Nieuwbouwwoningen, inputindex  2000=100 vanaf 1990

Wat behelst het onderzoek
Doel

Inzicht geven in de ontwikkeling van de bouwkosten van nieuwe woningen voor wat betreft de kostensoorten loon en materiaal.

Doelpopulatie

Nieuwe woningen

Statistische eenheid

Nieuwe woning

Aanvang onderzoek

1990. Van 1990 tot en met 1994 zijn alleen cijfers beschikbaar van de materiaalcomponent. Daarna zijn ook cijfers beschikbaar van de looncomponent en het totaal.

Frequentie

Maand

Publicatiestrategie

De materiaalprijsindexcijfers zijn gedurende 5 maanden voorlopig. De periode dat de loonindexcijfers voorlopig zijn, is afhankelijk van de snelheid waarmee de bij de bouwnijverheid betrokken CAO’s worden afgesloten. Deze periode kan variëren van 4 tot circa 16 maanden na de verslagperiode.

Het totaalprijsindexcijfer blijft voorlopig tot beide deelreeksen definitief zijn.

Hoe wordt het uitgevoerd
Soort onderzoek

De bron voor deze prijsindexcijfers zijn gegevens die reeds bij het CBS aanwezig zijn. Afzonderlijke waarneming van  gegevens is dus overbodig.

De looncomponent is tot en met 2004 gebaseerd op de ontwikkeling van de geactualiseerde loonkosten in de bouwnijverheid. Voor zover deze gegevens nog niet beschikbaar zijn, is de ontwikkeling van de cao-lonen per gewerkt uur gebruikt. Na 2004 is de looncomponent gebaseerd op de ontwikkeling van de contractuele loonkosten in de bouwnijverheid.

De materiaalcomponent is ontleend aan de statistiek Producentenprijzen Industrie.

Waarnemingsmethode

N.v.t.

Controle- en correctiemethoden

N.v.t.

Weging

De materiaalcomponent wordt berekend door het samenwegen van prijsontwikkelingen van bepaalde productgroepen die beschikbaar zijn vanuit de statistiek Producentenprijzen Industrie. Het hiervoor gebruikte wegingschema is tot en met september 1998 gebaseerd op het gemiddeld materiaalverbruik van 3 typen woningen, te weten: appartementen, vrijstaande woningen en rijtjeswoningen. Daarna, vanaf oktober 1998, op begrotingen van acht verschillende representatieve woningbouwprojecten, waarin de kosten en hoeveelheden van de benodigde materialen zijn te vinden. Ieder project representeert één van de vier onderscheiden woningtypes: koop- en huurappartementen en koop- en huureengezinswoningen.

Om vanuit de componenten loon en materiaal te komen tot de Inputindex nieuwbouwwoningen is eveneens op basis van de resultaten van een onderzoek naar de kostenoverzichten van acht representatieve woningbouwprojecten een wegingschema ontleend.

Wat is de nauwkeurigheid van de uitkomsten
Nauwkeurigheid

De mate van nauwkeurigheid van deze reeksen prijsindexcijfers  is niet bekend. De cijfers worden gepubliceerd met één decimaal. Onnauwkeurigheid kan op vele plaatsen in het productieproces ontstaan:

  •  bij de keuze van de representatieve woningprojecten;
  •  bij de indeling van de materialen in prodcoms;
  •  bij de vaststelling van de wegingsfactoren;
  •  bij de prijswaarneming van de producentenprijzen;
  •  bij de waarneming van de loonkosten.

Volgtijdelijke vergelijkbaarheid

De uitkomsten zijn volgtijdelijk vergelijkbaar. De volgtijdelijke vergelijkbaarheid van reeksen met verschillende basisperioden is mogelijk door koppeling van deze reeksen

Meer informatie

Methodebeschrijving Inputindex nieuwe woningen