Huishoudens; samenstelling, grootte, regio, 1 januari

Huishoudens; samenstelling, grootte, regio, 1 januari

Leeftijd referentiepersoon Regio's Perioden Particuliere huishoudens: samenstelling Totaal particuliere huishoudens (aantal) Particuliere huishoudens: samenstelling Eenpersoonshuishouden (aantal) Particuliere huishoudens: samenstelling Meerpersoonshuishouden Totaal meerpersoonshuishoudens (aantal) Particuliere huishoudens: samenstelling Meerpersoonshuishouden Niet-gehuwd paar Totaal niet-gehuwde paren (aantal) Particuliere huishoudens: samenstelling Meerpersoonshuishouden Gehuwd paar Totaal gehuwde paren (aantal) Particuliere huishoudens: samenstelling Meerpersoonshuishouden Eenouderhuishouden Totaal eenouderhuishoudens (aantal) Particuliere huishoudens: grootte Meerpersoonshuishouden 2 personen (aantal) Particuliere huishoudens: grootte Meerpersoonshuishouden 3 personen (aantal) Particuliere huishoudens: grootte Meerpersoonshuishouden 4 personen (aantal) Particuliere huishoudens: grootte Meerpersoonshuishouden 5 of meer personen (aantal)
Totaal Hoorn 2025 35.013 13.413 21.600 4.921 13.223 3.296 11.133 4.507 4.380 1.580
Totaal Uithoorn 2025 14.077 4.805 9.272 1.696 6.211 1.312 4.341 2.221 2.069 641
15 tot 20 jaar Hoorn 2025 109 96 13 4 0 1 13 0 0 0
15 tot 20 jaar Uithoorn 2025 39 38 1 1 0 0 1 0 0 0
20 tot 25 jaar Hoorn 2025 795 571 224 152 21 33 176 33 8 7
20 tot 25 jaar Uithoorn 2025 232 193 39 30 4 3 27 4 6 2
25 tot 30 jaar Hoorn 2025 2.042 1.013 1.029 642 257 105 698 217 89 25
25 tot 30 jaar Uithoorn 2025 599 356 243 143 62 29 168 47 21 7
30 tot 35 jaar Hoorn 2025 2.818 1.085 1.733 761 712 235 728 523 375 107
30 tot 35 jaar Uithoorn 2025 998 318 680 235 351 85 231 249 157 43
35 tot 40 jaar Hoorn 2025 3.005 851 2.154 677 1.076 383 529 555 788 282
35 tot 40 jaar Uithoorn 2025 1.308 302 1.006 208 632 158 207 310 372 117
40 tot 45 jaar Hoorn 2025 2.908 755 2.153 572 1.092 478 463 505 814 371
40 tot 45 jaar Uithoorn 2025 1.252 265 987 202 626 157 179 269 421 118
45 tot 50 jaar Hoorn 2025 2.849 734 2.115 483 1.083 536 519 504 782 310
45 tot 50 jaar Uithoorn 2025 1.271 313 958 168 581 205 191 269 375 123
50 tot 55 jaar Hoorn 2025 3.308 915 2.393 474 1.300 606 743 647 745 258
50 tot 55 jaar Uithoorn 2025 1.353 333 1.020 169 605 239 303 290 305 122
55 tot 60 jaar Hoorn 2025 3.229 1.037 2.192 408 1.358 417 936 674 450 132
55 tot 60 jaar Uithoorn 2025 1.433 358 1.075 172 677 219 454 316 239 66
60 tot 65 jaar Hoorn 2025 3.109 1.108 2.001 280 1.445 264 1.276 442 227 56
60 tot 65 jaar Uithoorn 2025 1.429 415 1.014 174 740 97 597 268 116 33
65 tot 70 jaar Hoorn 2025 2.750 1.113 1.637 174 1.357 102 1.333 221 62 21
65 tot 70 jaar Uithoorn 2025 1.127 373 754 84 610 59 571 133 45 5
70 tot 75 jaar Hoorn 2025 2.708 1.166 1.542 134 1.350 55 1.397 116 26 3
70 tot 75 jaar Uithoorn 2025 851 334 517 49 448 19 473 35 8 1
75 tot 80 jaar Hoorn 2025 2.738 1.325 1.413 98 1.276 38 1.357 40 11 5
75 tot 80 jaar Uithoorn 2025 888 404 484 30 444 10 463 15 4 2
80 tot 85 jaar Hoorn 2025 1.539 860 679 41 617 21 654 20 3 2
80 tot 85 jaar Uithoorn 2025 629 345 284 22 251 11 270 13 0 1
85 tot 90 jaar Hoorn 2025 786 529 257 16 227 14 247 9 0 1
85 tot 90 jaar Uithoorn 2025 453 293 160 5 145 10 157 3 0 0
90 tot 95 jaar Hoorn 2025 259 203 56 4 48 4 55 1 0 0
90 tot 95 jaar Uithoorn 2025 184 138 46 4 32 10 45 0 0 1
95 jaar of ouder Hoorn 2025 61 52 9 1 4 4 9 0 0 0
95 jaar of ouder Uithoorn 2025 31 27 4 0 3 1 4 0 0 0
Bron: CBS.
Verklaring van tekens

Tabeltoelichting


Particuliere huishoudens in Nederland op 1 januari naar samenstelling of grootte van het huishouden, leeftijd van de referentiepersoon en regio.

De volgende uitsplitsingen zijn mogelijk:
- Particuliere huishoudens naar samenstelling, leeftijd van de referentiepersoon en regio;
- Particuliere huishoudens naar grootte, leeftijd van de referentiepersoon en regio.

De in de tabel opgenomen regio's zijn landsdelen, provincies, COROP-gebieden en gemeenten. De gepresenteerde regiototalen betreffen samentellingen van gemeenten. In geval van grenswijzigingen die over verschillende regiogrenzen heen gaan is de indeling van de gemeenten gegroepeerd naar de meest recente situatie.

Gegevens beschikbaar vanaf: 2000

Status van de cijfers:
Alle in de tabel opgenomen cijfers zijn definitief.

Wijzigingen per 22 augustus 2025:
De cijfers van 1 januari 2025 zijn toegevoegd.

Wanneer komen er nieuwe cijfers?
In het derde kwartaal van 2026 worden de definitieve cijfers van 1 januari 2026 toegevoegd.

Toelichting onderwerpen

Particuliere huishoudens: samenstelling
Particuliere huishoudens naar samenstelling van het huishouden.

Particulier huishouden:
Eén of meer personen die samen een woonruimte bewonen en zichzelf, dus niet-bedrijfsmatig, voorzien in de dagelijkse levensbehoeften.

Samenstelling huishouden:
Typering van een particulier huishouden op basis van de onderlinge relaties van de personen binnen het huishouden.

Trendbreuk (personen in) particuliere huishoudens
Door de verbeterde waarneming van personen in institutionele huishoudens treedt vanaf 2014 een trendbreuk op in de ontwikkeling van het aantal eenpersoonshuishoudens/alleenstaanden. Circa 35 duizend personen die eerst voornamelijk als alleenstaanden getypeerd waren, verschuiven nu naar de institutionele huishoudens. Het aantal alleenstaanden steeg daardoor van 2013 op 2014 met maar duizend personen. Van 2012 op 2013 was die stijging nog 41 duizend personen. Ook de totale stijging van het aantal huishoudens liep als gevolg hiervan terug van 57 duizend van 2012 op 2013 naar 21 duizend van 2013 op 2014.
Vanaf 2011 is er voor de samenstelling van huishoudensgegevens gebruik gemaakt van een nieuwe productiemethode. In deze nieuwe methode worden voor het bepalen van de huishoudenssamenstelling naast de gegevens uit het gemeentelijke bevolkingsregister ook belastingdienstgegevens over samenwonende paren gebruikt. De uitkomsten op basis van de nieuwe methode sluiten goed aan op de voorgaande uitkomsten, maar er treden vanaf 2011 wel kleine verschuivingen op in het aantal huishoudens naar samenstelling. De grootste verandering betreft het aantal overige huishoudens en de niet-gehuwde paren. In 2011 valt het aantal overige huishoudens 10 duizend lager uit dan in 2010. Het aantal niet gehuwde paren valt navenant hoger uit.

Totaal particuliere huishoudens
Eenpersoonshuishouden
Particulier huishouden bestaande uit één persoon.
Meerpersoonshuishouden
Particulier huishouden bestaande uit twee of meer personen.
Totaal meerpersoonshuishoudens
Totaal aantal particuliere huishoudens bestaande uit twee of meer personen.
Niet-gehuwd paar
Twee personen die een samenwoonrelatie hebben maar niet met elkaar zijn gehuwd of een partnerschapsregistratie hebben gesloten.

Partnerschapsregistratie:
Een op het huwelijk lijkende vorm van vastlegging van een relatie in een akte van de Burgerlijke Stand. De registratie staat open voor paren van gelijk en van verschillend geslacht.
De registratie is ingevoerd in Nederland per 1 januari 1998.
Totaal niet-gehuwde paren
Gehuwd paar
Twee personen die met elkaar gehuwd zijn of samen een geregistreerd partnerschap hebben gesloten.

Partnerschapsregistratie:
Een op het huwelijk lijkende vorm van vastlegging van een relatie in een akte van de Burgerlijke Stand. De registratie staat open voor paren van gelijk en van verschillend geslacht.
De registratie is ingevoerd in Nederland per 1 januari 1998.
Totaal gehuwde paren
Eenouderhuishouden
Eenouderhuishouden:
Particulier huishouden bestaande uit één ouder met één of meer thuiswonende kinderen.

Thuiswonend kind:
Persoon ongeacht leeftijd of burgerlijke staat die een kind-ouderrelatie heeft met één of twee tot het huishouden behorende ouders.
Adoptie- en stiefkinderen in het huishouden worden wel gezien als thuiswonende kinderen, maar pleegkinderen niet.
Totaal eenouderhuishoudens
Eenouderhuishouden:
Particulier huishouden bestaande uit één ouder met één of meer thuiswonende kinderen.
Particuliere huishoudens: grootte
Particuliere huishoudens naar grootte van het huishouden.

Huishoudensgrootte:
Aantal personen dat deel uitmaakt van het huishouden.

Particulier huishouden:
Eén of meer personen die samen een woonruimte bewonen en zichzelf daar particulier, dus niet-bedrijfsmatig voorzien in de dagelijkse levensbehoeften.

Trendbreuk (personen in) particuliere huishoudens
Door de verbeterde waarneming van personen in institutionele huishoudens treedt vanaf 2014 een trendbreuk op in de ontwikkeling van het aantal eenpersoonshuishoudens/alleenstaanden. Circa 35 duizend personen die eerst voornamelijk als alleenstaanden getypeerd waren, verschuiven nu naar de institutionele huishoudens. Het aantal alleenstaanden steeg daardoor van 2013 op 2014 met maar duizend personen. Van 2012 op 2013 was die stijging nog 41 duizend personen. Ook de totale stijging van het aantal huishoudens liep als gevolg hiervan terug van 57 duizend van 2012 op 2013 naar 21 duizend van 2013 op 2014.
Vanaf 2011 is er voor de samenstelling van huishoudensgegevens gebruik gemaakt van een nieuwe productiemethode. In deze nieuwe methode worden voor het bepalen van de huishoudenssamenstelling naast de gegevens uit het gemeentelijke bevolkingsregister ook belastingdienstgegevens over samenwonende paren gebruikt. De uitkomsten op basis van de nieuwe methode sluiten goed aan op de voorgaande uitkomsten, maar er treden vanaf 2011 wel kleine verschuivingen op in het aantal huishoudens naar samenstelling. De grootste verandering betreft het aantal overige huishoudens en de niet-gehuwde paren. In 2011 valt het aantal overige huishoudens 10 duizend lager uit dan in 2010. Het aantal niet gehuwde paren valt navenant hoger uit.

Meerpersoonshuishouden
Particulier huishouden bestaande uit twee of meer personen.
2 personen
3 personen
4 personen
5 of meer personen