Elektriciteitsbalans; aanbod en verbruik

Elektriciteitsbalans; aanbod en verbruik

Perioden Bruto productie (mln kWh) Eigen verbruik bij elektr.productie (mln kWh) Netto productie Netto productie, totaal (mln kWh) Netto productie Kernenergie (mln kWh) Netto productie Brandstoffen Brandstoffen, totaal (mln kWh) Netto productie Brandstoffen Kolen (mln kWh) Netto productie Brandstoffen Olieproducten (mln kWh) Netto productie Brandstoffen Aardgas (mln kWh) Netto productie Brandstoffen Biomassa (mln kWh) Netto productie Brandstoffen Overige brandstoffen (niet-hernieuwbaar) (mln kWh) Netto productie Waterkracht (mln kWh) Netto productie Windenergie Windenergie, totaal (mln kWh) Netto productie Windenergie Windenergie op land (mln kWh) Netto productie Windenergie Windenergie op zee (mln kWh) Netto productie Zonnestroom (mln kWh) Netto productie Overige bronnen (mln kWh) Invoer Invoer, totaal (mln kWh) Invoer België (mln kWh) Invoer Denemarken (mln kWh) Invoer Duitsland (mln kWh) Invoer Verenigd Koninkrijk (mln kWh) Invoer Noorwegen (mln kWh) Uitvoer Uitvoer, totaal (mln kWh) Uitvoer België (mln kWh) Uitvoer Denemarken (mln kWh) Uitvoer Duitsland (mln kWh) Uitvoer Verenigd Koninkrijk (mln kWh) Uitvoer Noorwegen (mln kWh) Distributieverliezen (mln kWh) Netto verbruik (berekend) (mln kWh)
2023 januari* 10.439 265 10.173 361 6.269 1.438 132 3.795 762 142 12 3.147 2.041 1.106 342 42 2.129 433 297 1.100 45 255 2.082 768 100 609 534 72 458 9.763
2023 oktober* 9.672 240 9.432 355 4.939 944 122 3.161 577 136 1 3.064 1.762 1.301 1.033 40 1.890 329 304 812 180 265 1.837 700 76 765 278 19 417 9.068
2023 november* 9.761 219 9.543 348 5.135 1.043 122 3.228 623 120 3 3.525 2.070 1.455 494 38 1.887 306 150 1.155 107 168 1.501 634 104 332 389 42 431 9.497
2023 december* 10.595 211 10.384 303 5.785 997 111 3.936 614 126 1 3.982 2.384 1.598 273 39 1.811 425 191 958 128 108 1.862 674 187 568 249 184 451 9.881
2023* 122.337 2.585 119.751 3.767 65.424 10.138 1.516 45.037 7.147 1.586 68 28.885 17.423 11.462 21.173 434 19.547 4.395 2.552 8.115 1.560 2.924 25.206 8.405 1.744 10.032 4.355 671 4.818 109.274
2024 januari* 11.712 248 11.464 362 6.766 1.119 107 4.939 471 129 3 3.792 2.186 1.606 502 40 1.616 342 110 936 98 131 2.293 943 123 748 360 120 454 10.333
Bron: CBS.
Verklaring van tekens

Tabeltoelichting


Deze tabel geeft het aanbod van elektriciteit weer. Uit het aanbod wordt het verbruik berekend. Het aanbod van elektriciteit betreft de productie plus invoer minus uitvoer. Het grootste deel van de geproduceerde elektriciteit wordt afgeleverd aan het openbare elektriciteitsnet door bijvoorbeeld elektriciteitscentrales en windmolens. Een kleiner deel wordt door bedrijven zelf opgewekt ten bate van hun eigen bedrijfsprocessen. Zo wekken veel tuinders zelf elektriciteit op voor de belichting van hun kassen.

De netto productie wordt bepaald als bruto productie minus het eigen verbruik van elektriciteit. Het eigen verbruik is de hoeveelheid elektriciteit die een producent of installatie verbruikt bij de elektriciteitsproductie. De netto productie wordt in deze tabel uitgesplitst naar de volgende energiebronnen waaruit de elektriciteit wordt geproduceerd: kernenergie, kolen, olieproducten, aardgas, biomassa, overige brandstoffen (niet-hernieuwbaar), waterkracht, windenergie, zonnestroom en overige bronnen.

De in- en uitvoer wordt nader uitgesplitst naar het land van herkomst of bestemming.

Het totale netto verbruik van elektriciteit in Nederland wordt berekend als de netto productie plus de invoer verminderd met de uitvoer en de distributieverliezen.

Gegevens beschikbaar vanaf:
Volledige gegevens per maand zijn beschikbaar vanaf 2015. Vanaf 1936 per jaar en vanaf 1976 per maand zijn alleen de totale productie, invoer en uitvoer bekend.

Status van de cijfers:
- tot en met 2021 definitief;
- 2022 zijn nader voorlopig;
- 2023 en 2024 is voorlopig.

Wijzigingen per 29 maart 2024:
Cijfers over januari 2024 zijn toegevoegd.


Wijzigingen per 14 november 2023:
De cijfers van 2015 t/m 2020 zijn gereviseerd. De verbeterde analysemethode zorgt voor sommige jaren voor verschuivingen in de maandcijfers, deze zijn het duidelijkst in 2018. Hier zijn er relatief grote verschillen zichtbaar op maandbasis van maximaal 15% op jaarbasis blijven de cijfers echter constant.
De cijfers van 2021 t/m 2023 zijn geactualiseerd. De status van de cijfers van 2021 zijn nu definitief.


Wanneer komen er nieuwe cijfers?
Voorlopige cijfers: de tweede maand na afloop van de verslagperiode.
Nader voorlopige cijfers: uiterlijk in december van het jaar volgend op het verslagjaar.
Definitieve cijfers: uiterlijk in december van het tweede jaar volgend op het verslagjaar.

Toelichting onderwerpen

Bruto productie
De totale hoeveelheid opgewekte elektriciteit in Nederland. Dit is zonder aftrek van het eigen verbruik van de installaties waarmee de elektriciteit is geproduceerd.
Eigen verbruik bij elektr.productie
De hoeveelheid elektriciteit die een producent of installatie verbruikt bij de elektriciteitsproductie.
Netto productie
De totale hoeveelheid opgewekte elektriciteit in Nederland minus het eigen verbruik van de installaties waarmee de elektriciteit is geproduceerd.
Netto productie, totaal
Kernenergie
Energie die vrijkomt bij splitsing of fusie van atoomkernen. Door verhitting van water wordt deze energie omgezet in stoom onder hoge druk. Vervolgens kan met deze stoom elektriciteit worden opgewekt met behulp van een stoomturbine.
Brandstoffen
Stof waaruit door middel van verbranding energie wordt gewonnen.
Brandstoffen, totaal
Kolen
Kool bestaat uit steenkool, bruinkool en koolproducten. Steenkool en bruinkool zijn vaste fossiele brandstoffen die bestaan uit verkoolde plantenresten. Het verkolen is een gevolg van langdurige blootstelling aan hoge temperatuur en druk. De belangrijkste koolproducten in Nederland zijn cokesovencokes, cokesovengas, hoogovengas en steenkoolteer. Voor elektriciteitsproductie wordt in Nederland gebruik gemaakt van steenkool (ketelkool), cokesovengas en hoogovengas.
Olieproducten
Vloeibare en gasvormige brandstoffen gemaakt uit aardoliegrondstoffen zoals ruwe olie en aardgascondensaat. Voorbeelden van aardolieproducten zijn benzine, gasolie/diesel, kerosine, zware stookolie, LPG, nafta en olierestgassen. Voor elektriciteitsproductie wordt in Nederland gebruik gemaakt van olierestgassen en een klein beetje andere olieproducten.
Aardgas
Gas van natuurlijke oorsprong dat vooral bestaat uit methaan. Het ontstaat bij hetzelfde proces dat tot de vorming van aardolie leidt. Voor vervoer over lange afstanden per schip wordt aardgas vloeibaar gemaakt.
Biomassa
Plantaardig of dierlijk materiaal van recente oorsprong in gebruik voor de productie van energie. Voorbeelden zijn hout, mest en afval uit de voedselverwerkende industrie.
Overige brandstoffen (niet-hernieuwbaar)
Het niet-hernieuwbare deel van huishoudelijk en industrieel afval.
Waterkracht
Energie, opgewekt met behulp van vallend of stromend water.
Windenergie
Windenergie, totaal
Energie, opgewekt met een windmolen of windturbine.
Windmolens staan op land of in binnenwateren of op zee. Windmolens geplaatst in binnenwateren, zoals het IJsselmeer, worden gerekend bij windenergie op land.

Het op zee plaatsen van windmolens is veel duurder dan op land. Daar staat tegenover dat het op zee harder waait en dat de landschappelijke inpasbaarheid vaak als minder problematisch wordt ervaren.
Windenergie op land
Windenergie afkomstig van windmolens op land.

Ook de windmolens geplaatst in binnenwateren, zoals het IJsselmeer, vallen hieronder.
Windenergie op zee
Energie afkomstig van windmolens op zee.

In het najaar van 2006 is het eerste windpark op zee in gebruik genomen.
Zonnestroom
Zonnestraling omgezet in elektriciteit. Ook bekend als fotovoltaïsch opgewekte zonne-energie.
Overige bronnen
Bijvoorbeeld expansieturbines (waarin gassen onder hoge druk uitzetten, waardoor de turbine elektriciteit produceert), (rest)stoom, voedingwater.
Invoer
Elektriciteit die via het hoogspanningsnet het land binnenkomt. Nederland heeft rechtstreekse verbindingen met België, Duitsland, het Verenigd Koninkrijk, Noorwegen en Denemarken.
Invoer, totaal
België
Denemarken
Duitsland
Verenigd Koninkrijk
Noorwegen
Uitvoer
Elektriciteit die via het hoogspanningsnet het land uitgaat. Nederland heeft rechtstreekse verbindingen met België, Denemarken, Duitsland, Engeland en Noorwegen.
Uitvoer, totaal
België
Denemarken
Duitsland
Verenigd Koninkrijk
Noorwegen
Distributieverliezen
Elektriciteit die verloren gaat. Dit betreft de totale netverliezen, dus het fysieke verlies door het transport van elektriciteit en het administratieve verlies door fraude, meetfouten en onvolkomenheden in de administratie.
Netto verbruik (berekend)
Het totale netto verbruik van elektriciteit in Nederland wordt berekend als de netto productie plus de invoer verminderd met de uitvoer en de distributieverliezen.