Bijna drie kwart van de ondernemers ervaart meer onzekerheid
Dit onderzoek is uitgevoerd bij bedrijven met vijf of meer werkzame personen, in samenwerking met de Kamer van Koophandel (KVK), het Economisch Instituut voor de Bouw (EIB), de organisatie voor midden- en kleinbedrijf MKB-Nederland en de belangenvereniging van ondernemers VNO-NCW.
De meest genoemde oorzaak van toenemende onzekerheid was veranderingen in de vraag of markt, ruim een derde van de ondernemers gaf dit aan. Ook geopolitiek was een belangrijke oorzaak, 28 procent van de ondernemers noemde dit als een van de belangrijkste oorzaken voor de toegenomen onzekerheid. Daarnaast waren binnenlands beleid of regelgeving voor ruim 22 procent van de ondernemers een belangrijke oorzaak van toenemende onzekerheid.
Belangrijkste oorzaken1) van de toegenomen economische onzekerheid in de afgelopen 12 maanden Bedrijfstak Totaal bedrijfsleven (exclusief financieel of nutsbedrijven) (% bedrijven) Veranderingen in de vraag of markt (concurrentie, leveranciers, arbeid) 37,3 Geopolitiek (oorlogen, handelsspanningen) 28,4 Binnenlands beleid of regelgeving 22,5 Inflatie of renteontwikkelingen 13,5 Anders 5,6 Beschikbaarheid/voorwaarden van krediet/leningen 2,4 Niet van toepassing, we ervaren geen toegenomen onzekerheid 26,4 1)Ondernemers konden maximaal twee antwoorden kiezen
| Bedrijfstak | Totaal bedrijfsleven (exclusief financieel of nutsbedrijven) (% bedrijven) |
|---|---|
| Veranderingen in de vraag of markt (concurrentie, leveranciers, arbeid) | 37,3 |
| Geopolitiek (oorlogen, handelsspanningen) | 28,4 |
| Binnenlands beleid of regelgeving | 22,5 |
| Inflatie of renteontwikkelingen | 13,5 |
| Anders | 5,6 |
| Beschikbaarheid/voorwaarden van krediet/leningen | 2,4 |
| Niet van toepassing, we ervaren geen toegenomen onzekerheid | 26,4 |
| 1)Ondernemers konden maximaal twee antwoorden kiezen | |
Bedrijfstakken verschillen in ervaren onzekerheid en oorzaken
Het aandeel ondernemers dat meer onzekerheid ervaarde verschilt sterk per bedrijfstak. In de vervoer en opslag, groothandel en handelsbemiddeling, landbouw en industrie lag dit aandeel met ongeveer 80 procent relatief hoog. In de autohandel en zakelijke dienstverlening was dit aandeel met ongeveer 65 procent relatief laag.
Van de ondernemers in de autohandel en -reparatie die meer onzekerheid ervaarden, gaf 63 procent aan dat veranderingen in de vraag of markt hiervoor een van de belangrijkste oorzaken was. Geopolitieke ontwikkelingen werden het vaakst genoemd in de groothandel en industrie. Zowel in de verhuur en handel van onroerend goed als in de bouw was binnenlands beleid of regelgeving de belangrijkste oorzaak van onzekerheid. In de horeca en detailhandel noemden ondernemers vooral inflatie en renteontwikkelingen. In de horeca was dit de belangrijkste oorzaak, ruim 43 procent van de ondernemers met toegenomen onzekerheid gaf dit aan.
| Bedrijfstakken | Veranderingen in de vraag of markt (concurrentie, leveranciers, arbeid) (% bedrijven met toegenomen onzekerheid) | Geopolitiek (oorlogen, handelsspanningen) (% bedrijven met toegenomen onzekerheid) | Binnenlands beleid of regelgeving (% bedrijven met toegenomen onzekerheid) |
|---|---|---|---|
| Autohandel en -reparatie | 63,2 | 22,2 | 23,0 |
| Groothandel en handelsbemiddeling | 57,0 | 49,2 | 22,6 |
| Industrie | 56,6 | 55,6 | 20,6 |
| Informatie en communicatie | 55,5 | 37,8 | 15,2 |
| Zakelijke dienstverlening | 54,5 | 29,1 | 35,3 |
| Detailhandel (niet in auto's) | 52,1 | 34,3 | 16,8 |
| Landbouw, bosbouw en visserij | 45,1 | 29,3 | 49,8 |
| Vervoer en opslag | 42,7 | 44,8 | 42,2 |
| Bouwnijverheid | 41,8 | 28,3 | 63,4 |
| Horeca | 41,8 | 23,9 | 27,2 |
| Cultuur, sport en recreatie | 27,9 | 12,6 | 43,5 |
| Verhuur en handel van onroerend goed | 7,0 | 20,4 | 68,1 |
| 1)Ondernemers konden maximaal twee antwoorden kiezen | |||
Verhogen interne flexibiliteit belangrijkste maatregel
In het afgelopen jaar heeft 61 procent van de ondernemers toegenomen economische onzekerheid ervaren en daar ook maatregelen tegen genomen. De overige 39 procent ervaarde geen toenemende onzekerheid of nam geen specifieke maatregelen. De meest genoemde maatregel was het vergroten van de interne flexibiliteit: ruim een kwart van de ondernemers gaf dit aan. Daarnaast gaf 19 procent van de ondernemers aan investeringen uit te stellen of te verminderen, en 17 procent noemde het opbouwen van financiële buffers en strakker liquiditeitsbeheer als reactie op de toegenomen onzekerheid.
| Maatregel | Totaal bedrijfsleven (exclusief financieel of nutsbedrijven) (% bedrijven) |
|---|---|
| Vergroten van interne flexibiliteit (personeel, productie, processen) | 26,0 |
| Uitstel of verminderen van investeringen | 18,7 |
| Opbouwen van financiële buffers, liquiditeitsbeheersing | 16,9 |
| Diversifiëren van leveranciers, klanten of markten | 12,6 |
| Anders | 9,0 |
| Grotere voorraden (materiaal, handelswaar) | 3,4 |
| Niet van toepassing, geen specifieke maatregelen genomen of we ervaren geen toegenomen onzekerheid | 38,8 |
| 1)Ondernemers konden maximaal twee antwoorden kiezen | |
Aanpak onzekerheid verschilt per bedrijfstak
Het aandeel ondernemers dat toegenomen onzekerheid ervaart en hiertegen maatregelen neemt, verschilt per bedrijfstak. In de industrie en landbouw ligt dit aandeel met ongeveer 70 procent relatief hoog, terwijl het in de autohandel en -reparatie en in de horeca met ongeveer 53 procent juist relatief laag is.
In de bedrijfstak informatie en communicatie en in de zakelijke dienstverlening, zetten ondernemers die toegenomen onzekerheid ervaren en daartegen maatregelen nemen, het vaakst in op het vergroten van de interne flexibiliteit. Voor ondernemers in de verhuur en handel van onroerend goed, landbouw en de horeca stond het uitstellen van investeringen bovenaan de lijst van genomen maatregelen. In de autohandel en -reparatie en in de bouw gaven ondernemers relatief vaak aan financiële buffers op te bouwen en liquiditeitsbeheer strakker te organiseren.
| Bedrijfstakken | Vergroten van interne flexibiliteit (personeel, productie, processen) (% bedrijven met toegenomen onzekerkeid dat maatregelen neemt) | Uitstel of verminderen van investeringen (% bedrijven met toegenomen onzekerkeid dat maatregelen neemt) | Opbouwen van financiële buffers, liquiditeitsbeheersing (% bedrijven met toegenomen onzekerkeid dat maatregelen neemt) |
|---|---|---|---|
| Informatie en communicatie | 52,4 | 29,7 | 25,4 |
| Zakelijke dienstverlening | 49,9 | 23,2 | 34,0 |
| Industrie | 46,8 | 34,3 | 21,6 |
| Groothandel en handelsbemiddeling | 44,8 | 22,3 | 25,6 |
| Cultuur, sport en recreatie | 43,8 | 32,1 | 34,7 |
| Bouwnijverheid | 43,1 | 18,5 | 40,5 |
| Autohandel en -reparatie | 40,2 | 26,8 | 44,3 |
| Vervoer en opslag | 36,0 | 34,3 | 23,2 |
| Horeca | 33,1 | 50,2 | 23,7 |
| Landbouw, bosbouw en visserij | 32,3 | 47 | 36,8 |
| Detailhandel (niet in auto's) | 28,2 | 31 | 22,7 |
| Verhuur en handel van onroerend goed | 23,5 | 56,6 | 19,2 |
| 1)Ondernemers konden maximaal twee antwoorden kiezen | |||