Wijziging van de behandeling van de teruggave energiebelasting in de CPI

2. Nieuwe manier van verrekenen teruggave energiebelasting

In de CPI meten we de prijsontwikkeling van elektriciteit en gas voor de meeste aanbieders en de meest gangbare contractvormen. Dit zijn de contracten met een variabele prijs en contracten met een prijs die voor meerdere jaren is vastgelegd. Per aanbieder en per contractvorm berekenen we maandelijks de totale rekening op basis van het gemiddelde jaarverbruik en de dan geldende prijzen en belastingtarieven.

Doordat in 2022 mogelijk een negatieve prijs voor elektriciteit kan ontstaan is het noodzakelijk om de teruggave energiebelasting te verdelen over de elektriciteits- en gasrekening. Het CBS kiest ervoor om vanaf 2022 de teruggave energiebelasting te verdelen over elektriciteit en gas naar rato van de belasting die over het elektriciteits- en gasverbruik gemiddeld wordt betaald. Dit doen we omdat dan een gelijk deel van het elektriciteits- en gasverbruik als basisbehoefte wordt beschouwd. Omdat we in de CPI de wegingen vaststellen op basis van het vorige jaar, gebruiken we ook de gegevens van het vorige jaar voor de verdeling van de heffingskorting. Dit betekent dat 37,2 procent van de teruggave verrekend wordt met de elektriciteitsrekening en 62,8 procent verrekend wordt met de gasrekening (zie tabel 2.1).

2.1 Berekening van de verdeling teruggave energiebelasting over elektriciteit en gas in 2022
Tarief 2021 (euro/m3) (euro/kWh)Verbruik 2021 (m3) (kWh)Totaal 2021 (euro)Aandeel (%)
AardgasOpslag duurzame energie (ODE)0,102971
AardgasEnergiebelasting0,421758
AardgasTotaal belasting0,5247291 192625,4862,8
ElektriciteitOpslag duurzame energie (ODE)0,036300
ElektriciteitEnergiebelasting0,114079
ElektriciteitTotaal belasting0,1503792 464370,5337,2
EnergieTotaal belasting996,01100,00