Voorraad woningen; woningtype, bouwjaar, oppervlakte, regio

Doel

De statistiek woningkenmerken verschaft inzicht in aantallen woningen per woningtype naar bouwjaarklasse of oppervlakteklasse. Daarnaast wordt de gemiddelde oppervlakte per woningtype naar bouwjaarklasse gegeven.

Doelpopulatie

De doelpopulatie bevat alle verblijfsobjecten in de Basisregistratie Adressen en Gebouwen (BAG) met op 1 januari van een jaar een woonfunctie en een status “in gebruik (niet ingemeten)”, ”in gebruik” of “buiten gebruik”. Deze verblijfsobjecten worden gerekend tot de voorraad woningen.

Statistische eenheid

Woningen.

Aanvang onderzoek

2012.

Frequentie

Jaar.

Publicatiestrategie.

Jaarstatistieken: De voorlopige cijfers komen circa 3 maanden na de verslagperiode beschikbaar. De definitieve gegevens worden circa 7 maanden na de verslagperiode gepubliceerd.

Soort onderzoek

Integrale registratie.

Waarnemingsmethode

De waarnemingen zijn gebaseerd op informatie uit de Landelijke Voorziening Basisregistratie Adressen en Gebouwen (LV BAG), die elektronisch geleverd wordt door het Kadaster (beheerder). Gemeenten leveren de gegevens aan de LV BAG.

Berichtgevers

Gemeenten.

Steekproefomvang

Niet van toepassing.

Controle- en correctiemethoden

De kenmerken in de BAG zijn bewerkt aan de hand van een aantal regels.
Voor het kenmerk bouwjaren gelden de volgende regels:
• Bouwjaren van een verblijfsobject worden afgeleid van het bouwjaar van het pand.
• Bij een verblijfobject dat in meerdere panden is gelegen wordt het oudste bouwjaar genomen.
• Bouwjaren voor 1000 of gelijk aan 0000 worden op onbekend gezet.
• Bouwjaren die liggen na het verslagjaar of gelijk zijn aan 9999 worden op onbekend gezet.

Voor het kenmerk oppervlakte gelden de volgende regels:
• Een oppervlakte gelijk aan 1, 9999 of 999999 wordt gezien als een dummy waarde en wordt op onbekend gezet. Daarnaast worden ook woningen met een oppervlakte van 10.000 of groter op onbekend gezet.
• Voor de berekening van de gemiddelde oppervlakte van woningen worden alleen de waarden vanaf 14 tot en met 2700 meegenomen.
• De oppervlakte kan door een verbouwing of een administratieve correctie in de tijd veranderen.
• Zodra de gewijzigde oppervlakte in de BAG is ingevoerd, wordt deze meegenomen in de publicatie.

Het kenmerk eengezins/meergezins wordt afgeleid door het aantal verblijfsobjecten met de status “in gebruik (niet ingemeten),"  "in gebruik” of “buiten gebruik” in het pand te tellen.
Als dit aantal één is dan betreft het een eengezins, in alle andere gevallen is het een meergezins.

De gemeentecodes van verblijfsobjecten worden bepaald op basis van de ligging van de coördinaat van het verblijfsobject en centroïde van het vlak van stand- of ligplaats ten opzichte van de geometrie van de gemeentegrenzen van het Kadaster.
Deze gemeentegrenzen worden door het Kadaster afgeleid uit de Basis Registratie Kadaster (BRK), waar de percelen met hun grenzen zijn toegewezen aan de gemeente. De gemeentecodes van de kadastrale percelen worden bijgewerkt door melding van gemeenten/provincie. Dit gebeurt op basis van een besluit van een grenscorrectie (publicatie in Provinciaal blad) of herindeling (Wetgeving, publicatie in staatcourant).

Weging

Niet van toepassing.

Nauwkeurigheid

Het CBS voert geen controle uit op volledigheid, deze verantwoordelijkheid ligt bij de gemeenten. Het CBS maakt geen schatting van onvolledige gegevens en voert geen controle uit op non-respons. Controle wordt uitgevoerd door het Kadaster en het Ministerie van Infrastructuur en Milieu (3-jaarlijkse audit).

Volgtijdelijke vergelijkbaarheid

De gegevens zijn in principe volgtijdelijk vergelijkbaar.

Vergelijkbaarheid andere statistieken

De aantallen komen nagenoeg overeen met de aantallen woningen in de statistiek voorraad woningen en niet-woningen. De verschillen worden veroorzaakt door verschillende methodieken bij het bepalen van de gemeentecode van een woning. Bij de statistiek voorraad woningen en niet-woningen wordt de gemeentecode aan de hand van een koppeltabel aan de woonplaats uit het BAG gekoppeld. Bij de huidige statistiek wordt de gemeentecode bepaald op basis van de ligging van de coördinaat van het verblijfsobject (zie Controle- en correctiemethoden). Dit levert in enkele gevallen verschillen op.

Beschrijving kwaliteitsstrategie

Er wordt gecontroleerd op interne consistentie en plausibiliteit van de cijfers.