Grasland

Tijdelijk grasland

Dit zijn graspercelen die meedraaien in een vruchtwisselingscyclus voor de teelt van akkerbouwgewassen. Gemiddeld staat er op dergelijke percelen maar eens in de vier jaar gras. Het kan ook zijn dat er op een perceel twee jaar mais wordt geteeld, daarna een jaar graan en vervolgens drie jaar gras.
Vruchtwisseling is het op een perceel na elkaar telen van verschillende gewassen om bodemziekten te voorkomen.

Blijvend grasland

Grond met een natuurlijke of ingezaaide vegetatie van grassen of andere kruidachtige voedergewassen, die voor ten minste 5 jaar niet in de vruchtwisseling is meegenomen.

Natuurlijk grasland

Grond met een natuurlijke of ingezaaide vegetatie van grassen of andere kruidachtige voedergewassen waarvan de opbrengst niet meer bedraagt dan 5 ton droge stof/ha per jaar en waarbij het beheer gedurende meerdere jaren op geen enkele wijze gericht is op een verhoging of handhaving van de landbouwkundige productie. Hiermee worden maatregelen bedoeld zoals bemesting, drainage en onkruidbestrijding.