Economische groei; bedrijfstak en regio, nationale rekeningen
| Bedrijfstakken/branches (SBI 2008) | Regio's | Perioden | Bruto toegevoegde waarde, volumemutaties (%) |
|---|---|---|---|
| E Waterbedrijven en afvalbeheer | Achterhoek (CR) | 2024* | . |
| E Waterbedrijven en afvalbeheer | Groot-Amsterdam (CR) | 2024* | . |
| E Waterbedrijven en afvalbeheer | Amsterdam (CP) | 2024* | . |
| E Waterbedrijven en afvalbeheer | Overig Agglomeratie Amsterdam (CP) | 2024* | . |
| E Waterbedrijven en afvalbeheer | Aggl.'s-Gravenhage excl. Zoetermeer (CP) | 2024* | . |
| E Waterbedrijven en afvalbeheer | Zoetermeer (CP) | 2024* | . |
| Bron: CBS. | |||
Tabeltoelichting
Regionale rekeningen geven een op de nationale rekeningen aansluitende kwantitatieve beschrijving van het economisch proces van regio's binnen een land. Als onderdelen van het economisch proces worden in de nationale rekeningen productie, inkomensverdeling, bestedingen en financiering onderscheiden. Bij de regionale rekeningen ligt de nadruk echter op de beschrijving van de productieprocessen in de verscheidene regio's.
Deze tabel bevat jaargegevens over de productiecomponenten van het bruto binnenlands product. Het is in de regionale rekeningen gebruikelijk om het bruto binnenlands product vanuit twee gezichtspunten te benaderen, vanuit de productie en vanuit de het inkomen. De volume ontwikkeling van het bruto binnenlands product is de maatstaf voor de economische groei van een land.
Gegevens beschikbaar vanaf: 1996
Frequentie: 2 maal per jaar.
Status van de cijfers:
De cijfers tot en met 2023 zijn definitief en de cijfers vanaf 2024 zijn voorlopig.
Wijzigingen per 3 december 2025:
Aan de bestaande tabel zijn de cijfers voor de nieuwste verslagjaren toegevoegd
Wanneer komen er nieuwe cijfers?
In april 2026 wordt de flashraming van het verslagjaar 2025 toegevoegd.
Toelichting onderwerpen
- Bruto toegevoegde waarde, volumemutaties
- Volumegroei van de toegevoegde waarde (bruto, basisprijzen) naar SBI 2008.
De waarde van alle geproduceerde goederen en diensten (de productiewaarde of output) minus de waarde van goederen en diensten die tijdens deze productie zijn opgebruikt (het intermediair verbruik). De toegevoegde waarde is daarbij uitgedrukt in basisprijzen, de prijzen zijn die door producenten zijn ervaren. Inbegrepen is de toegevoegde waarde van alle in Nederland opererende bedrijfseenheden, dus ook degenen die in buitenlandse handen zijn. Ook overheidsinstanties en andere niet-commerciële instanties behoren hiertoe.
In de nationale rekeningen betekent 'bruto' vóór aftrek van het verbruik van vaste activa (afschrijvingen) en 'netto' na aftrek van het verbruik van vaste activa.