Gezonde en ongezonde beroepen

Koetsier, kroeghouder, jeneverstoker, zeevarende, militair, loodgieter en katholiek geestelijke; dat waren rond 1910 de meest riskante beroepen. De sterfte in deze beroepen was relatief hoog. Het meest riskant was het beroep van steenhouwer (14 sterfgevallen per duizend werkenden van 18–65 jaar) en mijnwerker (13 per duizend).