Zorgbedrijfsklassen; banen en bedrijven

Wat behelst het onderzoek

Doel

Beschrijving van het aantal banen en bedrijven in de zorgbedrijfsklassen. Door fusies en andere hergroeperingen van bedrijven uit verschillende zorgbedrijfsklassen is het vaak moeilijk de banengroei in een bepaalde bedrijfsklasse te interpreteren. In deze statistiek wordt de banengroei ook weergegeven waarbij gecorrigeerd is voor deze effecten.

Doelpopulatie

De doelpopulatie omvat de algemene ziekenhuizen, instellingen geestelijke gezondheidszorg en ambulante geestelijke gezondheidszorg, huizen en dagverblijven voor gehandicapten, thuiszorg, verpleeg- en verzorgingshuiszorg.

Statistische eenheid

Bedrijven die op basis van hoofdactiviteit zijn ingedeeld in de zorgbedrijfsklassen algemene ziekenhuizen (SBI 85112), instellingen en ambulante geestelijke gezondheidszorg (SBI 85144, SBI 85156 en SBI 85334 ), huizen en dagverblijven voor gehandicapten (SBI 85312 en SBI 85321), thuiszorg (SBI 85324), verpleeg- en verzorgingshuiszorg (SBI 85311 en SBI 85313).

Aanvang onderzoek

1995.

Frequentie

Jaarlijks.

Publicatiestrategie

De gehele reeks wordt jaarlijks vervangen door nieuwe cijfers. De nieuwe cijfers kunnen dan kleine verschillen vertonen met de oude reeks. Dat komt doordat herziene SBI-typeringen van bedrijven met terugwerkende kracht voor alle jaren zijn aangepast. Dit bevordert de vergelijkbaarheid in de reeks.

Hoe wordt het uitgevoerd

Soort onderzoek

Het is een combinatie van het Algemeen Bedrijvenregister (ABR) dat door het CBS wordt bijgehouden en de Enquête Werkgelegenheid en Lonen (voor de periode 1995 tot en met 2005).

Waarnemingsmethode

De bedrijven en mutaties daarvan zijn samengesteld uit het ABR. Het ABR bevat in beginsel alle bedrijven in Nederland die een bijdrage leveren aan het binnenlands product. Van elk bedrijf is de economische activiteit volgens de Standaard Bedrijfsindeling (SBI), de ontstaansdatum en eventuele ophefdatum bekend. Daarnaast worden ook relaties tussen bedrijven bijgehouden zoals fusies, overnamen, afsplitsingen en uiteenvallen. Voor het aantal banen is gebruik gemaakt van de Enquête Werkgelegenheid en Lonen. Dit is een combinatie van schriftelijke enquêtering van bedrijven en instellingen en rechtstreekse elektronische gegevensverzameling uit loon- en salarisadministraties.

Berichtgevers

Bedrijven en instellingen.

Steekproefomvang

Het ABR is volledig voor de betreffende zorgbedrijfsklassen. De respons van de Enquête Werkgelegenheid en Lonen bestaat uit ongeveer 70 duizend bedrijven en instellingen die samen circa 5,2 miljoen banen tellen (74 procent van het totaal). De steekproefomvang bedraagt ongeveer 85 duizend bedrijven en instellingen.

Controle- en correctiemethoden

De bedrijven zijn consistent te beschrijven, de aantallen veranderen alleen door erkende mutaties zoals geboorte, sterfte, fusies, splitsingen en administratieve herindelingen.
Bij de statistiek Werkgelegenheid en Lonen wordt gecontroleerd op interne consistentie en volledigheid en wordt gecontroleerd op uitbijters.

Weging

Er is geen gebruik gemaakt van weging.

Wat is de kwaliteit van de uitkomsten

Nauwkeurigheid

Het ABR kan wat achterlopen op de werkelijkheid bij het doorvoeren van mutaties van bedrijven. Het is echter wel een volgtijdelijk consistent geheel. De banengroei is bepaald met gegevens uit de Enquête Werkgelegenheid en Lonen. Bij deze enquête is veel moeite gedaan om mutaties van aantallen banen te verklaren (bij mutaties van meer dan 50 banen) en daar waar nodig relaties aan te geven tussen bedrijven die (nog) niet in het ABR verwerkt waren. Deze relaties tussen bedrijven zijn van belang om een vergelijkbare banengroei te construeren.

Volgtijdelijke vergelijkbaarheid

De reeks 1995 tot en met 2005 is volgtijdelijk goed vergelijkbaar. De trendbreuk die ontstond door problemen met de invoering van de nieuwe SBI indeling in 2002 is door middel van koppeling aan eerdere en latere jaren hersteld. Daarnaast zijn de bedrijfsgroepen instellingen voor geestelijke gezondheidszorg en dagverblijven gehandicapten iets aangepast om de indeling vergelijkbaar te maken in de tijd. Verder is de gedeeltelijke herweging van de Enquête Werkgelegenheid en Lonen naar de arbeidsrekeningen voor de oudere jaren hier achterwege gelaten vanwege de trendbreuk die dit opleverde in 1999. De vergelijkbaarheid is nog verbeterd door in voorkomende gevallen een herziene SBI-typering van bedrijven (merendeels het gevolg van herstellen van verkeerde typeringen in het ABR) met terugwerkende kracht voor alle jaren door te voeren. Deze aanpassingen om de vergelijkbaarheid in de tijd te verbeteren kunnen echter wel zorgen voor enkele verschillen met andere statistieken op StatLine. In de toelichting van de tabel staat daar meer over.
Na 2005 ontstaat waarschijnlijk een trendbreuk omdat het ABR vanaf 2006 is herontworpen. Veel bedrijfseenheden zijn opnieuw afgeleid en zijn niet altijd direct aan die van het oude ABR te relateren. Daarnaast is ook de Enquête Werkgelegenheid en Lonen gestopt in 2006 en komen gegevens uit de polisadministratie van het UWV (Uitvoeringsinstituut Werknemersverzekeringen) daarvoor in de plaats.

Beschrijving kwaliteitsstrategie

Er wordt gecontroleerd op interne consistentie door opvallende breuken in de reeks of bijzondere fusies nader te onderzoeken. Het ABR wordt verbeterd als er verkeerde typeringen gesignaleerd worden.