Huishoudens; samenstelling, grootte, regio, 1 januari

Huishoudens; samenstelling, grootte, regio, 1 januari

Leeftijd referentiepersoon Regio's Perioden Particuliere huishoudens: samenstelling Totaal particuliere huishoudens (aantal) Particuliere huishoudens: samenstelling Eenpersoonshuishouden (aantal) Particuliere huishoudens: samenstelling Meerpersoonshuishouden Totaal meerpersoonshuishoudens (aantal) Particuliere huishoudens: samenstelling Meerpersoonshuishouden Niet-gehuwd paar Totaal niet-gehuwde paren (aantal) Particuliere huishoudens: samenstelling Meerpersoonshuishouden Gehuwd paar Totaal gehuwde paren (aantal) Particuliere huishoudens: samenstelling Meerpersoonshuishouden Eenouderhuishouden Totaal eenouderhuishoudens (aantal) Particuliere huishoudens: grootte Meerpersoonshuishouden 2 personen (aantal) Particuliere huishoudens: grootte Meerpersoonshuishouden 3 personen (aantal) Particuliere huishoudens: grootte Meerpersoonshuishouden 4 personen (aantal) Particuliere huishoudens: grootte Meerpersoonshuishouden 5 of meer personen (aantal)
Totaal Arnhem/Nijmegen (CR) 2025 374.524 161.489 213.035 52.569 131.232 26.911 118.660 40.455 39.897 14.023
Totaal Arnhem 2025 85.669 41.787 43.882 12.364 23.644 7.140 24.098 8.905 7.834 3.045
15 tot 20 jaar Arnhem/Nijmegen (CR) 2025 3.723 3.555 168 106 0 12 146 17 3 2
15 tot 20 jaar Arnhem 2025 950 898 52 39 0 5 47 3 1 1
20 tot 25 jaar Arnhem/Nijmegen (CR) 2025 23.524 20.625 2.899 2.110 168 220 2.455 315 76 53
20 tot 25 jaar Arnhem 2025 5.585 4.712 873 639 48 72 730 103 25 15
25 tot 30 jaar Arnhem/Nijmegen (CR) 2025 29.056 18.093 10.963 7.537 2.082 762 8.667 1.505 590 201
25 tot 30 jaar Arnhem 2025 8.203 5.210 2.993 1.990 532 274 2.381 401 164 47
30 tot 35 jaar Arnhem/Nijmegen (CR) 2025 29.668 12.504 17.164 8.542 6.501 1.756 8.835 4.486 3.010 833
30 tot 35 jaar Arnhem 2025 8.568 4.120 4.448 2.247 1.524 530 2.508 1.125 608 207
35 tot 40 jaar Arnhem/Nijmegen (CR) 2025 27.195 8.372 18.823 6.488 9.269 2.896 5.200 4.731 6.569 2.323
35 tot 40 jaar Arnhem 2025 7.447 2.835 4.612 1.595 2.034 900 1.634 1.175 1.318 485
40 tot 45 jaar Arnhem/Nijmegen (CR) 2025 26.507 7.138 19.369 5.262 10.086 3.912 4.325 4.088 7.697 3.259
40 tot 45 jaar Arnhem 2025 6.913 2.332 4.581 1.188 2.244 1.108 1.217 1.069 1.597 698
45 tot 50 jaar Arnhem/Nijmegen (CR) 2025 27.188 7.291 19.897 4.818 10.490 4.504 4.873 4.318 7.621 3.085
45 tot 50 jaar Arnhem 2025 6.796 2.222 4.574 1.083 2.220 1.243 1.312 1.087 1.523 652
50 tot 55 jaar Arnhem/Nijmegen (CR) 2025 31.495 9.093 22.402 4.690 12.917 4.733 7.019 5.886 7.106 2.391
50 tot 55 jaar Arnhem 2025 7.549 2.750 4.799 1.025 2.564 1.190 1.702 1.238 1.315 544
55 tot 60 jaar Arnhem/Nijmegen (CR) 2025 34.412 11.329 23.083 4.279 15.077 3.639 10.728 6.554 4.579 1.222
55 tot 60 jaar Arnhem 2025 7.551 3.152 4.399 921 2.620 838 2.177 1.177 792 253
60 tot 65 jaar Arnhem/Nijmegen (CR) 2025 33.511 12.325 21.186 3.392 15.721 1.962 14.448 4.531 1.766 441
60 tot 65 jaar Arnhem 2025 6.957 3.274 3.683 675 2.553 432 2.454 800 331 98
65 tot 70 jaar Arnhem/Nijmegen (CR) 2025 29.835 11.692 18.143 2.301 14.826 920 15.261 2.200 567 115
65 tot 70 jaar Arnhem 2025 5.686 2.820 2.866 424 2.213 212 2.346 395 104 21
70 tot 75 jaar Arnhem/Nijmegen (CR) 2025 26.887 11.348 15.539 1.492 13.422 538 14.314 969 193 63
70 tot 75 jaar Arnhem 2025 4.991 2.524 2.467 260 2.054 136 2.241 178 32 16
75 tot 80 jaar Arnhem/Nijmegen (CR) 2025 24.245 11.178 13.067 964 11.626 417 12.472 511 64 20
75 tot 80 jaar Arnhem 2025 4.175 2.190 1.985 160 1.721 94 1.879 94 8 4
80 tot 85 jaar Arnhem/Nijmegen (CR) 2025 14.958 8.294 6.664 403 5.930 302 6.377 237 39 11
80 tot 85 jaar Arnhem 2025 2.396 1.394 1.002 90 846 61 951 37 12 2
85 tot 90 jaar Arnhem/Nijmegen (CR) 2025 8.684 5.764 2.920 159 2.543 198 2.818 85 15 2
85 tot 90 jaar Arnhem 2025 1.366 915 451 24 393 31 427 19 4 1
90 tot 95 jaar Arnhem/Nijmegen (CR) 2025 3.081 2.410 671 25 530 108 647 20 2 2
90 tot 95 jaar Arnhem 2025 442 353 89 4 73 11 84 4 0 1
95 jaar of ouder Arnhem/Nijmegen (CR) 2025 555 478 77 1 44 32 75 2 0 0
95 jaar of ouder Arnhem 2025 94 86 8 0 5 3 8 0 0 0
Bron: CBS.
Verklaring van tekens

Tabeltoelichting


Particuliere huishoudens in Nederland op 1 januari naar samenstelling of grootte van het huishouden, leeftijd van de referentiepersoon en regio.

De volgende uitsplitsingen zijn mogelijk:
- Particuliere huishoudens naar samenstelling, leeftijd van de referentiepersoon en regio;
- Particuliere huishoudens naar grootte, leeftijd van de referentiepersoon en regio.

De in de tabel opgenomen regio's zijn landsdelen, provincies, COROP-gebieden en gemeenten. De gepresenteerde regiototalen betreffen samentellingen van gemeenten. In geval van grenswijzigingen die over verschillende regiogrenzen heen gaan is de indeling van de gemeenten gegroepeerd naar de meest recente situatie.

Gegevens beschikbaar vanaf: 2000

Status van de cijfers:
Alle in de tabel opgenomen cijfers zijn definitief.

Wijzigingen per 22 augustus 2025:
De cijfers van 1 januari 2025 zijn toegevoegd.

Wanneer komen er nieuwe cijfers?
In het derde kwartaal van 2026 worden de definitieve cijfers van 1 januari 2026 toegevoegd.

Toelichting onderwerpen

Particuliere huishoudens: samenstelling
Particuliere huishoudens naar samenstelling van het huishouden.

Particulier huishouden:
Eén of meer personen die samen een woonruimte bewonen en zichzelf, dus niet-bedrijfsmatig, voorzien in de dagelijkse levensbehoeften.

Samenstelling huishouden:
Typering van een particulier huishouden op basis van de onderlinge relaties van de personen binnen het huishouden.

Trendbreuk (personen in) particuliere huishoudens
Door de verbeterde waarneming van personen in institutionele huishoudens treedt vanaf 2014 een trendbreuk op in de ontwikkeling van het aantal eenpersoonshuishoudens/alleenstaanden. Circa 35 duizend personen die eerst voornamelijk als alleenstaanden getypeerd waren, verschuiven nu naar de institutionele huishoudens. Het aantal alleenstaanden steeg daardoor van 2013 op 2014 met maar duizend personen. Van 2012 op 2013 was die stijging nog 41 duizend personen. Ook de totale stijging van het aantal huishoudens liep als gevolg hiervan terug van 57 duizend van 2012 op 2013 naar 21 duizend van 2013 op 2014.
Vanaf 2011 is er voor de samenstelling van huishoudensgegevens gebruik gemaakt van een nieuwe productiemethode. In deze nieuwe methode worden voor het bepalen van de huishoudenssamenstelling naast de gegevens uit het gemeentelijke bevolkingsregister ook belastingdienstgegevens over samenwonende paren gebruikt. De uitkomsten op basis van de nieuwe methode sluiten goed aan op de voorgaande uitkomsten, maar er treden vanaf 2011 wel kleine verschuivingen op in het aantal huishoudens naar samenstelling. De grootste verandering betreft het aantal overige huishoudens en de niet-gehuwde paren. In 2011 valt het aantal overige huishoudens 10 duizend lager uit dan in 2010. Het aantal niet gehuwde paren valt navenant hoger uit.

Totaal particuliere huishoudens
Eenpersoonshuishouden
Particulier huishouden bestaande uit één persoon.
Meerpersoonshuishouden
Particulier huishouden bestaande uit twee of meer personen.
Totaal meerpersoonshuishoudens
Totaal aantal particuliere huishoudens bestaande uit twee of meer personen.
Niet-gehuwd paar
Twee personen die een samenwoonrelatie hebben maar niet met elkaar zijn gehuwd of een partnerschapsregistratie hebben gesloten.

Partnerschapsregistratie:
Een op het huwelijk lijkende vorm van vastlegging van een relatie in een akte van de Burgerlijke Stand. De registratie staat open voor paren van gelijk en van verschillend geslacht.
De registratie is ingevoerd in Nederland per 1 januari 1998.
Totaal niet-gehuwde paren
Gehuwd paar
Twee personen die met elkaar gehuwd zijn of samen een geregistreerd partnerschap hebben gesloten.

Partnerschapsregistratie:
Een op het huwelijk lijkende vorm van vastlegging van een relatie in een akte van de Burgerlijke Stand. De registratie staat open voor paren van gelijk en van verschillend geslacht.
De registratie is ingevoerd in Nederland per 1 januari 1998.
Totaal gehuwde paren
Eenouderhuishouden
Eenouderhuishouden:
Particulier huishouden bestaande uit één ouder met één of meer thuiswonende kinderen.

Thuiswonend kind:
Persoon ongeacht leeftijd of burgerlijke staat die een kind-ouderrelatie heeft met één of twee tot het huishouden behorende ouders.
Adoptie- en stiefkinderen in het huishouden worden wel gezien als thuiswonende kinderen, maar pleegkinderen niet.
Totaal eenouderhuishoudens
Eenouderhuishouden:
Particulier huishouden bestaande uit één ouder met één of meer thuiswonende kinderen.
Particuliere huishoudens: grootte
Particuliere huishoudens naar grootte van het huishouden.

Huishoudensgrootte:
Aantal personen dat deel uitmaakt van het huishouden.

Particulier huishouden:
Eén of meer personen die samen een woonruimte bewonen en zichzelf daar particulier, dus niet-bedrijfsmatig voorzien in de dagelijkse levensbehoeften.

Trendbreuk (personen in) particuliere huishoudens
Door de verbeterde waarneming van personen in institutionele huishoudens treedt vanaf 2014 een trendbreuk op in de ontwikkeling van het aantal eenpersoonshuishoudens/alleenstaanden. Circa 35 duizend personen die eerst voornamelijk als alleenstaanden getypeerd waren, verschuiven nu naar de institutionele huishoudens. Het aantal alleenstaanden steeg daardoor van 2013 op 2014 met maar duizend personen. Van 2012 op 2013 was die stijging nog 41 duizend personen. Ook de totale stijging van het aantal huishoudens liep als gevolg hiervan terug van 57 duizend van 2012 op 2013 naar 21 duizend van 2013 op 2014.
Vanaf 2011 is er voor de samenstelling van huishoudensgegevens gebruik gemaakt van een nieuwe productiemethode. In deze nieuwe methode worden voor het bepalen van de huishoudenssamenstelling naast de gegevens uit het gemeentelijke bevolkingsregister ook belastingdienstgegevens over samenwonende paren gebruikt. De uitkomsten op basis van de nieuwe methode sluiten goed aan op de voorgaande uitkomsten, maar er treden vanaf 2011 wel kleine verschuivingen op in het aantal huishoudens naar samenstelling. De grootste verandering betreft het aantal overige huishoudens en de niet-gehuwde paren. In 2011 valt het aantal overige huishoudens 10 duizend lager uit dan in 2010. Het aantal niet gehuwde paren valt navenant hoger uit.

Meerpersoonshuishouden
Particulier huishouden bestaande uit twee of meer personen.
2 personen
3 personen
4 personen
5 of meer personen