Dierlijke mest; productie en mineralenuitscheiding; bedrijfstype, regio

Dierlijke mest; productie en mineralenuitscheiding; bedrijfstype, regio

Bedrijfstype Regio's Perioden Stikstofuitscheiding (N) Totaal stikstofuitscheiding (1 000 kg) Stikstofuitscheiding (N) Stikstofverliezen in stal en opslag Totaal stikstofverliezen (N) (1 000 kg) Stikstofuitscheiding (N) Stikstof in opgeslagen mest en weidemest (1 000 kg) Fosfaatuitscheiding (P205) Totaal fosfaatuitscheiding (1 000 kg) Productie en plaatsingruimte mest Plaatsingsruimte stikstof (N) (1 000 kg) Productie en plaatsingruimte mest Plaatsingsruimte fosfaat (P205) (1 000 kg) Productie en plaatsingruimte mest Bedrijven zonder overproductie mineralen Bedrijven zonder overproductie (%) Productie en plaatsingruimte mest Bedrijven met overproductie mineralen Bedrijven met overproductie (%)
Totaal alle bedrijfstypen Nederland 2022* 465.500 62.100 403.300 148.200 386.500 141.400 67 33
Totaal alle bedrijfstypen Noord-Nederland (LD) 2022* 109.740 11.640 98.100 32.170 121.040 44.250 64 36
Totaal alle bedrijfstypen Oost-Nederland (LD) 2022* 155.840 21.380 134.460 49.660 110.090 41.670 60 40
Totaal alle bedrijfstypen West-Nederland (LD) 2022* 67.190 7.040 60.150 19.920 91.380 33.570 78 22
Totaal alle bedrijfstypen Zuid-Nederland (LD) 2022* 132.690 22.050 110.640 46.430 63.980 21.930 66 34
Totaal alle bedrijfstypen Groningen (PV) 2022* 23.350 2.550 20.800 6.920 33.410 12.560 72 28
Totaal alle bedrijfstypen Fryslân (PV) 2022* 60.620 6.090 54.520 17.490 55.820 20.430 55 45
Totaal alle bedrijfstypen Drenthe (PV) 2022* 25.770 3.000 22.770 7.750 31.810 11.270 71 29
Totaal alle bedrijfstypen Overijssel (PV) 2022* 68.040 9.090 58.960 21.220 44.010 16.220 53 47
Totaal alle bedrijfstypen Flevoland (PV) 2022* 8.830 1.100 7.730 2.880 16.230 7.380 84 16
Totaal alle bedrijfstypen Gelderland (PV) 2022* 78.970 11.190 67.780 25.560 49.840 18.060 61 39
Totaal alle bedrijfstypen Utrecht (PV) 2022* 22.660 2.590 20.060 6.880 17.340 6.270 54 46
Totaal alle bedrijfstypen Noord-Holland (PV) 2022* 18.550 1.750 16.800 5.320 27.470 9.720 82 18
Totaal alle bedrijfstypen Zuid-Holland (PV) 2022* 19.390 1.920 17.460 5.660 24.980 9.200 81 19
Totaal alle bedrijfstypen Zeeland (PV) 2022* 6.600 780 5.820 2.050 21.580 8.380 91 9
Totaal alle bedrijfstypen Noord-Brabant (PV) 2022* 99.000 16.280 82.720 33.790 45.950 15.880 63 37
Totaal alle bedrijfstypen Limburg (PV) 2022* 33.690 5.770 27.910 12.640 18.030 6.040 74 26
Totaal alle bedrijfstypen Concentratiegebied Oost 2022* 113.570 15.980 97.590 36.460 65.310 23.360 53 47
Totaal alle bedrijfstypen Concentratiegebied Zuid 2022* 118.600 20.300 98.310 42.070 45.750 14.660 62 38
Totaal alle bedrijfstypen Niet-concentratiegebied 2022* 233.280 25.830 207.440 69.650 275.420 103.390 73 27
Totaal graasdierbedrijven Nederland 2022* 306.300 31.200 275.100 86.100 242.200 87.500 46 54
Totaal graasdierbedrijven Noord-Nederland (LD) 2022* 94.210 9.050 85.160 26.570 84.690 30.660 49 51
Totaal graasdierbedrijven Oost-Nederland (LD) 2022* 103.740 11.250 92.490 28.910 76.050 28.010 45 55
Totaal graasdierbedrijven West-Nederland (LD) 2022* 57.700 5.500 52.210 16.410 52.050 18.280 52 48
Totaal graasdierbedrijven Zuid-Nederland (LD) 2022* 50.640 5.420 45.220 14.210 29.390 10.540 33 67
Totaal graasdierbedrijven Groningen (PV) 2022* 19.280 1.830 17.450 5.450 16.850 6.070 47 53
Totaal graasdierbedrijven Fryslân (PV) 2022* 55.820 5.310 50.510 15.790 49.710 18.200 47 53
Totaal graasdierbedrijven Drenthe (PV) 2022* 19.100 1.910 17.190 5.330 18.130 6.390 55 45
Totaal graasdierbedrijven Overijssel (PV) 2022* 47.850 4.990 42.850 13.350 36.170 13.490 43 57
Totaal graasdierbedrijven Flevoland (PV) 2022* 5.020 510 4.500 1.400 3.000 1.150 21 79
Totaal graasdierbedrijven Gelderland (PV) 2022* 50.870 5.740 45.130 14.160 36.880 13.370 47 53
Totaal graasdierbedrijven Utrecht (PV) 2022* 18.790 1.870 16.920 5.350 15.610 5.640 46 54
Totaal graasdierbedrijven Noord-Holland (PV) 2022* 17.250 1.580 15.660 4.900 17.100 5.840 60 40
Totaal graasdierbedrijven Zuid-Holland (PV) 2022* 17.560 1.650 15.910 5.000 16.000 5.620 52 48
Totaal graasdierbedrijven Zeeland (PV) 2022* 4.100 390 3.710 1.150 3.340 1.190 44 56
Totaal graasdierbedrijven Noord-Brabant (PV) 2022* 41.120 4.440 36.690 11.520 22.950 8.170 31 69
Totaal graasdierbedrijven Limburg (PV) 2022* 9.520 990 8.530 2.690 6.440 2.380 42 58
Totaal graasdierbedrijven Concentratiegebied Oost 2022* 73.690 8.120 65.570 20.570 51.690 18.640 43 57
Totaal graasdierbedrijven Concentratiegebied Zuid 2022* 41.680 4.540 37.140 11.700 22.180 7.680 31 69
Totaal graasdierbedrijven Niet-concentratiegebied 2022* 190.920 18.550 172.360 53.830 168.310 61.170 50 50
Melkveebedrijven Nederland 2022* 255.500 25.000 230.600 71.700 199.400 73.200 29 71
Melkveebedrijven Noord-Nederland (LD) 2022* 86.370 8.300 78.070 24.350 73.590 27.030 35 65
Melkveebedrijven Oost-Nederland (LD) 2022* 79.940 7.970 71.970 22.250 61.520 22.960 27 73
Melkveebedrijven West-Nederland (LD) 2022* 50.060 4.790 45.270 14.190 41.700 14.970 33 67
Melkveebedrijven Zuid-Nederland (LD) 2022* 39.180 3.910 35.270 10.890 22.580 8.290 15 85
Melkveebedrijven Groningen (PV) 2022* 17.660 1.680 15.980 5.000 14.360 5.270 30 70
Melkveebedrijven Fryslân (PV) 2022* 51.940 4.950 46.990 14.700 44.460 16.420 34 66
Melkveebedrijven Drenthe (PV) 2022* 16.760 1.660 15.100 4.660 14.780 5.340 41 59
Melkveebedrijven Overijssel (PV) 2022* 39.920 3.980 35.940 11.100 30.270 11.420 24 76
Melkveebedrijven Flevoland (PV) 2022* 4.550 450 4.100 1.260 2.780 1.080 15 85
Melkveebedrijven Gelderland (PV) 2022* 35.470 3.540 31.930 9.880 28.470 10.460 31 69
Melkveebedrijven Utrecht (PV) 2022* 15.900 1.530 14.370 4.520 12.850 4.720 26 74
Melkveebedrijven Noord-Holland (PV) 2022* 15.190 1.440 13.760 4.310 13.660 4.780 44 56
Melkveebedrijven Zuid-Holland (PV) 2022* 15.490 1.480 14.010 4.400 12.950 4.630 33 67
Melkveebedrijven Zeeland (PV) 2022* 3.470 340 3.130 960 2.230 840 18 82
Melkveebedrijven Noord-Brabant (PV) 2022* 32.080 3.200 28.880 8.920 18.030 6.570 13 87
Melkveebedrijven Limburg (PV) 2022* 7.100 700 6.390 1.970 4.550 1.720 24 76
Melkveebedrijven Concentratiegebied Oost 2022* 55.010 5.490 49.520 15.340 41.500 15.140 23 77
Melkveebedrijven Concentratiegebied Zuid 2022* 31.660 3.160 28.490 8.810 16.930 6.000 12 88
Melkveebedrijven Niet-concentratiegebied 2022* 168.880 16.320 152.560 47.530 140.950 52.110 34 66
Vleeskalverenbedrijven Nederland 2022* 19.300 3.300 16.100 5.300 3.700 1.300 18 82
Vleeskalverenbedrijven Noord-Nederland (LD) 2022* 1.830 300 1.530 500 760 280 24 76
Vleeskalverenbedrijven Oost-Nederland (LD) 2022* 12.340 2.090 10.250 3.360 1.980 700 15 85
Vleeskalverenbedrijven West-Nederland (LD) 2022* 990 170 820 280 130 50 16 84
Vleeskalverenbedrijven Zuid-Nederland (LD) 2022* 4.150 690 3.450 1.150 860 270 22 78
Vleeskalverenbedrijven Groningen (PV) 2022* 340 60 290 90 130 50 21 79
Vleeskalverenbedrijven Fryslân (PV) 2022* 850 140 710 220 350 130 21 79
Vleeskalverenbedrijven Drenthe (PV) 2022* 640 100 530 180 270 100 30 70
Vleeskalverenbedrijven Overijssel (PV) 2022* 3.280 540 2.740 920 780 270 22 78
Vleeskalverenbedrijven Flevoland (PV) 2022* 200 30 170 60 40 10 25 75
Vleeskalverenbedrijven Gelderland (PV) 2022* 8.860 1.520 7.340 2.380 1.150 420 13 87
Vleeskalverenbedrijven Utrecht (PV) 2022* 900 150 740 250 100 40 11 89
Vleeskalverenbedrijven Noord-Holland (PV) 2022* 10 0 10 0 10 0 50 50
Vleeskalverenbedrijven Zuid-Holland (PV) 2022* 80 10 60 20 10 0 25 75
Vleeskalverenbedrijven Zeeland (PV) 2022* 10 0 10 0 10 10 67 33
Vleeskalverenbedrijven Noord-Brabant (PV) 2022* 3.740 630 3.110 1.030 710 220 22 78
Vleeskalverenbedrijven Limburg (PV) 2022* 410 70 340 120 140 50 19 81
Vleeskalverenbedrijven Concentratiegebied Oost 2022* 10.520 1.790 8.730 2.870 1.460 500 14 86
Vleeskalverenbedrijven Concentratiegebied Zuid 2022* 4.060 680 3.380 1.130 830 260 22 78
Vleeskalverenbedrijven Niet-concentratiegebied 2022* 4.730 790 3.940 1.290 1.430 540 24 76
Overige rundveebedrijven Nederland 2022* 14.800 1.300 13.500 4.100 23.900 8.000 82 18
Overige rundveebedrijven Noord-Nederland (LD) 2022* 2.800 240 2.570 780 6.030 1.970 87 13
Overige rundveebedrijven Oost-Nederland (LD) 2022* 6.110 550 5.560 1.700 8.920 3.130 83 17
Overige rundveebedrijven West-Nederland (LD) 2022* 2.810 240 2.570 790 4.830 1.570 85 15
Overige rundveebedrijven Zuid-Nederland (LD) 2022* 3.080 270 2.800 870 4.100 1.370 71 29
Overige rundveebedrijven Groningen (PV) 2022* 590 50 540 160 1.290 420 90 10
Overige rundveebedrijven Fryslân (PV) 2022* 1.360 110 1.240 380 2.580 880 84 16
Overige rundveebedrijven Drenthe (PV) 2022* 860 70 780 240 2.160 670 89 11
Overige rundveebedrijven Overijssel (PV) 2022* 2.750 250 2.500 760 3.850 1.360 82 18
Overige rundveebedrijven Flevoland (PV) 2022* 80 10 70 20 80 30 63 37
Overige rundveebedrijven Gelderland (PV) 2022* 3.290 300 2.990 920 4.990 1.740 84 16
Overige rundveebedrijven Utrecht (PV) 2022* 950 80 870 260 1.530 520 85 15
Overige rundveebedrijven Noord-Holland (PV) 2022* 720 60 660 200 1.440 440 87 13
Overige rundveebedrijven Zuid-Holland (PV) 2022* 810 70 740 230 1.230 400 83 17
Overige rundveebedrijven Zeeland (PV) 2022* 330 30 300 90 630 200 78 22
Overige rundveebedrijven Noord-Brabant (PV) 2022* 2.130 190 1.940 600 2.890 940 70 30
Overige rundveebedrijven Limburg (PV) 2022* 940 80 860 270 1.210 430 71 29
Overige rundveebedrijven Concentratiegebied Oost 2022* 4.470 410 4.060 1.230 6.280 2.200 83 17
Overige rundveebedrijven Concentratiegebied Zuid 2022* 2.330 210 2.120 650 3.050 980 68 32
Overige rundveebedrijven Niet-concentratiegebied 2022* 8.000 680 7.320 2.240 14.540 4.860 85 15
Bron: CBS.
Verklaring van tekens

Tabeltoelichting


Deze tabel bevat cijfers over de mestproductie en de daarmee uitgescheiden hoeveelheid stikstof en fosfaat. Daarnaast wordt de mestproductie vergeleken met de plaatsingsruimte volgens de geldende gebruiksnormen. De gegevens kunnen worden uitgesplitst naar type bedrijf volgens de standaard bedrijfstypering op basis van het brutostandaardsaldo (BSS) en standaardopbrengten (SO). Het totaal voor Nederland kan worden uitgesplitst naar landsdelen, provincies en concentratiegebieden.

Gegevens beschikbaar vanaf: 1990.

Status van de cijfers:
Cijfers zijn bij eerste publicatie definitief maar nieuwe inzichten in berekeningsmethoden kunnen aanleiding geven tot herberekening van de tijdreeks.

Wijzigingen per 15 februari 2023:
De voorlopige cijfers over de productie van dierlijke mest in 2022 zijn toegevoegd.
De onderliggende codering van de in deze tabel gebruikte classificatie voor concentratiegebieden is aangepast.
Deze sluit nu aan bij de door het CBS gebruikte standaardcodering.
De structuur en de gegevens van de tabel zijn niet aangepast.

Wanneer komen er nieuwe cijfers?
In het tweede kwartaal van 2023 verschijnen de definitieve cijfers over de mestproductie in 2022.

Toelichting onderwerpen

Stikstofuitscheiding (N)
Totaal stikstofuitscheiding
De totale hoeveelheid uitgescheiden stikstof (N) zonder aftrek van stikstof die vervluchtigt in de vorm van ammoniak (NH3) inclusief de afvoer via spuiwater van luchtwassers, lachgas (N2O), stikstofoxide (NO) en stikstofgas (N2).
Stikstofverliezen in stal en opslag
Een deel van de uitgescheiden stikstof in de stal zal bij mestopslag in de stal en bij opslag buiten de stal emitteren in de vorm van ammoniak (NH3), lachgas N2O, stikstofoxide (NO) en stikstofgas (N2). Daarnaast wordt in stallen met een luchtwasser een deel van de ammoniak afgevoerd via het spuiwater van luchtwassers.
Totaal stikstofverliezen (N)
Stikstof in opgeslagen mest en weidemest
De totale stikstofuitscheiding met aftrek van de stikstof die tijdens mestopslag in de stal en bij opslag buiten de stal is vervluchtigd in de vorm van ammoniak (NH3) inclusief de afvoer via spuiwater van luchtwassers, lachgas (N2O), stikstofoxide (NO) en stikstofgas (N2).
Fosfaatuitscheiding (P205)
Totaal fosfaatuitscheiding
De uitgescheiden hoeveelheid fosfaat uitgedrukt in P2O5. In tegenstelling tot stikstof treden bij fosfaat geen gasvormige verliezen op.
Productie en plaatsingruimte mest
Plaatsingsruimte stikstof (N)
De plaatsingsruimte voor stikstof geldt vanaf 2006 en wordt berekend door vermenigvuldiging van de gebruiksnorm voor dierlijke mest (170 kg N/ha) met het beschikbare areaal in hectare.

De Europese Commissie staat Nederland verruiming van deze norm toe (derogatie) tot een bemestingsniveau van 250 kg stikstof per hectare. De hogere bemestingsnorm geldt alleen bij het gebruik van graasdiermest. Daarnaast moet het bedrijfsareaal tot en met 2013 voor minstens 70 procent en vanaf 2014 voor minstens 80 procent bestaan uit grasland. De derogatie voor zand- en lösspercelen in de provincies Overijssel, Gelderland, Utrecht, Noord-Brabant en Limburg is vanaf 2014 beperkt tot 230 kg N per hectare.
Plaatsingsruimte fosfaat (P205)
De plaatsingsruimte voor fosfaat wordt berekend door vermenigvuldiging van de vigerende gebruiksnorm in kg P2O5/ha met het beschikbare areaal in hectare.

Voor grasland en bouwland gelden verschillende gebruiksnormen die geleidelijk worden aangescherpt. Met ingang van 2010 zijn de gebruiksnormen voor fosfaat gedifferentieerd naar fosfaattoestand van de bodem. Indien geen informatie beschikbaar is over de fosfaattoestand is gerekend met de laagste fosfaatgebruiksnorm (fosfaattoestand hoog). Van 1998 tot en met 2005 (Mineralenaangiftesysteem Minas) is de gebruiksnorm dierlijke mest afgeleid uit de som van het toegestane fosfaatverlies en de fosfaatafvoer met het gewas.
Bedrijven zonder overproductie mineralen
Bedrijven waar de stikstof- en fosfaatproductie niet groter is dan de plaatsingsruimte voor dierlijke mest.

De stikstofproductie is berekend door de stikstofuitscheiding te verminderen met berekende stikstofverliezen uit stallen en mestopslagen volgens de rekenmethodiek van de Commissie Deskundigen Meststoffenwet (CDM). Deze verliezen zijn over het algemeen kleiner dan de forfaitaire verliezen op basis van de mestwetgeving. Bij het gebruik van berekende stikstofverliezen blijft er dus meer stikstof in de mest achter en zal er dus eerder sprake zijn van overproductie ten opzichte van de plaatsingsruimte. Wettelijk gezien is er pas sprake van overproductie als de mineralenuitscheiding gecorrigeerd voor forfaitaire verliezen hoger is dan de plaatsingsruimte.
Bedrijven zonder overproductie
Bedrijven zonder overproductie van stikstof en fosfaat, als percentage van het totale aantal landbouwbedrijven.
Bedrijven met overproductie mineralen
Bedrijven waar de stikstof- of fosfaatproductie groter is dan de plaatsingsruimte op basis van de gebruiksnorm.

De stikstofproductie is berekend door de stikstofuitscheiding te verminderen met berekende stikstofverliezen uit stallen en mestopslagen volgens de rekenmethodiek van de Commissie Deskundigen Meststoffenwet (CDM), inclusief de afvoer via het spuiwater van luchtwassers. De gasvormige verliezen zijn over het algemeen kleiner dan de forfaitaire verliezen op basis van de mestwetgeving. Bij het gebruik van berekende stikstofverliezen blijft er dus meer stikstof in de mest achter en zal er dus eerder sprake zijn van overproductie ten opzichte van de plaatsingsruimte. Wettelijk gezien is er pas sprake van overproductie als de mineralenuitscheiding gecorrigeerd voor forfaitaire verliezen hoger is dan de plaatsingsruimte.
Bedrijven met overproductie
Bedrijven met overproductie van stikstof of fosfaat, als percentage van het totale aantal landbouwbedrijven.