Personen met een uitkering; soort uitkering, wijken en buurten 2013

Personen met een uitkering; soort uitkering, wijken en buurten 2013

Wijken en buurten Perioden Regioaanduiding Gemeentenaam (naam) Regioaanduiding Soort regio (omschrijving) Regioaanduiding Codering (code) Regioaanduiding Indelingswijziging wijken en buurten (code) Personen per soort uitkering Werkloosheidsuitkering (aantal) Personen per soort uitkering Bijstandsuitkering (aantal) Personen per soort uitkering Arbeidsongeschiktheidsuitkering (aantal) Personen per soort uitkering AOW-uitkering (aantal) Personen per soort uitkering, relatief Werkloosheidsuitkering (% van het aantal inwoners vanaf 15 jaar) Personen per soort uitkering, relatief Bijstandsuitkering (% van het aantal inwoners vanaf 15 jaar) Personen per soort uitkering, relatief Arbeidsongeschiktheidsuitkering (% van het aantal inwoners vanaf 15 jaar) Personen per soort uitkering, relatief AOW-uitkering (% van het aantal inwoners vanaf 15 jaar) Inwoners Inwoners vanaf 15 jaar (aantal) Inwoners Inwoners vanaf 15 jr tot AOW-leeftijd (aantal) Inwoners Inwoners vanaf de AOW-leeftijd (aantal)
De Batterijen 2013 maart Veenendaal Buurt BU03450405 1 0 0 10 10 0 2 5 13 110 90 10
De Batterijen 2013 juni Veenendaal Buurt BU03450405 1 0 0 10 10 0 2 5 13 110 100 10
De Batterijen 2013 september Veenendaal Buurt BU03450405 1 0 0 10 10 0 2 5 13 110 100 10
De Batterijen 2013 december Veenendaal Buurt BU03450405 1 0 0 10 10 2 2 5 13 110 90 10
Wijk 20 Vrijenburg 2013 maart Barendrecht Wijk WK048920 1 90 60 130 330 3 2 3 9 3.730 3.400 330
Wijk 20 Vrijenburg 2013 juni Barendrecht Wijk WK048920 1 110 60 130 340 3 2 3 9 3.730 3.390 340
Wijk 20 Vrijenburg 2013 september Barendrecht Wijk WK048920 1 110 60 130 340 3 2 3 9 3.750 3.410 340
Wijk 20 Vrijenburg 2013 december Barendrecht Wijk WK048920 1 130 70 130 350 3 2 4 9 3.740 3.390 350
Vrijenburg 2013 maart Barendrecht Buurt BU04892039 1 90 60 130 330 3 2 3 9 3.730 3.400 330
Vrijenburg 2013 juni Barendrecht Buurt BU04892039 1 110 60 130 340 3 2 3 9 3.730 3.390 340
Vrijenburg 2013 september Barendrecht Buurt BU04892039 1 110 60 130 340 3 2 3 9 3.750 3.410 340
Vrijenburg 2013 december Barendrecht Buurt BU04892039 1 130 70 130 350 3 2 4 9 3.740 3.390 350
Vrijenburgbos 2013 maart Barendrecht Buurt BU04893052 1 . . . . . . . . 0 0 0
Vrijenburgbos 2013 juni Barendrecht Buurt BU04893052 1 . . . . . . . . 0 0 0
Vrijenburgbos 2013 september Barendrecht Buurt BU04893052 1 . . . . . . . . 0 0 0
Vrijenburgbos 2013 december Barendrecht Buurt BU04893052 1 . . . . . . . . 0 0 0
Wijk 12 Vrijenban 2013 maart Delft Wijk WK050312 1 160 270 490 1.510 2 3 6 19 7.980 6.470 1.510
Wijk 12 Vrijenban 2013 juni Delft Wijk WK050312 1 150 260 490 1.510 2 3 6 19 7.960 6.440 1.520
Wijk 12 Vrijenban 2013 september Delft Wijk WK050312 1 150 260 490 1.510 2 3 6 19 7.990 6.470 1.520
Wijk 12 Vrijenban 2013 december Delft Wijk WK050312 1 160 260 490 1.520 2 3 6 19 8.080 6.550 1.520
Boendersweg-Strijensedijk (gedeeltelijk) 2013 maart Binnenmaas Buurt BU05850501 1 0 0 10 30 2 0 4 17 170 140 30
Boendersweg-Strijensedijk (gedeeltelijk) 2013 juni Binnenmaas Buurt BU05850501 1 0 0 10 30 2 1 4 17 170 140 30
Boendersweg-Strijensedijk (gedeeltelijk) 2013 september Binnenmaas Buurt BU05850501 1 0 0 10 30 2 1 4 18 180 140 30
Boendersweg-Strijensedijk (gedeeltelijk) 2013 december Binnenmaas Buurt BU05850501 1 0 0 10 30 2 1 4 18 180 140 30
Vrijenban 2013 maart Rijswijk (ZH.) Buurt BU06030994 1 40 50 60 180 3 4 5 15 1.200 1.020 180
Vrijenban 2013 juni Rijswijk (ZH.) Buurt BU06030994 1 30 50 60 180 3 4 5 15 1.220 1.030 180
Vrijenban 2013 september Rijswijk (ZH.) Buurt BU06030994 1 40 50 60 190 3 4 5 15 1.210 1.020 190
Vrijenban 2013 december Rijswijk (ZH.) Buurt BU06030994 1 40 50 60 190 3 4 5 16 1.200 1.010 190
Cromstrijen 2013 maart Cromstrijen Gemeente GM0611 . 200 70 350 2.500 2 1 3 24 10.650 8.150 2.500
Cromstrijen 2013 juni Cromstrijen Gemeente GM0611 . 220 70 350 2.550 2 1 3 24 10.690 8.140 2.550
Cromstrijen 2013 september Cromstrijen Gemeente GM0611 . 240 60 350 2.560 2 1 3 24 10.680 8.110 2.560
Cromstrijen 2013 december Cromstrijen Gemeente GM0611 . 250 60 340 2.600 2 1 3 24 10.700 8.100 2.600
Strijen 2013 maart Strijen Gemeente GM0617 . 150 80 300 1.600 2 1 4 22 7.450 5.850 1.600
Strijen 2013 juni Strijen Gemeente GM0617 . 160 80 300 1.620 2 1 4 22 7.410 5.800 1.620
Strijen 2013 september Strijen Gemeente GM0617 . 160 70 300 1.640 2 1 4 22 7.410 5.780 1.640
Strijen 2013 december Strijen Gemeente GM0617 . 170 70 300 1.650 2 1 4 22 7.420 5.760 1.650
Wijk 00 Strijen en buitengebied 2013 maart Strijen Wijk WK061700 1 150 80 300 1.600 2 1 4 22 7.450 5.850 1.600
Wijk 00 Strijen en buitengebied 2013 juni Strijen Wijk WK061700 1 160 80 300 1.620 2 1 4 22 7.410 5.800 1.620
Wijk 00 Strijen en buitengebied 2013 september Strijen Wijk WK061700 1 160 70 300 1.640 2 1 4 22 7.410 5.780 1.640
Wijk 00 Strijen en buitengebied 2013 december Strijen Wijk WK061700 1 170 70 300 1.650 2 1 4 22 7.420 5.760 1.650
Strijen-Centrum 2013 maart Strijen Buurt BU06170001 1 10 0 20 190 2 1 3 31 620 430 190
Strijen-Centrum 2013 juni Strijen Buurt BU06170001 1 10 0 20 190 2 1 3 31 620 430 190
Strijen-Centrum 2013 september Strijen Buurt BU06170001 1 10 0 20 190 2 1 3 30 630 440 190
Strijen-Centrum 2013 december Strijen Buurt BU06170001 1 20 0 20 190 3 1 3 30 640 440 190
Strijensas 2013 maart Strijen Buurt BU06170008 1 10 10 10 50 2 1 4 15 350 300 50
Strijensas 2013 juni Strijen Buurt BU06170008 1 10 10 10 50 3 2 4 15 340 290 50
Strijensas 2013 september Strijen Buurt BU06170008 1 10 10 10 50 2 2 4 15 340 290 50
Strijensas 2013 december Strijen Buurt BU06170008 1 10 0 10 50 2 1 4 15 330 290 50
Gilze en Rijen 2013 maart Gilze en Rijen Gemeente GM0784 . 600 340 1.020 4.480 3 2 5 21 21.410 16.920 4.490
Gilze en Rijen 2013 juni Gilze en Rijen Gemeente GM0784 . 610 380 1.010 4.540 3 2 5 21 21.580 17.030 4.550
Gilze en Rijen 2013 september Gilze en Rijen Gemeente GM0784 . 620 390 1.000 4.610 3 2 5 21 21.600 16.980 4.610
Gilze en Rijen 2013 december Gilze en Rijen Gemeente GM0784 . 650 390 990 4.650 3 2 5 22 21.580 16.920 4.660
Wijk 00 Rijen 2013 maart Gilze en Rijen Wijk WK078400 1 400 260 670 2.760 3 2 5 20 13.730 10.960 2.760
Wijk 00 Rijen 2013 juni Gilze en Rijen Wijk WK078400 1 410 290 670 2.800 3 2 5 20 13.870 11.070 2.800
Wijk 00 Rijen 2013 september Gilze en Rijen Wijk WK078400 1 420 300 670 2.850 3 2 5 21 13.880 11.030 2.850
Wijk 00 Rijen 2013 december Gilze en Rijen Wijk WK078400 1 440 300 660 2.880 3 2 5 21 13.890 11.010 2.880
Rijen 2013 maart Gilze en Rijen Buurt BU07840000 1 390 250 660 2.690 3 2 5 20 13.200 10.510 2.690
Rijen 2013 juni Gilze en Rijen Buurt BU07840000 1 390 280 650 2.730 3 2 5 20 13.340 10.620 2.730
Rijen 2013 september Gilze en Rijen Buurt BU07840000 1 410 290 650 2.770 3 2 5 21 13.360 10.580 2.770
Rijen 2013 december Gilze en Rijen Buurt BU07840000 1 420 290 650 2.810 3 2 5 21 13.370 10.560 2.810
Verspreide huizen Rijen 2013 maart Gilze en Rijen Buurt BU07840009 1 10 0 0 20 3 1 2 10 230 210 20
Verspreide huizen Rijen 2013 juni Gilze en Rijen Buurt BU07840009 1 10 0 10 20 3 1 2 10 230 200 20
Verspreide huizen Rijen 2013 september Gilze en Rijen Buurt BU07840009 1 10 0 10 20 3 1 2 9 220 200 20
Verspreide huizen Rijen 2013 december Gilze en Rijen Buurt BU07840009 1 10 0 0 20 3 1 1 11 210 180 20
Wijk 03 Strijen 2013 maart Oosterhout Wijk WK082603 1 90 50 150 800 3 2 5 26 3.110 2.310 800
Wijk 03 Strijen 2013 juni Oosterhout Wijk WK082603 1 90 50 150 800 3 2 5 26 3.110 2.310 800
Wijk 03 Strijen 2013 september Oosterhout Wijk WK082603 1 100 50 150 800 3 2 5 26 3.120 2.310 810
Wijk 03 Strijen 2013 december Oosterhout Wijk WK082603 1 100 60 160 820 3 2 5 26 3.140 2.320 820
De Landerijen 2013 maart Lelystad Buurt BU09954430 1 130 10 180 300 3 0 4 7 4.090 3.790 300
De Landerijen 2013 juni Lelystad Buurt BU09954430 1 140 10 180 320 3 0 4 8 4.090 3.770 320
De Landerijen 2013 september Lelystad Buurt BU09954430 1 160 10 180 330 4 0 4 8 4.110 3.780 330
De Landerijen 2013 december Lelystad Buurt BU09954430 1 190 10 180 340 5 0 4 8 4.130 3.780 340
Bron: CBS.
Verklaring van tekens

Tabeltoelichting


Deze tabel geeft per gemeente, wijk en buurt (indeling 2013), inzicht in het aantal personen met een sociale zekerheidsuitkering. Het betreft de personen met een uitkering voor arbeidsongeschiktheid, werkloosheid, ouderdom, bijstand en bijstandsgerelateerde uitkeringen.

Het is mogelijk dat een persoon aanspraak maakt op meer dan één uitkering. Dat kunnen uitkeringen zijn van eenzelfde soort (bijvoorbeeld twee uitkeringen op grond van de Wet op de arbeidsongeschiktheidsverzekering (WAO)) of twee uitkeringen van verschillende soort (zoals een uitkering op grond van de Werkloosheidswet en een bijstandsuitkering). In het laatste geval wordt de persoon bij beide soorten uitkeringen meegeteld, in het eerste geval slechts één keer (bij de WAO).
Bij de categorie personen met een uitkering (totaal) wordt de persoon uiteraard ook maar één keer geteld.

De cijfers over aantallen personen met een uitkering per buurt, wijk of gemeente kunnen in geringe mate afwijken van elders op StatLine gepubliceerde cijfers, doordat gebruik wordt gemaakt van de meest recente gegevens uit de Basisregistratie Personen (BRP). Omdat verschillende StatLine-tabellen op verschillende momenten geactualiseerd worden, kan het voorkomen dat voor de ene tabel een andere versie van de BRP wordt gebruikt dan voor een andere tabel. De laatst gepubliceerde cijfers zijn in dat geval het meest accuraat.

Gegevens beschikbaar vanaf: maart 2013.

Status van de cijfers:
De cijfers van 2013 zijn definitief.

Wijzigingen per 12 februari 2021:
Geen, deze tabel is opgeheven.

Wanneer komen er nieuwe cijfers?
Niet meer van toepassing.

Toelichting onderwerpen

Regioaanduiding
De gemeenten in Nederland zijn onderverdeeld in wijken en buurten. Buurten vormen het laagste regionale niveau. Wijken zijn optellingen van één of meer aaneengesloten buurten. De gemeente bepaalt zelf de indeling in wijken en buurten. Het CBS coördineert landelijk deze indeling.

Wijk:
Onderdeel van een gemeente waarin een bepaalde vorm van bodemgebruik of bebouwing overheerst. Bijvoorbeeld: industriegebied, woongebied met hoogbouw of laagbouw. Een wijk bestaat uit één of meerdere buurten.

Buurt:
Onderdeel van een gemeente, dat vanuit bebouwingsoogpunt of sociaaleconomische structuur homogeen is afgebakend. Homogeen wil zeggen dat één functie dominant is, bijvoorbeeld woonfunctie (woongebied), werkfunctie (industriegebied) of recreatieve functie (natuurgebied). Functies kunnen echter ook gemengd voorkomen.
Gemeentenaam
De naam van de bestuurlijke gemeente. Deze naam volgt de officiële schrijfwijze.
Soort regio
De gekozen regioaanduiding betreft: Gemeente, Wijk of Buurt.
Codering
Gemeentecode heeft 4 posities, voorafgegaan door ‘GM’.
Wijkcode heeft 6 posities: gemeentecode (4) + wijkcode (2), voorafgegaan door ‘WK’.
Buurtcode heeft 8 posities: gemeentecode (4) + wijkcode (2) + buurtcode (2), voorafgegaan door ‘BU’.
Indelingswijziging wijken en buurten
Deze indicator geeft per wijk en buurt aan of de cijfers uit deze tabel zonder problemen kunnen worden gekoppeld aan en vergeleken met de cijfers van een jaar eerder, of dat er wijzigingen in de Wijk- en Buurtindeling zijn waardoor dit niet kan. Detailinformatie over wijzigingen in de Wijk- en Buurtindeling kan worden verkregen door de wijk- en buurtkaart van twee opeenvolgende jaren met elkaar te vergelijken.

De indicator kent drie mogelijke waarden:
1: De codering en afbakening van deze wijk/buurt is ongewijzigd ten opzichte van het voorgaande jaar. Het is wel mogelijk dat een naamswijziging heeft plaatsgevonden. De cijfers kunnen worden gekoppeld en vergeleken met die van het voorgaande jaar.
2: De codering van de wijk/buurt is veranderd ten opzichte van het voorgaande jaar. De afbakening is ongewijzigd. Om te kunnen koppelen met cijfers van het voorgaande jaar zal eerst moeten worden achterhaald wat de codering van het voorgaande jaar was. Is de koppeling eenmaal geslaagd dan kunnen de cijfers alsnog met elkaar worden vergeleken.
3: De afbakening van de wijk/buurt is veranderd ten opzichte van het voorgaande jaar. Dit kan gepaard zijn gegaan met een gewijzigde codering. De cijfers kunnen niet zonder meer worden vergeleken met die van het voorgaande jaar. Verschillen kunnen immers samenhangen met de verandering in de afbakening van de wijk of buurt.

Voor een wijk of buurt wordt alleen een wijziging in de afbakening geconstateerd wanneer een grens circa 5 meter of meer is verlegd. Kleinere grenswijzigingen worden niet als significant beschouwd.
Personen per soort uitkering
Het aantal personen dat een sociale zekerheidsuitkering ontvangt uitgesplitst naar de soort uitkering.
Het gaat hier om werkloosheidsuitkeringen, bijstandsuitkeringen, bijstandsgerelateerde uitkeringen, arbeidsongeschiktheidsuitkeringen en ouderdomsuitkeringen.

Het is mogelijk dat een persoon aanspraak maakt op meer dan één uitkering. Dat kunnen uitkeringen zijn van eenzelfde soort (bijvoorbeeld twee WAO-uitkeringen) of twee uitkeringen van verschillend type (zoals een WW en een bijstandsuitkering). In het laatste geval wordt de persoon bij beide soorten uitkeringen meegeteld. In het eerste geval slechts één keer (bij de WAO). Bij de totaaltellingen wordt de persoon uiteraard ook maar één keer geteld.
Werkloosheidsuitkering
Personen die een uitkering ontvangen op grond van de Werkloosheidswet (WW).
Bijstandsuitkering
Personen met een uitkering in het kader Wet werk en bijstand (WWB).
Wet werk en bijstand
Wet die de ondersteuning bij arbeidsinschakeling en bijstand regelt voor mensen die weinig of geen ander inkomen hebben en ook weinig of geen vermogen.
Arbeidsongeschiktheidsuitkering
Het aantal personen dat een arbeidsongeschiktheidsuitkering ontvangt in het kader van de Wet op de arbeidsongeschiktheidsverzekering (WAO), de Wet arbeidsongeschiktheidsverzekering zelfstandigen (WAZ), de Wet werk en Inkomen naar arbeidsvermogen (WIA), de Wet arbeidsongeschiktheidsvoorziening jonggehandicapten (Wajong) en de Wet werk en arbeidsondersteuning jonggehandicapten (wet Wajong).

Het is mogelijk dat een persoon aanspraak maakt op meer dan één uitkering. Dat kunnen uitkeringen zijn van eenzelfde soort (bijvoorbeeld twee WAO-uitkeringen) of twee uitkeringen van verschillend type (zoals een WW en een bijstandsuitkering). In het laatste geval wordt de persoon bij beide soorten uitkeringen meegeteld. In het eerste geval slechts één keer (bij de WAO). Bij de totaaltellingen wordt de persoon uiteraard maar één keer geteld.
AOW-uitkering
Het aantal personen dat een uitkering ontvangt in het kader van de Algemene ouderdomswet (AOW).

Algemene ouderdomswet (AOW)
De AOW is een algemene, de gehele bevolking omvattende, verplichte verzekering die personen vanaf de AOW-gerechtigde leeftijd een inkomen garandeert. In het Nederlandse sociale zekerheidsstelsel is dit een volksverzekering.
In principe is iedereen die nog niet de AOW-gerechtige leeftijd heeft bereikt en in Nederland woont, verzekerd voor de AOW.
Ook degenen die niet in Nederland wonen, maar in Nederland in dienstbetrekking arbeid verrichten waarover loonbelasting wordt betaald, zijn verzekerd.
Voor perioden die men in het buitenland woont, kan men zich verzekeren tegen verlies van aanspraak op een AOW-uitkering.
Een uitkering kan, binnen het kader van de wet Beperking export uitkeringen (wet BEU), naar het buitenland worden overgemaakt.

AOW-gerechtigde leeftijd
De AOW-leeftijd is de leeftijd waarop het AOW-pensioen ingaat. De AOW-leeftijd is tot en met 2024 als volgt:

Tot 2013: 65 jaar
2013: 65 jaar en 1 maand
2014: 65 jaar en 2 maanden
2015: 65 jaar en 3 maanden
2016: 65 jaar en 6 maanden
2017: 65 jaar en 9 maanden
2018: 66 jaar
2019-2021: 66 jaar en 4 maanden
2022: 66 jaar en 7 maanden
2023: 66 jaar en 10 maanden
2024: 67 jaar.

Na 2024 zal de AOW-leeftijd niet 1 jaar stijgen per jaar dat we langer leven, maar 8 maanden. De AOW-leeftijd blijft dus gekoppeld aan de levensverwachting, maar in mindere mate.
Personen per soort uitkering, relatief
Het aantal personen dat een uitkering ontvangt in het kader van de Werkloosheidwet, Bijstandswet, Arbeidsongeschiktheidswet en de Algemene Ouderdomswet in procenten van het aantal inwoners van 15 jaar en ouder per regio.
Werkloosheidsuitkering
Het aantal personen dat een uitkering ontvangt in het kader van de Werkloosheidswet (WW) in procenten van het aantal inwoners van 15 jaar en ouder.
Bijstandsuitkering
Het aantal personen dat een bijstandsuitkering in het kader van Wet werk en bijstand (WWB) ontvangt in procenten van het aantal inwoners van 15 jaar en ouder.
WWB biedt ondersteuning bij arbeidsinschakeling en regelt bijstand voor mensen die weinig of geen ander inkomen hebben en ook weinig of geen vermogen.
Arbeidsongeschiktheidsuitkering
Het aantal personen dat een arbeidsongeschiktheidsuitkering ontvangt in het kader van de Wet op de arbeidsongeschiktheidsverzekering (WAO), de Wet arbeidsongeschiktheidsverzekering zelfstandigen (WAZ), de Wet werk en Inkomen naar arbeidsvermogen (WIA), de Wet arbeidsongeschiktheidsvoorziening jonggehandicapten (Wajong) en de Wet werk en arbeidsondersteuning jonggehandicapten (wet Wajong) in procenten van het aantal inwoners van 15 jaar en ouder.

Het is mogelijk dat een persoon aanspraak maakt op meer dan één uitkering. Dat kunnen uitkeringen zijn van eenzelfde soort (bijvoorbeeld twee WAO-uitkeringen) of twee uitkeringen van verschillend type (zoals een WW en een bijstandsuitkering). In het laatste geval wordt de persoon bij beide soorten uitkeringen meegeteld. In het eerste geval slechts één keer (bij de WAO). Bij de totaaltellingen wordt de persoon uiteraard maar één keer geteld.
AOW-uitkering
Het aantal personen dat een uitkering ontvangt in het kader van de Algemene ouderdomswet (AOW).

Algemene ouderdomswet (AOW)
De AOW is een algemene, de gehele bevolking omvattende, verplichte verzekering die personen vanaf de AOW-gerechtigde leeftijd een inkomen garandeert. In het Nederlandse sociale zekerheidsstelsel is dit een volksverzekering.
In principe is iedereen die nog niet de AOW-gerechtige leeftijd heeft bereikt en in Nederland woont, verzekerd voor de AOW.
Ook degenen die niet in Nederland wonen, maar in Nederland in dienstbetrekking arbeid verrichten waarover loonbelasting wordt betaald, zijn verzekerd.
Voor perioden die men in het buitenland woont, kan men zich verzekeren tegen verlies van aanspraak op een AOW-uitkering.
Een uitkering kan, binnen het kader van de wet Beperking export uitkeringen (wet BEU), naar het buitenland worden overgemaakt.

AOW-gerechtigde leeftijd
De AOW-leeftijd is de leeftijd waarop het AOW-pensioen ingaat. De AOW-leeftijd is tot en met 2024 als volgt:

Tot 2013: 65 jaar
2013: 65 jaar en 1 maand
2014: 65 jaar en 2 maanden
2015: 65 jaar en 3 maanden
2016: 65 jaar en 6 maanden
2017: 65 jaar en 9 maanden
2018: 66 jaar
2019-2021: 66 jaar en 4 maanden
2022: 66 jaar en 7 maanden
2023: 66 jaar en 10 maanden
2024: 67 jaar.

Na 2024 zal de AOW-leeftijd niet 1 jaar stijgen per jaar dat we langer leven, maar 8 maanden. De AOW-leeftijd blijft dus gekoppeld aan de levensverwachting, maar in mindere mate.
Inwoners
De inwoneraantallen van een gemeente, wijk en buurt.
Inwoners vanaf 15 jaar
Het aantal inwoners van 15 jaar en ouder.
Inwoners vanaf 15 jr tot AOW-leeftijd
Het aantal inwoners vanaf 15 jaar tot de AOW-leeftijd.

De AOW-leeftijd is de leeftijd waarop het AOW-pensioen ingaat. De AOW-leeftijd is tot en met 2024 als volgt:

Tot 2013: 65 jaar
2013: 65 jaar en 1 maand
2014: 65 jaar en 2 maanden
2015: 65 jaar en 3 maanden
2016: 65 jaar en 6 maanden
2017: 65 jaar en 9 maanden
2018: 66 jaar
2019-2021: 66 jaar en 4 maanden
2022: 66 jaar en 7 maanden
2023: 66 jaar en 10 maanden
2024: 67 jaar.

Na 2024 zal de AOW-leeftijd niet 1 jaar stijgen per jaar dat we langer leven, maar 8 maanden. De AOW-leeftijd blijft dus gekoppeld aan de levensverwachting, maar in mindere mate.
Inwoners vanaf de AOW-leeftijd
Het aantal inwoners vanaf de AOW-leeftijd.

De AOW-leeftijd is de leeftijd waarop het AOW-pensioen ingaat. De AOW-leeftijd is tot en met 2024 als volgt:

Tot 2013: 65 jaar
2013: 65 jaar en 1 maand
2014: 65 jaar en 2 maanden
2015: 65 jaar en 3 maanden
2016: 65 jaar en 6 maanden
2017: 65 jaar en 9 maanden
2018: 66 jaar
2019-2021: 66 jaar en 4 maanden
2022: 66 jaar en 7 maanden
2023: 66 jaar en 10 maanden
2024: 67 jaar.

Na 2024 zal de AOW-leeftijd niet 1 jaar stijgen per jaar dat we langer leven, maar 8 maanden. De AOW-leeftijd blijft dus gekoppeld aan de levensverwachting, maar in mindere mate.