Arbeidsdeelname; wijken en buurten, 2020

Arbeidsdeelname; wijken en buurten, 2020

Geslacht Leeftijd Wijken en buurten Arbeidsdeelname Beroeps- en niet-beroepsbevolking (aantal) Arbeidsdeelname Werkzame beroepsbevolking (aantal) Arbeidsdeelname Netto arbeidsparticipatie (%) Positie in de werkkring Werknemer Werknemer (% van de werkzame bevolking) Positie in de werkkring Werknemer Werknemer met vaste arbeidsrelatie (% van de werkzame bevolking) Positie in de werkkring Werknemer Werknemer met flexibele arbeidsrelatie (% van de werkzame bevolking) Positie in de werkkring Zelfstandige (% van de werkzame bevolking )
Totaal mannen en vrouwen 15 tot 75 jaar Wijk 00 Velsen-Zuid en Driehuis 3.420 2.320 68 75 55 19 25
Totaal mannen en vrouwen 15 tot 25 jaar Wijk 00 Velsen-Zuid en Driehuis 500 310 62 95 16 79 5
Totaal mannen en vrouwen 25 tot 45 jaar Wijk 00 Velsen-Zuid en Driehuis 660 600 91 82 66 16 18
Totaal mannen en vrouwen 25 tot 35 jaar Wijk 00 Velsen-Zuid en Driehuis 240 210 89 83 56 27 17
Totaal mannen en vrouwen 35 tot 45 jaar Wijk 00 Velsen-Zuid en Driehuis 420 390 93 81 71 11 19
Totaal mannen en vrouwen 45 tot 55 jaar Wijk 00 Velsen-Zuid en Driehuis 670 600 91 69 61 8 31
Totaal mannen en vrouwen 45 tot 75 jaar Wijk 00 Velsen-Zuid en Driehuis 2.250 1.410 63 67 59 8 33
Totaal mannen en vrouwen 55 tot 65 jaar Wijk 00 Velsen-Zuid en Driehuis 800 670 83 71 65 6 29
Totaal mannen en vrouwen 65 tot 75 jaar Wijk 00 Velsen-Zuid en Driehuis 780 140 18 . . . .
Mannen 15 tot 75 jaar Wijk 00 Velsen-Zuid en Driehuis 1.690 1.210 72 69 50 19 31
Mannen 15 tot 25 jaar Wijk 00 Velsen-Zuid en Driehuis 270 170 63 92 14 78 8
Mannen 25 tot 45 jaar Wijk 00 Velsen-Zuid en Driehuis 310 280 93 80 64 16 20
Mannen 25 tot 35 jaar Wijk 00 Velsen-Zuid en Driehuis 120 100 . . . . .
Mannen 35 tot 45 jaar Wijk 00 Velsen-Zuid en Driehuis 190 180 95 81 71 10 19
Mannen 45 tot 55 jaar Wijk 00 Velsen-Zuid en Driehuis 320 300 94 60 56 5 40
Mannen 45 tot 75 jaar Wijk 00 Velsen-Zuid en Driehuis 1.110 760 68 60 53 6 40
Mannen 55 tot 65 jaar Wijk 00 Velsen-Zuid en Driehuis 400 360 91 66 61 5 34
Mannen 65 tot 75 jaar Wijk 00 Velsen-Zuid en Driehuis 390 90 24 . . . .
Vrouwen 15 tot 75 jaar Wijk 00 Velsen-Zuid en Driehuis 1.730 1.110 64 81 60 20 19
Vrouwen 15 tot 25 jaar Wijk 00 Velsen-Zuid en Driehuis 230 140 61 . . . .
Vrouwen 25 tot 45 jaar Wijk 00 Velsen-Zuid en Driehuis 350 320 90 84 67 17 16
Vrouwen 25 tot 35 jaar Wijk 00 Velsen-Zuid en Driehuis 120 110 . . . . .
Vrouwen 35 tot 45 jaar Wijk 00 Velsen-Zuid en Driehuis 230 210 91 82 70 12 18
Vrouwen 45 tot 55 jaar Wijk 00 Velsen-Zuid en Driehuis 350 300 87 78 67 11 22
Vrouwen 45 tot 75 jaar Wijk 00 Velsen-Zuid en Driehuis 1.140 650 57 75 66 9 25
Vrouwen 55 tot 65 jaar Wijk 00 Velsen-Zuid en Driehuis 400 300 75 77 70 8 23
Vrouwen 65 tot 75 jaar Wijk 00 Velsen-Zuid en Driehuis 390 50 12 . . . .
Bron: CBS.
Verklaring van tekens

Tabeltoelichting


Deze tabel bevat jaarcijfers over de arbeidsdeelname en de positie in de werkkring van de werkzame beroepsbevolking in Nederland op wijk- en buurtniveau. De bevolking van 15 tot 75 jaar wordt ingedeeld in de werkzame, werkloze en de niet-beroepsbevolking. Van de bevolking van 15 tot 75 jaar (excl. de institutionele bevolking) wordt het aantal en het percentage weergegeven dat behoort tot de werkzame beroepsbevolking. Voor de bevolking met betaald werk wordt het percentage werknemers en zelfstandigen weergegeven. Voor de verschillende indelingen is een uitsplitsing naar geslacht en leeftijd beschikbaar. De indeling naar wijken en buurten is gebaseerd op de woongemeenten van 1 januari 2020.

Gegevens beschikbaar vanaf: 2020

Status van de cijfers:
De cijfers zijn definitief.

Wijzigingen per 31 januari 2023:
De definitieve cijfers zijn toegevoegd.

Wanneer komen er nieuwe cijfers?
De voorlopige cijfers over 2021 zijn in januari 2023 gepubliceerd in een nieuwe tabel.

Toelichting onderwerpen

Arbeidsdeelname
Beroeps- en niet-beroepsbevolking
Personen die tot de werkzame, de werkloze of de niet-beroepsbevolking behoren.
Werkzame beroepsbevolking
Personen die betaald werk hebben.
Netto arbeidsparticipatie
Het aandeel van de werkzame beroepsbevolking in de bevolking (beroeps- en niet-beroepsbevolking).

Deze definitie heeft betrekking op personen die in Nederland wonen (exclusief de institutionele bevolking). De gegevens worden meestal gepresenteerd voor de bevolking van 15 tot 75 jaar.
Positie in de werkkring
Werknemer
Een persoon die in een arbeidsovereenkomst afspraken met een economische eenheid maakt om arbeid te verrichten waartegenover een financiële beloning staat.

Als een persoon meer dan één baan of werkkring heeft, dan wordt uitgegaan van de baan of werkkring waaraan de meeste tijd wordt besteed.
Werknemer
Een persoon die in een arbeidsovereenkomst afspraken met een economische eenheid maakt om arbeid te verrichten waartegenover een financiële beloning staat.

Als een persoon meer dan één baan of werkkring heeft, dan wordt uitgegaan van de baan of werkkring waaraan de meeste tijd wordt besteed.
Werknemer met vaste arbeidsrelatie
Een werknemer met een arbeidsovereenkomst voor onbepaalde tijd én een vast aantal uren per week.

Als een persoon meer dan één baan of werkkring heeft, dan wordt uitgegaan van de baan of werkkring waaraan de meeste tijd wordt besteed.

Werknemer met flexibele arbeidsrelatie
Een werknemer met een arbeidsovereenkomst voor bepaalde tijd óf een flexibel aantal uren per week.

Tot de werknemers met een flexibele arbeidsrelatie behoren:
- Werknemer tijdelijk, uitzicht op vast
- Werknemer tijdelijk >=1 jaar
- Werknemer tijdelijk <1 jaar
- Oproep/-invalkracht
- Uitzendkracht
- Werknemer vast, geen vaste uren
- Werknemer tijdelijk, geen vaste uren

Als een persoon meer dan één baan of werkkring heeft, dan wordt uitgegaan van de baan of werkkring waaraan de meeste tijd wordt besteed.
Zelfstandige
Een persoon die voor eigen rekening of risico arbeid verricht
- in een eigen bedrijf of praktijk (zelfstandig ondernemer),
- als directeur-grootaandeelhouder (dga),
- in het bedrijf of de praktijk van een gezinslid (meewerkend gezinslid), of
- als overige zelfstandige.

Als een persoon meer dan één baan of werkkring heeft, dan wordt uitgegaan van de baan of werkkring waaraan de meeste tijd wordt besteed.