Persoonlijk welzijn

Het persoonlijk welzijn is bepaald aan de hand van de Persoonlijke Welzijnsindex (PWI). Deze index is samengesteld uit 12 indicatoren die 8 dimensies beschrijven. De dimensies met bijbehorende indicatoren zijn:

  1. Materiële levensstandaard: tevredenheid over de financiële situatie.
  2. Economische risico’s: zorgen over de financiële toekomst.
  3. Opleiding en arbeid: tevredenheid met de opleidingskansen, tevredenheid met het werk of de dagelijkse bezigheden.
  4. Gezondheid: tevredenheid met de lichamelijke gezondheid, tevredenheid met de psychische gezondheid.
  5. Sociale relaties: tevredenheid met het sociale leven.
  6. Maatschappelijke participatie en vertrouwen: vertrouwen in de Tweede Kamer, vertrouwen in rechters, vertrouwen in de politie.
  7. Veiligheid: gevoel van (on)veiligheid.
  8. Milieu en leefomgeving: tevredenheid met de woonbuurt.

Per indicator zijn de scores omgerekend naar een score van 1 tot en met 10. Vervolgens is voor elke dimensie een score bepaald en zijn de 8 resulterende scores samengevoegd tot een index, de Persoonlijke Welzijnsindex. Iedere dimensie telt even zwaar in de index mee. Een score van 7 of hoger op de PWI betekent een hoog persoonlijk welzijn.