Consumptieve bestedingen; verbruiksfunctie, nationale rekeningen

Consumptieve bestedingen; verbruiksfunctie, nationale rekeningen

Perioden Waarde in werkelijke prijzen Totaal consumptieve bestedingen (mln euro) Waarde in werkelijke prijzen Werkelijke individuele consumptie Totaal (mln euro) Waarde in werkelijke prijzen Werkelijke individuele consumptie Voeding en niet-alcoholische dranken (mln euro) Waarde in werkelijke prijzen Werkelijke individuele consumptie Alcoholische dranken, tabak en narcotica (mln euro) Waarde in werkelijke prijzen Werkelijke individuele consumptie Kleding en schoeisel (mln euro) Waarde in werkelijke prijzen Werkelijke individuele consumptie Huisvesting, water en energie (mln euro) Waarde in werkelijke prijzen Werkelijke individuele consumptie Woninginrichting en huishouding (mln euro) Waarde in werkelijke prijzen Werkelijke individuele consumptie Gezondheid (mln euro) Waarde in werkelijke prijzen Werkelijke individuele consumptie Vervoer (mln euro) Waarde in werkelijke prijzen Werkelijke individuele consumptie Communicatie (mln euro) Waarde in werkelijke prijzen Werkelijke individuele consumptie Recreatie en cultuur (mln euro) Waarde in werkelijke prijzen Werkelijke individuele consumptie Onderwijs (mln euro) Waarde in werkelijke prijzen Werkelijke individuele consumptie Horeca (mln euro) Waarde in werkelijke prijzen Werkelijke individuele consumptie Sociale bescherming (mln euro) Waarde in werkelijke prijzen Werkelijke individuele consumptie Overige verbruiksfuncties (mln euro) Waarde in werkelijke prijzen Werkelijke individuele consumptie Consumptie niet-ingezetenen in Nederland (mln euro) Waarde in werkelijke prijzen Werkelijke individuele consumptie Consumptie ingezetenen in het buitenland (mln euro)
2022* 651.573 574.394 47.169 12.324 20.783 99.036 26.108 78.629 49.036 8.884 46.394 42.002 37.170 54.258 52.609 15.230 15.222
Bron: CBS.
Verklaring van tekens

Tabeltoelichting


Deze tabel bevat gedetailleerde cijfers over de consumptieve bestedingen, onderverdeeld zijn naar verbruiksfuncties. Deze indeling is gebaseerd op het doel waarvoor transacties worden gedaan. Zo is bijvoorbeeld voor het verbruiksdoel mobiele telefonie naast de aankoop van een mobiele telefoon ook de aankoop van een mobiel abonnement en van accessoires voor de telefoon inbegrepen.
De totale consumptieve bestedingen worden in deze tabel opgebouwd uit de werkelijke individuele consumptie, de consumptieve bestedingen door huishoudens inclusief instellingen zonder winstoogmerk ten behoeve van huishoudens en de consumptieve bestedingen door de overheid gesplitst naar individuele consumptie en collectieve consumptie.

Gegevens beschikbaar vanaf 1995.

Status van de cijfers:
De gegevens van 1995 tot en met 2021 zijn definitief. De gegevens over 2022 zijn voorlopig.

Wijzigingen per 23 juni 2023:
Gegevens van 2022 zijn toegevoegd aan deze tabel.

Wanneer komen er nieuwe cijfers?
Na afloop van het verslagjaar worden na zes maanden voorlopige cijfers gepubliceerd. Na 18 maanden worden de definitieve cijfers gepubliceerd.

Toelichting onderwerpen

Waarde in werkelijke prijzen
De bedragen zijn uitgedrukt in prijzen van het betreffende verslagjaar, mln euro.
Totaal consumptieve bestedingen
Uitgaven aan goederen en diensten die worden gebruikt voor de rechtstreekse bevrediging van individuele of collectieve behoeften. De consumptieve bestedingen kunnen zowel op het eigen grondgebied als in het buitenland worden gedaan, maar het gaat altijd om uitgaven door ingezeten institutionele eenheden, dat wil zeggen in Nederland gevestigde huishoudens, izw's t.b.v. huishoudens en overheidsinstanties. Consumptieve bestedingen worden gedaan door huishoudens, izw's t.b.v. huishoudens en de overheid. Ondernemingen consumeren niet: kosten aan goederen en diensten die ondernemingen maken ten behoeve van hun productie vallen hier niet onder, maar onder intermediair verbruik of investeringen. De overheid is een speciaal geval. Ook de overheid kent intermediair verbruik, naar analogie van ondernemingen. Maar de productie die de overheid levert en waar niet rechtstreeks voor wordt betaald, niet-markt-output (veiligheid bijvoorbeeld), valt onder de (overheids-)consumptie. Het heet dat de overheid 'haar eigen productie consumeert'. Binnen de nationale rekeningen moet alles wat wordt geproduceerd namelijk ook worden afgenomen. Dat de consumptie van de overheids-productie bij de overheid zelf is neergelegd, is een conventie. Daarnaast bevat de overheidsconsumptie ook door de overheid verstrekte sociale uitkeringen in natura zoals basiszorg (gefinancierd uit AWBZ en de Zorgverzekeringswet) en huurtoeslag.

Werkelijke individuele consumptie
Consumptieve bestedingen hebben betrekking op de uitgaven voor consumptiegoederen en -diensten. De werkelijke individuele consumptie daarentegen betreft de verwerving van consumptiegoederen en -diensten. Het verschil tussen deze begrippen wordt veroorzaakt door de behandeling van bepaalde goederen en diensten die door de overheid of Instellingen zonder winstoogmerk ten behoeve van huishoudens worden gefinancierd, en vervolgens als sociale overdrachten in natura aan de huishoudens worden geleverd. Hieronder valt het merendeel van de uitgaven van de overheid op het gebied van gezondheid, onderwijs en sociale bescherming. De consumptie door Instellingen zonder winstoogmerk ten behoeve van huishoudens wordt geheel tot de individuele consumptie gerekend.
De werkelijke individuele consumptie door huishoudens wordt als volgt berekend:
consumptieve bestedingen door huishoudens
plus: consumptieve bestedingen door Instellingen zonder winstoogmerk ten
behoeve van huishoudens
plus: individuele consumptie door de overheid
= werkelijke individuele consumptie.
Totaal
Voeding en niet-alcoholische dranken
Aardappelen, groenten en fruit; vlees en vleeswaren; vis; zuivelproducten; brood, beschuit en broodproducten; overige voedingsmiddelen; koffie; thee, mineraal water en soft drinks.
Alcoholische dranken, tabak en narcotica
Gedistilleerd; wijn; bier; sigaretten, sigaren; e.d.
Kleding en schoeisel
Heren, dames- en kinderkleding; reiniging, reparatie en verhuur van kleding; schoenen; reparatie van schoenen.
Huisvesting, water en energie
Huur; toegerekende huur; onderhoud en reparatie van woningen; andere diensten in verband met woningen; water; elektriciteit; gas; andere bandstoffen.
Woninginrichting en huishouding
Meubelen, stoffering en decoraties, vloerbedekking, reparaties hieraan; huishoudtextiel; verwarmingsapparatuur, kooktoestellen, koelkasten, wasmachines en andere grote huishoudelijke apparaten, inclusief installatie en reparatie; vaat- en glaswerk en huishoudelijke artikelen; gereedschappen en werktuigen voor huis en tuin; goederen en diensten voor het dagelijks onderhoud van de woning.
Gezondheid
Geneesmiddelen en farmaceutische producten, therapeutische apparaten en toestellen; medische en paramedische diensten buiten ziekenhuizen; diensten van ziekenhuizen; diensten van ziekte- en ongevallenverzekeringen.
Vervoer
Aankoop van voertuigen (auto's, motoren, fietsen, scooters); gebruik van privé-voertuigen; vervoersdiensten; brandstof; onderhoud aan vervoermiddelen.
Communicatie
Postdiensten, telefoontoestellen en telefoondiensten.
Recreatie en cultuur
Audiovisuele, fotografische en informatieverwerkende apparatuur; andere duurzame goederen voor recreatie en cultuur (duurzame goederen voor buitenrecreatie, muziekinstrumenten en duurzame goederen voor binnenrecreatie, onderhoud en reparatie daarvan); spellen, speelgoed, hobby's, tuinen, bloemen, planten, huisdieren, veterinaire en andere diensten voor huisdieren; recreatieve en culturele diensten (recreatie en sport, bibliotheek, bioscoop, museum, theater, gokken; boeken, kranten schrijfwaren, en dergelijke en vakanties.
Onderwijs
Primair, secundair en tertiair onderwijs.
Horeca
Restaurants, cafés, kantines, hoteldiensten.
Sociale bescherming
Eigen bijdragen voor de zorg in verpleeg- en verzorgingshuizen, voor maatschappelijke opvang en thuiszorg en voor de kinderopvang. Welzijnswerk, zoals jeugd- en jongerenwerk, buurt- en clubhuiswerk, school- en beroepskeuzeadvies.
Overige verbruiksfuncties
Niet elders ingedeelde uitgaven.
Consumptie niet-ingezetenen in Nederland
De consumptie door niet-ingezeten in Nederland, zoals uitgaven tijdens vakantie.
Consumptie ingezetenen in het buitenland
De consumptie door Nederlandse ingezetenen in het buitenland, zoals uitgaven tijdens vakantie.