vestigingen (naast de totalen) ook naar de volgende sectoren onderverdeeld:
A: Landbouw, bosbouw en visserij
B-F: Nijverheid en energie
G+I: Handel en horeca
H+J: Vervoer, informatie en communicatie
K-L: Financiële diensten, onroerend goed
M-N: Zakelijke dienstverlening
O-Q Overheid, onderwijs en zorg
R-U: Cultuur, recreatie, overige diensten

Het aantal vestigingen is afgerond op een veelvoud van vijf. In geval van afrondingen kan het voorkomen, dat de totalen niet precies overeenstemmen met de som der opgetelde getallen.
Bedrijfsvestigingen naar activiteit
O-Q Overheid, onderwijs en zorg
Nabijheid voorzieningen
- De gemiddelde afstanden voor de inwoners van Nederland van hun woonadres naar de dichtstbijzijnde voorzieningen (bijvoorbeeld school, huisarts of bibliotheek);
- Het aantal voorzieningen dat zich binnen een bepaalde afstand van het woonadres bevindt. Deze gegevens zijn berekend als gemiddelde over alle personen van het gebied.

Voorziening
Een locatie (pand, ruimte, terrein of plek) die bezocht kan worden door personen.

Afstand
De gemiddelde afstand van alle inwoners in een gebied tot de dichtstbijzijnde voorziening, berekend over de (verharde) autoweg.

Inwoner
Persoon behorende tot de bevolking van een bepaald gebied.

Waarnemingsmethode
De afstand tot het (dichtstbijzijnde) bezoekadres van een voorziening wordt per bewoond adres berekend over de verharde (auto)weg. Om de berekeningen te vereenvoudigen wordt de afstand niet exact van het woonadres tot aan het adres van de voorziening berekend, maar wordt elk adres op het dichtstbijzijnde projectiepunt in de eigen straat geprojecteerd. Deze projectiepunten liggen vanaf 2018 om de 100 meter op het wegennetwerk. (Voor 2018 lagen deze projectpunten om de 25 meter op het wegennetwerk.) Als afstand tussen het adres en de voorziening wordt de afstand via de weg tussen de twee geprojecteerde adressen op het wegennetwerk gehanteerd. Verbindingen via het buitenland worden niet meegenomen.

Hierbij wordt rekening gehouden met ongelijkvloerse kruisingen en veerponten. Ook is rekening gehouden met eenrichtingsverkeer op Rijks- en Provinciewegen en in toenemende mate met eenrichtingsverkeer op overige wegen, voor zover door gemeenten aangegeven in het Nationaal Wegen Bestand. Bij de overgang naar nieuwe software zijn de rijrichtingen als restrictie bij het bepalen van de routes voor de verslagjaren 2018 t/m 2021 niet meegenomen. Vanaf verslagjaar 2022 zijn de rijrichtingen (weer) meegenomen in de berekeningen en daarmee afstanden van adressen naar de (dichtstbijzijnde) voorzieningen.

De gemiddelde afstand per gebied tot een voorziening wordt berekend door het gemiddelde te nemen van de berekende afstand van alle adressen in dat gebied. Daarbij wordt het aantal bewoners van elk adres gebruikt als weegfactor, zodat een dichtbevolkte straat zwaarder meetelt in het gemiddelde voor het gebied. De dichtstbijzijnde voorziening hoeft daarbij niet binnen ditzelfde gebied te liggen.

Het gemiddeld aantal voorzieningen binnen een vaste afstand per gebied wordt berekend door het gemiddelde te nemen van de berekende aantallen voorzieningen per persoon, voor alle personen in dat gebied. Hoe meer voorzieningen aanwezig zijn binnen de vaste afstand, des te meer keuze de inwoners van het gebied voor deze voorziening hebben. De vaste afstanden zijn bepaald op 1, 3, 5, 10, 20 of 50 kilometer. Afhankelijk van de dichtheid van voorzieningen worden hieruit de meest relevante afstand gekozen voor publicatie in de tabel.


Onderwijs
Afstand tot school basisonderwijs
De gemiddelde afstand berekend over de weg van alle inwoners in een gebied tot de dichtstbijzijnde school voor basisonderwijs.

Het basisonderwijs omvat alleen de basisscholen zoals bekend bij de Dienst Uitvoering Onderwijs (DUO). Het speciaal basisonderwijs en de speciale scholen zijn niet meegenomen.

Voor de cijfers over onderwijs is met ingang van verslagjaar 2018 een nieuwe methode gebruikt: in de huidige methodiek wordt voor de scholen in het reguliere basisonderwijs gebruik gemaakt van bestanden van de Dienst Uitvoering Onderwijs (DUO). Hierdoor kunnen de cijfers vanaf 2018 licht afwijken van de voorgaande jaren.

De cijfers gelden voor januari van het betreffende schooljaar.
Aantal basisonderwijsscholen binnen 3 km
Het gemiddeld aantal scholen (vestigingen) voor basisonderwijs binnen 3 km over de weg voor alle inwoners van een gebied.

Het basisonderwijs omvat alleen de basisscholen zoals bekend bij de Dienst Uitvoering Onderwijs (DUO). Het speciaal basisonderwijs en de speciale scholen zijn niet meegenomen.

Voor de cijfers over onderwijs is met ingang van verslagjaar 2018 een nieuwe methode gebruikt: in de huidige methodiek wordt voor de scholen in het reguliere basisonderwijs gebruik gemaakt van bestanden van de Dienst Uitvoering Onderwijs (DUO). Hierdoor kunnen de cijfers vanaf 2018 licht afwijken van de voorgaande jaren.

De cijfers gelden voor januari van het betreffende schooljaar.
Afstand tot school vmbo
De gemiddelde afstand berekend over de weg van alle inwoners in een gebied tot de dichtstbijzijnde school (vestiging) voor voorbereidend middelbaar beroepsonderwijs waar leerlingen door de overheid bekostigd voltijd onderwijs kunnen volgen.

De cijfers gelden voor januari van het betreffende schooljaar.
Aantal scholen vmbo binnen 5 km
Het gemiddeld aantal scholen voor voorbereidend middelbaar beroepsonderwijs binnen 5 km over de weg voor alle inwoners van een gebied.
Het betreft het voorbereidend middelbaar beroepsonderwijs waar leerlingen door de overheid bekostigd voltijd onderwijs kunnen volgen.

De cijfers gelden voor januari van het betreffende schooljaar.
Afstand tot school havo/vwo
De gemiddelde afstand berekend over de weg van alle inwoners in een gebied tot de dichtstbijzijnde school voor hoger algemeen voortgezet onderwijs of voorbereidend wetenschappelijk onderwijs waar leerlingen door de overheid bekostigd onderwijs kunnen volgen.

De cijfers gelden voor januari van het betreffende schooljaar.
Aantal scholen havo/vwo binnen 5 km
Het gemiddeld aantal scholen voor hoger algemeen voortgezet onderwijs of voorbereidend wetenschappelijk onderwijs binnen 5 km over de weg voor alle inwoners van een gebied.
Het betreft het hoger algemeen voortgezet onderwijs of voorbereidend wetenschappelijk onderwijs waar leerlingen door de overheid bekostigd onderwijs kunnen volgen.

De cijfers gelden voor januari van het betreffende schooljaar.