Ondervonden delicten; persoonskenmerken 2012-2019

Ondervonden delicten; persoonskenmerken 2012-2019

Persoonskenmerken Marges Perioden Vermogensdelicten (Poging tot) inbraak (Poging tot) inbraak (per 100 inwoners) Vermogensdelicten (Poging tot) inbraak Poging tot inbraak (per 100 inwoners) Vermogensdelicten (Poging tot) inbraak Inbraak (per 100 inwoners)
Totaal personen Waarde 2012 3,9 2,4 1,5
Totaal personen Waarde 2013 4,1 2,5 1,6
Totaal personen Waarde 2014 3,9 2,4 1,5
Totaal personen Waarde 2015 3,6 2,2 1,4
Totaal personen Waarde 2016 3,3 2,1 1,2
Totaal personen Waarde 2017 2,6 1,6 1,0
Totaal personen Waarde 2019 2,2 1,4 0,8
Totaal personen Betrouwbaarheidsmarge 2012 0,3 0,2 0,2
Totaal personen Betrouwbaarheidsmarge 2013 0,2 0,2 0,1
Totaal personen Betrouwbaarheidsmarge 2014 0,2 0,2 0,1
Totaal personen Betrouwbaarheidsmarge 2015 0,2 0,2 0,1
Totaal personen Betrouwbaarheidsmarge 2016 0,2 0,2 0,1
Totaal personen Betrouwbaarheidsmarge 2017 0,2 0,1 0,1
Totaal personen Betrouwbaarheidsmarge 2019 0,1 0,1 0,1
Geslacht: Mannen Waarde 2012 4,0 2,4 1,5
Geslacht: Mannen Waarde 2013 4,2 2,6 1,6
Geslacht: Mannen Waarde 2014 4,0 2,4 1,6
Geslacht: Mannen Waarde 2015 3,7 2,2 1,5
Geslacht: Mannen Waarde 2016 3,2 2,0 1,2
Geslacht: Mannen Waarde 2017 2,7 1,7 1,0
Geslacht: Mannen Waarde 2019 2,4 1,5 0,9
Geslacht: Mannen Betrouwbaarheidsmarge 2012 0,4 0,3 0,2
Geslacht: Mannen Betrouwbaarheidsmarge 2013 0,3 0,3 0,2
Geslacht: Mannen Betrouwbaarheidsmarge 2014 0,3 0,3 0,2
Geslacht: Mannen Betrouwbaarheidsmarge 2015 0,3 0,2 0,2
Geslacht: Mannen Betrouwbaarheidsmarge 2016 0,3 0,2 0,2
Geslacht: Mannen Betrouwbaarheidsmarge 2017 0,2 0,2 0,1
Geslacht: Mannen Betrouwbaarheidsmarge 2019 0,2 0,2 0,1
Geslacht: Vrouwen Waarde 2012 3,9 2,3 1,5
Geslacht: Vrouwen Waarde 2013 3,9 2,4 1,6
Geslacht: Vrouwen Waarde 2014 3,8 2,4 1,4
Geslacht: Vrouwen Waarde 2015 3,5 2,3 1,3
Geslacht: Vrouwen Waarde 2016 3,4 2,1 1,2
Geslacht: Vrouwen Waarde 2017 2,6 1,6 1,0
Geslacht: Vrouwen Waarde 2019 2,0 1,3 0,7
Geslacht: Vrouwen Betrouwbaarheidsmarge 2012 0,4 0,3 0,2
Geslacht: Vrouwen Betrouwbaarheidsmarge 2013 0,3 0,2 0,2
Geslacht: Vrouwen Betrouwbaarheidsmarge 2014 0,3 0,2 0,2
Geslacht: Vrouwen Betrouwbaarheidsmarge 2015 0,3 0,2 0,2
Geslacht: Vrouwen Betrouwbaarheidsmarge 2016 0,3 0,2 0,2
Geslacht: Vrouwen Betrouwbaarheidsmarge 2017 0,2 0,2 0,1
Geslacht: Vrouwen Betrouwbaarheidsmarge 2019 0,2 0,2 0,1
Leeftijd: 15 tot 25 jaar Waarde 2012 4,2 2,5 1,7
Leeftijd: 15 tot 25 jaar Waarde 2013 5,1 3,2 1,9
Leeftijd: 15 tot 25 jaar Waarde 2014 5,0 2,9 2,1
Leeftijd: 15 tot 25 jaar Waarde 2015 4,1 2,5 1,7
Leeftijd: 15 tot 25 jaar Waarde 2016 3,9 2,5 1,4
Leeftijd: 15 tot 25 jaar Waarde 2017 3,0 1,8 1,2
Leeftijd: 15 tot 25 jaar Waarde 2019 3,0 1,9 1,1
Leeftijd: 15 tot 25 jaar Betrouwbaarheidsmarge 2012 0,7 0,5 0,5
Leeftijd: 15 tot 25 jaar Betrouwbaarheidsmarge 2013 0,8 0,6 0,4
Leeftijd: 15 tot 25 jaar Betrouwbaarheidsmarge 2014 0,8 0,6 0,5
Leeftijd: 15 tot 25 jaar Betrouwbaarheidsmarge 2015 0,7 0,5 0,4
Leeftijd: 15 tot 25 jaar Betrouwbaarheidsmarge 2016 0,6 0,5 0,4
Leeftijd: 15 tot 25 jaar Betrouwbaarheidsmarge 2017 0,6 0,4 0,4
Leeftijd: 15 tot 25 jaar Betrouwbaarheidsmarge 2019 0,5 0,4 0,3
Leeftijd: 25 tot 45 jaar Waarde 2012 4,0 2,5 1,5
Leeftijd: 25 tot 45 jaar Waarde 2013 4,1 2,5 1,6
Leeftijd: 25 tot 45 jaar Waarde 2014 4,1 2,8 1,3
Leeftijd: 25 tot 45 jaar Waarde 2015 3,7 2,3 1,4
Leeftijd: 25 tot 45 jaar Waarde 2016 3,1 2,0 1,1
Leeftijd: 25 tot 45 jaar Waarde 2017 2,8 1,8 1,0
Leeftijd: 25 tot 45 jaar Waarde 2019 2,3 1,6 0,7
Leeftijd: 25 tot 45 jaar Betrouwbaarheidsmarge 2012 0,5 0,4 0,3
Leeftijd: 25 tot 45 jaar Betrouwbaarheidsmarge 2013 0,4 0,3 0,3
Leeftijd: 25 tot 45 jaar Betrouwbaarheidsmarge 2014 0,4 0,4 0,2
Leeftijd: 25 tot 45 jaar Betrouwbaarheidsmarge 2015 0,4 0,3 0,3
Leeftijd: 25 tot 45 jaar Betrouwbaarheidsmarge 2016 0,4 0,3 0,2
Leeftijd: 25 tot 45 jaar Betrouwbaarheidsmarge 2017 0,3 0,2 0,2
Leeftijd: 25 tot 45 jaar Betrouwbaarheidsmarge 2019 0,3 0,3 0,1
Leeftijd: 45 tot 65 jaar Waarde 2012 4,3 2,6 1,7
Leeftijd: 45 tot 65 jaar Waarde 2013 4,0 2,4 1,6
Leeftijd: 45 tot 65 jaar Waarde 2014 3,6 2,1 1,5
Leeftijd: 45 tot 65 jaar Waarde 2015 3,6 2,4 1,2
Leeftijd: 45 tot 65 jaar Waarde 2016 3,2 2,0 1,2
Leeftijd: 45 tot 65 jaar Waarde 2017 2,5 1,6 0,9
Leeftijd: 45 tot 65 jaar Waarde 2019 1,8 1,1 0,7
Leeftijd: 45 tot 65 jaar Betrouwbaarheidsmarge 2012 0,5 0,4 0,3
Leeftijd: 45 tot 65 jaar Betrouwbaarheidsmarge 2013 0,3 0,2 0,2
Leeftijd: 45 tot 65 jaar Betrouwbaarheidsmarge 2014 0,3 0,3 0,2
Leeftijd: 45 tot 65 jaar Betrouwbaarheidsmarge 2015 0,3 0,3 0,2
Leeftijd: 45 tot 65 jaar Betrouwbaarheidsmarge 2016 0,3 0,2 0,2
Leeftijd: 45 tot 65 jaar Betrouwbaarheidsmarge 2017 0,2 0,2 0,1
Leeftijd: 45 tot 65 jaar Betrouwbaarheidsmarge 2019 0,2 0,1 0,1
Leeftijd: 65 jaar of ouder Waarde 2012 3,0 1,7 1,3
Leeftijd: 65 jaar of ouder Waarde 2013 3,4 1,9 1,4
Leeftijd: 65 jaar of ouder Waarde 2014 3,2 1,9 1,2
Leeftijd: 65 jaar of ouder Waarde 2015 3,2 1,8 1,4
Leeftijd: 65 jaar of ouder Waarde 2016 3,1 1,9 1,2
Leeftijd: 65 jaar of ouder Waarde 2017 2,4 1,4 1,0
Leeftijd: 65 jaar of ouder Waarde 2019 2,4 1,3 1,0
Leeftijd: 65 jaar of ouder Betrouwbaarheidsmarge 2012 0,4 0,3 0,2
Leeftijd: 65 jaar of ouder Betrouwbaarheidsmarge 2013 0,3 0,3 0,2
Leeftijd: 65 jaar of ouder Betrouwbaarheidsmarge 2014 0,3 0,3 0,2
Leeftijd: 65 jaar of ouder Betrouwbaarheidsmarge 2015 0,3 0,2 0,2
Leeftijd: 65 jaar of ouder Betrouwbaarheidsmarge 2016 0,4 0,3 0,2
Leeftijd: 65 jaar of ouder Betrouwbaarheidsmarge 2017 0,2 0,2 0,2
Leeftijd: 65 jaar of ouder Betrouwbaarheidsmarge 2019 0,3 0,2 0,2
Leeftijd: 15 tot 18 jaar Waarde 2012 3,2 1,6 1,6
Leeftijd: 15 tot 18 jaar Waarde 2013 4,4 3,0 1,4
Bron: CBS.
Verklaring van tekens

Tabeltoelichting

De Veiligheidsmonitor (VM) is een tweejaarlijks terugkerend bevolkingsonderzoek naar veiligheid, leefbaarheid en slachtofferschap. Ook wordt er aandacht besteed aan overlast in de buurt, respectloos gedrag, preventiemaatregelen, het functioneren van de politie en het gemeentelijke veiligheidsbeleid. Hierdoor wordt op eenduidige wijze cijfers verkregen over de (beleving van) veiligheid op zowel landelijk, regionaal als (beneden)lokaal niveau.

In deze tabel staat het aantal delicten dat burgers persoonlijk en als privépersoon ondervonden hebben in de 12 maanden voorafgaand aan het onderzoek centraal. Het gaat om traditionele delicten zoals geweld, vermogensdelicten en vandalisme, en ook om computercriminaliteit ofwel cybercrime. De gegevens worden weergegeven voor de persoonskenmerken geslacht, leeftijd, burgerlijke staat, migratieachtergrond, opleidingsniveau, seksuele geaardheid, en ook voor het totaal.

De Veiligheidsmonitor is een steekproefonderzoek. Dit betekent dat de weergegeven cijfers schattingen zijn, waarvoor betrouwbaarheidsmarges gelden. Deze marges zijn ook in de tabel opgenomen. De cijfers hebben betrekking op personen van 15 jaar of ouder, tenzij anders vermeld. De enquête is uitgevoerd in de periode augustus tot en met november van het verslagjaar.

Gegevens beschikbaar van 2012 tot en met 2019

Wanneer komen er nieuwe cijfers?
Niet meer van toepassing.
Deze tabel wordt opgevolgd door de tabel 'Sociale veiligheid; persoonskenmerken'. Zie paragraaf 3.

Toelichting onderwerpen

Vermogensdelicten
Vermogensdelicten:
- (Poging tot) inbraak;
- Fietsdiefstal;
- Autodiefstal;
- Diefstal uit of vanaf auto;
- Diefstal andere voertuigen;
- (Poging tot) zakkenrollerij, beroving;
- Overige diefstal.
(Poging tot) inbraak
Inbraak of een poging daartoe ongeacht of iets uit de woning is gestolen of iets in of aan de woning is vernield.
(Poging tot) inbraak
Inbraak of een poging daartoe ongeacht of iets uit de woning is gestolen of iets in of aan de woning is vernield.
Poging tot inbraak
Poging tot inbraak zonder dat er iets uit de woning is gestolen.
Inbraak
Inbraak of een poging daartoe waarbij daadwerkelijk iets uit de woning is gestolen.