Huishoudens; personen naar geslacht, leeftijd en regio, 1 januari

Huishoudens; personen naar geslacht, leeftijd en regio, 1 januari

Geslacht Leeftijd Regio's Perioden Totaal personen in huishoudens (aantal) Personen in particuliere huishoudens Totaal in particuliere huishoudens (aantal) Personen in particuliere huishoudens Thuiswonend kind (aantal) Personen in particuliere huishoudens Alleenstaand (aantal) Personen in particuliere huishoudens Samenwonend Totaal samenwonende personen (aantal) Personen in particuliere huishoudens Ouder in eenouderhuishouden (aantal) Personen in particuliere huishoudens Overig lid huishouden (aantal) Personen in institutionele huishoudens (aantal)
Mannen en vrouwen Totaal Best 2025 31.652 31.546 8.693 4.397 17.026 984 446 106
Mannen en vrouwen 0 tot 5 jaar Best 2025 1.636 1.636 1.620 16 0
Mannen en vrouwen 5 tot 10 jaar Best 2025 1.549 1.547 1.526 21 2
Mannen en vrouwen 10 tot 15 jaar Best 2025 1.641 1.641 1.617 24 0
Mannen en vrouwen 15 tot 20 jaar Best 2025 1.715 1.713 1.660 22 5 0 26 2
Mannen en vrouwen 20 tot 25 jaar Best 2025 1.791 1.786 1.439 178 124 6 39 5
Mannen en vrouwen 25 tot 30 jaar Best 2025 1.797 1.791 547 336 847 19 42 6
Mannen en vrouwen 30 tot 35 jaar Best 2025 2.162 2.152 135 389 1.544 57 27 10
Mannen en vrouwen 35 tot 40 jaar Best 2025 2.092 2.083 49 306 1.611 104 13 9
Mannen en vrouwen 40 tot 45 jaar Best 2025 1.889 1.881 24 234 1.467 141 15 8
Mannen en vrouwen 45 tot 50 jaar Best 2025 1.690 1.686 19 201 1.319 132 15 4
Mannen en vrouwen 50 tot 55 jaar Best 2025 2.192 2.186 16 254 1.694 196 26 6
Mannen en vrouwen 55 tot 60 jaar Best 2025 2.552 2.546 21 331 2.010 161 23 6
Mannen en vrouwen 60 tot 65 jaar Best 2025 2.385 2.382 16 362 1.891 73 40 3
Mannen en vrouwen 65 tot 70 jaar Best 2025 1.950 1.947 4 367 1.520 32 24 3
Mannen en vrouwen 70 tot 75 jaar Best 2025 1.618 1.616 0 340 1.245 16 15 2
Mannen en vrouwen 75 tot 80 jaar Best 2025 1.373 1.371 0 366 976 8 21 2
Mannen en vrouwen 80 tot 85 jaar Best 2025 867 853 0 303 521 13 16 14
Mannen en vrouwen 85 tot 90 jaar Best 2025 543 527 0 278 204 14 31 16
Mannen en vrouwen 90 tot 95 jaar Best 2025 191 183 0 116 47 10 10 8
Mannen en vrouwen 95 jaar of ouder Best 2025 19 19 0 14 1 2 2 0
Mannen Totaal Best 2025 15.868 15.818 4.625 2.227 8.514 227 225 50
Mannen 0 tot 5 jaar Best 2025 840 840 832 8 0
Mannen 5 tot 10 jaar Best 2025 776 774 758 16 2
Mannen 10 tot 15 jaar Best 2025 861 861 848 13 0
Mannen 15 tot 20 jaar Best 2025 890 889 863 11 2 0 13 1
Mannen 20 tot 25 jaar Best 2025 960 956 790 106 40 0 20 4
Mannen 25 tot 30 jaar Best 2025 938 935 339 226 348 0 22 3
Mannen 30 tot 35 jaar Best 2025 1.075 1.069 91 257 704 2 15 6
Mannen 35 tot 40 jaar Best 2025 1.098 1.092 36 222 818 9 7 6
Mannen 40 tot 45 jaar Best 2025 954 950 17 164 734 29 6 4
Mannen 45 tot 50 jaar Best 2025 795 793 15 135 610 27 6 2
Mannen 50 tot 55 jaar Best 2025 1.059 1.054 9 160 825 44 16 5
Mannen 55 tot 60 jaar Best 2025 1.255 1.253 15 176 996 52 14 2
Mannen 60 tot 65 jaar Best 2025 1.197 1.195 9 166 968 30 22 2
Mannen 65 tot 70 jaar Best 2025 984 984 3 161 789 16 15 0
Mannen 70 tot 75 jaar Best 2025 809 808 0 115 680 6 7 1
Mannen 75 tot 80 jaar Best 2025 664 664 0 119 531 4 10 0
Mannen 80 tot 85 jaar Best 2025 410 404 0 86 309 3 6 6
Mannen 85 tot 90 jaar Best 2025 221 217 0 81 127 2 7 4
Mannen 90 tot 95 jaar Best 2025 75 73 0 37 32 2 2 2
Mannen 95 jaar of ouder Best 2025 7 7 0 5 1 1 0 0
Vrouwen Totaal Best 2025 15.784 15.728 4.068 2.170 8.512 757 221 56
Vrouwen 0 tot 5 jaar Best 2025 796 796 788 8 0
Vrouwen 5 tot 10 jaar Best 2025 773 773 768 5 0
Vrouwen 10 tot 15 jaar Best 2025 780 780 769 11 0
Vrouwen 15 tot 20 jaar Best 2025 825 824 797 11 3 0 13 1
Vrouwen 20 tot 25 jaar Best 2025 831 830 649 72 84 6 19 1
Vrouwen 25 tot 30 jaar Best 2025 859 856 208 110 499 19 20 3
Vrouwen 30 tot 35 jaar Best 2025 1.087 1.083 44 132 840 55 12 4
Vrouwen 35 tot 40 jaar Best 2025 994 991 13 84 793 95 6 3
Vrouwen 40 tot 45 jaar Best 2025 935 931 7 70 733 112 9 4
Vrouwen 45 tot 50 jaar Best 2025 895 893 4 66 709 105 9 2
Vrouwen 50 tot 55 jaar Best 2025 1.133 1.132 7 94 869 152 10 1
Vrouwen 55 tot 60 jaar Best 2025 1.297 1.293 6 155 1.014 109 9 4
Vrouwen 60 tot 65 jaar Best 2025 1.188 1.187 7 196 923 43 18 1
Vrouwen 65 tot 70 jaar Best 2025 966 963 1 206 731 16 9 3
Vrouwen 70 tot 75 jaar Best 2025 809 808 0 225 565 10 8 1
Vrouwen 75 tot 80 jaar Best 2025 709 707 0 247 445 4 11 2
Vrouwen 80 tot 85 jaar Best 2025 457 449 0 217 212 10 10 8
Vrouwen 85 tot 90 jaar Best 2025 322 310 0 197 77 12 24 12
Vrouwen 90 tot 95 jaar Best 2025 116 110 0 79 15 8 8 6
Vrouwen 95 jaar of ouder Best 2025 12 12 0 9 0 1 2 0
Bron: CBS.
Verklaring van tekens

Tabeltoelichting


Personen in Nederland wonend in een particulier of institutioneel huishouden naar plaats in het huishouden, geslacht, leeftijd en regio op 1 januari.
De volgende uitsplitsingen zijn mogelijk:
- Personen in alle huishoudens naar geslacht, leeftijd en regio;
- Personen in particuliere huishouden naar plaats in het huishouden, geslacht, leeftijd en regio;
- Personen in institutionele huishoudens naar geslacht, leeftijd en regio.

De in de tabel opgenomen regio's zijn landsdelen, provincies, COROP-gebieden en gemeenten.

De gepresenteerde regiototalen betreffen samentellingen van gemeenten. In geval van grenswijzigingen die over verschillende regiogrenzen heen gaan is de indeling van de gemeenten gegroepeerd naar de meest recente situatie.
Bijvoorbeeld: voor de gemeente Vianen, die per 1 januari 2002 is overgegaan van de provincie Zuid-Holland naar de provincie Utrecht, geldt dat ze in de tabel is gegroepeerd in de provincie Utrecht.

De regionale cijfers over de institutionele bevolking vertonen van jaar op jaar soms moeilijk te verklaren schommelingen. De gehanteerde methodiek is gebaseerd op typering van adresbewoning op basis van secundaire bronnen. Niet in alle gevallen valt de typering perfect uit. Dat kan komen doordat een adres van functie is veranderd, bij voorbeeld van zorginstelling naar huisvesting van (voormalige) asielzoekers, zonder dat het CBS daar kennis van heeft genomen. In andere situaties kan het voorkomen dat een adres het ene jaar wel en het andere jaar niet boven de gehanteerde drempelwaarden blijft qua aantal institutionele bewoners die gelden voor het afbakenen van institutionele adressen. Indirect hebben dergelijke schommelingen ook effect op het aantal eenpersoonshuishoudens.

Gegevens beschikbaar vanaf: 2000

Status van de cijfers:
Alle in de tabel opgenomen cijfers zijn definitief.

Wijzigingen per 18 juli 2025:
De cijfers per 1 januari 2025 zijn toegevoegd.

Wanneer komen er nieuwe cijfers uit?
In het 3e kwartaal van 2026 worden cijfers per 1 januari 2026 toegevoegd.

Toelichting onderwerpen

Totaal personen in huishoudens
Totaal aantal personen in zowel particuliere als institutionele huishoudens.

Particulier huishouden:
Eén of meer personen die samen een woonruimte bewonen en zichzelf daar particulier, dus niet-bedrijfsmatig voorzien in de dagelijkse levensbehoeften.

Institutioneel huishouden:
Eén of meer personen die een woonruimte bewonen en daar bedrijfsmatig worden voorzien in dagelijkse levensbehoeften. Ook de huisvesting vindt bedrijfsmatig plaats.
Het gaat om instellingen zoals verpleeg-, en verzorgingshuizen, instellingen voor geestelijke gezondheidszorg, forensische centra, instellingen voor verstandelijk, lichamelijk en zintuiglijk gehandicapten, instellingen voor verslavingszorg en daklozenopvang, internaten, kloosters, gevangenissen, kazernes, en asielzoekerscentra, waarin de personen in principe voor langere tijd (zullen) verblijven.
Personen in particuliere huishoudens
Totaal aantal personen in particuliere huishoudens.

Particulier huishouden:
Eén of meer personen die samen een woonruimte bewonen en zichzelf daar particulier, dus niet-bedrijfsmatig voorzien in de dagelijkse levensbehoeften.
Totaal in particuliere huishoudens
Totaal aantal personen in particuliere huishoudens.
Thuiswonend kind
Thuiswonende kinderen in particuliere huishoudens.

Thuiswonend kind:
Persoon ongeacht leeftijd of burgerlijke staat die een kind-ouderrelatie heeft met één of twee tot het huishouden behorende ouders.
Adoptie- en stiefkinderen in het huishouden worden wel gezien als thuiswonende kinderen, maar pleegkinderen niet.
Alleenstaand
Alleenstaande personen in particuliere huishoudens.

Alleenstaand:
Persoon die alleen in een woonruimte woont en een eenpersoonshuishouden vormt.
Tot alleenstaanden worden ook personen gerekend die met anderen op eenzelfde adres wonen maar een eigen huishouding voeren.
Alleenstaanden kunnen een relatie hebben en zelfs gehuwd zijn met een persoon met wie ze niet samenwonen.
Samenwonend
Samenwonende personen in particuliere huishoudens.

Samenwonende persoon:
Persoon die samen met iemand anders als paar, al dan niet met elkaar gehuwd, al dan niet als geregistreerd partners en al dan niet met kinderen, een particulier huishouden vormt.
Totaal samenwonende personen
Ouder in eenouderhuishouden
Persoon in een particulier huishouden die een ouder-kindrelatie heeft met één of meer thuiswonende kinderen en die geen partner heeft in hetzelfde huishouden.

Eenouderhuishouden:
Particulier huishouden bestaande uit één ouder met één of meer thuiswonende kinderen.

Thuiswonend kind:
Persoon ongeacht leeftijd of burgerlijke staat die een kind-ouderrelatie heeft met één of twee tot het huishouden behorende ouders.
Adoptie- en stiefkinderen in het huishouden worden wel gezien als thuiswonende kinderen, maar pleegkinderen niet.
Overig lid huishouden
Overige leden in particuliere huishoudens.

Overig lid huishouden:
Persoon die anders dan als partner, ouder in een eenouderhuishouden of als thuiswonend kind deel uitmaakt van een particulier huishouden.
Te denken valt hierbij bijvoorbeeld aan een kostganger die bij een gezin inwoont, een persoon die samen met een broer of zus één huishouden vormt, of een pleegkind.
Personen in institutionele huishoudens
Institutioneel huishouden:
Eén of meer personen die een woonruimte bewonen en daar bedrijfsmatig worden voorzien in dagelijkse levensbehoeften. Ook de huisvesting vindt bedrijfsmatig plaats.
Het gaat om instellingen zoals verpleeg-, en verzorgingshuizen, instellingen voor geestelijke gezondheidszorg, forensische centra, instellingen voor verstandelijk, lichamelijk en zintuiglijk gehandicapten, instellingen voor verslavingszorg en daklozenopvang, internaten, kloosters, gevangenissen, kazernes, en asielzoekerscentra, waarin de personen in principe voor langere tijd (zullen) verblijven.