kpi 2. Toegevoegde waarde en werkgelegenheid

Bij KPI 2 gaat het in de MVI om de arbeidsproductiviteit. Dit is gedefinieerd als de toegevoegde waarde in constante prijzen per gewerkt uur, in euro’s.

De bruto toegevoegde waarde is gelijk aan de waarde van alle geproduceerde goederen en diensten (de productiewaarde of output) minus de waarde van goederen en diensten die tijdens deze productie zijn opgebruikt (het intermediair verbruik). Voor ontwikkelingen over meerdere jaren wordt de bruto toegevoegde waarde uitgedrukt in lopende en/of constante prijzen. Lopende prijzen zijn in het prijspeil van het desbetreffende jaar, een tijdreeks in constante prijzen is gecorrigeerd voor prijsontwikkelingen (door alle jaren uit te drukken in hetzelfde prijspeil) en laat de volumeontwikkelingen zien van de bruto toegevoegde waarde.

Het aantal gewerkte uren betreft het totale aantal uren dat werknemers en/of zelfstandigen gedurende de verslagperiode werkelijk hebben gewerkt. Niet-gewerkte uren wegens verlof of ziekte tellen niet mee. De gewerkte uren van werknemers worden berekend door de betaalde uren (de overeengekomen uren plus de betaalde overwerkuren) te vermeerderen met onbetaalde overwerkuren en te verminderen met feitelijk niet gewerkte uren die betaald worden, zoals wegens ziekteverzuim, zwangerschaps- en bevallingsverlof, stakingen, weerverlet, ouderschapsverlof en kort verzuim. De gewerkte uren van zelfstandigen worden rechtstreeks bepaald.