Kerncijfers wijken en buurten 2020

Kerncijfers wijken en buurten 2020

Wijken en buurten Regioaanduiding Soort regio (omschrijving) Inkomen Inkomen van personen Gemiddeld inkomen per inkomensontvanger  (x 1 000 euro) Inkomen Inkomen van personen Gemiddeld inkomen per inwoner  (x 1 000 euro) Inkomen Inkomen van huishoudens Gem. gestandaardiseerd inkomen van huish (x 1 000 euro) Inkomen Inkomen van huishoudens Huish. onder of rond sociaal minimum (%) Motorvoertuigen Personenauto's Personenauto's; brandstoftype Personenauto's; brandstof benzine (aantal) Motorvoertuigen Personenauto's Personenauto's; brandstoftype Personenauto's; overige brandstof (aantal) Motorvoertuigen Personenauto's Personenauto's per huishouden (per huishouden)
Nederland Land 34,3 27,9 32,1 6,8 6.883.820 1.700.575 1,1
Aa en Hunze Gemeente 33,9 28,2 33,4 4,7 11.085 3.560 1,3
Wijk 00 Annen Wijk 35,9 29,5 34,8 3,9 1.605 430 1,3
Annen Buurt 35,3 28,9 34,3 3,8 1.535 405 1,3
Verspreide huizen Annen Buurt 48,5 43,1 . . 70 30 1,5
Wijk 01 Eext Wijk 34,1 28,5 33,8 4,5 640 225 1,4
Eext Buurt 33,6 27,8 33,3 4,9 560 195 1,4
Verspreide huizen Eext Buurt 37,4 33,7 . . 80 30 1,3
Wijk 02 Anloo Wijk 35,0 29,5 33,0 10,0 190 75 1,3
Anloo Buurt 35,9 30,5 34,8 7,2 145 55 1,4
Verspreide huizen Anloo Buurt . 26,7 . . 45 20 1,2
Wijk 03 Gasteren Wijk 39,5 35,6 40,6 3,4 195 70 1,5
Gasteren Buurt 39,9 36,4 41,1 2,3 195 70 1,5
Verspreide huizen Gasteren Buurt . . . . 0 0 .
Wijk 04 Anderen Wijk 39,7 34,2 42,3 6,0 120 45 1,6
Anderen Buurt 39,4 34,1 . . 120 45 1,8
Verspreide huizen Anderen Buurt . . . . 0 0 .
Wijk 05 Schipborg Wijk 41,0 34,5 41,4 3,6 280 110 1,4
Schipborg Buurt 40,8 34,6 41,3 3,2 270 100 1,5
Verspreide huizen Schipborg Buurt . . . . 10 10 .
Wijk 06 Eexterveen Wijk 39,4 31,0 37,5 1,1 215 80 1,6
Eexterveen Buurt 39,3 30,8 37,3 1,2 210 75 1,6
Verspreide huizen Eexterveen Buurt . . . . 5 0 .
Wijk 07 Spijkerboor Wijk 32,4 29,3 . . 75 20 1,5
Spijkerboor Buurt 32,4 29,3 . . 75 20 1,5
Verspreide huizen Spijkerboor Buurt . . . . 0 0 .
Wijk 08 Nieuw-Annerveen Wijk . 35,1 . . 50 20 .
Nieuw-Annerveen Buurt . . . . 50 20 .
Verspreide huizen Nieuw-Annerveen Buurt . . . . 0 0 .
Wijk 09 Oud-Annerveen Wijk 35,8 29,6 . . 55 30 1,6
Oud-Annerveen Buurt 36,6 30,0 . . 55 30 1,7
Verspreide huizen Oud-Annerveen Buurt . . . . 0 0 .
Wijk 11 Annerveenschekanaal Wijk 34,9 29,4 33,6 1,7 195 70 1,5
Annerveenschekanaal Buurt 34,9 29,3 33,6 1,7 195 70 1,5
Verspreide huizen Annerveenschekanaal Buurt . . . . 0 0 .
Wijk 12 Eexterveenschekanaal Wijk 29,3 24,0 28,6 3,6 125 45 1,4
Eexterveenschekanaal Buurt 29,6 24,1 29,2 3,7 120 45 1,5
Verspreide huizen Eexterveenschekanaal Buurt . . . . 5 0 .
Wijk 13 Eexterzandvoort Wijk 38,3 34,0 . . 65 25 1,5
Eexterzandvoort Buurt . . . . 60 20 .
Verspreide huizen Eexterzandvoort Buurt . . . . 5 5 .
Wijk 14 Gasselte Wijk 32,1 27,3 32,1 5,1 900 275 1,3
Gasselte Buurt 31,8 26,9 32,0 5,1 735 210 1,3
Kostvlies Buurt 40,9 34,0 . . 65 30 1,6
Verspreide huizen Gasselte Buurt 29,0 25,6 29,2 5,2 100 35 1,0
Wijk 15 Gasselternijveen Wijk 27,7 22,4 27,9 8,6 830 230 1,3
Gasselternijveen Buurt 27,5 22,3 27,8 8,8 810 220 1,3
Gasselterboerveen Buurt . . . . 20 10 .
Verspreide huizen Gasselternijveen Buurt . . . . 0 0 .
Wijk 16 Gasselternijveenschemond Wijk 31,4 26,1 32,2 5,2 300 80 1,3
Gasselternijveenschemond Buurt 31,4 26,3 30,8 5,5 285 75 1,3
Gasselterboerveenschemond Buurt . . . . 15 5 .
Verspr.h. Gasselternijveenschemond Buurt . . . . 5 0 .
Wijk 17 Gieten Wijk 33,0 27,3 32,0 4,6 2.115 675 1,2
Gieten Buurt 32,9 27,2 32,0 4,5 2.055 625 1,2
Verspreide huizen Gieten Buurt 36,3 30,7 . . 60 50 1,4
Wijk 18 Gieterveen Wijk 31,8 26,4 32,3 4,9 535 210 1,4
Gieterveen Buurt 31,2 25,0 31,1 6,1 295 110 1,4
Bonnerveen Buurt . . . . 40 15 .
Nieuwediep Buurt 30,9 25,7 32,4 2,0 120 50 1,7
Verspreide huizen Gieterveen Buurt 32,7 29,6 . . 80 35 1,3
Wijk 19 Rolde Wijk 33,8 28,7 33,5 4,4 1.940 580 1,2
Rolde Buurt 32,4 27,6 32,2 4,7 1.615 440 1,2
Ballo Buurt 37,5 33,6 . . 55 20 1,1
Nijlande Buurt . . . . 45 15 .
Deurze Buurt . . . . 30 20 .
Verspreide huizen Nooitgedacht Buurt 39,4 31,7 35,4 4,3 135 55 1,3
Verspreide huizen Rolde Buurt 41,6 36,3 . . 55 30 1,5
Wijk 20 Grolloo Wijk 36,1 29,9 35,8 4,6 455 195 1,3
Grolloo Buurt 37,2 30,7 35,9 3,8 270 100 1,4
Schoonloo Buurt 33,4 27,5 . . 75 30 1,2
Verspreide huizen Papenvoort Buurt . . . . 30 10 .
Verspreide huizen Grolloo Buurt 35,4 30,8 38,4 4,8 85 55 1,3
Wijk 21 Ekehaar Wijk 37,1 30,2 38,1 1,5 190 80 1,4
Ekehaar Buurt 38,0 31,1 37,4 0,9 105 35 1,3
Amen Buurt . . . . 40 20 .
Verspreide huizen Ekehaar Buurt 36,0 27,7 . . 50 30 1,5
Aalsmeer Gemeente 38,9 31,3 38,9 3,5 14.725 2.225 1,3
Wijk 00 Aalsmeer Wijk 37,2 31,1 39,1 4,3 5.860 835 1,2
Centrum Buurt 41,3 34,7 40,7 4,0 1.165 155 1,0
Stommeer Buurt 35,5 29,6 36,3 5,1 2.940 380 1,2
Hornmeer Buurt 34,7 28,9 35,0 3,4 1.250 205 1,3
Uiterweg Buurt 44,5 37,3 66,7 1,9 500 95 1,5
Wijk 01 Kudelstraat en Kalslagen Wijk 38,0 30,2 37,7 3,1 4.220 500 1,2
Kudelstaart Buurt 38,0 30,2 37,7 3,1 4.220 500 1,2
Wijk 02 Oosteinde Wijk 42,2 32,5 39,8 2,9 4.400 780 1,4
Bovenlanden Buurt 36,9 31,4 38,5 2,8 585 100 1,7
Greenpark Buurt 38,2 30,4 40,8 0,6 455 150 1,9
Oosteinde Buurt 43,3 32,6 39,6 3,2 3.100 465 1,3
Schinkelpolder Buurt 45,2 38,0 42,9 3,2 255 70 1,7
Aalten Gemeente 29,6 24,4 31,2 4,0 12.430 1.860 1,2
Wijk 01 Buitengebied Aalten Wijk 30,7 25,3 35,8 4,4 1.905 415 1,5
Barlo-Kern Buurt 25,3 22,5 . . 60 15 .
Verspreide huizen Barlo Buurt 30,5 25,3 40,7 3,6 200 50 1,5
Verspreide huizen Heurne Buurt 30,4 26,2 36,2 3,6 165 30 1,4
Verspreide huizen IJzerlo Buurt 31,9 25,7 34,2 6,3 225 50 1,6
IJzerlo-kern Buurt 28,6 23,1 . . 80 10 1,6
Lintelo-kern Buurt 33,5 28,5 . . 85 20 1,6
Verspreide huizen ten westen van Aalten Buurt 27,8 23,3 38,8 8,0 95 30 1,2
Verspreide huizen Lintelo Buurt 29,1 23,7 34,0 6,2 305 70 1,5
Bron: CBS.
Verklaring van tekens

Tabeltoelichting


Overzicht van statistische gegevens van gemeenten, wijken en buurten in Nederland.

Gegevens beschikbaar over: 2020.

Status van de cijfers:
Definitief, tenzij in de toelichting bij het onderwerp expliciet is vermeld dat het voorlopige cijfers betreft.

Wijzigingen per december 2022
Binnen het thema inkomen zijn definitieve cijfers toegevoegd. Binnen het thema motorvoertuigen zijn de gegevens vanaf 2020 herzien. Deze zijn nu berekend op basis van de nieuwe verbeterde selectiemethode, waarbij alleen voertuigen zijn meegenomen, die op basis van verzekering, deel mochten nemen aan het verkeer. Voorheen werden ook enkele niet-verzekerde voertuigen meegenomen. In paragraaf 4 staat een koppeling naar het methoderapport waarin de verschillen tussen de oude en nieuwe selectiemethode worden uitgelegd en gekwantificeerd.

Wijzigingen per september 2022
Binnen het thema bevolking zijn gecorrigeerde cijfers toegevoegd. De correctie is het gevolg van een wijziging in de methode van afronden. Deze afronding hoort aselect te zijn, wat onafhankelijk en willekeurig gebeurt. Dit was niet geheel het geval, omdat door een fout in de toepassing van de methode de cijfers vaker naar beneden dan naar boven werden afgerond. Bij het maken van tellingen over afgeronde aantallen gaf dit in sommige gevallen een vertekend beeld.
De cijfers, met uitzondering van relatieve cijfers, zijn voor wijken en buurten gecorrigeerd. De correctie heeft geen gevolgen voor de landelijke of gemeentelijke aantallen met betrekking tot de genoemde onderwerpen. De correctie heeft ook geen gevolgen voor aantallen van andere onderwerpen in de tabel.

Wijzigingen per juni 2022
Binnen de thema’s bedrijfsvestigingen en motorvoertuigen zijn definitieve cijfers toegevoegd. Met ingang van verslagjaar 2020 zijn ook gegevens van bedrijfsvestigingen actief in de sectoren Overheid, Onderwijs en Zorg opgenomen. Daardoor is het begrip ‘Bedrijfsvestigingen totaal’ (totaal van alle in de tabel opgenomen bedrijfsactiviteiten) niet vergelijkbaar met eerdere jaren.

Wanneer komen er nieuwe cijfers?
Elk kwartaal worden er nieuwe cijfers toegevoegd indien deze beschikbaar zijn.

Toelichting onderwerpen

Regioaanduiding
De gemeenten in Nederland zijn onderverdeeld in wijken en buurten. Buurten vormen het laagste regionale niveau. Wijken zijn optellingen van één of meer aaneengesloten buurten. De gemeente bepaalt zelf de indeling in wijken en buurten. Het CBS coördineert landelijk deze indeling.

Wijk:
Onderdeel van een gemeente, bestaande uit één of meerdere buurten. Vaak komt een wijk overeen met een woonplaats of een deel van een grotere woonplaats.

Buurt:
Onderdeel van een wijk, die vanuit bebouwingsoogpunt of sociaaleconomische structuur homogeen is afgebakend. Homogeen wil zeggen dat één functie dominant is, bijvoorbeeld woonfunctie (woongebied), werkfunctie (industriegebied) of recreatieve functie (natuurgebied). Functies kunnen echter ook gemengd voorkomen.

Soort regio
De gekozen regioaanduiding betreft: Gemeente, Wijk of Buurt.
Inkomen
Deze variabelen geven informatie over het persoonlijk inkomen van personen in particuliere huishoudens waarvan het inkomen is waargenomen en het inkomen van particuliere huishoudens met een waargenomen inkomen. De gegevens komen uit de Integrale Inkomens- en Vermogensstatistiek (IIVS) met als populatie de bevolking van Nederland op 1 januari van het verslagjaar met het inkomen over het verslagjaar.

De Integrale Inkomens- en Vermogensstatistiek van het CBS is voornamelijk gebaseerd op registers afkomstig van het Ministerie van Financiën (de fiscale registers) en de bevolkingsregisters van de Nederlandse gemeenten (Basisregistratie personen). De Basisregistratie personen is een register waarin alle inwoners van een gemeente behoren te zijn ingeschreven. Uitgezonderd zijn:
- Inwoners van Nederland die gebruik maken van uitzonderingsregels die gelden met betrekking tot opneming in de bevolkingsregisters (niet-Nederlandse diplomaten en niet-Nederlandse NAVO militairen). Zij mogen zelf bepalen of zij in de bevolkingsregisters ingeschreven worden of niet.
- Asielzoekers die korter dan zes maanden in de centrale opvang verblijven en nog geen verblijfsvergunning hebben gekregen.
Inkomen van personen
De doelpopulatie bestaat uit personen behorende tot particuliere huishoudens waarvan het inkomen is waargenomen.

De inkomensgegevens zijn gebaseerd op het persoonlijk inkomen. Dit omvat de volgende bestanddelen van het bruto-inkomen van een persoon:
- inkomen uit arbeid;
- inkomen uit eigen onderneming;
- uitkering inkomensverzekeringen;
- uitkering sociale voorzieningen (met uitzondering van kinderbijslag).
Gemiddeld inkomen per inkomensontvanger 
Het rekenkundig gemiddeld persoonlijk inkomen per persoon op basis van personen met persoonlijk inkomen die deel uitmaken van particuliere huishoudens.
De waarde is vermeld bij minimaal 2.500 personen met persoonlijk inkomen in particuliere huishoudens per regio.

Gemiddeld inkomen per inwoner 
Het rekenkundig gemiddeld persoonlijk inkomen per persoon op basis van de totale bevolking in particuliere huishoudens.
De waarde is vermeld bij minimaal 2.500 personen in particuliere huishoudens per regio.
Inkomen van huishoudens
De doelpopulatie bestaat uit particuliere huishoudens waarvan het inkomen is waargenomen.
Gem. gestandaardiseerd inkomen van huish
Het besteedbaar inkomen gecorrigeerd voor verschillen in grootte en samenstelling van het huishouden. Deze correctie vindt plaats met behulp van equivalentiefactoren. In de equivalentiefactor komen de schaalvoordelen tot uitdrukking die het gevolg zijn van het voeren van een gemeenschappelijke huishouding. Met behulp van de equivalentiefactoren worden alle inkomens herleid tot het inkomen van een eenpersoonshuishouden. Op deze wijze zijn de welvaartsniveaus van huishoudens onderling vergelijkbaar gemaakt. Het gestandaardiseerd inkomen is een maat voor de welvaart van (de leden van) een huishouden.


Huish. onder of rond sociaal minimum
Huishoudens onder of rond het sociaal minimum.
Bij de bepaling van het sociaal minimum is van de particuliere huishoudens een aantal groepen niet meegenomen. Dit betreft enerzijds studentenhuishoudens en anderzijds huishoudens met een onvolledig jaarinkomen. De doelpopulatie bestaat dan ook uit particuliere huishoudens waarvan de hoofdkostwinner (of eventuele partner) het gehele jaar inkomen heeft en niet afhankelijk is van studiefinanciering.

Het sociaal minimum is het wettelijk bestaansminimum zoals dat in de politieke besluitvorming is vastgesteld. Om te kunnen beoordelen hoe het inkomen zich verhoudt tot het minimum, is aan de hand van de regelgeving vastgesteld welke norm voor het desbetreffende huishouden van toepassing is. De norm voor een (echt)paar met uitsluitend minderjarige kinderen is bijvoorbeeld gelijkgesteld aan de bijstandsuitkering van een echtpaar, aangevuld met de (leeftijdsafhankelijke) kinderbijslag. Bij 65-plussers is het bedrag aan AOW-pensioen als norm gekozen.
Het waargenomen inkomen van huishoudens, die uitsluitend op een bijstandsuitkering zijn aangewezen, wijkt in veel gevallen in geringe mate af van de vastgestelde normbedragen. Zouden de normbedragen als inkomensgrens worden gehanteerd, dan komt een deel van deze huishoudens met hun inkomen net boven het sociale minimum uit. Daarom is niet 100%, maar 101% van het sociaal minimum als inkomensgrens gehanteerd.
Het percentage is vermeld bij minimaal 100 particuliere huishoudens behorende tot de doelpopulatie per regio.

Motorvoertuigen
De motorvoertuigen betreffen personenauto's, bedrijfsauto’s en motortweewielers op 1 januari. Tot en met 2019 werden ook enkele niet-verzekerde voertuigen meegenomen. Vanaf 2020 zijn de cijfers berekend op basis van een nieuwe verbeterde selectiemethode, waarbij alleen voertuigen zijn meegenomen die op basis van verzekering deel mochten nemen aan het verkeer.
Aanhangwagens en opleggers zijn niet meegerekend.
De gegevens zijn ontleend aan de Statistiek van de Motorvoertuigen. Deze gegevens zijn gebaseerd op de kentekenregistratie van de Rijksdienst voor het Wegverkeer (RDW). Met behulp van deze registratie zijn tellingen gemaakt van alle voertuigen met actuele, houderschapsplichtige kentekens die op 1 januari in het kentekenbestand voorkomen.
Het aantal geregistreerde motorvoertuigen is inclusief voertuigen van lease- en verhuurbedrijven. Deze motorvoertuigen staan geregistreerd op het adres van het lease- of verhuurbedrijf. De motorvoertuigen die staan ingeschreven op postbusadressen zijn niet meegeteld bij de aantallen van de wijken en buurten, maar wel in de gemeentelijke totalen. De wijken en buurten tellen daarom niet altijd op tot gemeenten. De gemeentelijke totalen komen overeen met de Regionale Kerncijfers Nederland.
Personenauto's
Personenauto's; brandstoftype
Personenauto's; brandstof benzine
Het aantal personenauto's rijdend op benzine.
Personenauto's; overige brandstof
Het aantal personenauto's met overige brandstof. Hieronder vallen: diesel, LPG, elektriciteit (incl. Hybride), waterstof, alcohol, LNG en CNG.
Personenauto's per huishouden
Het aantal personenauto's per (particulier) huishouden op 1 januari. De personenauto's worden regionaal ingedeeld met behulp van de kentekenregistratie. Personenauto's die geregistreerd staan op het adres van het lease- of verhuurbedrijf vertekenen daarom de autodichtheid per huishouden. Zie de tabeltoelichting voor een verwijzing naar een andere StatLinetabel met cijfers waarin de voertuigen op naam van rechtspersonen (bedrijven) buiten beschouwing zijn gelaten, om deze vertekening van de cijfers door grote verhuur- en leasebedrijven te voorkomen. Het aantal personenauto's per huishouden is vermeld bij minimaal 50 huishoudens en bij een waarde van maximaal 2,5 personenauto’s per huishouden.