Huishoudens; personen naar geslacht, leeftijd en regio, 1 januari

Huishoudens; personen naar geslacht, leeftijd en regio, 1 januari

Geslacht Leeftijd Regio's Perioden Totaal personen in huishoudens (aantal) Personen in particuliere huishoudens Totaal in particuliere huishoudens (aantal) Personen in particuliere huishoudens Thuiswonend kind (aantal) Personen in particuliere huishoudens Alleenstaand (aantal) Personen in particuliere huishoudens Samenwonend Totaal samenwonende personen (aantal) Personen in particuliere huishoudens Ouder in eenouderhuishouden (aantal) Personen in particuliere huishoudens Overig lid huishouden (aantal) Personen in institutionele huishoudens (aantal)
Mannen en vrouwen Totaal Mill en Sint Hubert 2025
Mannen en vrouwen Totaal Millingen aan de Rijn 2025
Mannen en vrouwen Totaal Sint Anthonis 2025
Mannen en vrouwen Totaal Sint-Michielsgestel 2025 30.176 29.759 8.479 3.707 16.336 749 488 417
Mannen en vrouwen Totaal Sint-Oedenrode 2025
Mannen en vrouwen 0 tot 5 jaar Mill en Sint Hubert 2025
Mannen en vrouwen 0 tot 5 jaar Millingen aan de Rijn 2025
Mannen en vrouwen 0 tot 5 jaar Sint Anthonis 2025
Mannen en vrouwen 0 tot 5 jaar Sint-Michielsgestel 2025 1.467 1.466 1.455 11 1
Mannen en vrouwen 0 tot 5 jaar Sint-Oedenrode 2025
Mannen en vrouwen 5 tot 10 jaar Mill en Sint Hubert 2025
Mannen en vrouwen 5 tot 10 jaar Millingen aan de Rijn 2025
Mannen en vrouwen 5 tot 10 jaar Sint Anthonis 2025
Mannen en vrouwen 5 tot 10 jaar Sint-Michielsgestel 2025 1.608 1.606 1.596 10 2
Mannen en vrouwen 5 tot 10 jaar Sint-Oedenrode 2025
Mannen en vrouwen 10 tot 15 jaar Mill en Sint Hubert 2025
Mannen en vrouwen 10 tot 15 jaar Millingen aan de Rijn 2025
Mannen en vrouwen 10 tot 15 jaar Sint Anthonis 2025
Mannen en vrouwen 10 tot 15 jaar Sint-Michielsgestel 2025 1.724 1.721 1.697 24 3
Mannen en vrouwen 10 tot 15 jaar Sint-Oedenrode 2025
Mannen en vrouwen 15 tot 20 jaar Mill en Sint Hubert 2025
Mannen en vrouwen 15 tot 20 jaar Millingen aan de Rijn 2025
Mannen en vrouwen 15 tot 20 jaar Sint Anthonis 2025
Mannen en vrouwen 15 tot 20 jaar Sint-Michielsgestel 2025 1.789 1.779 1.737 18 0 0 24 10
Mannen en vrouwen 15 tot 20 jaar Sint-Oedenrode 2025
Mannen en vrouwen 20 tot 25 jaar Mill en Sint Hubert 2025
Mannen en vrouwen 20 tot 25 jaar Millingen aan de Rijn 2025
Mannen en vrouwen 20 tot 25 jaar Sint Anthonis 2025
Mannen en vrouwen 20 tot 25 jaar Sint-Michielsgestel 2025 1.502 1.490 1.249 107 107 1 26 12
Mannen en vrouwen 20 tot 25 jaar Sint-Oedenrode 2025
Mannen en vrouwen 25 tot 30 jaar Mill en Sint Hubert 2025
Mannen en vrouwen 25 tot 30 jaar Millingen aan de Rijn 2025
Mannen en vrouwen 25 tot 30 jaar Sint Anthonis 2025
Mannen en vrouwen 25 tot 30 jaar Sint-Michielsgestel 2025 1.296 1.279 449 234 558 12 26 17
Mannen en vrouwen 25 tot 30 jaar Sint-Oedenrode 2025
Mannen en vrouwen 30 tot 35 jaar Mill en Sint Hubert 2025
Mannen en vrouwen 30 tot 35 jaar Millingen aan de Rijn 2025
Mannen en vrouwen 30 tot 35 jaar Sint Anthonis 2025
Mannen en vrouwen 30 tot 35 jaar Sint-Michielsgestel 2025 1.497 1.479 117 219 1.098 28 17 18
Mannen en vrouwen 30 tot 35 jaar Sint-Oedenrode 2025
Mannen en vrouwen 35 tot 40 jaar Mill en Sint Hubert 2025
Mannen en vrouwen 35 tot 40 jaar Millingen aan de Rijn 2025
Mannen en vrouwen 35 tot 40 jaar Sint Anthonis 2025
Mannen en vrouwen 35 tot 40 jaar Sint-Michielsgestel 2025 1.800 1.773 58 189 1.435 76 15 27
Mannen en vrouwen 35 tot 40 jaar Sint-Oedenrode 2025
Mannen en vrouwen 40 tot 45 jaar Mill en Sint Hubert 2025
Mannen en vrouwen 40 tot 45 jaar Millingen aan de Rijn 2025
Mannen en vrouwen 40 tot 45 jaar Sint Anthonis 2025
Mannen en vrouwen 40 tot 45 jaar Sint-Michielsgestel 2025 1.803 1.777 34 155 1.488 89 11 26
Mannen en vrouwen 40 tot 45 jaar Sint-Oedenrode 2025
Mannen en vrouwen 45 tot 50 jaar Mill en Sint Hubert 2025
Mannen en vrouwen 45 tot 50 jaar Millingen aan de Rijn 2025
Mannen en vrouwen 45 tot 50 jaar Sint Anthonis 2025
Mannen en vrouwen 45 tot 50 jaar Sint-Michielsgestel 2025 1.825 1.801 24 149 1.487 129 12 24
Mannen en vrouwen 45 tot 50 jaar Sint-Oedenrode 2025
Mannen en vrouwen 50 tot 55 jaar Mill en Sint Hubert 2025
Mannen en vrouwen 50 tot 55 jaar Millingen aan de Rijn 2025
Mannen en vrouwen 50 tot 55 jaar Sint Anthonis 2025
Mannen en vrouwen 50 tot 55 jaar Sint-Michielsgestel 2025 2.225 2.200 33 214 1.779 154 20 25
Mannen en vrouwen 50 tot 55 jaar Sint-Oedenrode 2025
Mannen en vrouwen 55 tot 60 jaar Mill en Sint Hubert 2025
Mannen en vrouwen 55 tot 60 jaar Millingen aan de Rijn 2025
Mannen en vrouwen 55 tot 60 jaar Sint Anthonis 2025
Mannen en vrouwen 55 tot 60 jaar Sint-Michielsgestel 2025 2.339 2.324 17 283 1.881 122 21 15
Mannen en vrouwen 55 tot 60 jaar Sint-Oedenrode 2025
Mannen en vrouwen 60 tot 65 jaar Mill en Sint Hubert 2025
Mannen en vrouwen 60 tot 65 jaar Millingen aan de Rijn 2025
Mannen en vrouwen 60 tot 65 jaar Sint Anthonis 2025
Mannen en vrouwen 60 tot 65 jaar Sint-Michielsgestel 2025 2.247 2.223 12 330 1.789 40 52 24
Mannen en vrouwen 60 tot 65 jaar Sint-Oedenrode 2025
Mannen en vrouwen 65 tot 70 jaar Mill en Sint Hubert 2025
Mannen en vrouwen 65 tot 70 jaar Millingen aan de Rijn 2025
Mannen en vrouwen 65 tot 70 jaar Sint Anthonis 2025
Mannen en vrouwen 65 tot 70 jaar Sint-Michielsgestel 2025 2.011 1.994 1 323 1.579 26 65 17
Mannen en vrouwen 65 tot 70 jaar Sint-Oedenrode 2025
Mannen en vrouwen 70 tot 75 jaar Mill en Sint Hubert 2025
Mannen en vrouwen 70 tot 75 jaar Millingen aan de Rijn 2025
Mannen en vrouwen 70 tot 75 jaar Sint Anthonis 2025
Mannen en vrouwen 70 tot 75 jaar Sint-Michielsgestel 2025 1.700 1.690 0 350 1.289 18 33 10
Mannen en vrouwen 70 tot 75 jaar Sint-Oedenrode 2025
Mannen en vrouwen 75 tot 80 jaar Mill en Sint Hubert 2025
Mannen en vrouwen 75 tot 80 jaar Millingen aan de Rijn 2025
Mannen en vrouwen 75 tot 80 jaar Sint Anthonis 2025
Mannen en vrouwen 75 tot 80 jaar Sint-Michielsgestel 2025 1.562 1.540 0 388 1.070 22 60 22
Mannen en vrouwen 75 tot 80 jaar Sint-Oedenrode 2025
Mannen en vrouwen 80 tot 85 jaar Mill en Sint Hubert 2025
Mannen en vrouwen 80 tot 85 jaar Millingen aan de Rijn 2025
Mannen en vrouwen 80 tot 85 jaar Sint Anthonis 2025
Mannen en vrouwen 80 tot 85 jaar Sint-Michielsgestel 2025 929 884 0 337 501 14 32 45
Mannen en vrouwen 80 tot 85 jaar Sint-Oedenrode 2025
Mannen en vrouwen 85 tot 90 jaar Mill en Sint Hubert 2025
Mannen en vrouwen 85 tot 90 jaar Millingen aan de Rijn 2025
Mannen en vrouwen 85 tot 90 jaar Sint Anthonis 2025
Mannen en vrouwen 85 tot 90 jaar Sint-Michielsgestel 2025 579 525 0 270 225 9 21 54
Mannen en vrouwen 85 tot 90 jaar Sint-Oedenrode 2025
Mannen en vrouwen 90 tot 95 jaar Mill en Sint Hubert 2025
Mannen en vrouwen 90 tot 95 jaar Millingen aan de Rijn 2025
Mannen en vrouwen 90 tot 95 jaar Sint Anthonis 2025
Mannen en vrouwen 90 tot 95 jaar Sint-Michielsgestel 2025 226 179 0 120 48 6 5 47
Mannen en vrouwen 90 tot 95 jaar Sint-Oedenrode 2025
Bron: CBS.
Verklaring van tekens

Tabeltoelichting


Personen in Nederland wonend in een particulier of institutioneel huishouden naar plaats in het huishouden, geslacht, leeftijd en regio op 1 januari.
De volgende uitsplitsingen zijn mogelijk:
- Personen in alle huishoudens naar geslacht, leeftijd en regio;
- Personen in particuliere huishouden naar plaats in het huishouden, geslacht, leeftijd en regio;
- Personen in institutionele huishoudens naar geslacht, leeftijd en regio.

De in de tabel opgenomen regio's zijn landsdelen, provincies, COROP-gebieden en gemeenten.

De gepresenteerde regiototalen betreffen samentellingen van gemeenten. In geval van grenswijzigingen die over verschillende regiogrenzen heen gaan is de indeling van de gemeenten gegroepeerd naar de meest recente situatie.
Bijvoorbeeld: voor de gemeente Vianen, die per 1 januari 2002 is overgegaan van de provincie Zuid-Holland naar de provincie Utrecht, geldt dat ze in de tabel is gegroepeerd in de provincie Utrecht.

De regionale cijfers over de institutionele bevolking vertonen van jaar op jaar soms moeilijk te verklaren schommelingen. De gehanteerde methodiek is gebaseerd op typering van adresbewoning op basis van secundaire bronnen. Niet in alle gevallen valt de typering perfect uit. Dat kan komen doordat een adres van functie is veranderd, bij voorbeeld van zorginstelling naar huisvesting van (voormalige) asielzoekers, zonder dat het CBS daar kennis van heeft genomen. In andere situaties kan het voorkomen dat een adres het ene jaar wel en het andere jaar niet boven de gehanteerde drempelwaarden blijft qua aantal institutionele bewoners die gelden voor het afbakenen van institutionele adressen. Indirect hebben dergelijke schommelingen ook effect op het aantal eenpersoonshuishoudens.

Gegevens beschikbaar vanaf: 2000

Status van de cijfers:
Alle in de tabel opgenomen cijfers zijn definitief.

Wijzigingen per 18 juli 2025:
De cijfers per 1 januari 2025 zijn toegevoegd.

Wanneer komen er nieuwe cijfers uit?
In het 3e kwartaal van 2026 worden cijfers per 1 januari 2026 toegevoegd.

Toelichting onderwerpen

Totaal personen in huishoudens
Totaal aantal personen in zowel particuliere als institutionele huishoudens.

Particulier huishouden:
Eén of meer personen die samen een woonruimte bewonen en zichzelf daar particulier, dus niet-bedrijfsmatig voorzien in de dagelijkse levensbehoeften.

Institutioneel huishouden:
Eén of meer personen die een woonruimte bewonen en daar bedrijfsmatig worden voorzien in dagelijkse levensbehoeften. Ook de huisvesting vindt bedrijfsmatig plaats.
Het gaat om instellingen zoals verpleeg-, en verzorgingshuizen, instellingen voor geestelijke gezondheidszorg, forensische centra, instellingen voor verstandelijk, lichamelijk en zintuiglijk gehandicapten, instellingen voor verslavingszorg en daklozenopvang, internaten, kloosters, gevangenissen, kazernes, en asielzoekerscentra, waarin de personen in principe voor langere tijd (zullen) verblijven.
Personen in particuliere huishoudens
Totaal aantal personen in particuliere huishoudens.

Particulier huishouden:
Eén of meer personen die samen een woonruimte bewonen en zichzelf daar particulier, dus niet-bedrijfsmatig voorzien in de dagelijkse levensbehoeften.
Totaal in particuliere huishoudens
Totaal aantal personen in particuliere huishoudens.
Thuiswonend kind
Thuiswonende kinderen in particuliere huishoudens.

Thuiswonend kind:
Persoon ongeacht leeftijd of burgerlijke staat die een kind-ouderrelatie heeft met één of twee tot het huishouden behorende ouders.
Adoptie- en stiefkinderen in het huishouden worden wel gezien als thuiswonende kinderen, maar pleegkinderen niet.
Alleenstaand
Alleenstaande personen in particuliere huishoudens.

Alleenstaand:
Persoon die alleen in een woonruimte woont en een eenpersoonshuishouden vormt.
Tot alleenstaanden worden ook personen gerekend die met anderen op eenzelfde adres wonen maar een eigen huishouding voeren.
Alleenstaanden kunnen een relatie hebben en zelfs gehuwd zijn met een persoon met wie ze niet samenwonen.
Samenwonend
Samenwonende personen in particuliere huishoudens.

Samenwonende persoon:
Persoon die samen met iemand anders als paar, al dan niet met elkaar gehuwd, al dan niet als geregistreerd partners en al dan niet met kinderen, een particulier huishouden vormt.
Totaal samenwonende personen
Ouder in eenouderhuishouden
Persoon in een particulier huishouden die een ouder-kindrelatie heeft met één of meer thuiswonende kinderen en die geen partner heeft in hetzelfde huishouden.

Eenouderhuishouden:
Particulier huishouden bestaande uit één ouder met één of meer thuiswonende kinderen.

Thuiswonend kind:
Persoon ongeacht leeftijd of burgerlijke staat die een kind-ouderrelatie heeft met één of twee tot het huishouden behorende ouders.
Adoptie- en stiefkinderen in het huishouden worden wel gezien als thuiswonende kinderen, maar pleegkinderen niet.
Overig lid huishouden
Overige leden in particuliere huishoudens.

Overig lid huishouden:
Persoon die anders dan als partner, ouder in een eenouderhuishouden of als thuiswonend kind deel uitmaakt van een particulier huishouden.
Te denken valt hierbij bijvoorbeeld aan een kostganger die bij een gezin inwoont, een persoon die samen met een broer of zus één huishouden vormt, of een pleegkind.
Personen in institutionele huishoudens
Institutioneel huishouden:
Eén of meer personen die een woonruimte bewonen en daar bedrijfsmatig worden voorzien in dagelijkse levensbehoeften. Ook de huisvesting vindt bedrijfsmatig plaats.
Het gaat om instellingen zoals verpleeg-, en verzorgingshuizen, instellingen voor geestelijke gezondheidszorg, forensische centra, instellingen voor verstandelijk, lichamelijk en zintuiglijk gehandicapten, instellingen voor verslavingszorg en daklozenopvang, internaten, kloosters, gevangenissen, kazernes, en asielzoekerscentra, waarin de personen in principe voor langere tijd (zullen) verblijven.