Personen in huishoudens naar leeftijd en geslacht, 1 januari

Personen in huishoudens naar leeftijd en geslacht, 1 januari

Geslacht Leeftijd Perioden Totaal personen in huishoudens (aantal) Personen in particuliere huishoudens Thuiswonend kind (aantal)
Totaal mannen en vrouwen 18 jaar 2010 205.851 177.110
Totaal mannen en vrouwen 18 jaar 2018 210.774 187.565
Totaal mannen en vrouwen 19 jaar 2010 208.005 156.606
Totaal mannen en vrouwen 19 jaar 2018 213.786 171.264
Totaal mannen en vrouwen 20 jaar 2010 202.046 131.906
Totaal mannen en vrouwen 20 jaar 2018 209.792 149.842
Totaal mannen en vrouwen 21 jaar 2010 201.972 114.560
Totaal mannen en vrouwen 21 jaar 2018 209.892 129.966
Totaal mannen en vrouwen 22 jaar 2010 203.875 99.327
Totaal mannen en vrouwen 22 jaar 2018 211.308 112.608
Totaal mannen en vrouwen 23 jaar 2010 204.344 81.894
Totaal mannen en vrouwen 23 jaar 2018 218.557 98.393
Totaal mannen en vrouwen 24 jaar 2010 200.673 63.955
Totaal mannen en vrouwen 24 jaar 2018 219.232 80.650
Totaal mannen en vrouwen 25 jaar 2010 199.358 48.669
Totaal mannen en vrouwen 25 jaar 2018 221.643 65.091
Totaal mannen en vrouwen 26 jaar 2010 195.138 35.704
Totaal mannen en vrouwen 26 jaar 2018 224.418 51.093
Totaal mannen en vrouwen 27 jaar 2010 197.116 27.594
Totaal mannen en vrouwen 27 jaar 2018 225.619 39.319
Totaal mannen en vrouwen 28 jaar 2010 202.329 21.885
Totaal mannen en vrouwen 28 jaar 2018 218.319 29.401
Totaal mannen en vrouwen 29 jaar 2010 205.414 17.281
Totaal mannen en vrouwen 29 jaar 2018 216.158 22.550
Mannen 18 jaar 2010 105.120 93.398
Mannen 18 jaar 2018 108.272 97.843
Mannen 19 jaar 2010 106.290 85.795
Mannen 19 jaar 2018 109.313 91.195
Mannen 20 jaar 2010 102.284 74.637
Mannen 20 jaar 2018 106.321 81.582
Mannen 21 jaar 2010 102.229 67.335
Mannen 21 jaar 2018 107.118 73.484
Mannen 22 jaar 2010 103.411 60.858
Mannen 22 jaar 2018 107.128 64.931
Mannen 23 jaar 2010 102.871 51.946
Mannen 23 jaar 2018 110.938 59.101
Mannen 24 jaar 2010 101.121 42.149
Mannen 24 jaar 2018 111.312 50.139
Mannen 25 jaar 2010 100.842 33.318
Mannen 25 jaar 2018 112.701 41.725
Mannen 26 jaar 2010 98.330 24.957
Mannen 26 jaar 2018 113.781 33.748
Mannen 27 jaar 2010 99.358 19.801
Mannen 27 jaar 2018 114.517 26.470
Mannen 28 jaar 2010 101.361 15.804
Mannen 28 jaar 2018 110.170 20.004
Mannen 29 jaar 2010 103.121 12.562
Mannen 29 jaar 2018 109.150 15.708
Vrouwen 18 jaar 2010 100.731 83.712
Vrouwen 18 jaar 2018 102.502 89.722
Vrouwen 19 jaar 2010 101.715 70.811
Vrouwen 19 jaar 2018 104.473 80.069
Vrouwen 20 jaar 2010 99.762 57.269
Vrouwen 20 jaar 2018 103.471 68.260
Vrouwen 21 jaar 2010 99.743 47.225
Vrouwen 21 jaar 2018 102.774 56.482
Vrouwen 22 jaar 2010 100.464 38.469
Vrouwen 22 jaar 2018 104.180 47.677
Vrouwen 23 jaar 2010 101.473 29.948
Vrouwen 23 jaar 2018 107.619 39.292
Vrouwen 24 jaar 2010 99.552 21.806
Vrouwen 24 jaar 2018 107.920 30.511
Vrouwen 25 jaar 2010 98.516 15.351
Vrouwen 25 jaar 2018 108.942 23.366
Vrouwen 26 jaar 2010 96.808 10.747
Vrouwen 26 jaar 2018 110.637 17.345
Vrouwen 27 jaar 2010 97.758 7.793
Vrouwen 27 jaar 2018 111.102 12.849
Vrouwen 28 jaar 2010 100.968 6.081
Vrouwen 28 jaar 2018 108.149 9.397
Vrouwen 29 jaar 2010 102.293 4.719
Vrouwen 29 jaar 2018 107.008 6.842
Bron: CBS.
Verklaring van tekens

Tabeltoelichting


Deze publicatie bevat informatie over personen in huishoudens in Nederland per 1 januari naar positie in het huishouden, geslacht en leeftijd.

Gegevens beschikbaar vanaf: 1995.

Status van de cijfers:
Alle in de tabel opgenomen cijfers zijn definitief.

Wijzigingen per 19 juni 2023:
De cijfers per 1 januari 2023 zijn toegevoegd.

Wanneer komen er nieuwe cijfers?
In het 2e kwartaal van 2024 worden de definitieve cijfers per 1 januari 2024 toegevoegd.

Toelichting onderwerpen

Totaal personen in huishoudens
Totaal aantal personen in huishoudens.

Huishouden:
Particulier of institutioneel huishouden.

Particulier huishouden:
Eén of meer personen die samen een woonruimte bewonen en zichzelf, dus niet-bedrijfsmatig, voorzien in de dagelijkse levensbehoeften.

Institutioneel huishouden:
Eén of meer personen die samen een woonruimte bewonen en daar bedrijfsmatig worden voorzien in dagelijkse levensbehoeften. Ook de huisvesting vindt bedrijfsmatig plaats.
Het gaat om instellingen zoals verpleeg-, en verzorgingshuizen, instellingen voor geestelijke gezondheidszorg, forensische centra, instellingen voor verstandelijk, lichamelijk en zintuiglijk gehandicapten, instellingen voor verslavingszorg en daklozenopvang, internaten, kloosters, gevangenissen, kazernes, en asielzoekerscentra, waarin de personen in principe voor langere tijd (zullen) verblijven.
Personen in particuliere huishoudens
Particulier huishouden:
Eén of meer personen die samen een woonruimte bewonen en zichzelf, dus niet-bedrijfsmatig, voorzien in de dagelijkse levensbehoeften.
Thuiswonend kind
Persoon ongeacht leeftijd of burgerlijke staat die een kind-ouderrelatie heeft met één of twee tot het huishouden behorende ouders.
Adoptie- en stiefkinderen in het huishouden worden wel gezien als thuiswonende kinderen, maar pleegkinderen niet.