Primair onderwijs

Wat behelst het onderzoek

Doel

De statistieken over het primair onderwijs geven informatie over het aantal leerlingen in het basisonderwijs, het speciaal basisonderwijs en op speciale scholen, naar enkele kenmerken van de doelpopulatie.

Het speciaal basisonderwijs is bestemd voor kinderen die meer hulp nodig hebben bij de opvoeding en het leren, dan het basisonderwijs kan bieden.

De speciale scholen geven basis- en voortgezet onderwijs aan zeer moeilijk lerende of opvoedbare kinderen, lichamelijk of zintuiglijk gehandicapte kinderen en langdurig zieke kinderen.

Doelpopulatie

Alle leerlingen in het door de overheid bekostigde basisonderwijs, speciaal basisonderwijs en op speciale scholen.

Statistische eenheid

Leerlingen, cumi-leerlingen en achterstandsleerlingen. Cumi-leerlingen behoren tot een culturele minderheid (tot schooljaar 2010/'11 beschikbaar). Achterstandsleerlingen zijn leerlingen die volgens het Ministerie van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap (OCW) tot een achterstandscategorie behoren en voor wie de scholen extra financiële middelen kunnen krijgen.

Aanvang onderzoek

In StatLine wordt vanaf schooljaar 2011/12 voor alle drie de vormen van primair onderwijs een tijdreeks gepubliceerd met gegevens over herkomst, achterstandsleerlingen, clusters en woonregio. Daarnaast wordt vanaf schooljaar 2000/01 voor alle drie de vormen van primair onderwijs een tijdreeks gepubliceerd met gegevens over leeftijd en schoolregio.

In StatLine werd vanaf het schooljaar 1991/’92 tot en met schooljaar 2013/14 voor alle drie de vormen van primair onderwijs een tijdreeks gepubliceerd met gegeven over cumi-leerlingen, achterstandsleerlingen, leeftijd, en handicapsoort. Deze tabellen zijn stopgezet.

Frequentie

Jaarlijks.

Publicatiestrategie

Zodra over een nieuw schooljaar voorlopige of definitieve cijfers beschikbaar zijn, worden deze toegevoegd aan de bestaande StatLine-tabellen.

Hoe wordt het uitgevoerd

Soort onderzoek

Voor de leerlingen wordt vanaf het schooljaar 2010/'11 voor het basisonderwijs, het speciaal basisonderwijs en onderwijs op de speciale scholen, dat wordt bekostigd door het Ministerie van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap (OCW), gebruik gemaakt van registerinformatie op persoonsniveau.

Tot 2010/11 werd gebruik gemaakt van een geaggregeerde telling op schoolniveau van het aantal leerlingen in het basisonderwijs, het speciaal basisonderwijs en op de speciale scholen bij de door het Ministerie van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap (OCW) bekostigde instellingen voor primair onderwijs.

Waarnemingsmethode

De cijfers zijn gebaseerd op het basisregister onderwijsnummer (BRON). BRON bevat informatie op persoonsniveau over leerlingen en examenresultaten in het bekostigde onderwijs. De Dienst Uitvoering Onderwijs (DUO) verzamelt de gegevens van de verschillende instellingen en beheert het register. Vervolgens bewerkt DUO deze gegevens tot ééncijferbestanden volgens met het CBS en andere gebruikers vastgestelde afleidingen. Het CBS gebruikt deze ééncijferbestanden om het aantal leerlingen te bepalen.
Omdat in BRON ook het Burgerservicenummer (BSN) van de deelnemers en geslaagden is opgenomen, kan het CBS deze koppelen met andere registers op persoonsniveau, zoals de Gemeentelijke Basisadministratie persoonsgegevens (GBA) en vanaf 2014 de Basisregistratie Personen (BRP). In de tabellen is dan ook informatie opgenomen uit de GBA en BRP over geslacht, leeftijd, herkomstgroepering en woonregio van de leerlingen.

Berichtgevers

Het CBS ontvangt bestanden van DUO met de door haar verzamelde gegevens over het primair onderwijs.

Steekproefomvang

Niet van toepassing.

Controle- en correctiemethoden

DUO controleert de gegevens die zij van haar berichtgevers (instellingen) ontvangt op volledigheid en inconsistenties en brengt zo nodig in overleg met hen verbeteringen aan in de bestanden. De aan het CBS geleverde bestanden worden na binnenkomst nogmaals door een specialist van het CBS gecontroleerd. Zo nodig worden in overleg met DUO alsnog verbeteringen in de bestanden aangebracht.

Weging

Niet van toepassing.

Wat is de kwaliteit van de uitkomsten

Nauwkeurigheid

De voorlopige cijfers wijken doorgaans minder dan 2 procent af van de definitieve cijfers. De definitieve cijfers geven een juist beeld van de werkelijkheid.

Volgtijdelijke vergelijkbaarheid

De cijfers over leerlingen zijn goed vergelijkbaar in de tijd. In schooljaar 2014/15 is het passend onderwijs ingevoerd. Vanaf dat jaar worden leerlingen op speciale scholen uitsluitend naar cluster in plaats van naar cluster en handicapsoort weergegeven. Met ingang van schooljaar 2010/'11 worden cumi-leerlingen niet meer apart geregistreerd voor de bekostiging en zijn dan ook niet meer beschikbaar. Vanaf het schooljaar 2006/'07 is stapsgewijs een nieuwe gewichtenregeling ingevoerd. Het criterium om een basisschool al of niet extra middelen toe te wijzen is sindsdien het opleidingsniveau van de ouder(s). Hiermee vervielen de 'oude' criteria van etniciteit en beroep.

Beschrijving kwaliteitsstrategie

Zie controle- en correctiemethoden.