Sociaal-economische status; scores per wijk en buurt, regio-indeling 2023

Sociaal-economische status; scores per wijk en buurt, regio-indeling 2023

Wijken en buurten Perioden Gestandaardiseerd inkomen 1e tot en met 40e percentielgroep (%) Gestandaardiseerd inkomen 41e tot en met 80e percentielgroep (%) Gestandaardiseerd inkomen 81e tot en met 100e percentielgroep (%) Gestandaardiseerd inkomen Gemiddelde percentielgroep (Getal) Arbeidsverleden Gepensioneerd (%)
Eilandengroepenbuurt 2022* 19,3 42,5 38,2 67,2 14,2
Beroepenbuurt 2022* 22,0 47,5 30,6 62,0 33,0
Diepenbrockbuurt 2022* 15,5 18,4 66,1 77,8 24,3
De Stoepen 2022* 14,2 61,0 24,8 64,3 16,5
Wijk 05 Lepelstraat 2022* 37,8 41,2 21,0 52,3 35,0
Lepelstraat 2022* 42,5 39,5 18,1 49,3 34,9
Diepenbuurt 2022* 60,8 34,6 4,6 35,6 12,3
Diepenveen 2022* 26,5 41,0 32,4 61,4 40,8
Dorp Diepenveen 2022* 26,7 41,4 31,9 61,3 41,5
Diepengoor 2022* 30,5 53,4 16,1 54,8 37,4
Diepenbroek 2022* 39,3 46,3 14,5 50,2 31,7
Genneperzijde 2022* 38,6 32,3 29,1 53,8 44,0
Siepelveen 2022* . . . . .
Schepenwijk 2022* . . . . .
Epe 2022* 36,5 44,5 19,1 52,4 36,3
Wijk 00 Epe 2022* 36,5 43,3 20,2 52,7 38,9
Epe Centrum 2022* 35,9 44,0 20,1 53,1 53,8
Epe Noord 2022* 20,3 39,1 40,6 67,5 50,1
Buitengebied Epe Noord 2022* 26,0 26,7 47,3 65,4 32,5
Buitengebied Epe West 2022* 17,6 47,9 34,5 64,4 39,3
Buitengebied Epe Oost 2022* 19,3 46,1 34,6 64,4 27,0
Woonschepenhaven 2022* . . . . .
Wijk 05 Epen 2022* 35,0 39,0 25,9 55,0 39,2
Epen 2022* 37,5 39,6 22,9 52,9 39,9
Eperheide 2022* . . . . .
Verspreide huizen Stepelo (gedeeltelijk) 2022* . . . . .
Schepenbuurt 2022* 69,1 24,7 6,1 32,9 30,1
Schouten en Schepenenbuurt 2022* 60,3 34,3 5,5 37,9 36,0
Stepekolk 2022* 19,5 42,2 38,3 66,1 11,5
De Buitenpepers 2022* 42,0 40,8 17,2 46,9 27,8
Wijk 05 Diepenheim 2022* 34,6 43,1 22,3 54,4 38,8
Diepenheim-Noord 2022* 39,3 44,1 16,6 50,6 40,4
Diepenheim-Zuid 2022* 35,5 43,7 20,8 53,6 43,7
Schepenwijk 2022* 37,4 54,3 8,3 48,2 28,9
Schepen 2022* . . . . .
Brunnepe 2022* 53,2 40,1 6,7 41,7 28,5
Beroepenbuurt 2022* 43,5 38,9 17,7 48,2 22,6
Schepenbuurt 2022* 81,3 17,4 1,3 24,7 11,7
Medemblik Schepenwijk 2022* 23,3 51,7 25,0 59,3 15,0
Koolenkampen en Iepenlaan 2022* 36,4 44,6 19,0 52,4 43,4
Ooyse Schependom 2022* 32,7 43,8 23,5 53,8 19,0
Peperkamp en De Enk 2022* 34,3 50,8 15,0 52,2 28,7
Wijk 03 Wesepe 2022* 22,9 47,4 29,7 61,1 26,3
Wesepe Kern 2022* 25,5 52,1 22,3 56,9 24,8
Buitengebied Wesepe 2022* 19,4 41,2 39,4 66,5 28,2
Verspreide huizen Diepenhoek 2022* 28,5 40,2 31,3 59,6 16,4
Wanneperveen 2022* 33,4 43,5 23,1 55,1 34,7
Wanneperveen 2022* 40,2 46,5 13,2 48,7 33,2
Buitengebied Wanneperveen 2022* 26,9 31,9 41,2 64,0 37,0
Bedrijventerrein Schepersven 2022* . . . . .
Bron: CBS.
Verklaring van tekens

Tabeltoelichting


Deze tabel bevat cijfers over de sociaal-economische status (SES-WOA) van gemeenten, wijken en buurten in Nederland. Deze status wordt beschreven in termen van de financiële welvaart, het opleidingsniveau en het recente arbeidsverleden van particuliere huishoudens op 1 januari van het verslagjaar. Voor alle gegevens, ongeacht verslagjaar, geldt dat de gemeente/wijk/buurt-indeling van 2023 is toegepast.

Gegevens beschikbaar vanaf: 2014

Status van de cijfers:
De cijfers over verslagjaar 2022 zijn voorlopig. De overige cijfers in deze tabel zijn definitief.

Wijzigingen per 23 mei 2024:
Geen, dit is een nieuwe tabel.

Wanneer komen er nieuwe cijfers?
Onregelmatig.

Toelichting onderwerpen

Gestandaardiseerd inkomen
Gestandaardiseerd inkomen
Het besteedbare inkomen van een huishouden bestaat uit het bruto-inkomen (inkomen uit arbeid, eigen onderneming en vermogen, uitkeringen en ontvangen overdrachten) verminderd met betaalde overdrachten (bijv. partneralimentatie), premies en belasting op inkomen en vermogen. Het besteedbaar inkomen wordt gestandaardiseerd door te corrigeren voor verschillen in grootte en samenstelling van het huishouden. Dit gebeurt door het huishoudensinkomen te delen door een equivalentiefactor die uitdrukt hoe groot het schaalvoordeel is bij het voeren van een gemeenschappelijke huishouding, gebaseerd op de uitgaven voor levensonderhoud (bestedingen). Hierbij is het eenpersoonshuishouden als norm gekozen.
1e tot en met 40e percentielgroep
1e tot en met 40e percentielgroep
De toekenning aan percentielgroepen is gebaseerd op alle particuliere huishoudens in Nederland. Deze worden van laag naar hoog gerangschikt op inkomen en vervolgens ingedeeld in honderd opeenvolgende groepen van gelijke omvang: de percentielgroepen. Voor huishoudens in de 1e t/m 40e percentielgroep geldt dus dat deze behoren tot de 40% huishoudens met het laagste inkomen. Nb. Studentenhuishoudens worden per definitie bij deze groep ingedeeld.

41e tot en met 80e percentielgroep
41e tot en met 80e percentielgroep
De toekenning aan percentielgroepen is gebaseerd op alle particuliere huishoudens in Nederland. Deze worden van laag naar hoog gerangschikt op inkomen en vervolgens ingedeeld in honderd opeenvolgende groepen van gelijke omvang: de percentielgroepen. Voor huishoudens in de 41e t/m 80e percentielgroep geldt dus dat 40% van de huishoudens een lager inkomen heeft en 20% van de huishoudens een hoger inkomen.
81e tot en met 100e percentielgroep
81 tot en met 100e percentielgroep
De toekenning aan percentielgroepen is gebaseerd op alle particuliere huishoudens in Nederland. Deze worden van laag naar hoog gerangschikt op inkomen en vervolgens ingedeeld in honderd opeenvolgende groepen van gelijke omvang: de percentielgroepen. Voor huishoudens in de 81e t/m 100e percentielgroep geldt dus dat deze behoren tot de 20% huishoudens met het hoogste inkomen.

Gemiddelde percentielgroep
Gemiddelde percentielgroep
De gemiddelde percentielgroep wordt berekend door de percentielgroepen waartoe de huishoudens in de regio behoren op te tellen en vervolgens te delen door het totaal aantal huishoudens in de regio.
Arbeidsverleden
Arbeidsverleden
Het recente arbeidsverleden geeft aan of een persoon in de afgelopen 4 jaren heeft gewerkt en wordt onderverdeeld in de gehele periode van 4 jaren gewerkt, een deel van deze periode gewerkt, niet gewerkt in de afgelopen 4 jaren en gepensioneerd. Het recente arbeidsverleden van een huishouden wordt bepaald op basis van het hoogste arbeidsverleden van de hoofdkostwinner en de eventuele partner op 31 december van het voorgaande verslagjaar. Een uitzondering wordt gevormd door de situatie waarin de hoofdkostwinner in het verslagjaar pensioen heeft als voornaamste persoonlijke inkomensbron. In dat geval wordt het huishouden getypeerd als “gepensioneerd”.
Gepensioneerd
Gepensioneerd
Hoofdkostwinner heeft pensioen als voornaamste persoonlijke inkomensbron.