Industriebeeld: producentenvertrouwen nagenoeg onveranderd
De stemming van de ondernemers in de industrie veranderde in november 2011 nagenoeg niet t.o.v. oktober. Het producentenvertrouwen kwam uit op -0,4, tegen -0,5 in oktober.
De gemiddelde dagproductie van de Nederlandse industrie was in september 0,4 procent hoger dan in september 2012. Het is de eerste keer dit jaar dat de industriële productie hoger is dan in dezelfde periode een jaar eerder. De industrie behaalde in september 2013 ruim 2,5 procent meer omzet dan een jaar eerder. De omzet op de binnenlandse markt daalde met ruim een half procent, terwijl de omzet op de buitenlandse markt met ruim 5 procent steeg.
De economie groeide in het derde kwartaal van 2013 met 0,1 procent ten opzichte van het tweede kwartaal. In het tweede kwartaal was het volume van het bruto binnenlands product ongeveer gelijk aan dat een kwartaal eerder.
Productiegroei en producentenvertrouwen
Producentenvertrouwen onveranderd
De stemming van de ondernemers in de industrie veranderde in november nagenoeg niet t.o.v. oktober. Het producentenvertrouwen kwam uit op -0,4, tegen -0,5 in oktober.
Het producentenvertrouwen is samengesteld uit drie deelindicatoren: het oordeel over de orderpositie, het oordeel over de voorraden gereed product en de verwachte productie in de komende drie maanden. De ondernemers waren iets positiever over de verwachte bedrijvigheid. Verder waren ze iets minder negatief over hun orderpositie dan in oktober. Hun oordeel over de voorraden daarentegen verslechterde iets.
De ondernemers in de industrie zijn in november somberder over de verwachte personeelssterkte dan in de voorgaande maanden. Van hen verwachtte 19,3 procent dat de personeelssterkte in de komende drie maanden zal afnemen. Slechts 6,9 procent van de ondernemers in de industrie rekende op een toename van de personeelssterkte. Met -12,4 was het saldo van positieve en negatieve antwoorden negatiever dan in oktober (-8,4).
Voorraden even groot
De voorraden gereed product in de industrie waren in september even groot als in september 2012. In de voorgaande drie maanden verminderden de voorraden ten opzichte van een jaar eerder. De cijfers over de voorraden zijn gecorrigeerd voor prijsveranderingen.
Productie industrie groeit bescheiden
De gemiddelde dagproductie van de Nederlandse industrie was in september 0,4 procent hoger dan in september 2012. Het is de eerste keer dit jaar dat de industriële productie hoger is dan in dezelfde periode een jaar eerder. De groei is echter bescheiden.
De voedings- en genotmiddelenindustrie produceert al sinds januari meer dan een jaar eerder. In september bedroeg de productiestijging 4,0 procent. Ook de elektrotechnische en machine-industrie, en de basismetaal- en metaalproductenindustrie produceerden in september meer dan een jaar eerder, respectievelijk 3,6 en 1,0 procent. De textiel-, kleding- en leerindustrie ten slotte produceerde 0,9 procent meer dan vorig jaar. De overige branches noteerden productieverlies. Zo produceerde een van de grootste branches binnen de industrie, de aardolie-, chemische en rubber- en kunststofverwerking, 2,2 procent minder dan een jaar eerder.
Meer omzet
De industrie behaalde in september 2013 ruim 2,5 procent meer omzet dan een jaar eerder. De omzet op de binnenlandse markt daalde met ruim een half procent, terwijl de omzet op de buitenlandse markt met ruim 5 procent steeg. September 2013 telde een werkdag meer dan september 2012. De afzetprijzen van de producten van de industrie waren in september bijna 3 procent lager dan die van een jaar eerder.
De elektrotechnische en machine-industrie realiseerde 18,8 procent meer omzet dan een jaar eerder. Ook in de voedings- en genotmiddelenindustrie (+9,8 procent), de transportmiddelenindustrie (+4,6 procent) en de basismetaal- en metaalproductenindustrie (+3,7 procent) was de omzet hoger. In de aardolie-, chemische, rubber- en kunststofproducten-industrie daalde de omzet met 5 procent.
Economie groeit met 0,1 procent
De economie groeide in het derde kwartaal van 2013 met 0,1 procent ten opzichte van het tweede kwartaal. In het tweede kwartaal was het volume van het bruto binnenlands product ongeveer gelijk aan dat een kwartaal eerder. Bij het berekenen van de kwartaal-op-kwartaalontwikkeling is rekening gehouden met werkdag- en seizoeneffecten.
Vergeleken met het derde kwartaal van 2012 kromp de economie met 0,6 procent. Het derde kwartaal van 2013 telde een werkdag meer dan het derde kwartaal van 2012. Ook zonder dit effect was de krimp ten opzichte van een jaar eerder veel kleiner dan in de voorgaande kwartalen.
De investeringen in vaste activa waren 3,0 procent lager dan in het derde kwartaal van 2012. Huishoudens besteedden 2,3 procent minder. De overheidsconsumptie was 1,2 procent lager. Het volume van de uitvoer van goederen en diensten was 2,1 procent groter dan een jaar eerder. Het volume van de invoer was vrijwel gelijk.
Goederenproducenten produceerden 0,2 procent meer. Door een grote vraag uit het buitenland naar aardgas leverde de delfstoffenwinning 7,1 procent meer productie. De industriële productie was 0,2 procent hoger dan een jaar eerder. De bouwproductie kromp daarentegen met 2,6 procent. De productie van commerciële dienstverleners kwam 0,6 procent lager uit, maar de productie van niet-commerciële dienstverleners was 0,3 procent hoger dan in het derde kwartaal van 2012.