Auteur: Brenda Bos, Sascha de Breij, Naomi Schalken, Sander Scholtus, Jaap Walhout, Jochem Zweerink
Verkenning alternatief verdeelmodel voor voortijdig schoolverlaten

Bijlage 2: Databronnen

In dit onderzoek is gebruik gemaakt van gegevens uit het Stelsel van Sociaal-Statistische Bestanden (SSB) van het CBS. De bestanden die voor dit onderzoek uit het SSB gebruikt zijn, worden hieronder kort toegelicht.

Voortijdig schoolverlaters 

In dit bestand zijn alle personen opgenomen die op 1 oktober van een schooljaar staan ingeschreven in het bekostigd voortgezet onderwijs (vo), middelbaar beroepsonderwijs (mbo) of voortgezet algemeen volwassenen onderwijs (vavo). Van deze personen is informatie beschikbaar over de opleiding die ze op dit moment volgen en over hun onderwijspositie een jaar later: uit onderwijs zonder startkwalificatie, door in onderwijs of uit onderwijs met startkwalificatie. Een startkwalificatie is een havo- of vwo-diploma of een diploma op ten minste mbo-niveau 2. Personen die het onderwijs verlaten zonder startkwalificatie worden voortijdig schoolverlaters (vsv'ers) genoemd. 

Algemene onderwijsbestanden

Het CBS beschikt over gegevens over de kenmerken van leerlingen en studenten met 1 of meerdere inschrijvingen geldig op 1 oktober. Het betreft inschrijvingen in het bekostigd onderwijs, namelijk in het (speciaal) basisonderwijs (SBO), het (voortgezet) speciaal onderwijs ((V)SO), het voortgezet onderwijs (VO), het middelbaar beroepsonderwijs (MBO), het hoger onderwijs (HO), waaronder het hoger beroepsonderwijs (HBO) en wetenschappelijk onderwijs (WO), en de volwasseneneducatie (VE) in het betreffende school- danwel studiejaar. Het bestand bevat de kenmerken zoals het leerjaar in het vo en het type onderwijs van de huidige opleiding en het aantal jaren op het mbo. 

Basisregistratie personen 

De BRP bevat alle personen die vanaf 1 oktober 1994 voorkomen in de basisregistratie en bevat demografische achtergrondgegevens die niet of nauwelijks wijzigen, zoals de burgerlijke staat, de grootte van het huishouden, het land van herkomst, het geboortejaar en adresgegevens. Daarnaast maakt de BRP koppelingen mogelijk, zodat bijvoorbeeld samenwonende stellen of de ouders van kinderen kunnen worden geïdentificeerd. De BRP wordt beheerd door gemeenten.

Opleidingsniveaubestand

Deze bron bevat alleen records van personen waarvan de hoogst behaalde opleiding bekend is.
Deze informatie komt voor een deel van de personen uit verschillende registraties en voor een andere deel uit enquêteonderzoek dat is gebaseerd op steekproeven. Door het gebruik van meerdere jaargangen van bronnen is de dekkingsgraad over de jaren heen toegenomen, maar dit is nog niet volledig. Doordat onderwijsregistraties nog niet zo heel lang bestaan, ontbreekt registerinformatie over veel oudere Nederlanders. Ook particuliere opleidingen vallen buiten het bereik van de onderwijsregisters. Daarnaast is van veel personen die hun opleiding in het buitenland hebben gevolgd op dit moment (nog) onvoldoende betrouwbare registerinformatie beschikbaar. Dit betekent dat er voor het samenstellen van het Opleidingsniveaubestand een aanvullend beroep moet worden gedaan op gegevens uit enquêteonderzoek, waarvan de Enquête Beroepsbevolking (EBB) de belangrijkste is. Anders dan bij de onderwijsregistraties zijn de gegevens van de EBB alleen op steekproefbasis beschikbaar.

Inkomen van huishoudens en personen

De inkomensbestanden bevatten de jaarinkomens van huishoudens en personen en zijn voornamelijk gebaseerd op registers afkomstig van de Belastingdienst (fiscaal basisregister) en de bevolkingsregisters van gemeenten (BRP). Daarnaast worden gegevens verzameld uit de registraties van de studiefinanciering van de Dienst Uitvoering Onderwijs (DUO).

Vermogensbestand 

Dit bestand bevat gegevens over de vermogens van huishoudens. De gegevens zijn afkomstig van onder andere de administratie van de Belastingdienst. Het betreft zowel aangifte- als aanslaggegevens van personen. Het vermogen wordt vastgesteld op het niveau van huishoudens. 

Sociaaleconomische categorie 

Deze component bevat gegevens over de sociaaleconomische categorie van personen. Meerdere bestanden met betrekking tot het maandelijks inkomen, zoals ontvanger van bijstand- AOW- of een studiebeurs, of iemand een zelfstandig ondernemer, werknemer of directeur is. Om de belangrijkste sociaaleconomische categorie te bepalen, worden alle inkomsten in de verslagmaand uit de verschillende inkomensbronnen die iemand heeft met elkaar vergeleken. Het hoogste bedrag is in principe bepalend voor de sociaaleconomische categorie. Daarnaast wordt meegenomen of een persoon ingeschreven staat bij een onderwijsinstelling.

Jeugdzorg 

Data met betrekking tot jeugdhulp worden aan het CBS geleverd door de aanbieders ervan, in het kader van de Beleidsinformatie Jeugd. Het betreft hulp of zorg verleend in het kader van de Jeugdwet, uitgezonderd jeugdbescherming en jeugdreclassering en gaat om de volgende vormen: ambulante jeugdhulp op locatie v/d aanbieder, daghulp op locatie van de aanbieder, jeugdhulp in het netwerk van de jeugdige, met verblijf, pleegzorg, gezinsgericht en gesloten plaatsing. De bestanden worden door alle aanbieders van jeugdhulp aan het CBS geleverd.  

Wanbetalers Zorgverzekeringswet 

De registratie wanbetalers zorgverzekeringswet bevat informatie over het aantal wanbetalers in het kader van de Zorgverzekeringswet. Het gaat om personen van 18 jaar en ouder die ingeschreven staan in de BRP en een premieachterstand hebben van ten minste zes maanden. Personen bij wie sprake is van een stabilisatie-overeenkomst of die in een goed-betaler-regeling zitten, behoren niet tot de populatie. Het CAK levert de bestanden aan het CBS. 

Schuldenproblematiek

Als onderdeel van het onderzoek Schuldenproblematiek in beeld (bekostigd door het ministerie van Sociale Zaken en Werkgelegenheid (SZW)) zijn geregistreerde problematische schulden in beeld gebracht. In deze microdatabestanden zijn voor de peilmomenten 1 januari 2018, 2019 en 2020 en 1 oktober 2020  geregistreerde problematische schulden op persoons- en huishoudniveau opgenomen. De populatie van de bestanden zijn alle personen die op het betreffende peilmoment stonden ingeschreven in de BRP.

HALT

Dit bestand bevat alle personen die in een bepaald jaar naar bureau HALT (Het ALTernatief) verwezen zijn. Daarnaast zijn er kenmerken beschikbaar over het type delict, de datum van delict en of de Halt-afdoening geslaagd is. De data worden door bureau HALT aan het CBS geleverd.

Registratie van verdachte van een misdrijf

Het CBS ontvangt een selectie uit de registraties van De Nationale Politie, de tien regionale eenheden en de Landelijke Eenheid via de landelijke bevragingsapplicatie BVI. Alle personen worden geregistreerd tegen wie een redelijk vermoeden van schuld van een misdrijf bestaat. Van alle personen is opgenomen hoe vaak en van welk misdrijf ze werden verdacht.

Zorgkosten 

Dit bestand bevat alle Nederlandse ingezeten die verzekerd zijn via de basisverzekering en de kosten per persoon per zorgvorm. Het betreft alle gedeclareerde en goedgekeurde zorgkosten die vallen onder de basisverzekering van de Zorgverzekeringswet, inclusief het eigen risico. Kosten die worden vergoed vanuit de aanvullende verzekering en eigen bijdrage worden niet meegenomen. De kosten zijn onderverdeeld in zorgvormen, zoals huisartsenzorg, ziekenhuiszorg, revalidatiezorg enzovoort.  Het CBS verkrijgt de data via Vektis, die de data van de zorgverzekeraars ontvangt.  

Geneesmiddelenverstrekking

Dit bestand bevat alle geneesmiddelverstrekkingen die zijn vergoed aan personen die ingeschreven staan in de Basisregistratie Personen (BRP). Alle verstrekte medicijnen zijn gecodeerd volgens de ATC-classificatie, die is opgesteld door de World Health Organisation (WHO). De gegevens worden verzameld door de Risicovereveningsbestanden van het Zorginstituut Nederland. 

Overzicht van alle postcodes met bijbehorende stedelijkheidscategorie en omgevingsadressendichtheid

Het Geografisch Basisregister bevat alle adressen van Nederland die zijn voorzien van een postcode, gemeentecode en wijk- en buurtcode. Dit wordt gebruikt om de omgevingsadressendichtheid (OAD) van buurten, wijken en gemeenten te bepalen. Dit wordt gedaan door het gemiddeld aantal adressen per vierkante kilometer binnen een cirkel met een straal van één kilometer op 1 januari. De OAD beoogt de mate van concentratie van menselijke activiteiten (wonen, werken, schoolgaan, winkelen, uitgaan etc.) weer te geven. Het CBS gebruikt de OAD om de stedelijkheid van een bepaald gebied te bepalen. Voor de berekening hiervan wordt eerst voor ieder adres de OAD vastgesteld. Daarna is het gemiddelde berekend van de omgevingsadressendichtheden van alle afzonderlijke adressen binnen het beschouwde gebied.