Personen met een uitkering; soort uitkering, wijken en buurten 2025

Personen met een uitkering; soort uitkering, wijken en buurten 2025

Wijken en buurten Perioden Regioaanduiding Gemeentenaam (naam) Personen per soort uitkering Werkloosheidsuitkering (aantal) Personen per soort uitkering Bijstandsuitkering (aantal) Personen per soort uitkering Arbeidsongeschiktheidsuitkering (aantal) Personen per soort uitkering AOW-uitkering (aantal) Personen per soort uitkering, relatief Werkloosheidsuitkering (% van het aantal inwoners vanaf 15 jaar) Personen per soort uitkering, relatief Bijstandsuitkering (% van het aantal inwoners vanaf 15 jaar) Personen per soort uitkering, relatief Arbeidsongeschiktheidsuitkering (% van het aantal inwoners vanaf 15 jaar) Personen per soort uitkering, relatief AOW-uitkering (% van het aantal inwoners vanaf 15 jaar) Inwoners Inwoners vanaf 15 jaar (aantal) Inwoners Inwoners vanaf 15 jr tot AOW-leeftijd (aantal) Inwoners Inwoners vanaf de AOW-leeftijd (aantal)
Rhoon-Zuidoost 2025 maart Albrandswaard 10 10 30 120 1 1 2 9 1.360 1.240 120
Rhoon-Zuidoost 2025 juni Albrandswaard 10 20 30 130 1 1 2 9 1.360 1.240 130
Daalmeer-Zuidoost 2025 maart Alkmaar 20 40 120 500 1 2 5 22 2.310 1.810 500
Daalmeer-Zuidoost 2025 juni Alkmaar 20 40 120 510 1 2 5 22 2.320 1.810 510
Aalderinkshoek Zuidoost 2025 maart Almelo 10 0 20 200 1 0 5 40 500 300 200
Aalderinkshoek Zuidoost 2025 juni Almelo 0 0 20 200 1 0 5 39 500 300 200
Schelfhorst Zuidoost 2025 maart Almelo 30 50 140 890 1 2 5 33 2.690 1.800 900
Schelfhorst Zuidoost 2025 juni Almelo 20 50 140 880 1 2 5 33 2.680 1.800 880
Centrum Stad Zuidoost 2025 maart Almere 10 10 30 80 2 1 5 14 580 500 80
Centrum Stad Zuidoost 2025 juni Almere 10 10 30 80 2 1 4 14 590 500 80
Danswijk Zuidoost 2025 maart Almere 10 10 50 60 1 1 5 6 950 900 60
Danswijk Zuidoost 2025 juni Almere 10 0 50 60 1 0 5 6 940 890 60
Parkwijk Zuidoost 2025 maart Almere 20 10 40 100 2 1 4 10 990 890 100
Parkwijk Zuidoost 2025 juni Almere 10 10 40 100 1 1 4 10 1.000 900 100
Tussen de Vaarten Z.- Zuidoost 2025 maart Almere 20 10 50 200 2 1 4 15 1.270 1.070 200
Tussen de Vaarten Z.- Zuidoost 2025 juni Almere 10 10 50 190 1 1 4 15 1.270 1.070 200
Muziekwijk N.-Zuidoost 2025 maart Almere 20 120 80 170 2 7 5 11 1.590 1.420 180
Muziekwijk N.-Zuidoost 2025 juni Almere 30 110 80 180 2 7 5 11 1.600 1.420 180
Sallandsekant Zuidoost 2025 maart Almere . . . . . . . . 0 0 0
Sallandsekant Zuidoost 2025 juni Almere . . . . . . . . 0 0 0
Faunabuurt Zuidoost 2025 maart Almere 10 10 30 90 1 1 4 10 890 810 90
Faunabuurt Zuidoost 2025 juni Almere 0 10 30 90 0 1 4 10 880 790 90
Zuidoost Alphen 2025 maart Alphen-Chaam 10 20 20 310 1 2 2 30 1.020 710 310
Zuidoost Alphen 2025 juni Alphen-Chaam 10 20 20 310 1 2 2 30 1.020 710 310
Leidsebuurt-Zuidoost 2025 maart Amsterdam 10 0 0 40 2 0 1 14 280 240 40
Leidsebuurt-Zuidoost 2025 juni Amsterdam 10 0 0 40 3 0 1 14 290 240 40
Minervahaven-Zuidoost 2025 maart Amsterdam . . . . . . . . 10 10 0
Minervahaven-Zuidoost 2025 juni Amsterdam . . . . . . . . 10 10 0
Spaarndammerbuurt-Zuidoost 2025 maart Amsterdam 10 50 40 150 1 5 5 16 910 760 150
Spaarndammerbuurt-Zuidoost 2025 juni Amsterdam 10 50 40 150 1 5 4 16 930 780 150
Frederik Hendrikbuurt 2025 maart Amsterdam 130 360 290 1.030 2 5 4 14 7.550 6.500 1.040
Frederik Hendrikbuurt 2025 juni Amsterdam 140 380 290 1.040 2 5 4 14 7.530 6.480 1.050
Frederik Hendrikbuurt-Noord 2025 maart Amsterdam 60 140 120 430 2 4 3 12 3.510 3.070 440
Frederik Hendrikbuurt-Noord 2025 juni Amsterdam 60 150 120 430 2 4 3 12 3.490 3.050 440
Frederik Hendrikbuurt-Zuidwest 2025 maart Amsterdam 10 40 50 310 1 4 4 27 1.150 840 310
Frederik Hendrikbuurt-Zuidwest 2025 juni Amsterdam 10 50 50 320 1 4 4 28 1.140 830 320
Frederik Hendrikbuurt-Zuidoost 2025 maart Amsterdam 60 180 120 290 2 6 4 10 2.890 2.590 300
Frederik Hendrikbuurt-Zuidoost 2025 juni Amsterdam 70 180 120 290 2 6 4 10 2.890 2.600 290
Slotermeer-Zuidoost 2025 maart Amsterdam 80 470 310 720 1 8 5 13 5.680 4.960 730
Slotermeer-Zuidoost 2025 juni Amsterdam 70 470 300 720 1 8 5 13 5.680 4.960 730
Osdorp-Zuidoost 2025 maart Amsterdam 40 110 170 750 1 3 5 21 3.600 2.840 760
Osdorp-Zuidoost 2025 juni Amsterdam 30 120 160 740 1 3 4 21 3.590 2.840 750
Nieuw-Sloten-Zuidoost 2025 maart Amsterdam 30 10 100 210 2 0 6 12 1.730 1.520 210
Nieuw-Sloten-Zuidoost 2025 juni Amsterdam 30 10 100 220 1 0 6 12 1.740 1.530 220
Buitenveldert-Zuidoost 2025 maart Amsterdam 40 80 80 690 1 2 2 20 3.520 2.800 720
Buitenveldert-Zuidoost 2025 juni Amsterdam 40 80 80 690 1 2 2 19 3.530 2.810 720
Oosterparkbuurt-Zuidoost 2025 maart Amsterdam 50 140 130 450 1 4 4 14 3.230 2.770 460
Oosterparkbuurt-Zuidoost 2025 juni Amsterdam 50 140 130 460 1 4 4 14 3.210 2.750 460
Banne-Zuidoost 2025 maart Amsterdam 50 190 230 660 1 6 7 19 3.500 2.840 660
Banne-Zuidoost 2025 juni Amsterdam 60 200 230 660 2 6 7 19 3.520 2.850 660
Hoofdcentrum-Zuidoost 2025 maart Amsterdam . . . . . . . . 20 20 0
Hoofdcentrum-Zuidoost 2025 juni Amsterdam . . . . . . . . 20 20 0
K-buurt-Zuidoost 2025 maart Amsterdam 20 30 40 50 2 3 4 5 1.070 1.030 50
K-buurt-Zuidoost 2025 juni Amsterdam 20 30 40 50 2 3 4 5 1.080 1.030 50
Zuidoost 2025 maart Apeldoorn 230 630 1.360 5.210 1 3 6 25 21.150 15.930 5.220
Zuidoost 2025 juni Apeldoorn 200 620 1.340 5.220 1 3 6 25 21.160 15.930 5.240
Pr. Hendrikpark 2025 maart Baarn 0 0 10 240 0 0 1 58 410 170 240
Pr. Hendrikpark 2025 juni Baarn 0 0 10 240 0 0 1 58 410 170 240
Meerwede Zuidoost 2025 maart Barendrecht 20 50 70 400 1 3 4 21 1.910 1.500 410
Meerwede Zuidoost 2025 juni Barendrecht 20 50 70 410 1 2 4 21 1.910 1.500 410
Prins Hendrik Stichting 2025 maart Bergen (NH.) 0 0 0 170 0 0 2 95 180 10 170
Prins Hendrik Stichting 2025 juni Bergen (NH.) 0 0 0 170 0 0 2 95 180 10 170
Broekvelden-Zuidoost 2025 maart Bodegraven-Reeuwijk 10 10 90 280 1 1 8 23 1.220 930 280
Broekvelden-Zuidoost 2025 juni Bodegraven-Reeuwijk 10 10 110 290 1 1 9 23 1.240 950 290
Reeuwijk-Brug-Zuidoost 2025 maart Bodegraven-Reeuwijk 10 0 10 170 1 0 1 35 490 320 170
Reeuwijk-Brug-Zuidoost 2025 juni Bodegraven-Reeuwijk 10 0 10 170 1 0 1 34 490 320 170
Verspr.h. ten zuidoosten van Hummelo 2025 maart Bronckhorst 0 0 10 30 1 0 4 18 160 140 30
Verspr.h. ten zuidoosten van Hummelo 2025 juni Bronckhorst 0 0 10 30 1 0 4 18 160 130 30
Hendrik en omgeving 2025 maart Brunssum . . . . . . . . 0 0 0
Hendrik en omgeving 2025 juni Brunssum . . . . . . . . 0 0 0
Centrum-Zuidoost 2025 maart Delft 10 0 10 110 1 0 1 16 700 580 110
Centrum-Zuidoost 2025 juni Delft 10 0 10 110 1 0 1 17 680 570 110
Wassinkbrink - zuidoost 2025 maart Doetinchem 0 0 0 20 1 0 4 24 70 50 20
Wassinkbrink - zuidoost 2025 juni Doetinchem 0 0 0 20 1 0 4 25 70 50 20
Wagenberg zuidoost 2025 maart Drimmelen 10 10 30 190 1 2 4 24 780 590 190
Wagenberg zuidoost 2025 juni Drimmelen 10 20 40 190 1 2 5 25 780 590 190
Zuidoost 2025 maart Duiven 50 90 190 970 1 2 5 25 3.860 2.890 970
Zuidoost 2025 juni Duiven 50 90 180 960 1 2 5 25 3.840 2.880 960
Bennekom-Zuidoost 2025 maart Ede 20 10 90 720 1 0 4 32 2.250 1.530 720
Bennekom-Zuidoost 2025 juni Ede 20 10 80 720 1 0 4 32 2.240 1.520 720
Wijk 07 's-Heer-Hendrikskinderen 2025 maart Goes 10 10 40 280 0 1 3 20 1.430 1.150 290
Wijk 07 's-Heer-Hendrikskinderen 2025 juni Goes 10 10 30 290 0 1 2 20 1.480 1.190 290
's-Heer-Hendrikskinderen 2025 maart Goes 10 10 30 260 0 1 3 25 1.040 780 260
's-Heer-Hendrikskinderen 2025 juni Goes 10 10 30 260 1 1 3 26 1.040 770 270
Verspr.h. ten N. v. 's-Heer-Hendrikskind 2025 maart Goes 0 0 10 20 0 3 7 18 100 80 20
Verspr.h. ten N. v. 's-Heer-Hendrikskind 2025 juni Goes 0 0 10 20 0 4 7 18 100 80 20
Verspr.h. ten Z. v. 's-Heer-Hendrikskind 2025 maart Goes 0 0 0 10 0 0 0 3 300 290 10
Verspr.h. ten Z. v. 's-Heer-Hendrikskind 2025 juni Goes 0 0 0 10 0 0 0 3 350 340 10
Prins Hendrikkwartier 2025 maart Gooise Meren 10 10 10 100 2 1 2 16 600 500 100
Prins Hendrikkwartier 2025 juni Gooise Meren 10 10 10 100 2 1 1 16 590 500 100
Zuidoost 2025 maart Groningen 30 40 70 650 1 1 2 19 3.390 2.730 660
Zuidoost 2025 juni Groningen 30 40 70 650 1 1 2 19 3.440 2.780 660
Hendrik-Ido-Ambacht 2025 maart Hendrik-Ido-Ambacht 220 420 1.010 5.110 1 2 4 19 26.440 21.310 5.130
Hendrik-Ido-Ambacht 2025 juni Hendrik-Ido-Ambacht 210 430 1.010 5.150 1 2 4 19 26.550 21.380 5.170
Graaf Hendrik- en Triangelpolder 2025 maart Steenbergen 0 0 0 20 1 0 1 14 150 130 20
Graaf Hendrik- en Triangelpolder 2025 juni Steenbergen 0 0 0 20 1 0 1 15 150 130 20
Prins Hendrikbuurt 2025 maart Zaanstad 30 50 160 460 1 2 6 18 2.510 2.050 460
Prins Hendrikbuurt 2025 juni Zaanstad 30 50 160 480 1 2 6 19 2.530 2.050 480
Bron: CBS.
Verklaring van tekens

Tabeltoelichting


Deze tabel bevat cijfers over het aantal personen met een sociale zekerheidsuitkering per gemeente, wijk en buurt (indeling 2025). Het betreft de personen met een uitkering voor arbeidsongeschiktheid, werkloosheid, ouderdom en bijstand. Het is mogelijk dat een persoon aanspraak maakt op meerdere uitkeringen.

Dat kunnen uitkeringen zijn van eenzelfde soort (bijvoorbeeld twee arbeidsongeschiktheidsuitkeringen: WIA, WAZ, Wajong of WAO) of uitkeringen van verschillend type (zoals een uitkering in het kader van de Werkloosheidswet (WW) en een bijstandsuitkering). In het laatste geval wordt de persoon bij beide soorten uitkeringen meegeteld. In het eerste geval slechts één keer (bij de arbeidsongeschiktheidsuitkeringen).

Gegevens beschikbaar vanaf: maart 2025.

Status van de cijfers:
De cijfers van 2025 zijn definitief

Wijzigingen per: 2 december 2025.
De cijfers ultimo maart 2025 zijn definitief geworden.
Toegevoegd zijn de definitieve cijfers ultimo juni 2025

Wanneer komen er nieuwe cijfers?
Nieuwe cijfers komen in: februari 2026

Toelichting onderwerpen

Regioaanduiding
De gemeenten in Nederland zijn onderverdeeld in wijken en buurten. Buurten vormen het laagste regionale niveau. Wijken zijn optellingen van één of meer aaneengesloten buurten. De gemeente bepaalt zelf de indeling in wijken en buurten. Het CBS coördineert landelijk deze indeling.

Wijk:
Onderdeel van een gemeente waarin een bepaalde vorm van bodemgebruik of bebouwing overheerst. Bijvoorbeeld: industriegebied, woongebied met hoogbouw of laagbouw. Een wijk bestaat uit één of meerdere buurten.

Buurt:
Onderdeel van een gemeente, dat vanuit bebouwingsoogpunt of sociaaleconomische structuur homogeen is afgebakend. Homogeen wil zeggen dat één functie dominant is, bijvoorbeeld woonfunctie (woongebied), werkfunctie (industriegebied) of recreatieve functie (natuurgebied). Functies kunnen echter ook gemengd voorkomen.
Gemeentenaam
De naam van de bestuurlijke gemeente. Deze naam volgt de officiële schrijfwijze.
Personen per soort uitkering
Het aantal personen dat een sociale zekerheidsuitkering ontvangt uitgesplitst naar de soort uitkering.
Het gaat hier om werkloosheidsuitkeringen, bijstandsuitkeringen, arbeidsongeschiktheidsuitkeringen en ouderdomsuitkeringen.

Het is mogelijk dat een persoon aanspraak maakt op meer dan één uitkering. Dat kunnen uitkeringen zijn van eenzelfde soort (bijvoorbeeld twee WAO-uitkeringen) of twee uitkeringen van verschillend type (zoals een WW en een bijstandsuitkering). In het laatste geval wordt de persoon bij beide soorten uitkeringen meegeteld. In het eerste geval slechts één keer (bij de WAO). Bij de totaaltellingen wordt de persoon uiteraard ook maar één keer geteld.

Algemene ouderdomswet (AOW)
De AOW is een algemene, de gehele bevolking omvattende, verplichte verzekering die personen met de AOW-gerechtigde leeftijd een inkomen garandeert. In het Nederlandse sociale zekerheidsstelsel is dit een volksverzekering. In principe is iedereen die nog niet de AOW-gerechtigde leeftijd heeft bereikt en in Nederland woont, verzekerd voor de AOW. Ook degenen die niet in Nederland wonen, maar in Nederland in dienstbetrekking arbeid verrichten waarover loonbelasting wordt betaald, zijn verzekerd. Voor perioden die men in het buitenland woont, kan men zich verzekeren tegen verlies van aanspraak op een AOW-uitkering. Een uitkering kan, binnen het kader van de wet Beperking export uitkeringen (wet BEU), naar het buitenland worden overgemaakt.

AOW-gerechtigde leeftijd (AOW-leeftijd)
De AOW-leeftijd is de leeftijd waarop het AOW-pensioen ingaat. Tot 2013 was de AOW-leeftijd 65 jaar. Hierna is de AOW-leeftijd gekoppeld aan de levensverwachting. De AOW-leeftijd is tot en met 2030 als volgt:
Tot 2013: 65 jaar
2013: 65 jaar en 1 maand
2014: 65 jaar en 2 maanden
2015: 65 jaar en 3 maanden
2016: 65 jaar en 6 maanden
2017: 65 jaar en 9 maanden
2018: 66 jaar
2019-2021: 66 jaar en 4 maanden
2022: 66 jaar en 7 maanden
2023: 66 jaar en 10 maanden
2024-2027: 67 jaar
2028-2030: 67 jaar en 3 maanden.
Werkloosheidsuitkering
Het aantal personen dat een uitkering ontvangt in het kader van de Werkloosheidswet (WW).
Bijstandsuitkering
Het aantal personen dat een uitkering ontvangt in het kader van de Participatiewet (PW).
Personen met een uitkering die verblijven in een instelling, de elders verzorgden, zijn niet inbegrepen. Ook dak- en thuislozen met bijstand zijn niet inbegrepen.

Participatiewet
De Participatiewet vervangt sinds 1 januari 2015 de Wet werk en bijstand (WWB), de Wet sociale werkvoorziening (Wsw) en een groot deel van de Wet werk en arbeidsondersteuning jonggehandicapten (wet Wajong).
Arbeidsongeschiktheidsuitkering
Het aantal personen dat een arbeidsongeschiktheidsuitkering ontvangt in het kader van de Wet op de arbeidsongeschiktheidsverzekering (WAO), de Wet arbeidsongeschiktheidsverzekering zelfstandigen (WAZ), de Wet werk en Inkomen naar arbeidsvermogen (WIA), de Wet arbeidsongeschiktheidsvoorziening jonggehandicapten (Wajong) en de Wet werk en arbeidsondersteuning jonggehandicapten (wet Wajong).

Het is mogelijk dat een persoon aanspraak maakt op meer dan één uitkering. Dat kunnen uitkeringen zijn van eenzelfde soort (bijvoorbeeld twee arbeidsongeschiktheidsuitkeringen: WIA, WAZ, Wajong of WAO) of twee uitkeringen van verschillend type (zoals een WW en een bijstandsuitkering). In het laatste geval wordt de persoon bij beide soorten uitkeringen meegeteld. In het eerste geval slechts één keer (bij de arbeidsongeschiktheidsuitkeringen).
AOW-uitkering
Het aantal personen dat een uitkering ontvangt in het kader van de Algemene ouderdomswet (AOW).

Algemene ouderdomswet (AOW)
De AOW is een algemene, de gehele bevolking omvattende, verplichte verzekering die personen met de AOW-gerechtigde leeftijd een inkomen garandeert. In het Nederlandse sociale zekerheidsstelsel is dit een volksverzekering. In principe is iedereen die nog niet de AOW-gerechtigde leeftijd heeft bereikt en in Nederland woont, verzekerd voor de AOW. Ook degenen die niet in Nederland wonen, maar in Nederland in dienstbetrekking arbeid verrichten waarover loonbelasting wordt betaald, zijn verzekerd. Voor perioden die men in het buitenland woont, kan men zich verzekeren tegen verlies van aanspraak op een AOW-uitkering. Een uitkering kan, binnen het kader van de wet Beperking export uitkeringen (wet BEU), naar het buitenland worden overgemaakt.

AOW-gerechtigde leeftijd (AOW-leeftijd)
De AOW-leeftijd is de leeftijd waarop het AOW-pensioen ingaat. Tot 2013 was de AOW-leeftijd 65 jaar. Hierna is de AOW-leeftijd gekoppeld aan de levensverwachting. De AOW-leeftijd is tot en met 2030 als volgt:
Tot 2013: 65 jaar
2013: 65 jaar en 1 maand
2014: 65 jaar en 2 maanden
2015: 65 jaar en 3 maanden
2016: 65 jaar en 6 maanden
2017: 65 jaar en 9 maanden
2018: 66 jaar
2019-2021: 66 jaar en 4 maanden
2022: 66 jaar en 7 maanden
2023: 66 jaar en 10 maanden
2024-2027: 67 jaar
2028-2030: 67 jaar en 3 maanden.
Personen per soort uitkering, relatief
Het aantal personen dat een uitkering ontvangt in het kader van de Werkloosheidwet, Bijstandswet, Arbeidsongeschiktheidswet en de Algemene Ouderdomswet in procenten van het aantal inwoners van 15 jaar en ouder per regio.

Algemene ouderdomswet (AOW)
De AOW is een algemene, de gehele bevolking omvattende, verplichte verzekering die personen met de AOW-gerechtigde leeftijd een inkomen garandeert. In het Nederlandse sociale zekerheidsstelsel is dit een volksverzekering. In principe is iedereen die nog niet de AOW-gerechtigde leeftijd heeft bereikt en in Nederland woont, verzekerd voor de AOW. Ook degenen die niet in Nederland wonen, maar in Nederland in dienstbetrekking arbeid verrichten waarover loonbelasting wordt betaald, zijn verzekerd. Voor perioden die men in het buitenland woont, kan men zich verzekeren tegen verlies van aanspraak op een AOW-uitkering. Een uitkering kan, binnen het kader van de wet Beperking export uitkeringen (wet BEU), naar het buitenland worden overgemaakt.

AOW-gerechtigde leeftijd (AOW-leeftijd)
De AOW-leeftijd is de leeftijd waarop het AOW-pensioen ingaat. Tot 2013 was de AOW-leeftijd 65 jaar. Hierna is de AOW-leeftijd gekoppeld aan de levensverwachting. De AOW-leeftijd is tot en met 2030 als volgt:
Tot 2013: 65 jaar
2013: 65 jaar en 1 maand
2014: 65 jaar en 2 maanden
2015: 65 jaar en 3 maanden
2016: 65 jaar en 6 maanden
2017: 65 jaar en 9 maanden
2018: 66 jaar
2019-2021: 66 jaar en 4 maanden
2022: 66 jaar en 7 maanden
2023: 66 jaar en 10 maanden
2024-2027: 67 jaar
2028-2030: 67 jaar en 3 maanden.
Werkloosheidsuitkering
Het aantal personen dat een uitkering ontvangt in het kader van de Werkloosheidswet (WW) in procenten van het aantal inwoners van 15 jaar en ouder.
Bijstandsuitkering
Het aantal personen dat een bijstandsuitkering in het kader van de Participatiewet (PW) ontvangt in procenten van het aantal inwoners van 15 jaar en ouder.
Personen met een uitkering die verblijven in een instelling, de elders verzorgden, zijn niet inbegrepen. Ook dak- en thuislozen met bijstand zijn niet inbegrepen.

Participatiewet
De Participatiewet vervangt per 1 januari 2015 de WWB, de Wet sociale werkvoorziening (Wsw) en een deel van de Wet Wajong.
De Participatiewet komt vrijwel overeen met de WWB, maar nog sterker wordt de nadruk gelegd op participatie aan het arbeidsproces.
Personen die door lichamelijke, verstandelijke of psychische aandoeningen alleen onder aangepaste omstandigheden kunnen werken vallen vanaf 1 januari 2015 onder de Participatiewet en niet meer onder de Wsw.
Ook jonggehandicapten die nog kunnen werken vallen vanaf die datum onder de Participatiewet en niet meer onder de Wet Wajong.
Arbeidsongeschiktheidsuitkering
Het aantal personen dat een arbeidsongeschiktheidsuitkering ontvangt in het kader van de Wet op de arbeidsongeschiktheidsverzekering (WAO), de Wet arbeidsongeschiktheidsverzekering zelfstandigen (WAZ), de Wet werk en Inkomen naar arbeidsvermogen (WIA), de Wet arbeidsongeschiktheidsvoorziening jonggehandicapten (Wajong) en de Wet werk en arbeidsondersteuning jonggehandicapten (wet Wajong) in procenten van het aantal inwoners van 15 jaar en ouder.

Het is mogelijk dat een persoon aanspraak maakt op meer dan één uitkering. Dat kunnen uitkeringen zijn van eenzelfde soort (bijvoorbeeld twee arbeidsongeschiktheidsuitkeringen: WIA, WAZ, Wajong of WAO) of twee uitkeringen van verschillend type (zoals een WW en een bijstandsuitkering). In het laatste geval wordt de persoon bij beide soorten uitkeringen meegeteld. In het eerste geval slechts één keer (bij de arbeidsongeschiktheidsuitkeringen).
AOW-uitkering
Het aantal personen dat een uitkering ontvangt in het kader van de Algemene ouderdomswet (AOW).

Algemene ouderdomswet (AOW)
De AOW is een algemene, de gehele bevolking omvattende, verplichte verzekering die personen met de AOW-gerechtigde leeftijd een inkomen garandeert. In het Nederlandse sociale zekerheidsstelsel is dit een volksverzekering. In principe is iedereen die nog niet de AOW-gerechtigde leeftijd heeft bereikt en in Nederland woont, verzekerd voor de AOW. Ook degenen die niet in Nederland wonen, maar in Nederland in dienstbetrekking arbeid verrichten waarover loonbelasting wordt betaald, zijn verzekerd. Voor perioden die men in het buitenland woont, kan men zich verzekeren tegen verlies van aanspraak op een AOW-uitkering. Een uitkering kan, binnen het kader van de wet Beperking export uitkeringen (wet BEU), naar het buitenland worden overgemaakt.

AOW-gerechtigde leeftijd (AOW-leeftijd)
De AOW-leeftijd is de leeftijd waarop het AOW-pensioen ingaat. Tot 2013 was de AOW-leeftijd 65 jaar. Hierna is de AOW-leeftijd gekoppeld aan de levensverwachting. De AOW-leeftijd is tot en met 2030 als volgt:
Tot 2013: 65 jaar
2013: 65 jaar en 1 maand
2014: 65 jaar en 2 maanden
2015: 65 jaar en 3 maanden
2016: 65 jaar en 6 maanden
2017: 65 jaar en 9 maanden
2018: 66 jaar
2019-2021: 66 jaar en 4 maanden
2022: 66 jaar en 7 maanden
2023: 66 jaar en 10 maanden
2024-2027: 67 jaar
2028-2030: 67 jaar en 3 maanden.
Inwoners
Het aantal inwoners van een gemeente, wijk en buurt.

Algemene ouderdomswet (AOW)
De AOW is een algemene, de gehele bevolking omvattende, verplichte verzekering die personen met de AOW-gerechtigde leeftijd een inkomen garandeert. In het Nederlandse sociale zekerheidsstelsel is dit een volksverzekering. In principe is iedereen die nog niet de AOW-gerechtigde leeftijd heeft bereikt en in Nederland woont, verzekerd voor de AOW. Ook degenen die niet in Nederland wonen, maar in Nederland in dienstbetrekking arbeid verrichten waarover loonbelasting wordt betaald, zijn verzekerd. Voor perioden die men in het buitenland woont, kan men zich verzekeren tegen verlies van aanspraak op een AOW-uitkering. Een uitkering kan, binnen het kader van de wet Beperking export uitkeringen (wet BEU), naar het buitenland worden overgemaakt.

AOW-gerechtigde leeftijd (AOW-leeftijd)
De AOW-leeftijd is de leeftijd waarop het AOW-pensioen ingaat. Tot 2013 was de AOW-leeftijd 65 jaar. Hierna is de AOW-leeftijd gekoppeld aan de levensverwachting. De AOW-leeftijd is tot en met 2030 als volgt:
Tot 2013: 65 jaar
2013: 65 jaar en 1 maand
2014: 65 jaar en 2 maanden
2015: 65 jaar en 3 maanden
2016: 65 jaar en 6 maanden
2017: 65 jaar en 9 maanden
2018: 66 jaar
2019-2021: 66 jaar en 4 maanden
2022: 66 jaar en 7 maanden
2023: 66 jaar en 10 maanden
2024-2027: 67 jaar
2028-2030: 67 jaar en 3 maanden.
Inwoners vanaf 15 jaar
Het aantal inwoners van 15 jaar en ouder.
Inwoners vanaf 15 jr tot AOW-leeftijd
Het aantal inwoners vanaf 15 jaar tot de AOW-leeftijd.

Algemene ouderdomswet (AOW)
De AOW is een algemene, de gehele bevolking omvattende, verplichte verzekering die personen met de AOW-gerechtigde leeftijd een inkomen garandeert. In het Nederlandse sociale zekerheidsstelsel is dit een volksverzekering. In principe is iedereen die nog niet de AOW-gerechtigde leeftijd heeft bereikt en in Nederland woont, verzekerd voor de AOW. Ook degenen die niet in Nederland wonen, maar in Nederland in dienstbetrekking arbeid verrichten waarover loonbelasting wordt betaald, zijn verzekerd. Voor perioden die men in het buitenland woont, kan men zich verzekeren tegen verlies van aanspraak op een AOW-uitkering. Een uitkering kan, binnen het kader van de wet Beperking export uitkeringen (wet BEU), naar het buitenland worden overgemaakt.

AOW-gerechtigde leeftijd (AOW-leeftijd)
De AOW-leeftijd is de leeftijd waarop het AOW-pensioen ingaat. Tot 2013 was de AOW-leeftijd 65 jaar. Hierna is de AOW-leeftijd gekoppeld aan de levensverwachting. De AOW-leeftijd is tot en met 2030 als volgt:
Tot 2013: 65 jaar
2013: 65 jaar en 1 maand
2014: 65 jaar en 2 maanden
2015: 65 jaar en 3 maanden
2016: 65 jaar en 6 maanden
2017: 65 jaar en 9 maanden
2018: 66 jaar
2019-2021: 66 jaar en 4 maanden
2022: 66 jaar en 7 maanden
2023: 66 jaar en 10 maanden
2024-2027: 67 jaar
2028-2030: 67 jaar en 3 maanden.
Inwoners vanaf de AOW-leeftijd
Het aantal inwoners vanaf de AOW-leeftijd.

Algemene ouderdomswet (AOW)
De AOW is een algemene, de gehele bevolking omvattende, verplichte verzekering die personen met de AOW-gerechtigde leeftijd een inkomen garandeert. In het Nederlandse sociale zekerheidsstelsel is dit een volksverzekering. In principe is iedereen die nog niet de AOW-gerechtigde leeftijd heeft bereikt en in Nederland woont, verzekerd voor de AOW. Ook degenen die niet in Nederland wonen, maar in Nederland in dienstbetrekking arbeid verrichten waarover loonbelasting wordt betaald, zijn verzekerd. Voor perioden die men in het buitenland woont, kan men zich verzekeren tegen verlies van aanspraak op een AOW-uitkering. Een uitkering kan, binnen het kader van de wet Beperking export uitkeringen (wet BEU), naar het buitenland worden overgemaakt.

AOW-gerechtigde leeftijd (AOW-leeftijd)
De AOW-leeftijd is de leeftijd waarop het AOW-pensioen ingaat. Tot 2013 was de AOW-leeftijd 65 jaar. Hierna is de AOW-leeftijd gekoppeld aan de levensverwachting. De AOW-leeftijd is tot en met 2030 als volgt:
Tot 2013: 65 jaar
2013: 65 jaar en 1 maand
2014: 65 jaar en 2 maanden
2015: 65 jaar en 3 maanden
2016: 65 jaar en 6 maanden
2017: 65 jaar en 9 maanden
2018: 66 jaar
2019-2021: 66 jaar en 4 maanden
2022: 66 jaar en 7 maanden
2023: 66 jaar en 10 maanden
2024-2027: 67 jaar
2028-2030: 67 jaar en 3 maanden.