Stikstof in mest bleef gelijk in 2020, fosfaat verder gedaald

© Hollandse Hoogte / Marcel van den Bergh
De uitscheiding van stikstof in dierlijke mest bedroeg 489 miljoen kilogram in 2020. Dat is vrijwel gelijk aan het cijfer van een jaar eerder (490 miljoen kilogram) en 3,0 procent onder het stikstofplafond dat de Europese Unie heeft vastgesteld voor de Nederlandse veestapel. De fosfaatuitscheiding bedroeg 151 miljoen kilogram in 2020. Dat is 3,1 procent minder dan in 2019 en onder het fosfaatplafond. Dit meldt het CBS op basis van nieuwe cijfers.

Stikstofuitscheiding in dierlijke mest1)
 Rundvee (mln kg)Varkens (mln kg)Pluimvee (mln kg)Overig vee (mln kg)
2016327,596,962,217,8
201733797,458,918,8
2018327,496,656,822,7
2019315,793,75624,3
2020320,191,854,722,8
1)Stikstofplafond: 504,4 miljoen kilogram

In 2020 kwam de stikstofuitscheiding in de mest van koeien, varkens, kippen en ander vee uit op 489,4 miljoen kilogram. Dat is 15 miljoen kilogram onder het vastgestelde stikstofplafond van 504,4 miljoen kilogram. Het is voor het derde achtereenvolgende jaar dat de stikstofuitscheiding onder het productieplafond ligt.

Fosfaatuitscheiding in dierlijke mest 1)
 Rundvee (mln kg)Varkens (mln kg)Pluimvee (mln kg)Overig vee (mln kg)
2016100,539,228,96,6
201797,437,527,56,6
201890,737,625,87,7
201985,736,825,17,9
202082,736,724,17,3
1)Fosfaatplafond: 172,9 miljoen kilogram

De fosfaatuitscheiding daalde vorig jaar met 4,8 miljoen kilogram naar 150,7 miljoen kilogram. De uitscheiding ligt daarmee onder het plafond van 172,9 miljoen kilogram.

Stikstofuitscheiding melkvee weer boven plafond

Melkkoeien en het bijbehorende jongvee scheidden vorig jaar 286,5 miljoen kilogram stikstof uit, 2,4 procent meer dan in 2019. De stikstofuitscheiding van de melkveehouderij kwam daardoor uit boven het productieplafond van 281,8 miljoen kilogram voor deze sector. Voor de verantwoording van het Nederlandse mestbeleid aan de Europese Unie mag gerekend worden met gemiddelde stikstof- en fosforgehalten van gras en maïs van de laatste vijf jaar, waarbij de jaren met de hoogste en de laagste gehalten buiten beschouwing blijven. Met deze zogeheten ruwvoercorrectie komt de stikstofuitscheiding van de melkveesector uit op 281,8 miljoen kilogram stikstof. Dat is gelijk aan het productieplafond.

De fosfaatproductie van de melkveesector ligt met 73,6 miljoen kilogram inmiddels onder het fosfaatplafond van 84,9 miljoen kilogram. De productie was 2,5 procent lager dan in 2019. Met de ruwvoercorrectie komt de fosfaatexcretie uit op 80,0 miljoen kilogram in 2020. Dat in de melkveehouderij meer stikstof maar minder fosfaat is geproduceerd hangt deels samen met de samenstelling van het veevoer. Koeien kregen naar verhouding meer stikstofrijk gras en minder van het relatief stikstofarme snijmais. Lage fosforgehalten van gras zorgden voor een daling van de fosfaatproductie.

Minder stikstof en fosfaat in varkensmest

De stikstofuitscheiding van de varkenssector daalde in 2020 met 1,9 miljoen kilogram (1,9 procent) naar 91,8 miljoen kilogram. De fosfaatuitscheiding nam af met 0,1 miljoen kilogram en bedroeg 36,7 miljoen kilogram. Beide dalingen hangen samen met de daling van het aantal vleesvarkens (ruim 3 procent) en het aantal fokvarkens (ruim 1 procent). De stikstof en fosfaat die varkens produceren liggen sinds 2016 onder de productieplafonds van 99,1 miljoen kilogram voor stikstof en 39,7 miljoen kilogram voor fosfaat.

Lagere stikstof- en fosfaatuitscheiding door pluimvee

In de pluimveesector daalde de stikstofuitscheiding met 2,4 procent en de fosfaatuitscheiding met 4,1 procent. De stikstofuitscheiding bedroeg vorig jaar 55,5 miljoen kilogram, de fosfaatuitscheiding 24,7 miljoen kilogram, onder de productieplafonds van 60,3 miljoen kilogram voor stikstof en 27,4 miljoen kilogram voor fosfaat.

De stikstofuitscheiding van overige dieren zoals paarden, pony’s, schapen, geiten, pelsdieren en konijnen nam in 2020 af met 1,5 miljoen kilogram (4,0 procent) tot 22,8 miljoen kilogram door een afname van het aantal schapen en nertsen. In de berekening van de mestproductie door nertsen is rekening gehouden met de ruimingen als gevolg van coronabesmettingen.