Personen met een uitkering; kenmerken uitkeringsontvangers

Personen met een uitkering; kenmerken uitkeringsontvangers

Geslacht Leeftijd Migratieachtergrond Perioden Uitkeringsontvangers, totaal (aantal personen) Uitkeringsontvangers per soort uitkering Werkloosheid (aantal personen) Uitkeringsontvangers per soort uitkering Bijstand en bijstandsgerelateerd Bijstand en bijstandsgerelateerd, totaal (aantal personen) Uitkeringsontvangers per soort uitkering Bijstand en bijstandsgerelateerd Bijstandsuitkering (aantal personen) Uitkeringsontvangers per soort uitkering Bijstand en bijstandsgerelateerd IOAW-uitkering (aantal personen) Uitkeringsontvangers per soort uitkering Bijstand en bijstandsgerelateerd IOAZ-uitkering (aantal personen) Uitkeringsontvangers per soort uitkering Arbeidsongeschiktheid Arbeidsongeschiktheid, totaal (aantal personen) Uitkeringsontvangers per soort uitkering Arbeidsongeschiktheid WAO-uitkering (aantal personen) Uitkeringsontvangers per soort uitkering Arbeidsongeschiktheid WIA-uitkering: regeling WGA (aantal personen) Uitkeringsontvangers per soort uitkering Arbeidsongeschiktheid WIA-uitkering: regeling IVA (aantal personen) Uitkeringsontvangers per soort uitkering Arbeidsongeschiktheid WAZ-uitkering (aantal personen) Uitkeringsontvangers per soort uitkering Arbeidsongeschiktheid Wajong-uitkering (aantal personen) Uitkeringsontvangers per soort uitkering AOW (aantal personen)
Totaal mannen en vrouwen Jonger dan AOW-leeftijd Totaal 2022 oktober** 1.339.940 132.960 437.100 395.830 17.440 1.940 785.340 176.070 233.200 155.180 5.930 226.200
Totaal mannen en vrouwen Jonger dan AOW-leeftijd Totaal 2022 november** 1.338.590 131.890 437.140 396.170 17.150 1.910 784.760 174.530 233.690 156.140 5.860 225.760
Totaal mannen en vrouwen Jonger dan AOW-leeftijd Totaal 2022 december** 1.338.510 132.630 437.490 396.720 16.890 1.900 783.290 172.980 234.080 156.560 5.790 225.130
Totaal mannen en vrouwen Jonger dan AOW-leeftijd Totaal 2023 januari** 1.351.150 141.380 438.410 397.720 16.870 1.980 785.920 172.750 235.830 158.440 5.770 224.420
Totaal mannen en vrouwen Jonger dan AOW-leeftijd Totaal 2023 februari** 1.360.240 140.440 439.450 398.660 16.880 1.990 794.780 173.390 239.320 160.190 5.770 227.560
Totaal mannen en vrouwen Jonger dan AOW-leeftijd Totaal 2023 maart** 1.363.830 138.530 440.950 399.990 16.890 2.010 798.680 173.280 241.140 162.010 5.750 228.000
Totaal mannen en vrouwen Jonger dan AOW-leeftijd Totaal 2023 april** 1.362.670 137.100 440.420 399.930 16.630 2.010 799.490 171.730 242.260 162.760 5.670 228.610
Totaal mannen en vrouwen Jonger dan AOW-leeftijd Totaal 2023 mei** 1.352.790 126.640 439.530 399.290 16.330 2.000 800.600 170.450 243.310 163.680 5.610 229.130
Totaal mannen en vrouwen Jonger dan AOW-leeftijd Totaal 2023 juni** 1.346.320 128.380 439.270 399.270 16.060 1.980 792.510 167.680 241.270 164.330 5.490 225.150
Totaal mannen en vrouwen Jonger dan AOW-leeftijd Totaal 2023 juli** 1.353.590 135.750 439.020 399.400 15.830 1.960 792.750 166.420 241.580 165.140 5.430 225.580
Totaal mannen en vrouwen Jonger dan AOW-leeftijd Totaal 2023 augustus** 1.356.490 139.120 437.880 398.490 15.560 1.930 793.670 165.200 242.280 165.970 5.380 226.270
Totaal mannen en vrouwen Jonger dan AOW-leeftijd Totaal 2023 september** 1.355.470 137.810 437.070 397.870 15.280 1.910 794.060 163.870 243.390 166.660 5.310 226.240
Totaal mannen en vrouwen Jonger dan AOW-leeftijd Nederlandse achtergrond 2022 oktober** 823.220 89.430 169.630 146.440 11.810 1.470 572.910 130.000 155.330 115.880 5.250 176.130
Totaal mannen en vrouwen Jonger dan AOW-leeftijd Nederlandse achtergrond 2022 november** 820.680 88.080 169.040 146.010 11.600 1.450 572.070 128.750 155.590 116.500 5.190 175.710
Totaal mannen en vrouwen Jonger dan AOW-leeftijd Nederlandse achtergrond 2022 december** 818.930 88.220 168.520 145.670 11.400 1.440 570.490 127.500 155.750 116.700 5.130 175.080
Totaal mannen en vrouwen Jonger dan AOW-leeftijd Nederlandse achtergrond 2023 januari** 826.190 93.440 168.490 145.680 11.360 1.500 572.210 127.330 156.970 118.100 5.110 174.430
Totaal mannen en vrouwen Jonger dan AOW-leeftijd Nederlandse achtergrond 2023 februari** 832.220 92.750 168.580 145.720 11.360 1.510 578.690 127.840 159.320 119.400 5.100 176.890
Totaal mannen en vrouwen Jonger dan AOW-leeftijd Nederlandse achtergrond 2023 maart** 833.890 91.500 168.640 145.670 11.370 1.530 581.400 127.750 160.520 120.720 5.090 177.220
Totaal mannen en vrouwen Jonger dan AOW-leeftijd Nederlandse achtergrond 2023 april** 832.110 90.160 167.780 145.130 11.180 1.530 581.880 126.630 161.250 121.210 5.020 177.700
Totaal mannen en vrouwen Jonger dan AOW-leeftijd Nederlandse achtergrond 2023 mei** 825.610 83.470 167.040 144.550 10.970 1.520 582.550 125.640 161.920 121.890 4.960 178.090
Totaal mannen en vrouwen Jonger dan AOW-leeftijd Nederlandse achtergrond 2023 juni** 819.660 84.530 166.380 144.060 10.780 1.500 576.100 123.410 160.480 122.350 4.860 174.820
Totaal mannen en vrouwen Jonger dan AOW-leeftijd Nederlandse achtergrond 2023 juli** . . . . . . . . . . . .
Totaal mannen en vrouwen Jonger dan AOW-leeftijd Nederlandse achtergrond 2023 augustus** . . . . . . . . . . . .
Totaal mannen en vrouwen Jonger dan AOW-leeftijd Nederlandse achtergrond 2023 september** . . . . . . . . . . . .
Totaal mannen en vrouwen Jonger dan AOW-leeftijd Met migratieachtergrond 2022 oktober** 516.320 43.540 267.470 249.380 5.620 470 212.020 46.060 77.660 39.110 680 50.070
Totaal mannen en vrouwen Jonger dan AOW-leeftijd Met migratieachtergrond 2022 november** 517.500 43.810 268.100 250.160 5.550 460 212.270 45.770 77.890 39.450 670 50.050
Totaal mannen en vrouwen Jonger dan AOW-leeftijd Met migratieachtergrond 2022 december** 519.160 44.410 268.970 251.050 5.480 460 212.390 45.470 78.110 39.660 660 50.040
Totaal mannen en vrouwen Jonger dan AOW-leeftijd Met migratieachtergrond 2023 januari** 524.510 47.940 269.920 252.040 5.510 480 213.280 45.410 78.640 40.150 660 49.990
Totaal mannen en vrouwen Jonger dan AOW-leeftijd Met migratieachtergrond 2023 februari** 527.570 47.700 270.860 252.940 5.520 480 215.650 45.540 79.770 40.600 660 50.670
Totaal mannen en vrouwen Jonger dan AOW-leeftijd Met migratieachtergrond 2023 maart** 529.470 47.020 272.310 254.320 5.520 480 216.810 45.520 80.360 41.100 660 50.770
Totaal mannen en vrouwen Jonger dan AOW-leeftijd Met migratieachtergrond 2023 april** 530.080 46.940 272.640 254.800 5.450 480 217.140 45.090 80.740 41.360 650 50.910
Totaal mannen en vrouwen Jonger dan AOW-leeftijd Met migratieachtergrond 2023 mei** 526.700 43.170 272.480 254.740 5.370 480 217.570 44.800 81.120 41.600 640 51.030
Totaal mannen en vrouwen Jonger dan AOW-leeftijd Met migratieachtergrond 2023 juni** 526.180 43.850 272.890 255.210 5.290 470 215.920 44.260 80.510 41.800 630 50.320
Totaal mannen en vrouwen Jonger dan AOW-leeftijd Met migratieachtergrond 2023 juli** . . . . . . . . . . . .
Totaal mannen en vrouwen Jonger dan AOW-leeftijd Met migratieachtergrond 2023 augustus** . . . . . . . . . . . .
Totaal mannen en vrouwen Jonger dan AOW-leeftijd Met migratieachtergrond 2023 september** . . . . . . . . . . . .
Totaal mannen en vrouwen Jonger dan AOW-leeftijd Westerse migratieachtergrond 2022 oktober** 134.100 20.000 40.310 35.920 1.940 170 75.540 15.530 26.560 17.190 370 16.630
Totaal mannen en vrouwen Jonger dan AOW-leeftijd Westerse migratieachtergrond 2022 november** 134.460 20.560 40.110 35.780 1.910 170 75.530 15.390 26.610 17.280 370 16.610
Totaal mannen en vrouwen Jonger dan AOW-leeftijd Westerse migratieachtergrond 2022 december** 134.780 21.040 40.100 35.780 1.880 160 75.380 15.220 26.620 17.330 360 16.580
Totaal mannen en vrouwen Jonger dan AOW-leeftijd Westerse migratieachtergrond 2023 januari** 136.720 22.560 40.150 35.860 1.880 170 75.720 15.190 26.840 17.530 360 16.530
Totaal mannen en vrouwen Jonger dan AOW-leeftijd Westerse migratieachtergrond 2023 februari** 137.440 22.330 40.250 35.940 1.890 170 76.570 15.250 27.250 17.710 360 16.750
Totaal mannen en vrouwen Jonger dan AOW-leeftijd Westerse migratieachtergrond 2023 maart** 137.420 21.870 40.300 35.950 1.880 170 76.980 15.240 27.470 17.910 360 16.750
Totaal mannen en vrouwen Jonger dan AOW-leeftijd Westerse migratieachtergrond 2023 april** 137.290 21.810 40.180 35.870 1.850 180 77.010 15.090 27.540 17.990 350 16.780
Totaal mannen en vrouwen Jonger dan AOW-leeftijd Westerse migratieachtergrond 2023 mei** 135.480 20.040 39.970 35.710 1.830 180 77.150 14.970 27.670 18.090 350 16.820
Totaal mannen en vrouwen Jonger dan AOW-leeftijd Westerse migratieachtergrond 2023 juni** 134.990 20.350 39.810 35.580 1.790 180 76.460 14.690 27.470 18.170 340 16.540
Totaal mannen en vrouwen Jonger dan AOW-leeftijd Westerse migratieachtergrond 2023 juli** . . . . . . . . . . . .
Totaal mannen en vrouwen Jonger dan AOW-leeftijd Westerse migratieachtergrond 2023 augustus** . . . . . . . . . . . .
Totaal mannen en vrouwen Jonger dan AOW-leeftijd Westerse migratieachtergrond 2023 september** . . . . . . . . . . . .
Totaal mannen en vrouwen Jonger dan AOW-leeftijd Niet-westerse migratieachtergrond 2022 oktober** 382.220 23.540 227.160 213.460 3.680 300 136.480 30.530 51.100 21.930 310 33.440
Totaal mannen en vrouwen Jonger dan AOW-leeftijd Niet-westerse migratieachtergrond 2022 november** 383.040 23.250 227.980 214.370 3.650 300 136.740 30.380 51.280 22.160 300 33.430
Totaal mannen en vrouwen Jonger dan AOW-leeftijd Niet-westerse migratieachtergrond 2022 december** 384.380 23.370 228.870 215.280 3.610 300 137.000 30.260 51.490 22.340 300 33.460
Totaal mannen en vrouwen Jonger dan AOW-leeftijd Niet-westerse migratieachtergrond 2023 januari** 387.800 25.380 229.760 216.180 3.630 310 137.560 30.220 51.800 22.620 300 33.460
Totaal mannen en vrouwen Jonger dan AOW-leeftijd Niet-westerse migratieachtergrond 2023 februari** 390.130 25.370 230.610 217.000 3.630 310 139.080 30.290 52.520 22.890 300 33.920
Totaal mannen en vrouwen Jonger dan AOW-leeftijd Niet-westerse migratieachtergrond 2023 maart** 392.060 25.160 232.010 218.370 3.640 310 139.830 30.280 52.900 23.200 300 34.020
Totaal mannen en vrouwen Jonger dan AOW-leeftijd Niet-westerse migratieachtergrond 2023 april** 392.800 25.130 232.460 218.930 3.600 310 140.130 30.000 53.210 23.370 300 34.120
Totaal mannen en vrouwen Jonger dan AOW-leeftijd Niet-westerse migratieachtergrond 2023 mei** 391.220 23.130 232.510 219.020 3.540 310 140.430 29.830 53.450 23.510 290 34.210
Totaal mannen en vrouwen Jonger dan AOW-leeftijd Niet-westerse migratieachtergrond 2023 juni** 391.190 23.500 233.080 219.630 3.490 300 139.460 29.570 53.040 23.630 290 33.790
Totaal mannen en vrouwen Jonger dan AOW-leeftijd Niet-westerse migratieachtergrond 2023 juli** . . . . . . . . . . . .
Totaal mannen en vrouwen Jonger dan AOW-leeftijd Niet-westerse migratieachtergrond 2023 augustus** . . . . . . . . . . . .
Totaal mannen en vrouwen Jonger dan AOW-leeftijd Niet-westerse migratieachtergrond 2023 september** . . . . . . . . . . . .
Totaal mannen en vrouwen AOW-leeftijd of ouder Totaal 2022 oktober** 3.579.590 59.600 58.870 300 100 3.576.690
Totaal mannen en vrouwen AOW-leeftijd of ouder Totaal 2022 november** 3.585.270 59.760 59.030 290 100 3.582.500
Totaal mannen en vrouwen AOW-leeftijd of ouder Totaal 2022 december** 3.591.260 59.870 59.150 280 100 3.588.610
Totaal mannen en vrouwen AOW-leeftijd of ouder Totaal 2023 januari** 3.574.670 59.700 59.010 270 100 3.572.030
Totaal mannen en vrouwen AOW-leeftijd of ouder Totaal 2023 februari** 3.560.550 59.530 58.840 270 90 3.557.970
Totaal mannen en vrouwen AOW-leeftijd of ouder Totaal 2023 maart** 3.547.780 59.350 58.680 260 90 3.545.180
Totaal mannen en vrouwen AOW-leeftijd of ouder Totaal 2023 april** 3.550.980 59.490 58.820 260 90 3.548.370
Totaal mannen en vrouwen AOW-leeftijd of ouder Totaal 2023 mei** 3.560.220 60.080 59.400 270 90 3.557.590
Totaal mannen en vrouwen AOW-leeftijd of ouder Totaal 2023 juni** 3.565.750 60.180 59.500 250 90 3.563.020
Totaal mannen en vrouwen AOW-leeftijd of ouder Totaal 2023 juli** 3.572.530 60.290 59.590 260 90 3.569.790
Totaal mannen en vrouwen AOW-leeftijd of ouder Totaal 2023 augustus** 3.579.290 60.360 59.640 260 90 3.576.570
Totaal mannen en vrouwen AOW-leeftijd of ouder Totaal 2023 september** 3.585.510 60.420 59.700 260 100 3.582.760
Totaal mannen en vrouwen AOW-leeftijd of ouder Nederlandse achtergrond 2022 oktober** 2.908.240 6.680 6.380 190 70 2.908.200
Totaal mannen en vrouwen AOW-leeftijd of ouder Nederlandse achtergrond 2022 november** 2.912.900 6.650 6.350 190 70 2.912.870
Totaal mannen en vrouwen AOW-leeftijd of ouder Nederlandse achtergrond 2022 december** 2.918.020 6.610 6.320 180 70 2.917.990
Totaal mannen en vrouwen AOW-leeftijd of ouder Nederlandse achtergrond 2023 januari** 2.903.950 6.520 6.240 170 70 2.903.920
Totaal mannen en vrouwen AOW-leeftijd of ouder Nederlandse achtergrond 2023 februari** 2.892.190 6.480 6.210 170 70 2.892.160
Totaal mannen en vrouwen AOW-leeftijd of ouder Nederlandse achtergrond 2023 maart** 2.881.510 6.450 6.190 170 70 2.881.480
Totaal mannen en vrouwen AOW-leeftijd of ouder Nederlandse achtergrond 2023 april** 2.884.130 6.490 6.240 160 60 2.884.100
Totaal mannen en vrouwen AOW-leeftijd of ouder Nederlandse achtergrond 2023 mei** 2.890.370 6.480 6.220 160 60 2.890.340
Totaal mannen en vrouwen AOW-leeftijd of ouder Nederlandse achtergrond 2023 juni** 2.894.990 6.480 6.230 150 60 2.894.950
Totaal mannen en vrouwen AOW-leeftijd of ouder Nederlandse achtergrond 2023 juli** . . . . . .
Totaal mannen en vrouwen AOW-leeftijd of ouder Nederlandse achtergrond 2023 augustus** . . . . . .
Totaal mannen en vrouwen AOW-leeftijd of ouder Nederlandse achtergrond 2023 september** . . . . . .
Totaal mannen en vrouwen AOW-leeftijd of ouder Met migratieachtergrond 2022 oktober** 670.230 52.920 52.490 110 30 667.370
Totaal mannen en vrouwen AOW-leeftijd of ouder Met migratieachtergrond 2022 november** 671.250 53.110 52.680 110 30 668.510
Totaal mannen en vrouwen AOW-leeftijd of ouder Met migratieachtergrond 2022 december** 672.110 53.260 52.830 100 30 669.500
Totaal mannen en vrouwen AOW-leeftijd of ouder Met migratieachtergrond 2023 januari** 669.590 53.180 52.770 100 30 666.990
Totaal mannen en vrouwen AOW-leeftijd of ouder Met migratieachtergrond 2023 februari** 667.230 53.050 52.630 100 30 664.680
Totaal mannen en vrouwen AOW-leeftijd of ouder Met migratieachtergrond 2023 maart** 665.140 52.890 52.490 100 30 662.570
Totaal mannen en vrouwen AOW-leeftijd of ouder Met migratieachtergrond 2023 april** 665.720 52.990 52.580 100 30 663.140
Totaal mannen en vrouwen AOW-leeftijd of ouder Met migratieachtergrond 2023 mei** 668.700 53.600 53.180 110 30 666.100
Totaal mannen en vrouwen AOW-leeftijd of ouder Met migratieachtergrond 2023 juni** 669.600 53.690 53.270 100 30 666.910
Totaal mannen en vrouwen AOW-leeftijd of ouder Met migratieachtergrond 2023 juli** . . . . . .
Totaal mannen en vrouwen AOW-leeftijd of ouder Met migratieachtergrond 2023 augustus** . . . . . .
Totaal mannen en vrouwen AOW-leeftijd of ouder Met migratieachtergrond 2023 september** . . . . . .
Totaal mannen en vrouwen AOW-leeftijd of ouder Westerse migratieachtergrond 2022 oktober** 463.600 9.720 9.580 50 10 463.210
Totaal mannen en vrouwen AOW-leeftijd of ouder Westerse migratieachtergrond 2022 november** 463.930 9.750 9.620 50 10 463.590
Totaal mannen en vrouwen AOW-leeftijd of ouder Westerse migratieachtergrond 2022 december** 464.260 9.790 9.650 40 10 463.970
Totaal mannen en vrouwen AOW-leeftijd of ouder Westerse migratieachtergrond 2023 januari** 462.320 9.790 9.660 40 10 462.040
Bron: CBS.
Verklaring van tekens

Tabeltoelichting


De tabel geeft inzicht in het aantal personen met een sociale zekerheidsuitkering. Deze personen kunnen zowel in Nederland als in het buitenland woonachtig zijn. Het betreft de personen met een uitkering voor arbeidsongeschiktheid, werkloosheid, ouderdom, bijstand en bijstandsgerelateerde uitkeringen.
De personen met een uitkering in het kader van arbeidsongeschiktheid, werkloosheid, bijstand en bijstandsgerelateerde uitkeringen zijn vanaf 2007 beschikbaar. Het aantal personen dat een uitkering voor ouderdom ontvangt is vanaf 2013 in de tabel opgenomen. Het is mogelijk dat een persoon aanspraak maakt op meerdere uitkeringen.
Dat kunnen uitkeringen zijn van eenzelfde soort (bijvoorbeeld twee arbeidsongeschiktheidsuitkeringen: WIA, WAZ, Wajong of WAO) of uitkeringen van verschillend type (zoals een uitkering in het kader van de Werkloosheidswet (WW) en een bijstandsuitkering). In het laatste geval wordt de persoon bij beide soorten uitkeringen meegeteld. In het eerste geval slechts één keer (bij de arbeidsongeschiktheidsuitkeringen).
Vanaf oktober 2021 is een stijging te zien van het aantal WGA-uitkeringen. De oorzaak hiervan is een kwaliteitsverbetering van het proces waardoor een groep eigenrisicodragers die eerder ontbraken nu wel meegenomen wordt. Het gaat niet om een stijging in het reguliere aantal WGA-uitkeringen, maar om een stijging in "personen met een WGA-uitkering".
Bij de totaaltellingen wordt de persoon uiteraard maar één keer geteld.

Het samenstellen van gegevens voor StatLine-tabellen die uitsplitsingen naar persoonskenmerken bevatten, gebeurt altijd op basis van de meest recente gegevens uit de Basis Registratie Personen (BRP). Omdat verschillende StatLine-tabellen op verschillende momenten geactualiseerd worden, kan het voorkomen dat voor de ene tabel een andere versie van de BRP wordt gebruikt dan voor een andere tabel. Hierdoor kunnen beperkte verschillen ontstaan ten opzichte van andere tabellen met dezelfde populatie. De laatst gepubliceerde cijfers zijn in dat geval het meest accuraat. De cijfers hebben betrekking op de laatste dag van de verslagmaand.

Status van de cijfers:
De cijfers kunnen zowel een nader voorlopig als definitief karakter hebben. De maandcijfers zijn ultimo standcijfers. Na een tot twee jaar worden de cijfers definitief.

Wijzigingen per 29 maart 2024:
Toegevoegd zijn:
De nader voorlopige cijfers van juli tot en met september 2023.

Wanneer komen er nieuwe cijfers?
Nieuwe cijfers komen in juli 2024.

Toelichting onderwerpen

Uitkeringsontvangers, totaal
Totaal aantal personen met een uitkering in het kader van de Werkloosheidswet (WW), bijstandswet (PW), bijstandsgerelateerde wet (IOAW, IOAZ, Bbz), arbeidsongeschiktheidswet (WAO, WIA, WAZ, Wajong, Wet Wajong 2015) of de Algemene ouderdomswet (AOW).

Met ingang van 12 mei 2016 is de WWIK niet meer als aparte regeling in de tabel opgenomen. Meer informatie over de WWIK is te lezen in de tabeltoelichting bij 'Personen met een bijstandsgerelateerde uitkeringen'.

Het is mogelijk dat een persoon aanspraak maakt op meer dan één uitkering. Dat kunnen uitkeringen zijn van eenzelfde soort (bijvoorbeeld twee WAO-uitkeringen) of twee uitkeringen van verschillend type (zoals een WW en een bijstandsuitkering). In het laatste geval wordt de persoon bij beide soorten uitkeringen meegeteld. In het eerste geval slechts één keer (bij de WAO). Bij de totaaltellingen wordt de persoon uiteraard maar één keer geteld.
Uitkeringsontvangers per soort uitkering
Het aantal personen dat een sociale zekerheidsuitkering ontvangt uitgesplitst naar de soort uitkering.
Het gaat hier om werkloosheidsuitkeringen, bijstandsuitkeringen, bijstandsgerelateerde uitkeringen, arbeidsongeschiktheidsuitkeringen en ouderdomsuitkeringen.

Het is mogelijk dat een persoon aanspraak maakt op meer dan één uitkering. Dat kunnen uitkeringen zijn van eenzelfde soort (bijvoorbeeld twee WAO-uitkeringen) of twee uitkeringen van verschillend type (zoals een WW en een bijstandsuitkering. In het laatste geval wordt de persoon bij beide soorten uitkeringen meegeteld. In het eerste geval slechts één keer (bij de WAO). Bij de totaaltellingen wordt de persoon uiteraard ook maar één keer geteld.
Werkloosheid
Het aantal personen dat een uitkering ontvangt in het kader van de Werkloosheidwet (WW).
Bijstand en bijstandsgerelateerd
Het aantal personen dat een uitkering ontvangt in het kader van de bijstandswet of bijstandsgerelateerde wet.

Vanaf 1 januari 2015 is de Wet werk en bijstand opgegaan in de Participatiewet. Een ieder die kan werken maar daarbij ondersteuning nodig heeft, valt sinds 1 januari 2015 onder de Participatiewet.

Bijstandsgerelateerde wetten zijn de Wet inkomensvoorziening oudere en gedeeltelijk arbeidsongeschikte werkloze werknemers (IOAW), de Wet inkomensvoorziening oudere en gedeeltelijk arbeidsongeschikte gewezen zelfstandigen (IOAZ) en het Besluit bijstandsverlening zelfstandigen 2004 (Bbz).
Personen met een uitkering in het kader van het Besluit bijstandsverlening zelfstandigen 2004 (Bbz) zijn uitsluitend opgenomen in het totaal aantal personen dat een bijstandsuitkering of bijstandsgerelateerde uitkering ontvangt.

De personen met een WWIK-uitkering (Wet werk en inkomen kunstenaars) zijn per 12 mei 2016 uitsluitend opgenomen in de totalen. Meer informatie over de personen met WWIK-uitkering is te lezen in de tabeltoelichting bij ‘Personen met een bijstandsgerelateerde uitkering’.

Besluit bijstandsverlening zelfstandigen 2004 (Bbz):
Het Besluit bijstandsverlening zelfstandigen 2004 (Bbz) is ingesteld om een zelfstandige tijdelijk een uitkering te verstrekken totdat hij weer in zijn eigen levensbehoeften kan voorzien.
Degenen die in aanmerking komen voor het Bbz zijn gevestigde zelfstandigen die tijdelijk in financiële problemen verkeren, of startende zelfstandigen.
Daarnaast biedt het Bbz ook hulp aan oudere zelfstandigen met een niet-levensvatbaar bedrijf of hulp wanneer zelfstandigen hun bedrijf willen beëindigen.

Met terugwerkende kracht is vanaf 1 maart 2020 de regeling Tijdelijke overbruggingsregeling zelfstandig ondernemers (Tozo) van kracht. Dit heeft gezorgd voor een sterke toename in maart van het aantal personen met een bijstandsgerelateerde uitkering.



Bijstand en bijstandsgerelateerd, totaal
Het totaal aantal personen dat een bijstandsuitkering (Participatiewet) of bijstandsgerelateerde uitkering (IOAW, IOAZ, Bbz) ontvangt.
Cijfers over de personen met een WWIK-uitkeringen zijn per 12 mei 2016 uit de tabellen gehaald en gearchiveerd. Meer informatie over de WWIK-uitkeringen is te lezen in de tabeltoelichting bij ‘Personen met bijstandsgerelateerde uitkeringen’.

Met terugwerkende kracht is vanaf 1 maart 2020 de regeling Tijdelijke overbruggingsregeling zelfstandig ondernemers (Tozo) van kracht. Dit heeft gezorgd voor een sterke toename in maart van het aantal personen met een bijstandsgerelateerde uitkering. De regeling gold met terugwerkende kracht vanaf 1 maart 2020 en liep eind mei 2020 af. Deze regeling is opgevolgd door 'Tozo 2.0'. Vanaf 1 oktober is Tozo 2.0 opgevolgd door Tozo 3.0 die tot en met maart 2021 van kracht is.  

Bijstandsuitkering
Het aantal personen dat een uitkering ontvangt in het kader van de Participatiewet (vanaf 2015).

Participatiewet
De Participatiewet vervangt per 1 januari 2015 de WWB, de Wet sociale werkvoorziening (Wsw) en een deel van de Wet Wajong.
De Participatiewet komt vrijwel overeen met de WWB, maar nog sterker wordt de nadruk gelegd op participatie aan het arbeidsproces.
Personen die door lichamelijke, verstandelijke of psychische datum onder de Participatiewet en niet meer onder de Wet Wajong.

Wet sociale werkvoorziening (Wsw)
Deze wet regelt aangepaste werkgelegenheid voor personen die door lichamelijke, verstandelijke of psychische aandoeningen alleen onder aangepaste omstandigheden kunnen werken.
Toegang tot de wet is per 1 januari 2015 afgesloten, personen met een Wsw-indicatie vallen van die datum onder de Participatiewet.
De Wsw blijft bestaan voor personen die voor 15 mei 2011 een Wsw-indicatie hadden.
Voor personen die na 15 mei 2011 een Wsw-indicatie hebben gekregen geldt een overgangsregeling.
Een Wsw-indicatie vervalt bij het bereiken van de AOW-gerechtigde leeftijd.
IOAW-uitkering
Het aantal personen dat een uitkering ontvangt in het kader van de Wet inkomensvoorziening oudere en gedeeltelijk arbeidsongeschikte werkloze werknemers (IOAW).

Wet inkomensvoorziening oudere gedeeltelijk arbeidsongeschikte werkloze werknemers (IOAW)
De IOAW biedt een inkomensgarantie op het niveau van het sociaal minimum aan oudere werkloze werknemers, van wie het recht op uitkering op grond van de Werkloosheidswet is geëindigd.
De wet is in werking getreden op 1 januari 1987 en is ingrijpend gewijzigd met ingang van 1 januari 1996.
Het recht op een IOAW-uitkering vervalt bij het bereiken van de AOW-gerechtigde leeftijd.
IOAZ-uitkering
Het aantal personen dat een uitkering ontvangt in het kader van de Wet inkomensvoorziening oudere en gedeeltelijk arbeidsongeschikte gewezen zelfstandigen (IOAZ).

Wet inkomensvoorziening oudere en gedeeltelijk arbeidsongeschikte gewezen zelfstandigen (IOAZ)
De IOAZ biedt een inkomensgarantie op het niveau van het sociaal minimum aan gewezen zelfstandigen van 55 jaar en ouder, van wie het inkomen duurzaam minder bedraagt dan het sociaal minimum en die als gevolg daarvan het bedrijf of beroep hebben beëindigd.
De wet is in werking getreden op 1 januari 1987 en is ingrijpend gewijzigd met ingang van 1 januari 1996.
Het recht op een IOAZ-uitkering vervalt bij het bereiken van de AOW-gerechtigde leeftijd.
Arbeidsongeschiktheid
Het aantal personen dat een arbeidsongeschiktheidsuitkering ontvangt in het kader van de Wet op de arbeidsongeschiktheidsverzekering (WAO), de Wet werk en inkomen naar arbeidsvermogen (WIA), de Wet arbeidsongeschiktheidsverzekering zelfstandigen (WAZ),
de Wet arbeidsongeschiktheidsvoorziening jonggehandicapten (Wajong) en de Wet werk en arbeidsondersteuning jonggehandicapten (Wet Wajong).
Het recht op een uitkering in het kader van een van bovengenoemde wetten vervalt bij het bereiken van de AOW-gerechtigde leeftijd.

Het is mogelijk dat een persoon aanspraak maakt op meerdere uitkeringen. Dat kunnen uitkeringen zijn van eenzelfde soort (bijvoorbeeld twee arbeidsongeschiktheidsuitkeringen: WIA, WAZ, Wajong of WAO) of uitkeringen van verschillend type (zoals een uitkering in het kader van de Werkloosheidswet (WW) en een bijstandsuitkering). In het laatste geval wordt de persoon bij beide soorten uitkeringen meegeteld. In het eerste geval slechts één keer (bij de arbeidsongeschiktheidsuitkeringen). Bij de totaaltellingen wordt de persoon uiteraard maar één keer geteld.
Arbeidsongeschiktheid, totaal
Het totaal aantal personen dat een arbeidsongeschiktheidsuitkering (WAO, WIA, WAZ, Wajong, Wet Wajong) ontvangt.
WAO-uitkering
Het aantal personen dat een uitkering ontvangt in het kader van de Wet op de arbeidsongeschiktheidsverzekering (WAO).

Wet op de arbeidsongeschiktheidsverzekering (WAO)
De wet geeft werknemers die voor 1 januari 2004 arbeidsongeschikt zijn geworden recht op een loonvervangende uitkering, zolang zij minimaal 15% arbeidsongeschiktheid zijn.
De WAO is met ingang van 2005 vervangen door de Wet werk en inkomen naar arbeidsvermogen (WIA), maar blijft bestaan voor mensen die al een WAO-uitkering hadden of binnen 5 jaar na het beëindigen van de uitkering opnieuw arbeidsongeschikt worden door dezelfde oorzaak.
Het recht op een WAO-uitkering vervalt bij het bereiken van de AOW-gerechtigde leeftijd.
WIA-uitkering: regeling WGA
Het aantal personen met een lopende WGA-uitkering waar ook daadwerkelijk een bedrag uitgekeerd wordt dat een uitkering ontvangt in het kader van de Wet werk en inkomen naar arbeidsvermogen (WIA) regeling Werkhervatting gedeeltelijk arbeidsgeschikten (WGA).

Wet werk en inkomen naar arbeidsvermogen (WIA)
De WIA geeft werknemers die na een wachttijd van twee jaar nog minstens 35 procent arbeidsongeschikt zijn, recht op een uitkering. De wet is zó opgezet dat men gestimuleerd wordt om naar vermogen te werken.
De wet kent twee regelingen: de regeling Inkomensverzekering volledig arbeidsongeschikten (IVA) en de regeling Werkhervatting gedeeltelijk arbeidsgeschikten (WGA).
De IVA regelt een uitkering voor werknemers die langdurig en volledig arbeidsongeschikt zijn. De WGA geeft recht op een loonaanvullende uitkering als een werknemer gedeeltelijk arbeidsongeschikt is.
De WIA vervangt per 29 december 2005 de WAO.
Het recht op een WIA-uitkering vervalt bij het bereiken van de AOW-gerechtigde leeftijd.
WIA-uitkering: regeling IVA
Het aantal personen dat een uitkering ontvangt in het kader van de Wet werk en inkomen naar arbeidsvermogen (WIA) regeling Inkomensverzekering volledig arbeidsongeschikten (IVA).


Wet werk en inkomen naar arbeidsvermogen (WIA)
De WIA geeft werknemers die na een wachttijd van twee jaar nog minstens 35 procent arbeidsongeschikt zijn, recht op een uitkering. De wet is zó opgezet dat men gestimuleerd wordt om naar vermogen te werken.
De wet kent twee regelingen: de regeling Inkomensverzekering volledig arbeidsongeschikten (IVA) en de regeling Werkhervatting gedeeltelijk arbeidsgeschikten (WGA).
De IVA regelt een uitkering voor werknemers die langdurig en volledig arbeidsongeschikt zijn. De WGA geeft recht op een loonaanvullende uitkering als een werknemer gedeeltelijk arbeidsongeschikt is.
De WIA vervangt per 29 december 2005 de WAO.
Het recht op een WIA-uitkering vervalt bij het bereiken van de AOW-gerechtigde leeftijd.
WAZ-uitkering
Het aantal personen dat een uitkering ontvangt in het kader van de Wet arbeidsongeschiktheidsverzekering zelfstandigen (WAZ).

Wet arbeidsongeschiktheidsverzekering zelfstandigen (WAZ)
De WAZ is een verplichte verzekering voor zelfstandigen, beroepsbeoefenaren, directeuren-grootaandeelhouders en meewerkende echtgenoten tegen de financiële gevolgen van langdurige arbeidsongeschiktheid.
De WAZ is met ingang van 1 augustus 2004 geblokkeerd. Zelfstandigen die op of na die datum ziek worden, kunnen geen aanspraak meer maken op een uitkering in het kader van de WAZ. Voor de mensen, die al een WAZ-uitkering hadden, is er niets veranderd.
Het recht op een WAZ-uitkering vervalt bij het bereiken van de AOW-gerechtigde leeftijd.
Wajong-uitkering
Het aantal personen dat een uitkering ontvangt in het kader van de Wet arbeidsongeschiktheidsvoorziening jonggehandicapten (Wajong) of de Wet werk en arbeidsondersteuning jonggehandicapten (Wet Wajong).

Wet arbeidsongeschiktheidsvoorziening jonggehandicapten (Wajong)
De Wajong is een wettelijke voorziening in de financiële gevolgen van langdurige arbeidsongeschiktheid van mensen die geen aanspraak kunnen maken op de WAO/WIA omdat er geen arbeidsverleden is opgebouwd.
Dit zijn mensen die arbeidsongeschikt zijn voor de dag dat zij 17 jaar worden of na hun 17e jaar arbeidsongeschikt worden én een opleiding/studie volgen.
Vanaf 1 januari 2010 is de Wajong vervangen door de Wet Wajong. De Wajong blijft gelden voor jongeren die voor 1 januari 2010 een uitkering hebben aangevraagd.
Het recht op een Wajong-uitkering vervalt bij het bereiken van de AOW-gerechtigde leeftijd.

Wet werk en arbeidsondersteuning jonggehandicapten (Wet Wajong)
Met ingang van 1 januari 2010 is de Wet werk en arbeidsondersteuning jonggehandicapten (Wet Wajong) in werking getreden.
In tegenstelling tot de Wajong hebben jongeren met een ziekte of handicap in de eerste plaats recht op hulp bij het vinden en houden van werk. Daaraan gekoppeld kunnen ze een inkomensondersteuning krijgen.
Vanaf 2015 staat de Wet Wajong alleen nog open voor jonggehandicapten die duurzaam geen mogelijkheden hebben om deel te nemen aan het arbeidsproces.
Jonggehandicapten die nog kunnen werken, maar ondersteuning nodig hebben vallen vanaf die datum onder de Participatiewet en kunnen voor ondersteuning terecht bij de gemeente.
Het recht op een uitkering in het kader van de Wet Wajong vervalt bij het bereiken van de AOW-gerechtigde leeftijd.
AOW
Het aantal personen meteen uitkering in het kader van de Algemene ouderdomswet (AOW).

Algemene ouderdomswet (AOW)
De AOW is een algemene, de gehele bevolking omvattende, verplichte verzekering die personen vanaf de AOW-gerechtigde leeftijd een inkomen garandeert. In het Nederlandse sociale zekerheidsstelsel is dit een volksverzekering.
In principe is iedereen die nog niet de AOW-gerechtige leeftijd heeft bereikt en in Nederland woont, verzekerd voor de AOW.
Ook degenen die niet in Nederland wonen, maar in Nederland in dienstbetrekking arbeid verrichten waarover loonbelasting wordt betaald, zijn verzekerd.
Voor perioden die men in het buitenland woont, kan men zich verzekeren tegen verlies van aanspraak op een AOW-uitkering.
Een uitkering kan, binnen het kader van de wet Beperking export uitkeringen (wet BEU), naar het buitenland worden overgemaakt.

AOW-gerechtigde leeftijd (AOW-leeftijd)
De AOW-leeftijd is de leeftijd waarop het AOW-pensioen ingaat. Tot 2013 was de AOW-leeftijd 65 jaar. Hierna is de AOW-leeftijd gekoppeld aan de levensverwachting. De AOW-leeftijd is tot en met 2029 als volgt:
Tot 2013: 65 jaar
2013: 65 jaar en 1 maand
2014: 65 jaar en 2 maanden
2015: 65 jaar en 3 maanden
2016: 65 jaar en 6 maanden
2017: 65 jaar en 9 maanden
2018: 66 jaar
2019-2021: 66 jaar en 4 maanden
2022: 66 jaar en 7 maanden
2023: 66 jaar en 10 maanden
2024-2027: 67 jaar
2028-2029: 67 jaar en 3 maanden.