Regionale kerncijfers; nationale rekeningen

Regionale kerncijfers; nationale rekeningen

Regio's Perioden Bbp (marktprijzen) (mln euro) Bbp per inwoner (euro) Bbp, volumemutaties (%) Bruto toegevoegde waarde, volumemutaties (%) Toegevoegde waarde (bruto, basisprijzen) (mln euro) Beloning van werknemers (mln euro) Arbeidsjaren Arbeidsjaren totaal (x 1 000) Arbeidsjaren Arbeidsjaren werknemers (x 1 000) Arbeidsjaren Arbeidsjaren zelfstandigen (x 1 000) Werkzame personen Werkzame personen totaal (x 1 000)
Nederland 2024* 1.122.459 62.381 1,1 1,1 1.007.338 525.311 8.386,0 6.898,3 1.487,6 10.265,9
Noord-Nederland (LD) 2024* 85.573 48.333 -0,8 -0,8 76.796 40.139 720,0 575,4 144,6 914,6
Oost-Nederland (LD) 2024* 201.231 52.938 1,6 1,6 180.593 94.748 1.653,5 1.351,1 302,5 2.061,0
West-Nederland (LD) 2024* 601.463 69.670 1,5 1,5 539.776 283.517 4.247,7 3.507,0 740,7 5.108,6
Zuid-Nederland (LD) 2024* 229.892 60.679 0,3 0,3 206.314 106.730 1.762,7 1.462,8 299,9 2.179,5
Extra-Regio (LD) 2024* 4.300 . 2,8 2,8 3.859 177 2,1 2,1 0,0 2,2
Groningen (PV) 2024* 32.846 54.553 -2,1 -2,1 29.477 15.138 253,3 208,9 44,4 321,2
Fryslân (PV) 2024* 30.148 45.467 -0,8 -0,8 27.056 13.965 265,5 205,4 60,1 341,7
Drenthe (PV) 2024* 22.579 44.682 1,1 1,1 20.263 11.036 201,3 161,2 40,1 251,7
Overijssel (PV) 2024* 64.464 54.062 1,3 1,3 57.853 31.364 540,4 450,6 89,8 676,1
Flevoland (PV) 2024* 21.879 48.233 2,1 2,1 19.635 9.032 167,0 131,2 35,8 204,7
Gelderland (PV) 2024* 114.888 53.307 1,6 1,6 103.105 54.353 946,1 769,3 176,9 1.180,2
Utrecht (PV) 2024* 106.259 75.651 2,3 2,3 95.361 51.820 762,0 644,5 117,5 903,1
Noord-Holland (PV) 2024* 243.333 81.539 1,1 1,1 218.376 112.160 1.588,9 1.310,3 278,5 1.883,9
Zuid-Holland (PV) 2024* 231.244 60.033 1,6 1,6 207.527 110.699 1.736,7 1.427,2 309,5 2.119,7
Zeeland (PV) 2024* 20.627 52.580 1,3 1,3 18.512 8.838 160,1 125,0 35,1 201,8
Noord-Brabant (PV) 2024* 171.627 64.658 0,7 0,7 154.025 78.487 1.276,9 1.059,7 217,2 1.562,8
Limburg (PV) 2024* 58.265 51.367 -0,8 -0,8 52.289 28.242 485,8 403,1 82,7 616,7
Oost-Groningen (CR) 2024* 4.855 35.041 -4,4 -4,3 4.357 2.369 45,6 35,8 9,7 58,6
Delfzijl en omgeving (CR) 2024* 2.483 55.241 -4,6 -4,6 2.228 884 14,9 11,7 3,2 20,3
Overig Groningen (CR) 2024* 25.508 60.938 -1,4 -1,4 22.891 11.884 192,8 161,4 31,4 242,2
Noord-Friesland (CR) 2024* 14.396 43.710 -4,1 -4,1 12.919 6.761 127,0 98,5 28,6 166,5
Zuidwest-Friesland (CR) 2024* 6.013 42.177 3,7 3,7 5.396 2.480 53,5 38,4 15,1 69,7
Zuidoost-Friesland (CR) 2024* 9.739 50.950 1,6 1,6 8.740 4.724 85,0 68,6 16,4 105,5
Noord-Drenthe (CR) 2024* 8.786 44.693 2,6 2,6 7.885 4.496 78,3 62,8 15,6 96,8
Zuidoost-Drenthe (CR) 2024* 6.984 40.764 1,9 1,9 6.268 3.228 61,5 48,9 12,7 77,7
Zuidwest-Drenthe (CR) 2024* 6.809 49.552 -1,6 -1,6 6.110 3.312 61,4 49,6 11,8 77,3
Noord-Overijssel (CR) 2024* 22.464 57.756 1,4 1,4 20.160 11.131 190,0 157,9 32,1 237,0
Zuidwest-Overijssel (CR) 2024* 8.054 49.941 1,2 1,2 7.228 3.855 67,9 55,7 12,2 84,7
Twente (CR) 2024* 33.947 52.860 1,3 1,3 30.465 16.377 282,5 237,1 45,4 354,4
Veluwe (CR) 2024* 40.884 56.415 1,8 1,9 36.691 19.584 333,5 273,8 59,7 414,1
Achterhoek (CR) 2024* 18.324 44.981 0,8 0,8 16.445 8.572 163,7 129,3 34,4 211,0
Arnhem/Nijmegen (CR) 2024* 42.101 54.909 1,7 1,8 37.783 20.069 333,6 275,5 58,1 415,9
Zuidwest-Gelderland (CR) 2024* 13.579 52.958 1,7 1,7 12.186 6.128 115,3 90,7 24,6 139,2
Utrecht (CR) 2024* 106.259 75.651 2,3 2,3 95.361 51.820 762,0 644,5 117,5 903,1
Kop van Noord-Holland (CR) 2024* 16.679 43.028 1,2 1,3 14.969 7.779 150,2 114,0 36,1 191,9
Alkmaar en omgeving (CR) 2024* 11.689 45.452 1,8 1,8 10.490 5.584 101,1 79,4 21,7 128,7
IJmond (CR) 2024* 8.705 43.115 5,1 5,1 7.812 4.255 72,8 56,9 15,9 92,1
Agglomeratie Haarlem (CR) 2024* 10.519 44.402 1,0 1,0 9.441 4.617 84,9 62,7 22,2 111,0
Zaanstreek (CR) 2024* 7.435 41.631 0,8 0,8 6.673 3.442 62,5 47,9 14,6 79,0
Groot-Amsterdam (CR) 2024* 175.286 118.693 1,0 1,0 157.308 80.467 1.018,3 874,0 144,3 1.155,8
Het Gooi en Vechtstreek (CR) 2024* 13.019 53.092 -1,0 -1,0 11.684 6.016 99,2 75,5 23,8 125,3
Agglomeratie Leiden en Bollenstreek (CR) 2024* 22.921 51.315 3,2 3,2 20.570 10.583 175,9 141,3 34,6 226,9
Agglomeratie 's-Gravenhage (CR) 2024* 55.653 60.457 2,8 2,9 49.945 28.779 435,7 350,3 85,4 516,0
Delft en Westland (CR) 2024* 16.905 68.804 1,7 1,8 15.171 8.241 135,3 115,8 19,6 161,3
Oost-Zuid-Holland (CR) 2024* 15.681 44.776 1,4 1,4 14.073 7.198 131,4 102,0 29,3 165,0
Groot-Rijnmond (CR) 2024* 97.450 64.671 0,6 0,6 87.456 45.171 687,0 573,8 113,1 840,0
Zuidoost-Zuid-Holland (CR) 2024* 22.633 59.258 1,2 1,2 20.312 10.728 171,5 143,9 27,6 210,6
Zeeuwsch-Vlaanderen (CR) 2024* 5.882 55.559 1,0 1,0 5.279 2.584 42,8 33,7 9,1 53,7
Overig Zeeland (CR) 2024* 14.745 51.478 1,4 1,4 13.233 6.254 117,3 91,3 26,0 148,1
West-Noord-Brabant (CR) 2024* 38.925 59.649 1,3 1,3 34.932 18.260 303,2 252,1 51,1 368,5
Midden-Noord-Brabant (CR) 2024* 26.580 52.146 1,0 1,0 23.854 12.631 225,5 184,1 41,4 288,9
Noordoost-Noord-Brabant (CR) 2024* 43.007 63.304 0,6 0,7 38.596 19.381 325,5 266,2 59,3 401,4
Zuidoost-Noord-Brabant (CR) 2024* 63.116 77.659 0,2 0,3 56.643 28.215 422,7 357,3 65,4 504,0
Noord-Limburg (CR) 2024* 16.573 56.973 -0,1 -0,1 14.873 7.764 140,2 118,7 21,5 174,6
Midden-Limburg (CR) 2024* 12.467 51.268 5,8 5,8 11.189 5.484 98,7 79,8 18,9 125,2
Zuid-Limburg (CR) 2024* 29.225 48.690 -3,9 -3,9 26.227 14.995 246,8 204,6 42,2 316,9
Flevoland (CR) 2024* 21.879 48.233 2,1 2,1 19.635 9.032 167,0 131,2 35,8 204,7
Utrecht-West (CP) 2024* 6.632 47.853 -0,2 -0,1 5.952 2.937 54,5 41,0 13,5 68,6
Stadsgewest Amersfoort (CP) 2024* 19.037 60.526 0,5 0,5 17.085 9.005 144,0 117,4 26,6 181,4
Stadsgewest Utrecht (CP) 2024* 72.719 93.125 3,2 3,3 65.261 36.105 498,0 434,8 63,2 567,8
Zuidoost-Utrecht (CP) 2024* 7.871 46.135 0,1 0,1 7.064 3.772 65,6 51,4 14,2 85,3
Amsterdam (CP) 2024* 123.274 132.138 1,0 1,0 110.630 56.585 695,6 595,6 100,0 777,0
Overig Agglomeratie Amsterdam (CP) 2024* 14.320 87.090 2,0 2,0 12.851 6.242 87,4 74,5 12,9 100,3
Edam-Volendam en omgeving (CP) 2024* 4.735 31.544 0,0 0,0 4.249 2.032 43,7 30,5 13,2 58,0
Haarlemmermeer en omgeving (CP) 2024* 32.957 143.695 0,5 0,5 29.577 15.608 191,5 173,3 18,3 220,6
Aggl.'s-Gravenhage excl. Zoetermeer (CP) 2024* 48.459 61.234 3,2 3,2 43.489 25.383 383,6 306,8 76,8 452,4
Zoetermeer (CP) 2024* 7.193 55.698 0,4 0,4 6.456 3.396 52,0 43,4 8,6 63,5
Rijnmond (CP) 2024* 88.931 67.574 0,6 0,6 79.810 41.668 620,5 522,6 97,9 755,3
Overig Groot-Rijnmond (CP) 2024* 8.519 44.646 0,4 0,4 7.645 3.503 66,5 51,2 15,2 84,7
Drechtsteden (CP) 2024* 15.208 62.121 0,5 0,5 13.648 7.275 113,7 96,8 16,9 138,5
Overig Zuidoost-Zuid-Holland (CP) 2024* 7.425 54.147 2,8 2,8 6.663 3.453 57,8 47,1 10,6 72,1
Stadsgewest 's-Hertogenbosch (CP) 2024* 20.562 67.580 -0,4 -0,4 18.453 9.976 156,5 129,9 26,6 193,4
Overig Noordoost-Noord-Brabant (CP) 2024* 22.445 59.835 1,6 1,6 20.143 9.405 169,0 136,3 32,7 208,0
Almere (CP) 2024* 9.778 42.877 -0,9 -0,8 8.775 4.290 75,8 59,2 16,6 91,7
Flevoland-Midden (CP) 2024* 8.231 53.760 6,1 6,1 7.386 3.107 57,6 45,6 11,9 71,6
Noordoostpolder en Urk (CP) 2024* 3.871 53.408 1,2 1,2 3.474 1.634 33,6 26,3 7,3 41,4
Bron: CBS.
Verklaring van tekens

Tabeltoelichting


Regionale rekeningen geven een op de nationale rekeningen aansluitende kwantitatieve beschrijving van het economisch proces van regio's binnen een land. Als onderdelen van het economisch proces worden in de nationale rekeningen productie, inkomensverdeling, bestedingen en financiering onderscheiden.
Bij de regionale rekeningen ligt de nadruk echter op de beschrijving van de productieprocessen in de verscheidene regio's.

Gegevens beschikbaar vanaf: 1995

Status van de cijfers:
De cijfers van de verslagjaren tot en met 2022 zijn definitief. De cijfers van het verslagjaar 2023 zijn ook definitief met uitzondering van de variabelen arbeidsjaren, werkzame personen en gewerkte uren. Door de late beschikbaarheid van de jaargegevens over zelfstandigen wordt een uitzondering gemaakt voor cijfers over arbeidsjaren, werkzame personen en gewerkte uren. Deze gegevens worden pas een jaar later als definitief gepubliceerd. De cijfers van het verslagjaar 2024 zijn nog voorlopig.

Wijzigingen per 3 december 2025:
Aan de bestaande tabel zijn de cijfers voor de nieuwste verslagjaren toegevoegd.

Wanneer komen er nieuwe cijfers?
In december 2026 komen nieuwe cijfers beschikbaar over de verslagjaren 2023, 2024 en 2025.

Toelichting onderwerpen

Bbp (marktprijzen)
Het bruto binnenlands product (bbp) is het eindresultaat van de productieve activiteiten van de ingezeten productie-eenheden. Het is gelijk aan de toegevoegde waarde tegen basisprijzen van alle bedrijfsklassen samen, aangevuld met enkele transacties die niet naar bedrijfsklassen worden verdeeld. De toegevoegde waarde (basisprijzen) per bedrijfsklasse is gelijk aan het verschil tussen de productie (basisprijzen) en het intermediair verbruik (aankoopprijzen). De onverdeelde transacties betreffen het saldo van productgebonden belastingen en subsidies en het verschil toegerekende en afgedragen btw (belasting over de toegevoegde waarde). Het bbp is ook gelijk aan de waarde van het in Nederland gevormde inkomen.
Bbp per inwoner
Het bruto binnenlands product (bbp) is het eindresultaat van de productieve activiteiten van de ingezeten productie-eenheden. Het is gelijk aan de toegevoegde waarde tegen basisprijzen van alle bedrijfsklassen samen, aangevuld met enkele transacties die niet naar bedrijfsklassen worden verdeeld. De toegevoegde waarde (basisprijzen) per bedrijfsklasse is gelijk aan het verschil tussen de productie (basisprijzen) en het intermediair verbruik (aankoopprijzen). Het bbp per inwoner is het bbp gedeeld door het gemiddeld aantal inwoners van Nederland of de betreffende regio in de verslagperiode.
Bbp, volumemutaties
Bbp, volumemutaties
Volumegroei van het bruto binnenlands product (bbp). Het bruto binnenlands product (bbp) is een maat voor de omvang van de economie. De verandering van het volume van het bbp in een bepaalde tijdsperiode is een maat voor de groei (of krimp) van de economie. Het bruto binnenlands product tegen marktprijzen is het eindresultaat van de productieve activiteiten van ingezeten productie-eenheden. Het kan op twee manieren worden gedefinieerd:
- vanuit het oogpunt van de productie: het bbp is de som van de bruto toegevoegde waarde van alle institutionele sectoren of bedrijfstakken en het saldo van productgebonden belastingen en subsidies (die niet aan sectoren en bedrijfstakken worden toegerekend). Het is eveneens de sluitpost van de productierekening van de totale economie;
- vanuit het oogpunt van het inkomen: het bbp is de som van de bestedingen in de inkomensvormingsrekening van de totale economie (beloning van werknemers, belastingen op productie en invoer exclusief subsidies, bruto-exploitatieoverschot en gemengd inkomen van de totale economie).
Door het bbp te verminderen met het verbruik van vaste activa, wordt het netto binnenlands product (nbp) tegen marktprijzen verkregen.
Bruto toegevoegde waarde, volumemutaties
Volumegroei van de toegevoegde waarde (bruto, basisprijzen).
De waarde van alle geproduceerde goederen en diensten (de productiewaarde of output) minus de waarde van goederen en diensten die tijdens deze productie zijn opgebruikt ( het intermediair verbruik). De toegevoegde waarde is daarbij uitgedrukt in basisprijzen, de prijzen zijn die door producenten zijn ervaren. Inbegrepen is de toegevoegde waarde van alle in Nederland opererende bedrijfseenheden, dus ook degenen die in buitenlandse handen zijn. Ook overheidsinstanties en andere niet-commerciële instanties behoren hiertoe.
In de nationale rekeningen betekent 'bruto' vóór aftrek van het verbruik van vaste activa (afschrijvingen) en 'netto' na aftrek van het verbruik van vaste activa.
Toegevoegde waarde (bruto, basisprijzen)
Bruto toegevoegde waarde basisprijzen De toegevoegde waarde is gelijk aan het verschil tussen de productie (basisprijzen) en het intermediair verbruik (aankoopprijzen) van een bedrijfseenheid. De som van de toegevoegde waarde van alle bedrijfseenheden is een belangrijke component van het bruto binnenlands product (bbp). De toegevoegde waarde wordt gewaardeerd tegen basisprijzen. Bruto is inclusief afschrijvingen.
Beloning van werknemers
De beloning voor geleverde arbeid door werknemers. Werknemers zijn alle ingezeten en niet-ingezeten personen die in Nederland in dienstbetrekking werkzaam zijn. Ook directeuren van nv's en bv's behoren tot de werknemers, dus hun salarissen zijn ook in de beloning van werknemers begrepen. Hetzelfde geldt voor medewerkers van sociale werkplaatsen. De beloning van werknemers heeft twee componenten: lonen enerzijds en sociale premies ten laste van werkgevers anderzijds. De lonen zijn inclusief de door de werkgever ingehouden loonbelasting en de sociale premies die ten laste komen van de werknemers. Verder omvatten de lonen naast het periodiek, direct aan werknemers betaalde loon ook de aanvullingen hierop (zoals bonussen, overwerkvergoeding, fooien en provisie), het loon in natura (zoals vrij wonen, vrije voeding, 'auto van de zaak', korting op kinderopvang, rentevoordeel, voordelig reizen) en het vakantiegeld. Ook bepaalde vergoedingen voor kosten die door werknemers zijn gemaakt in verband met de dienstbetrekking, zoals vergoeding voor de kosten van het woon-werkverkeer, zijn tot de lonen gerekend. De sociale premies zijn de premies wettelijke sociale verzekering, pensioenpremies, overige particuliere sociale premies en toegerekende sociale premies. Deze premies komen ten laste van werkgevers, werknemers, zelfstandigen of niet-werkenden.
Arbeidsjaren
Een maatstaf voor het arbeidsvolume, die wordt berekend door alle banen (voltijd en deeltijd) om te rekenen naar voltijdbanen, ook wel voltijdequivalenten (vte) genoemd. Zo leveren twee halve banen (elk 0,5 vte) samen een arbeidsvolume van één arbeidsjaar op.
Arbeidsjaren totaal
Arbeidsjaren werknemers
De hoeveelheid arbeid uitgevoerd door werknemers die in een bepaalde periode is ingezet. Werknemers zijn personen die in een bepaalde periode arbeid verrichten voor loon of salaris, in geld of in natura, op grond van een arbeidsovereenkomst voor een economische eenheid.
Arbeidsjaren zelfstandigen
De hoeveelheid arbeid uitgevoerd door zelfstandigen die in een bepaalde periode is ingezet. Zelfstandigen zijn personen die een inkomen ontvangen door voor eigen rekening of risico arbeid te verrichten in het bedrijf of het beroep dat zij zelfstandig uitoefenen. Ook meewerkende gezinsleden worden tot zelfstandigen gerekend, tenzij zij een arbeidsovereenkomst zijn aangegaan.
Werkzame personen
Alle personen die één of meerdere banen hebben als werknemer en/of zelfstandige bij een in Nederland gevestigde economische eenheid.
Tot de werkzame personen behoren alle personen die betaalde arbeid verrichten, ook al is het maar voor één of enkele uren per week, ook als zij:
- arbeid verrichten die op zichzelf genomen legaal is, maar waarvan de beloning aan de registratie door de fiscus of sociale zekerheidsautoriteiten wordt onttrokken ('zwarte arbeid');
- tijdelijk geen arbeid verrichten, maar wel doorbetaald krijgen (bijvoorbeeld bij ziekte of vorstverlet);
- tijdelijk onbetaald verlof hebben opgenomen.
Werkzame personen kunnen worden onderscheiden in werknemers en zelfstandigen. Ze kunnen woonachtig zijn in Nederland maar ook in het buitenland. In deze tabel wordt het gemiddeld aantal werkzame personen over de verslagperiode gegeven.
Werkzame personen totaal