Ontwikkeling statistiek over batterijen voor opslag van elektriciteit

3. Uitkomsten

De leidende variabele voor het beoordelen van de batterijen is doorgaans de opslagcapaciteit in MWh. Dat is de hoeveelheid stroom die een batterij kan opslaan. De uitkomsten worden hieronder besproken voor vier marktsegmenten: Thuisbatterijen (<0,02 MWh), het middensegment (tussen de 0,02 en 1 MWh), grote batterijen (>1 MWh) en mobiele batterijen.

3.1 Opgestelde capaciteit aan batterijen voor opslag elektriciteit eind 2024 (MWh)
Thuisbatterijen (<0,02MWh)400
Middensegment (0,02 tot 1 MWh)300
Grote batterijen (>1 MWh)600-900
Mobiele batterijen250
Totaal1 550-1 850

Batterijen < 0,02 MWh (thuisbatterijen)

DNE Research (2025) noemt dit de residentiële markt. Het gaat om batterijen die typisch in woningen worden geplaatst en die voldoende zijn om (een deel van) de dagelijkse fluctuaties van de productie van zonnestroom op te vangen. Volgens DNE Research waren er eind 2024 76 duizend residentiele systemen in gebruik met een totale opslagcapaciteit van 440 MWh. Gemiddeld gaat dit dan om ongeveer 6 kWh per batterijsysteem. In het register van netbedrijven (CERES) kunnen batterijen sinds kort ook geregistreerd worden. Dit register zit in de opstartfase en is nog verre van compleet. CBS heeft in september een afslag ontvangen uit dit register en op dat moment waren er ongeveer 5 duizend batterijen geregistreerd met een installatiedatum van 2024 of eerder en een capaciteit van gemiddeld ongeveer 10 kWh. 

Er waren in CERES in september 2025 8 duizend batterijen <0,02 MWh met een installatiedatum in 2025. DNE research voorspelt dat er in 2025 ongeveer 90 duizend batterijen < 0,02 MWh bijkomen. Het aantal in CERES geregistreerde thuisbatterijen is dus waarschijnlijk nog steeds veel kleiner dan schattingen via een enquête onder leveranciers. CERES is daarom nog niet geschikt is als basis voor inzicht in de totale markt van thuisbatterijen. Andere bronnen dan DNE Research en CERES zijn bij het CBS niet bekend.   

Batterijen tussen de 0,02 en 1 MWh (middensegment)

Volgens DNE Research was de opgestelde capaciteit van batterijen in middensegment eind 2024 iets minder dan 300 MWh. DNE Research noemt dit segment “utiliteit en industrie”. Volgens CERES was de opgestelde capaciteit van batterijen in dit segment eind 2024 gelijk aan 60 MWh , waarvan de helft ongeveer tussen de 0,02 en 0,1 MWh en de andere helft tussen de 0,1 en 1 MWh. Voltho geeft aan dat er eind 2024 60 MWh aan batterijcapaciteit was voor batterijen met een capaciteit tussen de 0,1 en 1 MWh.

Batterijen groter dan 1 MWh

Het CBS rapporteert voor batterijen groter dan 1 MWh een opgestelde capaciteit van 600 MWh met als peildatum eind 2024. Daarvan was tweederde meer dan 10MWh . Voltho komt substantieel hoger uit, op 900 MWh voor batterijen > 1 MWh, met eveneens tweederde groter dan 10 MWh. In CERES zijn nog in beperkte mate batterijen >1 MWh geregistreerd (8 MWh met startdatum 2024 of eerder). Het is onduidelijk waarom Voltho veel hoger uitkomt dan het CBS. Het zou goed kunnen dat CBS nog projecten gemist heeft. Wat ook kan spelen is dat er verschillen zijn in datum van in gebruik name. Zo kijkt CBS naar projecten die op 31 december 2024 actief in gebruik waren op basis van de enquête onder eigenaren of beheerders. Mogelijk komt Voltho op een andere manier aan informatie over de startdatum.

Mobiele batterijen

Mobiele batterijen zijn batterijen die niet op een vaste plek staan, maar bijvoorbeeld worden gebruikt bij festivals, bouwprojecten of nieuwbouwlocaties waar de capaciteit van de netaansluitingen tijdelijk nog niet voldoende is. Deze zullen niet in CERES geregistreerd worden. De totale capaciteit van deze batterijen is naar schatting 250 MWh, gebaseerd op een enquête van het CBS onder 14 exploitanten van mobiele batterijen. 

Toekomst van de dataverzameling

Zowel voor de grote als de kleine batterijen wordt een sterke groei voorzien (DNE Research, 2025). Het wordt dus steeds relevanter om goede statistieken te maken over batterijen, maar het wordt ook steeds lastiger gezien de toename van het aantal betrokken partijen en projecten. Idealiter komt er één centraal register wat het leeuwendeel van de markt waarneemt. Dat zou CERES kunnen zijn. Echter, daarvoor is het wel noodzakelijk dat de volledigheid nog sterk verbetert. Voor registratie van batterijen bij kleinverbruik aansluitingen lopen er acties om de zelfregistratie te verbeteren en netbeheerders zijn aan het nadenken hoe ze de registratie van batterijen bij grootverbruik aansluitingen kunnen verbeteren. Het is echter nog niet duidelijk wanneer deze acties tot voldoende resultaat leiden.

Voor de korte termijn is het waarschijnlijk dat andere databronnen benut zullen moeten worden. Voor kleine batterijen ligt het voor de hand om deze in kaart te brengen via leveranciers van deze systemen. Deze methode werd vroeger ook door het CBS gebruikt voor zonnestroomsystemen en gebruikt het CBS nog steeds voor warmtepompen en zonnewarmtesystemen. Momenteel wordt de dataverzameling volgens deze methode uitgevoerd door DNE Research.

Voor grote systemen is het aantal projecten een stuk kleiner en daarom wordt deze groep in kaart gebracht via inventarisatie op projectniveau. Er zijn diverse partijen die dit doen in Nederland. Helaas is het om verschillende redenen voor deze partijen lastig om data op microniveau met elkaar te delen, waardoor de mogelijkheden om elkaar te versterken en te controleren beperkt zijn. Gezien de grote verschillen en onzekerheid lijkt het wel verstandig om op korte termijn de samenwerking met commerciële partijen te blijven zoeken.