Woonlasten huishoudens; kenmerken huishouden, woning, gemeente

Bekijk volledige tabel Download volledige dataset Toon toelichting
Regio's Aantal huishoudens (x 1 000) Gemiddelde woonlasten en woonquote Totale woonlasten (euro) Gemiddelde woonlasten en woonquote Netto woonlasten (euro) Gemiddelde woonlasten en woonquote Bijkomende woonlasten (euro) Gemiddelde woonlasten en woonquote Woonquote (%)
Nederland 1.220,1 580 434 147 33,4
Aa en Hunze 1,3 599 424 175 34,1
Aalburg . .
Aalsmeer 1,4 699 533 166 37,2
Aalten 1,4 601 457 144 34,0
Achtkarspelen 2,3 537 353 184 30,2
Alblasserdam 1,3 587 417 169 32,2
Albrandswaard 1,0 650 474 176 35,4
Alkmaar 8,1 538 405 133 32,1
Almelo 7,0 545 389 155 32,2
Almere 12,5 609 463 146 34,4
Alphen aan den Rijn 5,6 585 435 150 32,9
Alphen-Chaam 0,4 775 558 217 41,8
Altena 2,8 650 472 178 34,4
Ameland 0,2 712 513 199 40,5
Amersfoort 9,5 558 434 124 32,6
Amstelveen 5,4 762 611 151 40,4
Amsterdam 100,9 629 471 158 37,5
Apeldoorn 10,2 565 431 134 32,9
Appingedam . .
Arnhem 16,0 497 385 112 29,9
Assen 5,1 508 380 128 30,5
Asten 0,8 596 456 140 32,8
Baarle-Nassau 0,4 722 529 193 38,1
Baarn 1,3 630 469 162 35,9
Barendrecht 2,0 659 506 153 34,9
Barneveld 2,4 740 586 154 35,3
Bedum . .
Beek (L.) 1,0 576 423 152 32,9
Beekdaelen 2,1 619 428 191 35,3
Beemster . .
Beesel 0,8 549 413 135 30,6
Berg en Dal 2,5 568 412 157 33,1
Bergambacht . .
Bergeijk 0,7 674 506 168 37,9
Bergen (L.) 0,7 556 406 150 31,3
Bergen (NH.) 1,7 728 545 182 40,8
Bergen op Zoom 5,0 580 424 156 33,2
Berkelland 2,4 606 439 168 34,1
Bernheze 1,3 647 505 142 34,1
Best 1,4 621 471 149 34,5
Beuningen 1,4 594 450 144 33,4
Beverwijk 3,0 570 416 154 32,8
Binnenmaas . .
Bladel 0,9 626 473 153 35,5
Blaricum 0,6 1.019 784 235 45,1
Bleiswijk . .
Bloemendaal 1,0 1.067 848 219 48,4
Bodegraven-Reeuwijk 1,5 653 503 150 35,3
Boekel 0,4 630 473 157 35,8
Borger-Odoorn 1,6 589 410 179 32,2
Borne 1,1 591 437 155 32,7
Borsele 1,1 608 452 157 33,6
Boxmeer . .
Boxtel 1,8 576 436 139 31,7
Breda 12,4 577 436 141 33,8
Brielle . .
Bronckhorst 1,9 674 483 191 37,4
Brummen 1,2 579 432 147 31,8
Brunssum 2,6 529 382 147 31,6
Bunnik 0,6 704 542 161 38,3
Bunschoten 0,8 680 520 161 36,4
Buren 1,2 713 502 211 38,1
Capelle aan den IJssel 5,3 569 424 144 33,0
Castricum 1,4 650 492 158 35,8
Coevorden 2,4 562 401 161 31,9
Cranendonck 1,0 616 453 163 34,0
Cromstrijen . .
Cuijk . .
Culemborg 1,6 566 425 141 31,8
Dalfsen 1,3 633 477 156 35,8
Dantumadiel 1,5 522 376 146 28,8
De Bilt 2,3 685 512 173 37,4
De Fryske Marren 3,1 560 399 161 31,7
De Marne . .
De Ronde Venen 2,1 685 522 163 36,4
De Wolden 1,2 669 477 192 37,1
Delft 8,8 547 404 144 32,6
Delfzijl . .
Den Helder 4,6 511 363 147 30,8
Deurne 1,8 616 457 159 33,7
Deventer 7,5 552 406 146 32,6
Diemen 1,9 741 580 160 41,5
Dijk en Waard 3,9 569 447 121 32,3
Dinkelland 1,0 664 493 171 37,8
Doesburg 1,0 524 377 147 30,3
Doetinchem 4,3 561 408 152 33,0
Dongen 1,3 594 457 138 33,2
Dongeradeel . .
Dordrecht 9,5 553 398 154 32,9
Drechterland 1,0 620 423 198 35,1
Drimmelen 1,2 630 459 172 33,7
Dronten 2,2 612 454 159 33,4
Druten 1,0 628 478 150 34,6
Duiven 1,3 577 422 154 31,9
Echt-Susteren 1,9 585 437 148 33,2
Edam-Volendam 1,5 614 447 167 34,2
Ede 5,6 597 462 135 33,2
Eemnes 0,4 739 560 180 41,1
Eemsdelta 4,3 545 375 169 31,7
Bron: CBS
Verklaring van tekens

Tabeltoelichting


Deze tabel bevat cijfers over de woonlasten van particuliere huishoudens in een woonruimte met een woonfunctie in voorraad (exclusief studentenhuishoudens en andere huishoudens die een adres delen). De cijfers worden gepresenteerd voor zowel eigenaren als voor huurders van een woningcorporatie en huurders van een niet-woningcorporatie en kunnen verder worden uitgesplitst naar verschillende kenmerken van het huishouden en de woning.

Gegevens beschikbaar vanaf: 2018

Status van de cijfers:
De cijfers over verslagjaren 2018, 2019, 2020, 2021 en 2022 zijn definitief, de cijfers over verslagjaar 2023 zijn voorlopig.

Wijzigingen per 5 juni 2025:
De definitieve cijfers 2022 en de voorlopige cijfers 2023 zijn toegevoegd.

Wanneer komen er nieuwe cijfers?
De cijfers over verslagjaar 2024 komen beschikbaar in Q1 van 2026.

Toelichting onderwerpen

Aantal huishoudens
Gemiddelde woonlasten en woonquote
Totale woonlasten
Totale maandelijkse lasten die een huishouden kwijt is aan wonen. Naast de netto woonlasten van huurders en eigenaren zijn ook de bijkomende woonlasten meegenomen. Deze variabele is een aggregatie van de verschillende woonlasten bestanddelen.
Netto woonlasten
Bij huurders betreft dit de kale huur verminderd met de eventuele huurtoeslag. Bij eigenaren betreft dit de hypotheeklasten, maar ook de OZB belasting, opstalverzekering, onderhoudskosten en indien van toepassing de erfpacht.
Bijkomende woonlasten
Woonlasten die ieder zelfstandig huishouden heeft, zowel huurders als eigenaren. Dit betreft de belastingen geheven door de gemeenten en de openbare lichamen en de kosten van energie en waterverbruik.
Woonquote
Het percentage van het besteedbaar huishoudinkomen dat besteed wordt aan de totale woonlasten. Het gehanteerde inkomen bij de Woonbase betreft het betaalbudget. Het betaalbudget is het netto inkomen uit tegenwoordige of verleden arbeid, uit kapitaal en uitkeringen, dus na aftrek van belastingen en premies. In afwijking van het besteedbare inkomen worden hier geen uitgaven in verrekend (zoals betaalde hypotheekrente en premie zorgverzekering) en ook geen compensaties voor uitgaven (zoals toeslagen en belastingteruggave voor de eigen woning). De totale woonlasten van huishoudens bevat de netto woonlasten plus de bijkomende woonlasten.