Leefbaarheid woonbuurt; persoonskenmerken (IVM), 2008-2009

Leefbaarheid woonbuurt; persoonskenmerken (IVM), 2008-2009

Persoonskenmerken Cijfersoort Perioden Leefbaarheid woonbuurt Fysieke leefbaarheid buurt Goede speelplekken voor kinderen (% (helemaal) eens)
Totale bevolking Waarde 2009 70,9
Totale bevolking Betrouwbaarheidsmarge 2009 0,4
Leeftijd 15 tot 18 jaar Waarde 2009 68,4
Leeftijd 15 tot 18 jaar Betrouwbaarheidsmarge 2009 2,0
Leeftijd 18 tot 25 jaar Waarde 2009 67,9
Leeftijd 18 tot 25 jaar Betrouwbaarheidsmarge 2009 1,5
Leeftijd 25 tot 35 jaar Waarde 2009 69,8
Leeftijd 25 tot 35 jaar Betrouwbaarheidsmarge 2009 1,2
Leeftijd 35 tot 45 jaar Waarde 2009 73,7
Leeftijd 35 tot 45 jaar Betrouwbaarheidsmarge 2009 0,9
Leeftijd 45 tot 55 jaar Waarde 2009 71,9
Leeftijd 45 tot 55 jaar Betrouwbaarheidsmarge 2009 0,9
Leeftijd 55 tot 65 jaar Waarde 2009 70,8
Leeftijd 55 tot 65 jaar Betrouwbaarheidsmarge 2009 0,9
Leeftijd 65 tot 75 jaar Waarde 2009 70,3
Leeftijd 65 tot 75 jaar Betrouwbaarheidsmarge 2009 1,2
Leeftijd 75 jaar of ouder Waarde 2009 70,7
Leeftijd 75 jaar of ouder Betrouwbaarheidsmarge 2009 1,6
Mannen Waarde 2009 71,7
Mannen Betrouwbaarheidsmarge 2009 0,6
Vrouwen Waarde 2009 70,2
Vrouwen Betrouwbaarheidsmarge 2009 0,6
Burgerlijke staat: gehuwd Waarde 2009 73,7
Burgerlijke staat: gehuwd Betrouwbaarheidsmarge 2009 0,5
Burgerlijke staat: gescheiden Waarde 2009 63,2
Burgerlijke staat: gescheiden Betrouwbaarheidsmarge 2009 1,7
Burgerlijke staat: verweduwd Waarde 2009 71,4
Burgerlijke staat: verweduwd Betrouwbaarheidsmarge 2009 1,7
Burgerlijke staat: ongehuwd Waarde 2009 68,6
Burgerlijke staat: ongehuwd Betrouwbaarheidsmarge 2009 0,7
Hoogste opleidingsniveau: basisonderwijs Waarde 2009 65,6
Hoogste opleidingsniveau: basisonderwijs Betrouwbaarheidsmarge 2009 1,5
Hoogste opleidingsniveau: mavo/vbo Waarde 2009 68,7
Hoogste opleidingsniveau: mavo/vbo Betrouwbaarheidsmarge 2009 0,8
Hoogste opleidingsniveau: havo/vwo/mbo Waarde 2009 72,2
Hoogste opleidingsniveau: havo/vwo/mbo Betrouwbaarheidsmarge 2009 0,8
Hoogste opleidingsniveau: hbo Waarde 2009 72,9
Hoogste opleidingsniveau: hbo Betrouwbaarheidsmarge 2009 0,9
Hoogste opleidingsniveau: wo Waarde 2009 71,4
Hoogste opleidingsniveau: wo Betrouwbaarheidsmarge 2009 1,3
Herkomst autochtoon Waarde 2009 72,2
Herkomst autochtoon Betrouwbaarheidsmarge 2009 0,4
Herkomst westerse allochtoon Waarde 2009 69,3
Herkomst westerse allochtoon Betrouwbaarheidsmarge 2009 2,3
Herkomst niet-westerse allochtoon Waarde 2009 60,5
Herkomst niet-westerse allochtoon Betrouwbaarheidsmarge 2009 1,5
Niet verdacht geweest van misdrijf Waarde 2009 71,1
Niet verdacht geweest van misdrijf Betrouwbaarheidsmarge 2009 0,4
Verdacht geweest van misdrijf Waarde 2009 63,9
Verdacht geweest van misdrijf Betrouwbaarheidsmarge 2009 3,1
Verdacht geweest van geweldsmisdrijf Waarde 2009 64,0
Verdacht geweest van geweldsmisdrijf Betrouwbaarheidsmarge 2009 5,9
Verdacht geweest van vermogensmisdrijf Waarde 2009 65,7
Verdacht geweest van vermogensmisdrijf Betrouwbaarheidsmarge 2009 6,2
Verdacht geweest van verkeersmisdrijf Waarde 2009 66,0
Verdacht geweest van verkeersmisdrijf Betrouwbaarheidsmarge 2009 5,6
Verdacht geweest van vernieling Waarde 2009 63,3
Verdacht geweest van vernieling Betrouwbaarheidsmarge 2009 6,2
Bron: CBS.
Verklaring van tekens

Tabeltoelichting


In deze tabel vindt u een overzicht van de subjectief ervaren leefbaarheid van de woonbuurt en de beleving van buurtproblemen op basis van de Integrale VeiligheidsMonitor (IVM).
De gepresenteerde cijfers hebben betrekking op vormen van overlast, dreiging en fysieke verloedering die volgens de respondenten in hun buurt kunnen voorkomen, over hun mening over fysieke voorzieningen, sociale cohesie en de ontwikkeling van de buurt, over hun oordeel van de woonomgeving, de leefbaarheid en veiligheid in de buurt, en over hun eigen inzet voor de buurt.
Het gaat steeds om gegevens over de bevolking van 15 jaar of ouder, tenzij anders vermeld. Opgenomen zijn de landelijke cijfers en de cijfers naar persoonskenmerken.
Door wijziging in vraagstelling, onderzoeksopzet en/of context zijn de IVM-gegevens vanaf 2008 niet vergelijkbaar met gegevens uit andere bronnen, zoals de Veiligheidsmonitor Rijk (VMR; 2005-2008) en eerdere veiligheids- en/of slachtofferenquêtes.
De enquête is uitgevoerd in het laatste kwartaal van het jaar.

Gegevens beschikbaar van 2008 tot en met 2009.

Status van de cijfers:
De gegevens zijn definitief.

Wijzigingen per 28 november 2018
In de vorige versie waren de leeftijdscategorieën niet juist gevuld: in plaats van tot een bepaalde leeftijd stonden er cijfers die uitgingen van tot en met een bepaalde leeftijd. Bijvoorbeeld de cijfers van leeftijdscategorie 15 tot 18 jaar bevatte abusievelijk ook cijfers van 18 jarigen. Dit is nu gecorrigeerd.

Wanneer komen er nieuwe cijfers?
Niet meer van toepassing.

Deze tabel wordt opgevolgd door Leefbaarheid en overlast in buurt; persoonskenmerken. Zie paragraaf 3.

Toelichting onderwerpen

Leefbaarheid woonbuurt
In de IVM zijn aan alle respondenten vragen gesteld over de leefbaarheid
van de eigen woonbuurt, zoals over hun mening over fysieke voorzieningen,
sociale cohesie, de ontwikkeling van de buurt, de beoordeling van de
woonomgeving, leefbaarheid en veiligheid in de buurt, en over hun eigen
inzet voor de buurt.
Fysieke leefbaarheid buurt
In de IVM wordt de respondenten een aantal stellingen voorgelegd over de
fysieke voorzieningen in hun woonbuurt. Voor elk van deze stellingen kan
de respondent aangeven in hoeverre hij/zij het daarmee eens is
(helemaal mee eens; mee eens; neutraal; niet mee eens; helemaal niet
mee eens; weet niet/geen mening).
Goede speelplekken voor kinderen
Stelling: In de buurt zijn goede speelplekken voor kinderen.