Regionale kerncijfers; nationale rekeningen

Regionale kerncijfers; nationale rekeningen

Regio's Perioden Bbp (marktprijzen) (mln euro) Bbp per inwoner (euro) Bbp, volumemutaties (%) Bruto toegevoegde waarde, volumemutaties (%) Toegevoegde waarde (bruto, basisprijzen) (mln euro) Beloning van werknemers (mln euro) Arbeidsjaren Arbeidsjaren totaal (x 1 000) Arbeidsjaren Arbeidsjaren werknemers (x 1 000) Arbeidsjaren Arbeidsjaren zelfstandigen (x 1 000) Werkzame personen Werkzame personen totaal (x 1 000) Werkzame personen Werknemers (x 1 000) Werkzame personen Zelfstandigen (x 1 000) Gewerkte uren Gewerkte uren totaal (mln uren) Gewerkte uren Gewerkte uren werknemers (mln uren) Gewerkte uren Gewerkte uren zelfstandigen (mln uren)
Nederland 2015 690.008 40.733 2,0 1,7 620.835 330.267 7.014,7 5.820,0 1.194,7 8.807,6 7.315,4 1.492,2 12.558,6 9.918,0 2.640,6
Nederland 2016 708.337 41.593 2,2 2,0 634.824 340.586 7.159,4 5.929,5 1.229,9 8.943,2 7.425,3 1.517,9 12.853,9 10.140,5 2.713,4
Nederland 2017 738.146 43.088 2,9 2,9 661.566 352.818 7.340,3 6.080,5 1.259,8 9.156,9 7.615,3 1.541,7 13.156,5 10.388,6 2.767,9
Groningen (PV) 2015 24.958 42.749 -5,3 -5,5 22.456 9.450 215,8 177,3 38,5 277,1 227,7 49,4 381,3 295,4 85,9
Groningen (PV) 2016 23.460 40.195 2,2 2,0 21.025 9.864 222,5 183,2 39,3 284,4 234,4 50,0 393,4 305,7 87,7
Groningen (PV) 2017 24.036 41.210 -0,4 -0,4 21.542 10.160 227,0 187,2 39,8 291,8 241,6 50,1 402,6 314,2 88,5
Fryslân (PV) 2015 18.208 28.179 -1,4 -1,7 16.383 8.789 228,5 176,3 52,2 297,5 232,5 65,1 412,2 294,7 117,5
Fryslân (PV) 2016 18.430 28.509 1,2 0,9 16.517 9.120 234,4 181,1 53,3 303,1 237,5 65,7 423,7 303,5 120,2
Fryslân (PV) 2017 19.101 29.519 1,4 1,4 17.119 9.369 238,2 184,1 54,1 307,5 241,4 66,1 429,7 308,0 121,6
Drenthe (PV) 2015 13.848 28.342 -1,7 -2,0 12.460 7.045 173,0 138,5 34,5 226,1 182,3 43,8 309,6 232,0 77,6
Drenthe (PV) 2016 13.916 28.388 -0,3 -0,5 12.472 7.076 172,9 137,4 35,5 223,9 179,7 44,3 311,5 232,0 79,4
Drenthe (PV) 2017 14.423 29.318 1,8 1,8 12.927 7.257 177,2 141,0 36,2 229,0 184,1 45,0 317,0 236,3 80,7
Overijssel (PV) 2015 37.914 33.186 1,4 1,1 34.113 19.339 449,7 374,0 75,7 584,5 486,2 98,3 799,7 629,9 169,8
Overijssel (PV) 2016 39.497 34.466 2,6 2,4 35.398 20.089 461,1 383,5 77,6 596,2 497,3 98,9 823,7 649,9 173,8
Overijssel (PV) 2017 41.183 35.824 2,8 2,8 36.910 20.819 473,7 394,1 79,6 614,0 513,7 100,3 846,4 668,5 177,8
Flevoland (PV) 2015 12.123 30.087 2,0 1,8 10.908 5.524 133,3 106,0 27,3 169,9 135,7 34,2 242,8 181,9 60,9
Flevoland (PV) 2016 12.630 31.113 2,5 2,2 11.319 5.678 136,1 107,7 28,4 170,8 135,9 34,9 247,7 184,3 63,4
Flevoland (PV) 2017 13.233 32.296 4,1 4,1 11.860 5.904 139,7 110,6 29,1 175,9 140,2 35,7 253,1 188,6 64,5
Gelderland (PV) 2015 68.832 33.891 1,4 1,1 61.932 34.577 796,6 653,4 143,2 1.017,2 835,6 181,5 1.428,9 1.110,9 318,0
Gelderland (PV) 2016 71.082 34.816 1,9 1,6 63.705 35.698 814,9 667,1 147,8 1.033,0 848,0 185,0 1.462,1 1.134,9 327,2
Gelderland (PV) 2017 74.525 36.283 3,1 3,1 66.793 37.019 833,8 682,4 151,4 1.055,4 867,5 187,9 1.494,1 1.160,1 334,1
Utrecht (PV) 2015 63.145 49.776 1,6 1,3 56.815 30.809 591,6 501,8 89,8 730,5 619,2 111,4 1.050,4 854,1 196,4
Utrecht (PV) 2016 64.514 50.439 1,7 1,5 57.819 31.612 602,3 509,4 92,9 739,9 625,5 114,4 1.068,4 865,9 202,5
Utrecht (PV) 2017 68.226 52.889 4,8 4,8 61.148 33.373 627,1 531,9 95,2 767,7 651,5 116,2 1.107,7 900,9 206,8
Noord-Holland (PV) 2015 146.561 52.845 3,3 3,1 131.868 67.886 1.317,3 1.095,3 222,0 1.608,5 1.341,4 267,1 2.342,9 1.856,8 486,1
Noord-Holland (PV) 2016 152.850 54.645 3,6 3,4 136.987 70.105 1.342,9 1.113,9 229,0 1.632,1 1.358,7 273,4 2.390,1 1.889,6 500,5
Noord-Holland (PV) 2017 159.337 56.496 3,7 3,7 142.806 72.681 1.376,5 1.141,5 235,0 1.662,5 1.384,1 278,4 2.440,6 1.929,3 511,3
Zuid-Holland (PV) 2015 148.117 41.016 2,6 2,4 133.268 72.673 1.462,8 1.230,8 232,0 1.803,9 1.517,4 286,5 2.624,6 2.114,7 509,9
Zuid-Holland (PV) 2016 151.492 41.661 1,2 1,0 135.770 74.710 1.491,3 1.251,0 240,3 1.841,4 1.548,3 293,2 2.699,4 2.172,6 526,8
Zuid-Holland (PV) 2017 155.893 42.528 1,6 1,7 139.720 76.584 1.520,9 1.272,4 248,5 1.880,5 1.579,9 300,6 2.750,0 2.207,8 542,2
Zeeland (PV) 2015 12.363 32.450 2,6 2,3 11.124 5.725 138,0 108,5 29,5 179,2 141,3 37,9 253,2 186,4 66,8
Zeeland (PV) 2016 12.631 33.117 1,4 1,2 11.320 5.873 139,9 109,7 30,2 180,9 142,6 38,3 257,7 189,4 68,2
Zeeland (PV) 2017 12.945 33.893 1,2 1,2 11.602 5.988 141,3 110,7 30,6 182,7 143,9 38,8 260,5 191,9 68,6
Noord-Brabant (PV) 2015 101.630 40.754 3,4 3,2 91.442 49.187 1.068,5 890,6 177,9 1.355,3 1.131,5 223,8 1.926,3 1.533,9 392,4
Noord-Brabant (PV) 2016 104.697 41.785 2,2 1,9 93.831 50.900 1.093,8 911,1 182,7 1.376,3 1.149,7 226,6 1.976,5 1.573,8 402,7
Noord-Brabant (PV) 2017 110.427 43.813 4,1 4,1 98.971 53.109 1.126,0 939,8 186,2 1.412,6 1.183,7 228,9 2.030,4 1.621,8 408,6
Limburg (PV) 2015 38.976 34.890 3,4 3,1 35.069 19.001 436,5 364,5 72,0 554,7 461,4 93,3 781,6 622,3 159,3
Limburg (PV) 2016 40.972 36.684 3,5 3,3 36.720 19.608 444,5 371,6 72,9 559,7 466,4 93,3 797,4 636,4 161,0
Limburg (PV) 2017 42.600 38.125 2,6 2,6 38.180 20.305 456,0 381,8 74,2 574,3 480,5 93,8 819,5 656,4 163,2
Bron: CBS.
Verklaring van tekens

Tabeltoelichting


Regionale rekeningen geven een op de nationale rekeningen aansluitende kwantitatieve beschrijving van het economisch proces van regio's binnen een land. Als onderdelen van het economisch proces worden in de nationale rekeningen productie, inkomensverdeling, bestedingen en financiering onderscheiden.
Bij de regionale rekeningen ligt de nadruk echter op de beschrijving van de productieprocessen in de verscheidene regio's.

Gegevens beschikbaar vanaf: 1995

Status van de cijfers:
De cijfers van de verslagjaren tot en met 2020 zijn definitief. De cijfers van het verslagjaar 2021 zijn ook definitief met uitzondering van de variabelen arbeidsjaren, werkzame personen en gewerkte uren. Door de late beschikbaarheid van de jaargegevens over zelfstandigen wordt een uitzondering gemaakt voor cijfers over arbeidsjaren, werkzame personen en gewerkte uren. Deze gegevens worden pas een jaar later als definitief gepubliceerd. De cijfers van het verslagjaar 2022 zijn nog voorlopig.

Wijzigingen per 22 december 2023:
De cijfers gepubliceerd op 25 oktober 2023 bevatten onjuiste cijfers voor de COROP-regio Zuidoost-Noord-Brabant en de COROP-plusregio Amsterdam, alsmede de gebieden waar deze regio's onderdeel van uitmaken. In de publicatie van 22 december 2023 zijn deze fouten gecorrigeerd.

Wanneer komen er nieuwe cijfers?
In oktober 2024 komen nieuwe cijfers beschikbaar over de verslagjaren 2021, 2022 en 2023.

Toelichting onderwerpen

Bbp (marktprijzen)
Het bruto binnenlands product (bbp) is het eindresultaat van de productieve activiteiten van de ingezeten productie-eenheden. Het is gelijk aan de toegevoegde waarde tegen basisprijzen van alle bedrijfsklassen samen, aangevuld met enkele transacties die niet naar bedrijfsklassen worden verdeeld. De toegevoegde waarde (basisprijzen) per bedrijfsklasse is gelijk aan het verschil tussen de productie (basisprijzen) en het intermediair verbruik (aankoopprijzen). De onverdeelde transacties betreffen het saldo van productgebonden belastingen en subsidies en het verschil toegerekende en afgedragen btw (belasting over de toegevoegde waarde). Het bbp is ook gelijk aan de waarde van het in Nederland gevormde inkomen.
Bbp per inwoner
Het bruto binnenlands product (bbp) is het eindresultaat van de productieve activiteiten van de ingezeten productie-eenheden. Het is gelijk aan de toegevoegde waarde tegen basisprijzen van alle bedrijfsklassen samen, aangevuld met enkele transacties die niet naar bedrijfsklassen worden verdeeld. De toegevoegde waarde (basisprijzen) per bedrijfsklasse is gelijk aan het verschil tussen de productie (basisprijzen) en het intermediair verbruik (aankoopprijzen). Het bbp per inwoner is het bbp gedeeld door het gemiddeld aantal inwoners van Nederland of de betreffende regio in de verslagperiode.
Bbp, volumemutaties
Bbp, volumemutaties
Volumegroei van het bruto binnenlands product (bbp). Het bruto binnenlands product (bbp) is een maat voor de omvang van de economie. De verandering van het volume van het bbp in een bepaalde tijdsperiode is een maat voor de groei (of krimp) van de economie. Het bruto binnenlands product tegen marktprijzen is het eindresultaat van de productieve activiteiten van ingezeten productie-eenheden. Het kan op twee manieren worden gedefinieerd:
- vanuit het oogpunt van de productie: het bbp is de som van de bruto toegevoegde waarde van alle institutionele sectoren of bedrijfstakken en het saldo van productgebonden belastingen en subsidies (die niet aan sectoren en bedrijfstakken worden toegerekend). Het is eveneens de sluitpost van de productierekening van de totale economie;
- vanuit het oogpunt van het inkomen: het bbp is de som van de bestedingen in de inkomensvormingsrekening van de totale economie (beloning van werknemers, belastingen op productie en invoer exclusief subsidies, bruto-exploitatieoverschot en gemengd inkomen van de totale economie).
Door het bbp te verminderen met het verbruik van vaste activa, wordt het netto binnenlands product (nbp) tegen marktprijzen verkregen.
Bruto toegevoegde waarde, volumemutaties
Volumegroei van de toegevoegde waarde (bruto, basisprijzen).
De waarde van alle geproduceerde goederen en diensten (de productiewaarde of output) minus de waarde van goederen en diensten die tijdens deze productie zijn opgebruikt ( het intermediair verbruik). De toegevoegde waarde is daarbij uitgedrukt in basisprijzen, de prijzen zijn die door producenten zijn ervaren. Inbegrepen is de toegevoegde waarde van alle in Nederland opererende bedrijfseenheden, dus ook degenen die in buitenlandse handen zijn. Ook overheidsinstanties en andere niet-commerciële instanties behoren hiertoe.
In de nationale rekeningen betekent 'bruto' vóór aftrek van het verbruik van vaste activa (afschrijvingen) en 'netto' na aftrek van het verbruik van vaste activa.
Toegevoegde waarde (bruto, basisprijzen)
Bruto toegevoegde waarde basisprijzen De toegevoegde waarde is gelijk aan het verschil tussen de productie (basisprijzen) en het intermediair verbruik (aankoopprijzen) van een bedrijfseenheid. De som van de toegevoegde waarde van alle bedrijfseenheden is een belangrijke component van het bruto binnenlands product (bbp). De toegevoegde waarde wordt gewaardeerd tegen basisprijzen. Bruto is inclusief afschrijvingen.
Beloning van werknemers
De beloning voor geleverde arbeid door werknemers. Werknemers zijn alle ingezeten en niet-ingezeten personen die in Nederland in dienstbetrekking werkzaam zijn. Ook directeuren van nv's en bv's behoren tot de werknemers, dus hun salarissen zijn ook in de beloning van werknemers begrepen. Hetzelfde geldt voor medewerkers van sociale werkplaatsen. De beloning van werknemers heeft twee componenten: lonen enerzijds en sociale premies ten laste van werkgevers anderzijds. De lonen zijn inclusief de door de werkgever ingehouden loonbelasting en de sociale premies die ten laste komen van de werknemers. Verder omvatten de lonen naast het periodiek, direct aan werknemers betaalde loon ook de aanvullingen hierop (zoals bonussen, overwerkvergoeding, fooien en provisie), het loon in natura (zoals vrij wonen, vrije voeding, 'auto van de zaak', korting op kinderopvang, rentevoordeel, voordelig reizen) en het vakantiegeld. Ook bepaalde vergoedingen voor kosten die door werknemers zijn gemaakt in verband met de dienstbetrekking, zoals vergoeding voor de kosten van het woon-werkverkeer, zijn tot de lonen gerekend. De sociale premies zijn de premies wettelijke sociale verzekering, pensioenpremies, overige particuliere sociale premies en toegerekende sociale premies. Deze premies komen ten laste van werkgevers, werknemers, zelfstandigen of niet-werkenden.
Arbeidsjaren
Een maatstaf voor het arbeidsvolume, die wordt berekend door alle banen (voltijd en deeltijd) om te rekenen naar voltijdbanen, ook wel voltijdequivalenten (vte) genoemd. Zo leveren twee halve banen (elk 0,5 vte) samen een arbeidsvolume van één arbeidsjaar op.
Arbeidsjaren totaal
Arbeidsjaren werknemers
De hoeveelheid arbeid uitgevoerd door werknemers die in een bepaalde periode is ingezet. Werknemers zijn personen die in een bepaalde periode arbeid verrichten voor loon of salaris, in geld of in natura, op grond van een arbeidsovereenkomst voor een economische eenheid.
Arbeidsjaren zelfstandigen
De hoeveelheid arbeid uitgevoerd door zelfstandigen die in een bepaalde periode is ingezet. Zelfstandigen zijn personen die een inkomen ontvangen door voor eigen rekening of risico arbeid te verrichten in het bedrijf of het beroep dat zij zelfstandig uitoefenen. Ook meewerkende gezinsleden worden tot zelfstandigen gerekend, tenzij zij een arbeidsovereenkomst zijn aangegaan.
Werkzame personen
Alle personen die één of meerdere banen hebben als werknemer en/of zelfstandige bij een in Nederland gevestigde economische eenheid.
Tot de werkzame personen behoren alle personen die betaalde arbeid verrichten, ook al is het maar voor één of enkele uren per week, ook als zij:
- arbeid verrichten die op zichzelf genomen legaal is, maar waarvan de beloning aan de registratie door de fiscus of sociale zekerheidsautoriteiten wordt onttrokken ('zwarte arbeid');
- tijdelijk geen arbeid verrichten, maar wel doorbetaald krijgen (bijvoorbeeld bij ziekte of vorstverlet);
- tijdelijk onbetaald verlof hebben opgenomen.
Werkzame personen kunnen worden onderscheiden in werknemers en zelfstandigen. Ze kunnen woonachtig zijn in Nederland maar ook in het buitenland. In deze tabel wordt het gemiddeld aantal werkzame personen over de verslagperiode gegeven.
Werkzame personen totaal
Werknemers
Werknemers zijn personen die in een bepaalde periode arbeid verrichten voor loon of salaris, in geld of in natura, op grond van een arbeidsovereenkomst voor een economische eenheid.
Zelfstandigen
Zelfstandigen zijn personen die een inkomen ontvangen door voor eigen rekening of risico arbeid te verrichten in het bedrijf of het beroep dat zij zelfstandig uitoefenen. Ook meewerkende gezinsleden worden tot zelfstandigen gerekend, tenzij zij een arbeidsovereenkomst zijn aangegaan.
Gewerkte uren
Het totale aantal uren dat werknemers en/of zelfstandigen gedurende de verslagperiode werkelijk hebben gewerkt. Niet-gewerkte uren wegens verlof of ziekte tellen dus niet mee. De gewerkte uren van werknemers worden berekend door de betaalde uren (de overeengekomen uren plus de betaalde overuren) te vermeerderen met onbetaalde overuren en te verminderen met feitelijk niet gewerkte uren die betaald worden, zoals wegens ziekte verzuim, zwangerschaps- en bevallingsverlof, stakingen, weerverlet, ouderschapsverlof, kort verzuim. De gewerkte uren van de zelfstandigen worden rechtstreeks bepaald.
Gewerkte uren totaal
Gewerkte uren werknemers
De gewerkte uren van werknemers worden berekend door de betaalde uren (de overeengekomen uren plus de betaalde overuren) te vermeerderen met onbetaalde overuren en te verminderen met feitelijk niet gewerkte uren die betaald worden, zoals wegens ziekte verzuim, zwangerschaps- en bevallingsverlof, stakingen, weerverlet, ouderschapsverlof, kort verzuim.
Gewerkte uren zelfstandigen
Het aantal gewerkte uren dat zelfstandigen gedurende de verslagperiode werkelijk hebben gewerkt. Niet-gewerkte uren wegens verlof of ziekte tellen dus niet mee. De gewerkte uren van de zelfstandigen worden rechtstreeks bepaald.