CPI – Niveaucorrectie prijsindex kleding april 2018

Het CBS heeft de consumentenprijsindex voor dames-, heren- en kinderkleding per april 2018 met enkele procenten verhoogd. Uit onderzoek van het CBS bleek dat door de wijziging van de waarnemingsmethode van kleding de te verwachten gemiddelde jaarmutatie van 2018 t.o.v. 2017 anders te laag zou uitkomen. De aanpassing van de indexcijfers voor kleding heeft ook invloed op de uitkomst voor de totale CPI. De jaarmutatie van de CPI voor april 2018 is bijgesteld van 0,9 naar 1,1 procent. De eerste drie maanden van 2018 wijzigen niet.

Achtergronden van de aanpassing

Het CBS is voortdurend bezig met de ontwikkeling van nieuwe en betere methoden voor het maken van statistieken. In de afgelopen jaren is in stappen een nieuwe waarnemingsmethode voor kledingartikelen ingevoerd. Er werden in het verleden door prijswaarnemers in de winkels prijzen waargenomen van tevoren omschreven artikelen. De nieuwe methode maakt gebruik van zogenaamde webscrapers. Daarbij kunnen in theorie dagelijks de prijzen van alle op de website van een winkelketen aangeboden kledingartikelen worden verzameld. Deze methode levert het CBS veel meer prijswaarnemingen op, waardoor de prijsontwikkeling beter wordt gemeten tegen veel lagere kosten. Deze methode sluit aan bij het koopgedrag van de consument die steeds vaker kleding aanschaft bij webwinkels.

De nieuwe methode is in 2015 ingevoerd voor één winkelketen. In 2016 en 2017 is daar een aantal winkelketens bijgekomen en is de waarneming in winkels verminderd. Vanaf 2018 is de winkelwaarneming helemaal vervangen door webscrapers.

Voor de invoering van nieuwe methoden zijn voor de HICP Europese regels vastgelegd, die gewoonlijk ook voor de CPI worden gebruikt. Deze schrijven voor dat een wijziging van een methode of een nieuwe steekproef van artikelen of winkels wordt ingevoerd bij de overgang van december naar januari. De ontwikkelingen volgens de nieuwe methode worden geschakeld aan de index over december die nog met de oude methode was berekend. In de meeste gevallen van wijzigingen van methode of steekproef zijn er geen of verwaarloosbare invloeden op de jaarmutatie van de index.
Deze regels zijn in de eerste maanden van 2018 ook gevolgd.

De invoering van een nieuwe methode kan in het eerste jaar echter wel invloed hebben op de jaarmutatie van de betreffende artikelen, met name in drie gevallen:

  • als het seizoenspatroon van de index in de nieuwe methode anders is dan in de oude,
  • als de uitkomst bij de laatste keer dat de oude methode wordt gebruikt toevallig erg hoog of laag uitvalt,
  • als de uitkomst bij de eerste keer dat de nieuwe methode wordt gebruikt toevallig erg laag of hoog uitvalt.

Bij de overgang in december 2017 van de laatste winkelwaarneming naar uitsluitend webscrapers zijn toevallig alle drie gevallen opgetreden. Hierdoor is de index voor kledingprijzen in de eerste maanden van 2018 heel laag uitgekomen. De uitkomsten zijn aanzienlijk lager dan de uitkomsten die met de oude methode zouden zijn gemeten, maar ook aanzienlijk lager dan de uitkomsten als in 2017 uitsluitend de nieuwe methode was gebruikt. Bovendien geldt dat de kledingartikelen een zodanig grote weging in de CPI/HICP hebben, dat de invloed op de totale CPI merkbaar is.

Dit was aanleiding voor het CBS om nader onderzoek te doen en een berekening te maken van de invloed in de rest van het jaar. De conclusie is dat als de regels precies gevolgd worden de gemiddelde jaarmutatie voor kledingprijzen in 2018 ten opzichte van 2017 rond 5 procentpunten lager zou uitkomen dan zonder de methodewijziging. De invloed op de totale CPI zou gemiddeld uitkomen in de orde van 0,2 procentpunten lager. Daarom heeft het CBS besloten om een niveaucorrectie aan te brengen op de index voor kledingprijzen.

De aangebrachte niveaucorrectie

De nog voorlopige indexcijfers voor kleding zijn per april verhoogd en definitief gemaakt. Voor herenkleding is de aanpassing 4,7 procent, voor dameskleding is het 6,5 procent en voor kinder- en babykleding is het 3,6 procent. De uitkomsten van januari tot maart waren al definitief vastgesteld en worden niet meer gewijzigd.

Zonder deze niveaucorrectie zou de jaargemiddelde index voor de totale CPI over het jaar 2018 ongeveer 0,2 procent te laag uitkomen. Voor de totale HICP zou de jaargemiddelde index 0,3 procent te laag uitkomen. Na de niveaucorrectie is deze vertekening nagenoeg opgeheven. Het zal overigens wel zo blijven dat door de verschillen in seizoenspatroon tussen de oude en nieuwe methode de jaarmutatie tot maart 2019 in sommige maanden laag zal uitkomen en in andere maanden aan de hoge kant. Dit is niet te vermijden.