Sociaal-economische status; scores per wijk en buurt, regio-indeling 2024

Sociaal-economische status; scores per wijk en buurt, regio-indeling 2024

Wijken en buurten Perioden Gestandaardiseerd inkomen 1e tot en met 40e percentielgroep (%) Gestandaardiseerd inkomen 41e tot en met 80e percentielgroep (%) Gestandaardiseerd inkomen 81e tot en met 100e percentielgroep (%) Gestandaardiseerd inkomen Gemiddelde percentielgroep (Getal) Opleidingsniveau 1 Basisonderwijs, vmbo, mbo1 Waarde (%) Opleidingsniveau 2 Havo, vwo, mbo2-4 Waarde (%) Opleidingsniveau 3 Hbo, wo Waarde (%) Spreiding Spreiding totaal Waarde (Getal) Spreiding Spreiding welvaart Waarde (Getal) Spreiding Spreiding opleidingsniveau Waarde (Getal) Spreiding Spreiding arbeidsverleden Waarde (Getal)
Waarder 2023* 27,9 44,7 27,3 59,4 17,8 44,6 37,6 0,601 0,273 0,270 0,204
Waarder-West 2023* . . . . . . . . . . .
Waarder Kern 2023* 31,0 45,1 24,0 56,8 20,0 43,5 36,5 0,630 0,289 0,283 0,210
Waarder-Oost 2023* . . . . . . . . . . .
Waardenbuurt 2023* 35,0 44,1 20,9 52,6 20,6 44,8 34,6 0,800 0,358 0,289 0,322
Waarderhout 2023* . . . . . . . . . . .
Waarder- en Veerpolder 2023* 28,4 33,2 38,4 62,0 15,2 26,4 58,5 0,810 0,355 0,308 0,274
Waarderpolder 2023* 47,5 32,5 20,0 46,9 23,2 47,2 29,7 0,749 0,419 0,278 0,263
Verspr.h. Overasseltse Uiterwaarden 2023* 15,1 46,6 38,4 67,4 10,0 42,1 47,9 0,487 0,186 0,241 0,193
Verspr.h. Nederasseltse Uiterwaarden 2023* . . . . . . . . . . .
Lamswaarde 2023* 39,8 41,4 18,8 50,4 19,7 48,0 32,3 0,716 0,322 0,270 0,294
Kern Lamswaarde 2023* 40,9 41,9 17,2 49,1 19,6 49,6 30,9 0,731 0,330 0,264 0,307
Buitengebied Lamswaarde 2023* . . . . . . . . . . .
Vogelwaarde 2023* 38,8 40,5 20,7 52,2 20,3 49,8 29,9 0,732 0,328 0,271 0,283
Buitengebied Vogelwaarde 2023* 23,8 43,6 32,7 62,4 13,4 45,8 40,8 0,530 0,216 0,250 0,191
Waardeiland 2023* 9,6 24,9 65,5 78,8 5,3 13,7 80,9 0,428 0,090 0,190 0,221
Verspr.h. Maasdijk en Uiterwaarden 2023* . . . . . . . . . . .
Wijk 03 Heerewaarden 2023* 35,1 45,7 19,2 52,0 22,1 43,3 34,6 0,747 0,355 0,285 0,278
Heerewaarden 2023* 34,8 47,6 17,7 52,2 22,3 44,4 33,3 0,746 0,340 0,281 0,282
Verspreide huizen Heerewaarden 2023* . . . . . . . . . . .
Buitengebied De Waarden 2023* . . . . . . . . . . .
Uiterwaarden Oosterhoutsche Waarden 2023* . . . . . . . . . . .
Uiterwaarden Loenense butenpolder 2023* . . . . . . . . . . .
Uiterwaarden Andelst 2023* . . . . . . . . . . .
Uiterwaarden Randwijk 2023* . . . . . . . . . . .
Uiterwaarden Heteren 2023* . . . . . . . . . . .
Uiterwaarden Driel 2023* . . . . . . . . . . .
Wijk 03 Waarde 2023* 31,2 47,0 21,8 56,0 16,5 49,3 34,3 0,552 0,279 0,238 0,186
Waarde 2023* 32,3 47,1 20,6 55,3 16,3 48,6 35,0 0,553 0,271 0,239 0,185
Verspreide huizen Waarde 2023* 27,5 46,8 25,7 58,3 16,8 51,6 31,6 0,544 0,284 0,230 0,186
Doorwerthse Waarden 2023* . . . . . . . . . . .
Oosterbeekse Waarden 2023* . . . . . . . . . . .
Wijk 08 Uiterwaarden Rhenen 2023* 19,8 45,5 34,7 65,5 19,5 32,5 48,0 0,527 0,176 0,299 0,206
Uiterwaarden Rhenen 2023* 19,8 45,5 34,7 65,5 19,5 32,5 48,0 0,527 0,176 0,299 0,206
Wijk 12 Uiterwaarden Elst 2023* . . . . . . . . . . .
Uiterwaarden Elst 2023* . . . . . . . . . . .
Ameronger Bovenpolder-uiterwaarden 2023* . . . . . . . . . . .
Uiterwaarden 2023* . . . . . . . . . . .
Waardenburg en Opijnen 2023* 29,5 41,3 29,2 58,4 19,8 45,2 34,9 0,670 0,314 0,281 0,216
Waardenburg 2023* 34,7 44,6 20,7 53,0 22,8 48,9 28,3 0,690 0,329 0,273 0,229
Waardenburg-West 2023* . . . . . . . . . . .
Verspreide huizen Waardenburg 2023* 27,1 41,7 31,2 59,6 16,9 50,4 32,6 0,624 0,302 0,262 0,155
Bedrijventerrein Barwoutswaarder 2023* 17,2 50,9 31,9 63,3 14,3 49,6 36,1 0,472 0,244 0,230 0,153
Barwoutswaarder 2023* . . . . . . . . . . .
Waarden en weerdslag 2023* 21,8 57,8 20,4 59,1 12,7 38,2 49,1 0,519 0,204 0,260 0,235
Bron: CBS.
Verklaring van tekens

Tabeltoelichting


Deze tabel bevat cijfers over de sociaal-economische status (SES-WOA) van gemeenten, wijken en buurten in Nederland. Deze status wordt beschreven in termen van de financiële welvaart, het opleidingsniveau en het recente arbeidsverleden van particuliere huishoudens op 1 januari van het verslagjaar. Particuliere huishoudens waarvan het inkomen niet bekend is worden buiten beschouwing gelaten. Dit gaat vaak om migranten, expats en personeel van buitenlandse ondernemingen/instellingen. Voor alle gegevens, ongeacht verslagjaar, geldt dat de gemeente/wijk/buurt-indeling van 2024 is toegepast.

Gegevens beschikbaar vanaf: 2014

Status van de cijfers:
De cijfers over verslagjaar 2023 zijn voorlopig. De overige cijfers in deze tabel zijn definitief.

Wijzigingen per 19 maart 2025:
Geen, dit is een nieuwe tabel.

Wanneer komen er nieuwe cijfers?
Onregelmatig.

Toelichting onderwerpen

Gestandaardiseerd inkomen
Gestandaardiseerd inkomen
Het besteedbare inkomen van een huishouden bestaat uit het bruto-inkomen (inkomen uit arbeid, eigen onderneming en vermogen, uitkeringen en ontvangen overdrachten) verminderd met betaalde overdrachten (bijv. partneralimentatie), premies en belasting op inkomen en vermogen. Het besteedbaar inkomen wordt gestandaardiseerd door te corrigeren voor verschillen in grootte en samenstelling van het huishouden. Dit gebeurt door het huishoudensinkomen te delen door een equivalentiefactor die uitdrukt hoe groot het schaalvoordeel is bij het voeren van een gemeenschappelijke huishouding, gebaseerd op de uitgaven voor levensonderhoud (bestedingen). Hierbij is het eenpersoonshuishouden als norm gekozen.
1e tot en met 40e percentielgroep
1e tot en met 40e percentielgroep
De toekenning aan percentielgroepen is gebaseerd op alle particuliere huishoudens in Nederland. Deze worden van laag naar hoog gerangschikt op inkomen en vervolgens ingedeeld in honderd opeenvolgende groepen van gelijke omvang: de percentielgroepen. Voor huishoudens in de 1e t/m 40e percentielgroep geldt dus dat deze behoren tot de 40% huishoudens met het laagste inkomen. Nb. Studentenhuishoudens worden per definitie bij deze groep ingedeeld.

41e tot en met 80e percentielgroep
41e tot en met 80e percentielgroep
De toekenning aan percentielgroepen is gebaseerd op alle particuliere huishoudens in Nederland. Deze worden van laag naar hoog gerangschikt op inkomen en vervolgens ingedeeld in honderd opeenvolgende groepen van gelijke omvang: de percentielgroepen. Voor huishoudens in de 41e t/m 80e percentielgroep geldt dus dat 40% van de huishoudens een lager inkomen heeft en 20% van de huishoudens een hoger inkomen.
81e tot en met 100e percentielgroep
81 tot en met 100e percentielgroep
De toekenning aan percentielgroepen is gebaseerd op alle particuliere huishoudens in Nederland. Deze worden van laag naar hoog gerangschikt op inkomen en vervolgens ingedeeld in honderd opeenvolgende groepen van gelijke omvang: de percentielgroepen. Voor huishoudens in de 81e t/m 100e percentielgroep geldt dus dat deze behoren tot de 20% huishoudens met het hoogste inkomen.

Gemiddelde percentielgroep
Gemiddelde percentielgroep
De gemiddelde percentielgroep wordt berekend door de percentielgroepen waartoe de huishoudens in de regio behoren op te tellen en vervolgens te delen door het totaal aantal huishoudens in de regio.
Opleidingsniveau
Opleidingsniveau
Opleidingsniveau betreft het niveau van de hoogste behaalde opleiding. Het opleidingsniveau van een huishouden wordt bepaald door het hoogste opleidingsniveau van de hoofdkostwinner of een eventuele partner.
1 Basisonderwijs, vmbo, mbo1
Het behaalde onderwijsniveau omvat het basisonderwijs, het vmbo, de eerste 3 leerjaren van havo/vwo, de entreeopleiding (mbo1) en het praktijkonderwijs.
Waarde
2 Havo, vwo, mbo2-4
Het behaalde onderwijsniveau omvat de bovenbouw van havo/vwo, de basisberoepsopleiding (mbo2), de vakopleiding (mbo3) en de middenkader- en specialistenopleidingen (mbo4).
Waarde
3 Hbo, wo
Het behaalde onderwijsniveau omvat de hbo- en wo-opleidingen (inclusief die leidend tot de doctorsgraad). Nb Als het hoogst behaalde niveau een hbo- of wo-propedeuse is valt dit onder 2 Havo, vwo, mbo2-4.
Waarde
Spreiding
Spreiding
Numerieke maat voor de ongelijkheid in een regio. Het betreft het gemiddelde absolute verschil tussen twee willekeurige huishoudens in een regio: de mean absolute difference. Voor ieder huishouden in een regio wordt het verschil tussen de score van dat huishouden en de scores van alle andere huishoudens in die regio berekend. Hiervan wordt het gemiddelde bepaald. Zo ontstaat voor elk huishouden een gemiddeld verschil met de andere huishoudens. Tot slot wordt daarvan weer het gemiddelde bepaald over alle huishoudens in de regio.
Spreiding totaal
Spreiding totaal
De mean absolute difference van de totaalscores SES_WOA in de regio.
Waarde
Spreiding welvaart
Spreiding welvaart
De mean absolute difference van de deelscores welvaart in de regio.
Waarde
Spreiding opleidingsniveau
Spreiding opleidingsniveau
De mean absolute difference van de deelscores opleidingsniveau in de regio.
Waarde
Spreiding arbeidsverleden
Spreiding arbeidsverleden  
De mean absolute difference van de deelscores recent arbeidsverleden in de regio.
Waarde