Gezondheid en zorggebruik; persoonskenmerken
| Persoonskenmerken | Marges | Perioden | Beperkingen Personen met GALI beperking, 4 of ouder GALI beperking (%) | Beperkingen Personen met GALI beperking, 4 of ouder GALI beperking, ernstig (%) | Beperkingen Personen met GALI beperking, 4 of ouder GALI beperking, niet ernstig (%) | Beperkingen Beperkingen OESO, 12 jaar of ouder Personen met minstens 1 beperking (%) | Beperkingen Beperkingen OESO, 12 jaar of ouder Beperkingen per persoon (aantal) | Beperkingen Beperkingen OESO, 12 jaar of ouder Beperkingen per persoon met beperking (aantal) | Beperkingen Beperkingen OESO, 12 jaar of ouder Personen met beperking in horen (%) | Beperkingen Beperkingen OESO, 12 jaar of ouder Personen met beperking in zien (%) | Beperkingen Beperkingen OESO, 12 jaar of ouder Personen met beperking in bewegen (%) |
|---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|
| Gestandaardiseerd inkomen: 1e 20%-groep | Waarde | 2024 | 44,5 | 12,6 | 31,9 | 24,7 | 0,5 | 2,1 | 7,8 | 7,2 | 17,6 |
| Gestandaardiseerd inkomen: 1e 20%-groep | Ondergrens 95%-interval | 2024 | 41,4 | 10,7 | 29,1 | 22,0 | 0,4 | 1,9 | 6,2 | 5,6 | 15,3 |
| Gestandaardiseerd inkomen: 1e 20%-groep | Bovengrens 95%-interval | 2024 | 47,5 | 14,8 | 34,8 | 27,6 | 0,6 | 2,3 | 9,8 | 9,1 | 20,2 |
| Gestandaardiseerd inkomen: 2e 20%-groep | Waarde | 2024 | 39,2 | 7,2 | 32,0 | 20,2 | 0,4 | 2,0 | 6,2 | 4,0 | 15,5 |
| Gestandaardiseerd inkomen: 2e 20%-groep | Ondergrens 95%-interval | 2024 | 36,7 | 6,0 | 29,6 | 18,1 | 0,3 | 1,8 | 5,0 | 3,0 | 13,6 |
| Gestandaardiseerd inkomen: 2e 20%-groep | Bovengrens 95%-interval | 2024 | 41,7 | 8,6 | 34,5 | 22,5 | 0,5 | 2,1 | 7,6 | 5,2 | 17,5 |
| Gestandaardiseerd inkomen: 3e 20%-groep | Waarde | 2024 | 31,7 | 5,5 | 26,2 | 13,3 | 0,2 | 1,8 | 3,5 | 3,8 | 8,9 |
| Gestandaardiseerd inkomen: 3e 20%-groep | Ondergrens 95%-interval | 2024 | 29,6 | 4,5 | 24,3 | 11,7 | 0,2 | 1,6 | 2,7 | 3,0 | 7,6 |
| Gestandaardiseerd inkomen: 3e 20%-groep | Bovengrens 95%-interval | 2024 | 33,8 | 6,6 | 28,3 | 15,0 | 0,3 | 2,0 | 4,5 | 4,9 | 10,3 |
| Gestandaardiseerd inkomen: 4e 20%-groep | Waarde | 2024 | 27,6 | 3,8 | 23,8 | 7,5 | 0,1 | 1,9 | 2,2 | 3,0 | 4,5 |
| Gestandaardiseerd inkomen: 4e 20%-groep | Ondergrens 95%-interval | 2024 | 25,8 | 3,0 | 22,1 | 6,4 | 0,1 | 1,7 | 1,7 | 2,3 | 3,7 |
| Gestandaardiseerd inkomen: 4e 20%-groep | Bovengrens 95%-interval | 2024 | 29,5 | 4,7 | 25,7 | 8,8 | 0,2 | 2,2 | 3,0 | 3,8 | 5,5 |
| Gestandaardiseerd inkomen: 5e 20%-groep | Waarde | 2024 | 22,8 | 2,7 | 20,1 | 4,6 | 0,1 | 1,7 | 1,3 | 1,4 | 2,8 |
| Gestandaardiseerd inkomen: 5e 20%-groep | Ondergrens 95%-interval | 2024 | 21,2 | 2,1 | 18,5 | 3,8 | 0,1 | 1,5 | 0,9 | 1,0 | 2,2 |
| Gestandaardiseerd inkomen: 5e 20%-groep | Bovengrens 95%-interval | 2024 | 24,6 | 3,5 | 21,8 | 5,6 | 0,1 | 2,0 | 1,9 | 2,0 | 3,6 |
| Bron: CBS. | |||||||||||
Tabeltoelichting
Deze tabel bevat cijfers over de ervaren gezondheid en medische contacten van de Nederlandse bevolking vanaf 0 jaar in particuliere huishoudens. De cijfers kunnen worden uitgesplitst naar diverse persoonskenmerken.
Voor enkele onderwerpen geldt een afwijkende leeftijdsafbakening. Deze leeftijden worden bij de betreffende onderwerpen vermeld.
Gegevens beschikbaar vanaf: 2014
Status van de cijfers: definitief
Wijzigingen per 19 maart 2025
Cijfers over de periode 2024 werden toegevoegd.
De tabel werd uitgebreid met een aantal nieuwe variabelen.
Naast het percentage mensen met een (zeer) goede ervaren gezondheid wordt nu ook het percentage mensen dat "gaat wel" en (zeer) slecht antwoordt op de vraag naar ervaren gezondheid weergegeven.
Ook voor ervaren mondgezondheid is het percentage mensen dat "gaat wel" en (zeer) slecht antwoordt op de vraag naar ervaren mondgezondheid toegevoegd. Daarnaast is informatie over mondklachten (tand- of kiespijn en bloedend tandvlees) voor personen van 12 jaar of ouder toegevoegd. Voor mensen van 65 jaar of ouder is informatie over functionele klachten toegevoegd (kauwen van voedsel en doorslikken van voedsel).
Informatie over het poetsen van tanden/kiezen en informatie over flossen, stoken, ragen voor personen van 1 jaar of ouder is toegevoegd. Tenslotte is er een variabele “Contact tandarts en/of mondhygiënist ” toegevoegd en wordt ‘Contact mondhygiënist’ weergegeven voor de hele bevolking en niet meer vanaf 12 jaar of ouder.
Cijfers over het gemiddeld aantal ‘OESO-beperkingen per persoon in de bevolking’ en over het gemiddeld aantal ‘OESO- beperkingen per persoon met minstens 1 beperking’ voor onderwijsniveau, inkomen en vermogen in 2014 werden verbeterd.
Wijzigingen per 10 september 2024
De onderwerpmap ‘Mental Health Inventory (MHI-5), 12 plus’ werd toegevoegd. Binnen deze map staan twee onderwerpen. Ten eerste het nieuwe onderwerp ‘angst- of depressiegevoelens, afg 4 wk’. Ten tweede het onderwerp ‘psychische klachten, afgelopen 4 weken’. Dit laatste onderwerp was eerder in deze tabel te vinden onder de naam ‘psychische klachten (MHI-5<60), 12 plus’.
Verder werd onder de map ‘beperkingen’ de submap ‘personen met GALI-beperking, 4 jaar of ouder’ toegevoegd. In die submap zijn drie onderwerpen te vinden. Ten eerste het onderwerp ‘GALI-beperking’. Dit betreft de cijfers die eerder rechtstreeks onder de map ‘beperkingen’ waren te vinden onder de naam ‘Personen met GALI beperking, 4 of ouder’. Ten tweede het nieuwe onderwerp ‘GALI beperking, ernstig’. En ten derde het nieuwe onderwerp ‘GALI beperking, niet ernstig’.
Wanneer komen er nieuwe cijfers?
In maart 2026 verschijnen de cijfers over verslagjaar 2025.
Toelichting onderwerpen
- Beperkingen
- Beperkingen
Er worden 3 indicatoren voor lichamelijke beperkingen berekend:
a De OESO-indicator voor personen van 12 jaar of ouder en
b De ADL-indicator voor personen vanaf 55 jaar en.
c de iADL-indicator voor personen vanaf 55 jaar.
Daarnaast wordt een globale vraag over beperkingen gesteld (GALI-indicator).- Personen met GALI beperking, 4 of ouder
- Percentage personen dat vanwege problemen met de gezondheid sinds 6 maanden of langer beperkt is in activiteiten die mensen / kinderen gewoonlijk doen. Hieronder vallen zowel de mensen die aangeven dat ze ‘ernstig beperkt’ zijn als de mensen die aangeven dat ze ‘wel beperkt maar niet ernstig’ zijn.
Deze internationaal gebruikte en afgestemde indicator voor gezondheidsbeperking wordt de GALI-indicator genoemd. GALI staat voor Global Activity Limitation Indicator. Deze indicator wordt bepaald voor personen van 4 jaar of ouder.
In 2014 en vanaf 2019 wordt deze indicator bepaald aan de hand van 2 vragen, in de periode 2015 tot en met 2018 zijn beide vragen in 1 vraag gecombineerd. Dit lijkt de uitkomst echter niet of nauwelijks te hebben beïnvloed.- GALI beperking
- Percentage personen van 4 jaar of ouder met een GALI beperking
- GALI beperking, ernstig
- Percentage personen van 4 jaar of ouder met een ernstige beperking volgens de GALI indicator. Deze mensen hebben aangegeven ernstig beperkt te zijn in activiteiten die mensen/kinderen gewoonlijk doen.
- GALI beperking, niet ernstig
- Percentage personen van 4 jaar of ouder met een GALI beperking maar aangeven dat deze beperking niet ernstig is.
- Beperkingen OESO, 12 jaar of ouder
- De OESO-indicator (Organisatie voor Economische Samenwerking en Ontwikkeling) is gebaseerd op de volgende 7 vragen over vaardigheden die mensen normaal kunnen doen, zo nodig met hulpmiddelen zoals een bril of hoorapparaat. Het gaat niet om tijdelijke problemen.
1. Een gesprek volgen in een groep van drie of meer personen (zo nodig met hoorapparaat)
2. Met één andere persoon een gesprek voeren (zo nodig met hoorapparaat)
3. Kleine letters in de krant lezen (zo nodig met bril of contactlenzen)
4. Op een afstand van 4 meter het gezicht van iemand herkennen (zo nodig met bril of contactlenzen)
5. Een voorwerp van 5 kilo, bijv. een volle boodschappentas 10 meter dragen
6. Rechtop staand kunnen bukken en iets van de grond oppakken
7. 400 meter aan een stuk lopen zonder stil te staan (zo nodig met stok)
Antwoordcategorieën op deze vragen zijn: zonder moeite; met enige moeite; met grote moeite; kan niet. Deze vragen worden gesteld aan personen van 12 jaar of ouder.- Personen met minstens 1 beperking
- Percentage personen met minstens 1 OESO-beperking. Een respondent heeft een beperking als hij of zij op minstens één van de 7 vragen met 'kan niet' of 'met grote moeite' antwoordt.
- Beperkingen per persoon
- Het gemiddeld aantal OESO-beperkingen per persoon in de bevolking van 12 jaar of ouder, gemeten met behulp van de OESO-indicator.
- Beperkingen per persoon met beperking
- Het gemiddeld aantal OESO- beperkingen per persoon met minstens 1 beperking, gemeten met behulp van de OESO-indicator.
- Personen met beperking in horen
- Percentage personen van 12 jaar of ouder met de antwoordcategorie 'ja, met grote moeite' of 'nee, dat kan ik niet' op minstens 1 van de 2 vragen naar beperkingen in horen (volgens de OESO indicator).
- Personen met beperking in zien
- Percentage personen van 12 jaar of ouder met de antwoordcategorie 'ja, met grote moeite' of 'nee, dat kan ik niet' op minstens 1 van de 2 vragen naar beperkingen in zien (volgens de OESO indicator).
- Personen met beperking in bewegen
- Percentage personen van 12 jaar of ouder met de antwoordcategorie 'ja, met grote moeite' of 'nee, dat kan ik niet' op minstens 1 van de 3 vragen naar beperkingen in bewegen (volgens de OESO indicator).