Het mandje van de consumentenprijsindex, de bestedingen van consumenten en de meting van de CPI in 2021

4. Achtergronden bij de wegingen van 2021

Jaarlijks worden in de CPI nieuwe bestedingsaandelen bepaald. Deze worden telkens in januari voor het eerst gebruikt voor de berekening van de prijsindexcijfers en blijven een jaar constant. Dit hoofdstuk licht de achtergrond van de jaarlijkse basisverlegging voor het verslagjaar 2021 toe.

4.1 Bepaling nieuwe bestedingsaandelen

De bestedingsaandelen van de gemiddelde consument worden als volgt bepaald:

  • De CPI wordt berekend als een Laspeyres prijsindex. Dit betekent dat de CPI die in jaar t wordt gepubliceerd, gebaseerd is op het gemiddelde consumptiepatroon van jaar t-1. De in 2021 te publiceren indexcijfers worden dus gewogen met bestedingsaandelen van 2020.
  • De basis voor het bepalen van de bestedingsaandelen in 2020 vormen de voorlopige consumptiecijfers van de Nationale Rekeningen van 2019 (NR 2019V). Dit, omdat de cijfers van 2020 nog niet beschikbaar zijn.
  • Als voor bepaalde artikelgroepen de cijfers uit de Nationale Rekeningen niet voorhanden zijn, worden alternatieve bronnen gebruikt.
  • Het mandje dat in 2021 wordt gebruikt, tracht de bestedingen van de consument in 2020 te benaderen. Grote aantoonbare wijzigingen in bestedingen tussen 2019 en 2020 worden gecorrigeerd in de bedragen uit de Nationale Rekeningen van 2019. Voor verslagjaar 2021 is dat gebeurd bij alle bestedingscategorieën, omdat door de coronacrisis de consumptie in 2020 sterk is gewijzigd.
  • De Nationale Rekeningen bevatten ook de uitgaven van buitenlanders in Nederland. Die bedragen uit de Nationale Rekeningen worden gecorrigeerd voor het conceptuele verschil tussen het consumptiebegrip van de Nationale Rekeningen en de CPI met betrekking tot de uitgaven van buitenlanders in Nederland (uitgaven van buitenlanders in Nederland zijn niet vertegenwoordigd in de CPI, maar wel in de HICP).
  • De bedragen uit de Nationale Rekeningen zijn anders geclassificeerd dan in de CPI. De bedragen volgens deze NR-classificatie worden met behulp van een schema verdeeld naar de classificatie van CPI artikelgroepen (ECOICOP groepen).
  • Voor enkele ECOICOP groepen vindt een verdere onderverdeling naar het laagste niveau plaats met behulp van diverse bronnen. Het gaat onder andere om het Budgetonderzoek en marktinformatie van derden. De bedragen op het laagste artikelgroep niveau worden vervolgens herschaald naar 100 000 punten.
  • Vervolgens worden de bestedingsaandelen van het jaar 2020 gewaardeerd tegen prijzen van december 2020 en weer herschaald naar 100 000 punten. Dit gebeurt omdat de CPI een kettingindex is, met december als schakelmaand. De bestedingsaandelen die zijn gebaseerd op het gemiddelde prijsniveau van 2020 worden zo representatief gemaakt voor het prijsniveau van de schakelmaand december 2020. Deze weegpunten (ook wel decembergewichten genoemd) worden gepubliceerd op StatLine. Voor het verslagjaar 2021 zijn er op het laagste publicatieniveau 219 artikelgroepen.

4.2 Coronacrisis

Normaal gesproken wijzigt het uitgavenpatroon van de consument geleidelijk. De coronacrisis heeft er echter toe geleid dat in 2020 het dagelijkse leven sterk veranderde en de consument gaf ook het geld anders uit: het gemiddelde mandje boodschappen veranderde sterk. De horeca werd gesloten, kappers gingen tijdelijk dicht en vakanties werden geannuleerd. In plaats daarvan werden meer spullen online, in supermarkten en bouwmarkten gekocht.

Door de rigoureuze verandering van de uitgaven van de consument was het nodig om sterkere wijzigingen door te voeren in de weging van de productgroepen. Als bronnen zijn hiervoor meerdere andere statistieken van het CBS gebruikt. Zo is de transactiedata van supermarkten en reisorganisaties gebruikt om het juiste consumptiepatroon te bepalen. Ook zijn gegevens van Nationale Rekeningen, tot en met het derde kwartaal van 2020 gebruikt om ontwikkelingen bij te stellen en in te schatten. Bij de publicatie van de CPI in februari 2021 waren de gegevens uit de Nationale Rekeningen over het vierde kwartaal van 2020 nog niet beschikbaar. Meer informatie over de keuzes die gemaakt zijn voor het vaststellen van de wegingen van 2021 staat in de publicatie: De gevolgen van de coronacrisis voor het wegingsschema van de CPI.

4.3 Kort- en langlopende reeksen in de CPI

De CPI is een kettingindex, waarbij het consumptiepakket van de CPI jaarlijks wordt aangepast. Dit betekent dat de langlopende reeks 2015=100 gebaseerd is op jaarlijks veranderende bestedingsaandelen.

Om de indexcijfers van de verschillende jaren (met verschillende bestedingsaandelen) aan elkaar te koppelen wordt de volgende werkwijze gehanteerd:

Voor alle CPI artikelgroepen worden zogenaamde kortlopende indexreeksen bepaald. Voor het verslagjaar 2021 beginnen deze kortlopende indexreeksen in december 2020 en lopen ze 13 maanden, dus tot en met december 2021. Bij de start van een kortlopende reeks staan alle indexen op 100 (de kortlopende decemberindex 2020 is gelijk aan 100).
Met behulp van deze kortlopende indexcijfers van de verschillende artikelgroepen worden iedere maand in 2021 de prijsveranderingen ten opzichte van december 2020 berekend.

Deze prijsveranderingen worden vervolgens vermenigvuldigd met de langlopende reeks voor iedere artikelgroep van de CPI in december 2020.

In formule:
CPI januari 2021 = (CPI december 2020) * (kortlopende CPI januari 2021)/(kortlopende CPI december 2020).

De kortlopende reeks

De gewichten die bij de berekening van de kortlopende indices voor 2021 worden gebruikt zijn de gewichten van het jaar 2020, gewaardeerd tegen het prijsniveau van december. Ook in de nieuwsberichten en op StatLine worden deze decembergewichten getoond en niet de jaargewichten.