Nationaliteitswijziging; geslacht, leeftijd, soort regeling, verblijfsduur

Tabeltoelichting


Deze tabel bevat gegevens over het verkrijgen van het Nederlanderschap en het verlies ervan door personen die behoren tot de bevolking van Nederland per soort regeling naar geslacht. Enkele regelingen kunnen worden uitgesplitst naar leeftijd, verblijfsduur in Nederland, burgerlijke staat of geboorteland.

Gegevens beschikbaar vanaf: 1985

De status van de cijfers:
Alle in de tabel opgenomen cijfers zijn definitief.

Wijzigingen per 21 september 2023:
De cijfers over 2022 zijn toegevoegd.

Wanneer komen er nieuwe cijfers?
In het 3e kwartaal van 2024 worden de definitieve cijfers over 2023 in deze publicatie opgenomen.

Toelichting onderwerpen

Nederlanderschap door verlening
Verkrijging van het Nederlanderschap door verlening kan door middel van zelfstandige naturalisatie of medenaturalisatie.
Zelfstandige naturalisatie:
Verlening van de Nederlandse nationaliteit aan meerderjarige niet-Nederlanders die daarom verzoeken.
Om het Nederlanderschap te kunnen toekennen, mogen er geen bedenkingen bestaan tegen het verblijf voor onbepaalde tijd in Nederland, de Nederlandse Antillen of Aruba. Degene die om naturalisatie verzoekt, moet ten minste vijf jaren onmiddellijk voorafgaand aan het verzoek in Nederland, de Nederlandse Antillen of Aruba woonplaats of werkelijk verblijf hebben gehad. Verzoeker moet als ingeburgerd worden beschouwd in de Nederlandse, de Nederlands-Antilliaanse of Arubaanse samenleving, hetgeen onder andere blijkt uit een redelijke kennis van de Nederlandse taal en de opname in de Nederlandse, de Nederlands- Antilliaanse of Arubaanse samenleving. Sinds 1 april 2003 wordt dit bepaald door middel van het afnemen van een naturalisatietoets (Besluit naturalisatietoets van 15 april 2002, in werking getreden op 1 april 2003). De toets sluit aan bij niveau 2 van de inburgeringstoets die wordt gebruikt in de Wet Inburgering Nieuwkomers. De toets kent een mondeling en een schriftelijk deel. Wie al een inburgeringstraject op niveau 2 of hoger heeft afgelegd, en wie een ruime Nederlandse schoolervaring heeft, is van de toets vrijgesteld.
Op de woonplaatstermijn van vijf jaar bestaat een aantal uitzonderingen.
Zo geldt bijvoorbeeld deze termijn niet voor verzoekers die ooit de Nederlandse nationaliteit hebben bezeten en is deze termijn drie jaar voor verzoekers die gehuwd zijn met een Nederlander of een duurzame relatie anders dan het huwelijk met een Nederlander hebben (artikelen 7 en 8 van de Rijkswet op het Nederlanderschap).
Medenaturalisatie:
Minderjarige kinderen delen in de naturalisatie van de vader of moeder aan wie het Nederlanderschap is verleend, indien dit is vastgelegd in het besluit. Minderjarigen van twaalf jaar en ouder hebben daarbij inspraak. Wil het kind niet worden genaturaliseerd, dan zal dat ook niet gebeuren (artikel 11 van de Rijkswet op het Nederlanderschap).
Meerderjarig:
Heeft betrekking op een persoon van 18 jaar of ouder of een persoon die vóór het bereiken van de 18e verjaardag in het huwelijk is getreden. Vóór 1986 lag deze leeftijd op 21 jaar of ouder.
Minderjarig:
Heeft betrekking op een (ongehuwd) persoon jonger dan 18 jaar. Vóór 1986: jonger dan 21 jaar.
Staatloos:
Persoon die door geen enkele staat als onderdaan kan worden beschouwd.
Zelfstandige naturalisatie
Verlening van de Nederlandse nationaliteit aan meerderjarige niet-Nederlanders die daarom verzoeken.
Om het Nederlanderschap te kunnen toekennen, mogen er geen bedenkingen bestaan tegen het verblijf voor onbepaalde tijd in Nederland, de Nederlandse Antillen of Aruba. Degene die om naturalisatie verzoekt, moet ten minste vijf jaren onmiddellijk voorafgaand aan het verzoek in Nederland, de Nederlandse Antillen of Aruba woonplaats of werkelijk verblijf hebben gehad. Verzoeker moet als ingeburgerd worden beschouwd in de Nederlandse, de Nederlands-Antilliaanse of Arubaanse samenleving, hetgeen onder andere blijkt uit een redelijke kennis van de Nederlandse taal en de opname in de Nederlandse, de Nederlands-Antilliaanse of Arubaanse samenleving. Sinds 1 april 2003 wordt dit bepaald door middel van het afnemen van een naturalisatietoets (Besluit naturalisatietoets van 15 april 2002, in werking getreden op 1 april 2003). De toets sluit aan bij niveau 2 van de inburgeringstoets die wordt gebruikt in de Wet Inburgering Nieuwkomers. De toets kent een mondeling en een schriftelijk deel. Wie al een inburgeringstraject op niveau 2 of hoger heeft afgelegd, en wie een ruime Nederlandse schoolervaring heeft, is van de toets vrijgesteld.
Op de woonplaatstermijn van vijf jaar bestaat een aantal uitzonderingen. Zo geldt bijvoorbeeld deze termijn niet voor verzoekers die ooit de Nederlandse nationaliteit hebben bezeten en is deze termijn drie jaar voor verzoekers die gehuwd zijn met een Nederlander of een duurzame relatie anders dan het huwelijk met een Nederlander hebben (artikelen 7 en 8 van de Rijkswet op het Nederlanderschap).
Naar leeftijd (op 31 december)
Verkrijging van het Nederlanderschap door zelfstandige naturalisatie naar leeftijd van de persoon.
Leeftijd:
Het aantal gehele jaren dat op 31 december van het jaar van verkrijging van het Nederlanderschap is verstreken sinds de geboortedatum van de persoon. Te berekenen als jaar van verkrijging van het Nederlanderschap min geboortejaar.
Totaal zelfstandige naturalisatie
Naar burgerlijke staat
Verkrijging van het Nederlanderschap door optie naar burgerlijke staat van de persoon.
Burgerlijke staat:
Formele positie van een persoon waarbij wordt verwezen naar het huwelijk en het geregistreerd partnerschap.
Per 1 januari 1998 is het geregistreerd partnerschap ingevoerd. Doorgaans worden het geregistreerd partnerschap en het huwelijk op dezelfde wijze behandeld.
Geregistreerd partnerschap:
Een op het huwelijk lijkende relatie tussen twee personen van gelijk of van verschillend geslacht, vastgelegd in een akte van de Burgerlijke Stand.
Per 1 januari 1998 is in Nederland het geregistreerd partnerschap ingevoerd.
Totaal zelfstandige naturalisatie
Naar verblijfsduur in Nederland
Verkrijging van het Nederlanderschap door zelfstandige naturalisatie naar verblijfsduur van de persoon in Nederland.
Verblijfsduur:
Het aantal gehele jaren dat op 31 december van het jaar van verkrijging van het Nederlanderschap is verstreken sinds het jaar van vestiging in Nederland van de persoon. Te berekenen als jaar van verkrijging van het Nederlanderschap min jaar van vestiging in Nederland.
Totaal zelfstandige naturalisatie
Medenaturalisatie
Situatie waarbij minderjarige kinderen delen in de naturalisatie van de ouder(s). Minderjarigen van twaalf jaar en ouder hebben daarbij inspraak.
Wil het kind niet worden genaturaliseerd, dan zal dat ook niet gebeuren.
Naar leeftijd (op 31 december)
Verkrijging van het Nederlanderschap door medenaturalisatie naar leeftijd van de persoon.
Leeftijd:
Het aantal gehele jaren dat op 31 december van het jaar van verkrijging van het Nederlanderschap is verstreken sinds de geboortedatum van de persoon. Te berekenen als jaar van verkrijging van het Nederlanderschap min geboortejaar.
Totaal medenaturalisatie
Naar verblijfsduur in Nederland
Verkrijging van het Nederlanderschap door medenaturalisatie naar verblijfsduur van de persoon in Nederland.
Verblijfsduur:
Het aantal gehele jaren dat op 31 december van het jaar van verkrijging van het Nederlanderschap is verstreken sinds het jaar van vestiging in Nederland van de persoon. Te berekenen als jaar van verkrijging van het Nederlanderschap min jaar van vestiging in Nederland.
Totaal medenaturalisatie