Wmo-gebruik; aantal maatwerkvoorzieningen, regio

Wmo-gebruik; aantal maatwerkvoorzieningen, regio

Aantal maatwerkvoorzieningen Regio's Perioden Wmo-cliënten en huishoudens Cliënten met maatwerkvoorzieningen (aantal) Wmo-cliënten en huishoudens Huishoudens met maatwerkvoorzieningen (aantal) Wmo-cliënten en huishoudens (0/00) Cliënten met maatwerkvoorzieningen (per 1 000 inwoners) Wmo-cliënten en huishoudens (0/00) Huishoudens met maatwerkvoorzieningen (per 1 000 huishoudens)
Totaal Bronckhorst 1e halfjaar 2025* 2.320 2.185 64 134
Totaal Horst aan de Maas 1e halfjaar 2025* 2.755 2.555 62 126
Totaal Maashorst 1e halfjaar 2025* 3.675 3.455 62 127
Totaal Staphorst 1e halfjaar 2025* 575 540 32 83
1 maatwerkvoorziening Bronckhorst 1e halfjaar 2025* 1.670 1.475 46 91
1 maatwerkvoorziening Horst aan de Maas 1e halfjaar 2025* 1.825 1.555 41 77
1 maatwerkvoorziening Maashorst 1e halfjaar 2025* 2.465 2.165 41 80
1 maatwerkvoorziening Staphorst 1e halfjaar 2025* 385 345 21 53
2 maatwerkvoorzieningen Bronckhorst 1e halfjaar 2025* 475 490 13 30
2 maatwerkvoorzieningen Horst aan de Maas 1e halfjaar 2025* 600 615 14 30
2 maatwerkvoorzieningen Maashorst 1e halfjaar 2025* 785 800 13 30
2 maatwerkvoorzieningen Staphorst 1e halfjaar 2025* 105 105 6 16
3 maatwerkvoorzieningen Bronckhorst 1e halfjaar 2025* 130 155 4 9
3 maatwerkvoorzieningen Horst aan de Maas 1e halfjaar 2025* 200 220 5 11
3 maatwerkvoorzieningen Maashorst 1e halfjaar 2025* 300 310 5 11
3 maatwerkvoorzieningen Staphorst 1e halfjaar 2025* 60 60 3 10
4 maatwerkvoorzieningen Bronckhorst 1e halfjaar 2025* 40 55 1 3
4 maatwerkvoorzieningen Horst aan de Maas 1e halfjaar 2025* 95 110 2 5
4 maatwerkvoorzieningen Maashorst 1e halfjaar 2025* 95 130 2 5
4 maatwerkvoorzieningen Staphorst 1e halfjaar 2025* 15 20 1 3
5 maatwerkvoorzieningen Bronckhorst 1e halfjaar 2025* . . . .
5 maatwerkvoorzieningen Horst aan de Maas 1e halfjaar 2025* 25 35 1 2
5 maatwerkvoorzieningen Maashorst 1e halfjaar 2025* 25 40 0 1
5 maatwerkvoorzieningen Staphorst 1e halfjaar 2025* 10 10 0 1
6 of meer maatwerkvoorzieningen Bronckhorst 1e halfjaar 2025* . . . .
6 of meer maatwerkvoorzieningen Horst aan de Maas 1e halfjaar 2025* 10 20 0 1
6 of meer maatwerkvoorzieningen Maashorst 1e halfjaar 2025* . 10 . 0
6 of meer maatwerkvoorzieningen Staphorst 1e halfjaar 2025* . . . .
Bron: CBS.
Verklaring van tekens

Tabeltoelichting


In deze tabel wordt het aantal cliënten en het aantal huishoudens met één of meer maatwerkvoorzieningen in het kader van de Wet maatschappelijke ondersteuning (Wmo) getoond, uitgesplitst naar het aantal voorzieningen dat zij hebben gehad. De cijfers zijn per gemeente beschikbaar.
Deze tabel is samengesteld op basis van gegevens die gemeenten aan CBS hebben geleverd in het kader van de Gemeentelijke Monitor Sociaal Domein.

Deze tabel is de opvolger van de tabel 'Wmo-gebruik; aantal maatwerkvoorzieningen, regio, 2015-2023' (zie paragraaf 3, link Archief). In deze tabel is overgegaan op een verbeterde verwerkingsmethode. Als gevolg hiervan kan het aantal cliënten en het aantal huishoudens met één of meer maatwerkvoorzieningen verschillen per gemeente. De cijfers zijn door de wijzigingen minder goed te vergelijken met de voorgaande tabel.

Door de verbeterde methode is het aantal cliënten met een of meerdere maatwerkvoorziening(en) per jaar gemiddeld bijgesteld met:
- 2023 (+0,54 procent)
- 2022 (+0,68 procent)
- 2021 (+0,59 procent)
- 2020 (+0,29 procent)
- 2019 (+0,09 procent)
- 2018 (-2,64 procent)
- 2017 (-0,68 procent)
Per halfjaar is het aantal cliënten met een of meerdere maatwerkvoorziening(en) gemiddeld bijgesteld met:
- 1e halfjaar 2023 (+0,02 procent) en 2e halfjaar 2023 (+0,14 procent)
- 1e halfjaar 2022 (+0,20 procent) en 2e halfjaar 2022 (+0,33 procent)
- 1e halfjaar 2021 (+0,02 procent) en 2e halfjaar 2021 (+0,24 procent)
- 1e halfjaar 2020 (-0,22 procent) en 2e halfjaar 2020 (+0,03 procent)
- 1e halfjaar 2019 (-0,50 procent) en 2e halfjaar 2019 (-0,08 procent)
- 1e halfjaar 2018 (-4,90 procent) en 2e halfjaar 2018 (-0,55 procent)
- 1e halfjaar 2017 (-0,72 procent) en 2e halfjaar 2017 (-1,72 procent)

Door de verbeterde methode is het aantal huishoudens met een of meerdere maatwerkvoorziening(en) per jaar gemiddeld bijgesteld met:
- 2023 (-1,06 procent)
- 2022 (-0,91 procent)
- 2021 (-1,04 procent)
- 2020 (-1,39 procent)
- 2019 (-1,34 procent)
- 2018 (+4,17 procent)
- 2017 (+5,73 procent)
Per halfjaar is het aantal huishoudens met een of meerdere maatwerkvoorziening(en) gemiddeld bijgesteld met:
- 1e halfjaar 2023 (-0,77 procent) en 2e halfjaar 2023 (-0,73 procent)
- 1e halfjaar 2022 (-0,61 procent) en 2e halfjaar 2022 (-0,56 procent)
- 1e halfjaar 2021 (-0,79 procent) en 2e halfjaar 2021 (-0,71 procent)
- 1e halfjaar 2020 (-1,08 procent) en 2e halfjaar 2020 (-0,91 procent)
- 1e halfjaar 2019 (-1,12 procent) en 2e halfjaar 2019 (-0,90 procent)
- 1e halfjaar 2018 (+0,76 procent) en 2e halfjaar 2018 (+4,62 procent)
- 1e halfjaar 2017 (+4,54 procent) en 2e halfjaar 2017 (+3,15 procent)

Voor meer informatie over de wijzigingen en de gevolgen, zie de korte onderzoekbeschrijving, paragraaf 4.

Gegevens beschikbaar vanaf: 2017

Status van de cijfers:
De cijfers over het eerste halfjaar van 2025 zijn voorlopig. De overige cijfers zijn definitief.

Wijzigingen per 9 december 2025:
- De (nader) voorlopige cijfers over 2024 zijn vervangen door definitieve cijfers;
- De voorlopige cijfers over het eerste halfjaar van 2025 zijn toegevoegd;
- De cijfers over 2017 en 2018 zijn aangepast, omdat het bronbestand niet compleet was. Als gevolg hiervan is het totaal aantal cliënten in 2017 gemiddeld toegenomen met 1 procent en is het aantal cliënten in 2018 gemiddeld toegenomen met 2,5 procent. De uitwerking hiervan verschilt per gemeente.

Wanneer komen er nieuwe cijfers?
De voorlopige cijfers over het tweede halfjaar van 2025 en heel 2025 worden in mei 2026 gepubliceerd.

Toelichting onderwerpen

Wmo-cliënten en huishoudens
Cliënten met maatwerkvoorzieningen
Aantal personen met één of meer maatwerkvoorzieningen in het kader van de Wet maatschappelijke ondersteuning (Wmo).
Huishoudens met maatwerkvoorzieningen
Aantal huishoudens met één of meer maatwerkvoorzieningen in het kader van de Wet maatschappelijke ondersteuning (Wmo).
Wmo-cliënten en huishoudens (0/00)
Cliënten met maatwerkvoorzieningen
Aantal personen met één of meer maatwerkvoorzieningen in het kader van de Wet maatschappelijke ondersteuning (Wmo), uitgedrukt per 1.000 inwoners.
Huishoudens met maatwerkvoorzieningen
Aantal huishoudens met één of meer maatwerkvoorzieningen in het kader van de Wet maatschappelijke ondersteuning (Wmo), uitgedrukt per 1 000 huishoudens.