Maatstaven Financiële-verhoudingswet (Fvw), regio, 2007 - 2023

Maatstaven Financiële-verhoudingswet (Fvw), regio, 2007 - 2023

Status cijfer Perioden Regio's Periodieke bijstandsuitkeringen Totaal bijstandsuitkeringen (aantal) Periodieke bijstandsuitkeringen Algemene bijstand (aantal) Periodieke bijstandsuitkeringen BBZ (aantal) Periodieke bijstandsuitkeringen IOAW (aantal) Periodieke bijstandsuitkeringen IOAZ (aantal) Periodieke bijstandsuitkeringen Adreslozen (aantal)
Definitief 2017 Nederland 425.126 389.747 3.821 23.845 1.849 5.864
Definitief 2018 Nederland 401.492 367.599 3.482 22.833 1.802 5.776
Definitief 2019 Nederland 385.135 352.668 3.126 21.693 1.782 5.866
Definitief 2020 Nederland 395.434 365.201 2.177 20.097 1.662 6.297
Definitief 2021 Nederland 387.745 346.966 17.298 16.935 1.468 5.078
Definitief 2017 Drenthe (PV) 11.478 10.391 178 759 88 62
Definitief 2018 Drenthe (PV) 10.874 9.857 150 715 81 71
Definitief 2019 Drenthe (PV) 10.371 9.419 132 681 71 68
Definitief 2020 Drenthe (PV) 10.417 9.547 102 613 73 82
Definitief 2021 Drenthe (PV) 9.831 8.920 237 534 66 74
Definitief 2017 Twente (CR) 15.825 14.620 204 899 86 16
Definitief 2018 Twente (CR) 14.850 13.725 154 865 88 18
Definitief 2019 Twente (CR) 14.226 13.145 138 829 88 26
Definitief 2020 Twente (CR) 14.321 13.371 88 749 89 24
Definitief 2021 Twente (CR) 13.862 12.606 561 603 77 15
Definitief 2017 Beek (L.) 264 246 3 13 2
Definitief 2018 Beek (L.) 239 228 0 9 2
Definitief 2019 Beek (L.) 231 219 1 9 2
Definitief 2020 Beek (L.) 245 231 3 8 3
Definitief 2021 Beek (L.) 243 226 8 7 2
Definitief 2017 Best 401 364 4 32 1
Definitief 2018 Best 420 387 4 27 2
Definitief 2019 Best 400 372 1 25 2
Definitief 2020 Best 408 381 1 24 2
Definitief 2021 Best 371 341 8 20 2
Definitief 2017 Eindhoven 7.013 6.352 100 365 32 164
Definitief 2018 Eindhoven 6.581 5.970 70 347 25 169
Definitief 2019 Eindhoven 6.376 5.790 71 322 27 166
Definitief 2020 Eindhoven 6.449 5.975 33 315 24 102
Definitief 2021 Eindhoven 6.314 5.812 146 265 22 69
Definitief 2017 Meerssen 245 226 2 17 0
Definitief 2018 Meerssen 212 193 3 15 1
Definitief 2019 Meerssen 205 185 3 15 2
Definitief 2020 Meerssen 213 194 2 13 4
Definitief 2021 Meerssen 212 191 8 10 3
Bron: CBS.
Verklaring van tekens

Tabeltoelichting


Deze tabel bevat gegevens die mede als grondslag dienen bij het bepalen van de hoogte van de Algemene Uitkeringen aan gemeenten en provincies.
Het Ministerie van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties bepaalt deze uitkeringen aan gemeenten en provincies aan de hand van verdeelmodellen. De hiervoor gebruikte eenheden die het CBS levert voor de definitieve en voorlopige cijfers van de maatstaven worden beschreven in de 'Toelichting op de berekeningen van de uitkeringen uit het gemeentefonds 1997 e.v. jaren', uitgave Ministerie van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties.
Het aantal inwoners in stedelijke en landelijke gebieden wordt berekend ten behoeve van het verdeelstelsel gehanteerd door het Provinciefonds. Dit verdeelstelsel is op 1 januari 1998 in werking getreden (Staatsblad, 1997, 526).

Met ingang van verslagjaar 2016 worden er door CBS geen gegevens meer gepubliceerd over grootstedelijke agglomeraties en stadsgewesten.
Door diverse maatschappelijke ontwikkelingen zijn de filosofie en methode die ten grondslag liggen aan de afbakening niet langer actueel.
Daarnaast blijkt dat andere instanties, afhankelijk van het toepassingsgebied, een afwijkende indeling van grootstedelijke agglomeraties en stadsgewesten hanteren, waardoor er niet meer gesproken kan worden van één standaard.

De herindeling van gemeenten Amsterdam en Weesp tot de nieuwgevormde gemeente Amsterdam vond plaats op 24 maart 2022.
In de “Wet van 9 juni 2021 tot herindeling van de gemeenten Amsterdam en Weesp” wordt bij berekening van de Algemene Uitkering afgeweken van de ingangsdatum van herindeling en uitgegaan van nieuwvorming van Amsterdam per 1 januari 2022.
In deze tabel wordt daarom uitgegaan van nieuwvorming van de gemeente Amsterdam per 1 januari 2022 en wordt het grondgebied van Weesp toegevoegd aan COROP 23 in plaats van COROP 24.

Gegevens beschikbaar vanaf: 2007.

Status van de cijfers:
Er worden zowel voorlopige als definitieve cijfers gepubliceerd.

De onderwerpen: belastingcapaciteit woningen, belastingcapaciteit niet-woningen en amendement De Pater kunnen door nagekomen berichten ondanks de status definitief alsnog worden aangepast.

Wijzigingen per januari 2023:
Definitieve gegevens Periodieke bijstandsuitkeringen 2021

Wijzigingen per 7 december 2022:
Bij het vaststellen van definitieve cijfers 2022 van oppervlakte land, binnenwater en oeverlengte zijn gemeentelijke grenscorrecties tussen een viertal gemeeenten abusievelijk niet toegepast. Met de grenscorrectie tussen de gemeenten Eindhoven en Best is netto 44 hectare overgegaan naar Eindhoven, met de grenscorrectie tussen Meerssen en Beek is netto 4 hectare overgegaan naar Beek. In de huidige versie is dit gecorrigeerd.

Wijzigingen per 28 juli 2022:
Bij het vaststellen of iemand tot een minderheid behoort is in de vorige versie (cijfers 2021) een deel van de groep minderheden onterecht buiten beschouwing gelaten. Het aantal minderheden in heel Nederland is hierdoor in totaal met ongeveer 23 duizend onderschat. Voor praktisch alle gemeenten blijkt het juiste aantal minderheden in 2021 in werkelijkheid hoger te liggen. Dit is in deze versie gecorrigeerd. Voor meer informatie zie paragraaf 3.

Wanneer komen er nieuwe cijfers?
Nieuwe cijfers worden onregelmatig gepubliceerd.

Toelichting onderwerpen

Periodieke bijstandsuitkeringen
In het kader van de Financiële-verhoudingswet (Fvw) worden de volgende bijstandsuitkeringen geteld:
Tot en met 2008 is in dit aantal begrepen het aantal uitkeringen in het kader van de bijzondere bijstand. Met ingang van 2009 blijft bijzondere bijstand buiten beschouwing.

De cijfers over het aantal bijstandsuitkeringen in de tabel Maatstaven Fvw kunnen afwijken van soortgelijke cijfers op Statline over het aantal bijstandsuitkeringen bij het thema arbeid en sociale zekerheid.
Bij het vaststellen van het aantal uitkeringen in een verslagjaar (t) wordt ten behoeve van de Maatstaven Fvw met terugwerkende kracht informatie verwerkt die afkomstig is uit de gegevens van latere maanden (in t+1) over het verslagjaar.
In de tabellen onder het thema arbeid en sociale zekerheid worden alleen die uitkeringen geteld die daadwerkelijk in de desbetreffende verslagperiode (t) geregistreerd stonden.

Het gaat om:
- Het aantal periodieke WWB of WIJ uitkeringen of algemene bijstand op grond van de Participatiewet aan thuiswonende personen jonger dan de AOW-gerechtigde leeftijd op 31 december.
- Het aantal periodieke WWB of WIJ uitkeringen of algemene bijstand op grond van de Participatiewet aan belanghebbenden zonder adres met een niet beëindigde uitkering op 31 december.
Buiten beschouwing blijven uitkeringen die gedurende december zijn beëindigd, uitkeringen aan elders verzorgenden en uitkeringen aan personen met een AOW-gerechtigde leeftijd.
Het aantal uitkeringen is t/m 2008 inclusief uitsluitend bijzondere bijstand, met ingang van 2009 blijft bijzondere bijstand buiten beschouwing.
Participatiewet (PW)
De Participatiewet vervangt per 1 januari 2015 de WWB, de Wet sociale werkvoorziening (Wsw) en een deel van de Wet Wajong.
De Participatiewet komt vrijwel overeen met de WWB, maar nog sterker wordt de nadruk gelegd op participatie aan het arbeidsproces.
Personen die door lichamelijke, verstandelijke of psychische aandoeningen alleen onder aangepaste omstandigheden kunnen werken vallen vanaf 1 januari 2015 onder de Participatiewet en niet meer onder de Wsw.
Ook jonggehandicapten die nog kunnen werken vallen vanaf die datum onder de Participatiewet en niet meer onder de Wet Wajong.

Van dit onderdeel zijn alleen definitieve cijfers beschikbaar.
Totaal bijstandsuitkeringen
Het totaal aantal uitkeringen aan huishoudens op grond van de Wet werk en bijstand (WWB) en kortdurend de Wet Investeren in Jongeren (WIJ) waarbij de WWB per 1 januari 2015 is vervangen door de Participatiewet.
Een uitkering aan een (echt)paar wordt geteld als één uitkering aan twee personen.

De cijfers over het aantal bijstandsuitkeringen in de tabel Maatstaven Fvw kunnen afwijken van soortgelijke cijfers op Statline over het aantal bijstandsuitkeringen bij het thema arbeid en sociale zekerheid.
Bij het vaststellen van het aantal uitkeringen in een verslagjaar (t) wordt ten behoeve van de Maatstaven Fvw met terugwerkende kracht informatie verwerkt die afkomstig is uit de gegevens van latere maanden (in t+1) over het verslagjaar.
In de tabellen onder het thema arbeid en sociale zekerheid worden alleen die uitkeringen geteld die daadwerkelijk in de desbetreffende verslagperiode (t) geregistreerd stonden.
Algemene bijstand
Algemene bijstand tot de AOW-leeftijd

Het aantal uitkeringen aan personen tot de AOW-gerechtigde leeftijd in het kader van de Participatiewet (PW), de Wet inkomensvoorziening oudere en gedeeltelijk arbeidsongeschikte werkloze werknemers (IOAW), de Wet inkomensvoorziening oudere en gedeeltelijk arbeidsongeschikte gewezen zelfstandigen (IOAZ), de Wet werk en inkomen kunstenaars (WWIK) en het Besluit bijstandsverlening zelfstandigen 2004 (Bbz).

AOW-gerechtigde leeftijd
De leeftijd waarop het recht op een AOW-uitkering ingaat.
Tot 2013 was de AOW-gerechtigde leeftijd 65 jaar. Met ingang van 1 januari 2013 gaat deze leeftijd elk jaar met stappen van één of meerdere maanden omhoog.
De AOW-gerechtigde leeftijd wordt vanaf 2016 in stappen van 3 maanden per jaar verhoogd en vanaf 2018 in stappen van 4 maanden.
In 2022 gaat de AOW-leeftijd verder omhoog naar 67 jaar en 3 maanden. Vanaf 2022 wordt de AOW-gerechtigde leeftijd gekoppeld aan de levensverwachting.

Participatiewet (PW)
De Participatiewet vervangt per 1 januari 2015 de WWB, de Wet sociale werkvoorziening (Wsw) en een deel van de Wet Wajong.
De Participatiewet komt vrijwel overeen met de WWB, maar nog sterker wordt de nadruk gelegd op participatie aan het arbeidsproces.
Personen die door lichamelijke, verstandelijke of psychische aandoeningen alleen onder aangepaste omstandigheden kunnen werken vallen vanaf 1 januari 2015 onder de Participatiewet en niet meer onder de Wsw.
Ook jonggehandicapten die nog kunnen werken vallen vanaf die datum onder de Participatiewet en niet meer onder de Wet Wajong.

De cijfers over het aantal bijstandsuitkeringen in de tabel Maatstaven Fvw kunnen afwijken van soortgelijke cijfers op Statline over het aantal bijstandsuitkeringen bij het thema arbeid en sociale zekerheid.
Bij het vaststellen van het aantal uitkeringen in een verslagjaar (t) wordt ten behoeve van de Maatstaven Fvw met terugwerkende kracht informatie verwerkt die afkomstig is uit de gegevens van latere maanden (in t+1) over het verslagjaar.
In de tabellen onder het thema arbeid en sociale zekerheid worden alleen die uitkeringen geteld die daadwerkelijk in de desbetreffende verslagperiode (t) geregistreerd stonden.
BBZ
Aantallen uitkeringen aan zelfstandigen ingevolge het Besluit Bijstandverlening Zelfstandigen (Bbz).

De bijstand kan worden verstrekt om te voorzien in levensonderhoud of in de vorm van bedrijfskapitaal.
Voor beginnende, gevestigde, oudere of beëindigende zelfstandigen gelden daartoe bijzondere bepalingen waarbij de inkomenseis, vermogensvrijlating, hoogte van te verstrekken bedrijfskapitaal en duur van de uitkering specifiek zijn geregeld.
Als overgangsperiode na de Tijdelijke overbruggingsregeling zelfstandige ondernemers (Tozo) heeft de rijksoverheid besloten de Bbz-regeling van 1 oktober 2021 tot en met 31 maart 2022 tijdelijk te versoepelen. Hierdoor kwamen ondernemers in deze periode eerder in aanmerking voor Bbz levensonderhoud en zijn de aantallen personen met Bbz levensonderhoud hoger dan in eerdere jaren.

IOAW
Aantallen uitkeringen aan oudere werknemers en gedeeltelijk arbeidsongeschikte werknemers, jonger dan 65 jaar, definitieve cijfers.
IOAW = Inkomensvoorziening Oudere en gedeeltelijk Arbeidsongeschikte Werknemers.

Het gaat om de volgende categorieën:
- Werkloze werknemers die de maximale uitkeringsduur van de werkloosheidswet hebben bereikt en die bij de aanvang van de werkloosheid 50 jaar of ouder was nog geen 57,5 jaar;
- Werkloze werknemers die werkloos zijn geworden na het bereiken van de leeftijd van 57,5 jaar en slechts recht hebben op de kortdurende WW-uitkering;
- Arbeidsongeschikte werknemers met een gedeeltelijke WAO-uitkering (minder dan 80%) die de maximale uitkeringsduur van de Werkloosheidswet hebben bereikt;
- Jonggehandicapten met een gedeeltelijke WAJONG-uitkering (minder dan 80%).

IOAZ
Aantallen uitkeringen aan oudere gewezen zelfstandigen en gedeeltelijk arbeidsongeschikte gewezen zelfstandigen.
IOAZ = Inkomensvoorziening Oudere en gedeeltelijk Arbeidsongeschikte gewezen Zelfstandigen.

De uitkering wordt verstrekt na beëindiging van de onderneming of het bedrijf, of in aanvulling op een gedeeltelijke arbeidsongeschiktheidsuitkering voor (gewezen) zelfstandigen(WAZ).

Adreslozen
Aantallen uitkeringen aan bijstandsontvangers zonder adres als bedoeld in artikel 1 van de Wet gemeentelijke basisadministratie persoonsgegevens.

Een beperkt aantal gemeenten is aangewezen om bijstand te verlenen aan adreslozen. Deze gemeenten zijn aangewezen in het Bijstandsbesluit adreslozen. Met ingang van 1999.