Aandelen en obligaties effectenbeurs Amsterdam; dagcijfers,1980 - 2003
Verklaring van tekens
Tabeltoelichting
Gegevens beschikbaar:
vanaf 2 januari 1980: koers- en herbeleggingsindex sectoren en
bedrijfstakken.
Vanaf 1987: rendement staatsleningen.
Vanaf 1989: koers- en herbeleggingsindex obligaties.
Vanaf 1992: koers- en herbeleggingsindex beleggingsinstellingen en
koersindex converteerbare obligaties.
Vanaf 1994: koers- en herbeleggingsindex IT en niet-AEX.
Vanaf 1997: rendement nieuwe tienjarige staatsleningen en bankobligaties.
Vanaf augustus 2000: durations obligaties.
Frequentie: Stopgezet; Er komen geen updates meer.
Infoservice: href="http://www.cbs.nl/infoservice">http://www.cbs.nl/infoservice.
Copyright (c) Centraal Bureau voor de Statistiek.
Verveelvoudiging is toegestaan, mits het CBS als bron wordt vermeld.
Toelichting onderwerpen
- Aandelen
- Koersindex
- De koersindex voor aandelen geeft de ontwikkeling weer van het koersniveau
van de aandelen van alle op de Amsterdamse effectenbeurs genoteerde
Nederlandse ondernemingen. De koersen worden gewogen met het aantal
aandelen in de basisperiode. Kapitaalmutaties, zoals (claim)emissies,
bonusuitkering in aandelen en terugbetalingen op aandelen, mogen geen
invloed hebben op de hoogte van de koersindex. Om voor dergelijke
voorvallen dagelijks te kunnen corrigeren wordt de index berekend als
kettingindex.- CBS-koersindex
- De CBS-koersindex voor aandelen geeft de ontwikkeling weer van het
koersniveau van de aandelen van alle op de Amsterdamse effectenbeurs
genoteerde Nederlandse ondernemingen exclusief beleggingsinstellingen en
vastgoedfondsen.- Sectoren
- Koersindex van alle waargenomen ondernemingen. Naast een algemeen
indexcijfer voor de totale markt en een indexcijfer exclusief Koninklijke
Olie, worden vier sectorindices onderscheiden. De fondsen worden
allereerst ingedeeld in internationale concerns en lokale fondsen. Binnen
de sector lokale fondsen worden vervolgens twee sectoren onderscheiden,
namelijk de financiële en niet-financiële instellingen.- Internationals
- Koersindex van de sector die oorspronkelijk de ondernemingen omvatte:
Akzo-Nobel, Koninklijke Olie, Philips, Unilever en Hoogovens. Omdat
Hoogovens na fusie niet meer als een "Nederlandse" onderneming wordt
beschouwd, maakt Hoogovens (inmiddels Corus Group) geen deel meer uit van
deze groep.
- Herbeleggingsindex
- De herbeleggingsindex voor aandelen geeft de waardeontwikkeling weer
van de aandelen van alle op de Amsterdamse effectenbeurs genoteerde
Nederlandse ondernemingen waarbij het uitgekeerde dividend in de
portefeuille wordt herbelegd. De index wordt op dezelfde manier als
de koersindex berekend met dit verschil dat de koers van een aandeel
op een dag niet alleen wordt verhoogd met de marktwaarde van een
eventueel uitgekeerd recht, maar ook met het dividend per aandeel.- CBS- herbeleggingsindex
- De CBS-herbeleggingsindex voor aandelen geeft de waardeontwikkeling weer
van de aandelen van alle op de Amsterdamse effectenbeurs genoteerde
Nederlandse ondernemingen exclusief beleggingsfondsen en vastgoedfondsen,
waarbij het uitgekeerde dividend in de portefeuille wordt herbelegd.- Sectoren
- Herbeleggingsindex van alle waargenomen ondernemingen. Naast een
algemeen indexcijfer voor de totale markt en een indexcijfer exclusief
Koninklijke Olie, worden vier sectorindices onderscheiden. De fondsen
worden allereerst ingedeeld in internationale concerns en lokale fondsen.
Binnen de sector lokale fondsen worden vervolgens twee sectoren
onderscheiden, namelijk de financiële en niet-financiële instellingen.- Internationals
- Herbeleggingsindex van de sector die oorspronkelijk de ondernemingen
omvatte: Akzo-Nobel, Koninklijke Olie, Philips, Unilever en Hoogovens.
Omdat Hoogovens na fusie niet meer als een "Nederlandse" onderneming
wordt beschouwd, maakt Hoogovens (inmiddels Corus Group) geen deel
meer uit van deze groep.
- Obligaties
- CBS-herbeleggingsindex obligaties
- De CBS-herbeleggingsindex voor obligaties geeft het waardeverloop weer
van een fictieve obligatieportefeuille die voortdurend marktconform is
samengesteld, en waarin alle rentebetalingen en aflossingen marktconform
worden herbelegd. Een obligatieportefeuille wordt marktconform genoemd
indien, gerekend naar de koerswaarde, het relatieve belang van elke
obligatie in deze portefeuille gelijk is aan de fractie van die obligatie
op de totale markt. In de berekening van de herbeleggingsindex worden
in principe alle Euro-obligaties opgenomen van Nederlandse
emittenten die op de Amsterdamse effectenbeurs zijn genoteerd met een
uitstaand bedrag groter dan 25 miljoen Euro. Op grond van praktische
overwegingen zijn obligaties met afwijkende rente- c.q. aflossingschema's
buiten de waarneming gehouden. Indexcijfer wordt berekend vanaf 1989.- CBS-herbeleggingsindex staatsobligaties
- Herbeleggingsindex voor staatsobligaties.
- Resterende looptijd
- Herbeleggingsindex van alle waargenomen staatsobligaties met een vaste,
looptijd, ingedeeld naar 4 looptijdgroepen.- 0 tot 3 jaar
- Herbeleggingsindex van alle waargenomen staatsobligaties met een
gemiddeld resterende looptijd van 0 - <3 jaar.
- 3 tot 5 jaar
- Herbeleggingsindex van alle waargenomen staatsobligaties met een
gemiddeld resterende looptijd van 3 - <5 jaar
- 5 tot 8 jaar
- Herbeleggingsindex van alle waargenomen staatsobligaties met een
gemiddeld resterende looptijd van 5 - <8 jaar.
- 8 jaar en langer
- Herbeleggingsindex van alle waargenomen staatsobligaties met een
gemiddeld resterende looptijd van 8 jaar en langer.
- Rendementen
- Effectief rendement is het verwachte of gewenste rendement van een
belegging in obligaties. De koers van een obligatielening wordt door een
aantal factoren bepaald, zoals de couponrente, de looptijd van de lening
en de marktrente. Het effectief rendement is de rentevoet waarbij de
huidige waarde van de obligatie (berekend aan de hand van de koers
en de opgelopen rente) gelijk is aan de contante waarde van alle
toekomstige opbrengsten (rentebetalingen en aflossingen). In principe
worden alle Euro-obligaties in de berekening betrokken van
Nederlandse emittenten met een vast aflossingsschema en een vaste
couponrente per jaar. De leningen moeten een gemiddeld resterende looptijd
hebben van twee jaar of langer. Er worden vier deelmarkten onderscheiden:
staatsleningen, (gewone) bankobligaties, achtergestelde obligaties van
banken en pand- en bankbrieven. Van elke lening wordt het effectief
rendement berekend, waarna die rendementen worden gerangschikt naar
looptijd en ondergebracht in jaarklassen. Het effectief rendement van een
jaarklasse wordt gelijkgesteld aan de mediaan van die klasse.- Staatsleningen
- Effectief rendement van staatsleningen, vanaf 1987
- Resterende looptijd
- Effectief rendement van de staatsleningen ingedeeld naar
looptijdklasse.- 2 tot 3 jaar
- Effectief rendement van de mediaan van alle waargenomen staatsleningen met
een gemiddeld resterende looptijd van 2 - <3 jaar.
- 3 tot 4 jaar
- Effectief rendement van de mediaan van alle waargenomen staatsleningen met
een gemiddeld resterende looptijd van 3 - <4 jaar.
- 4 tot 5 jaar
- Effectief rendement van de mediaan van alle waargenomen staatsleningen met
een gemiddeld resterende looptijd van 4 - <5 jaar.
- 5 tot 6 jaar
- Effectief rendement van de mediaan van alle waargenomen staatsleningen met
een gemiddeld resterende looptijd van 5 - <6 jaar.
- 6 tot 7 jaar
- Effectief rendement van de mediaan van alle waargenomen staatsleningen met
een gemiddeld resterende looptijd van 6 - <7 jaar.
- 8 tot 9 jaar
- Effectief rendement van de mediaan van alle waargenomen staatsleningen met
een gemiddeld resterende looptijd van 8 - <9 jaar.
- 7 tot 8 jaar
- Effectief rendement van de mediaan van alle waargenomen staatsleningen met
een gemiddeld resterende looptijd van 7 - <8 jaar.
- 9 tot 10 jaar
- Effectief rendement van de mediaan van alle waargenomen staatsleningen met
een gemiddeld resterende looptijd van 9 - <10 jaar.
- 3 tot 5 jaar
- Effectief rendement van de groep staatsleningen met een gemiddeld
resterende looptijd van 3 tot 5 jaar, berekend als ongewogen gemiddelde
van de jaarklassen.
- 5 tot 8 jaar
- Effectief rendement van de groep staatsleningen met een gemiddeld
resterende looptijd van 5 tot 8 jaar, berekend als ongewogen gemiddelde
van de jaarklassen.
- 3 tot 8 jaar
- Effectief rendement van de groep staatsleningen met een gemiddeld
resterende looptijd van 3 tot 8 jaar, berekend als ongewogen gemiddelde
van de jaarklassen.
- Durations
- Duration is een looptijdmaatstaf van alle uitkeringen (rente +
aflossingen) van een obligatie. De duration is de gemiddelde resterende
looptijd, waarbij elke looptijd van de afzonderlijke betalingen (rente +
aflossingen) wordt gewogen met de contante waarde van de op elk tijdstip
te verrichten betalingen. De duration wordt berekend voor dezelfde
(deel)populatie, die wordt gehanteerd bij de CBS-herbeleggingsindex voor
obligaties. In principe worden alle Euro-obligaties van
Nederlandse emittenten met een vast aflossingsschema en een vaste
couponrente meegenomen. Het genoteerde bedrag van de lening moet groter
zijn dan 25 miljoen Euro. De duration voor een (sub)groep leningen wordt
berekend als gewogen gemiddelde van de durations van de individuele
leningen van de betreffende groep, waarbij de koerswaarde van de lening,
inclusief opgelopen rente, als wegingsfactor geldt.
Durations worden berekend vanaf augustus 2000.- Staatsleningen
- Duration voor staatsleningen.
- Resterende looptijd
- Duration voor staatsobligaties met een vaste looptijd, ingedeeld naar
4 looptijdgroepen.- 0 tot 3 jaar
- Duration van alle waargenomen staatsleningen met een gemiddeld
resterende looptijd van 0 - <3 jaar.
- 3 tot 5 jaar
- Duration van alle waargenomen staatsleningen met een gemiddeld
resterende looptijd van 3 - <5 jaar.
- 5 tot 8 jaar
- Duration van alle waargenomen staatsleningen met een gemiddeld
resterende looptijd van 5 - <8 jaar.
- 8 jaar en langer
- Duration van alle waargenomen staatsleningen met een gemiddeld
resterende looptijd van 8 jaar en langer.