Personen met pensioenaanspraken; persoonsgegevens, aanspraken

Bekijk volledige tabel Download volledige dataset Toon toelichting
Geslacht Leeftijd Perioden Personen met pensioenaanspraken (aantal) Bruto jaarbedrag opgebouwd pensioen (1 000 euro) Bruto jaarbedrag te bereiken pensioen (1 000 euro)
Totaal mannen en vrouwen Totaal leeftijd 2020 10.379.080 58.175.806 120.210.754
2021 10.584.880 59.200.249 121.486.465
2022 10.973.990 63.549.125 135.902.387
2023 11.225.610 68.703.129 146.507.491
2024* 11.742.850 71.319.736 156.498.460
Jonger dan 25 jaar 2020 787.110 166.824 3.855.758
2021 814.180 182.556 4.112.867
2022 912.040 221.063 5.031.430
2023 960.850 257.206 5.733.652
2024* 1.314.500 327.489 7.508.436
25 tot 35 jaar 2020 2.247.480 3.120.541 23.389.139
2021 2.294.240 3.243.468 23.863.720
2022 2.384.800 3.742.999 27.996.906
2023 2.450.060 4.041.310 30.722.544
2024* 2.517.680 4.475.341 33.703.764
35 tot 45 jaar 2020 2.205.130 9.144.478 27.735.409
2021 2.261.920 9.330.168 28.039.343
2022 2.341.650 10.200.519 31.809.761
2023 2.399.620 10.702.352 33.989.637
2024* 2.466.940 11.252.940 36.501.644
45 tot 55 jaar 2020 2.473.650 18.231.765 31.993.645
2021 2.457.470 18.166.741 31.589.977
2022 2.446.230 18.900.774 34.009.896
2023 2.429.260 19.704.390 35.260.726
2024* 2.405.640 19.940.191 36.191.494
55 jaar tot AOW-leeftijd 2020 2.514.190 27.059.634 32.725.762
2021 2.586.860 27.798.225 33.396.297
2022 2.694.520 29.457.634 36.013.013
2023 2.802.070 32.938.693 39.736.653
2024* 2.878.420 34.481.332 41.746.789
AOW-leeftijd of ouder 2020 109.730 438.378 495.519
2021 128.210 465.434 468.554
2022 153.170 1.012.354 1.024.785
2023 147.940 1.049.286 1.052.902
2024* 128.750 833.944 836.145
Leeftijd onbekend 2020 41.790 14.186 15.522
2021 42.000 13.658 15.706
2022 41.570 13.782 16.596
2023 35.810 9.892 11.376
2024* 30.920 8.498 10.188
Mannen Totaal leeftijd 2020 5.396.900 37.010.160 73.105.896
2021 5.509.790 37.345.969 72.809.096
2022 5.703.080 40.066.343 81.621.674
2023 5.836.710 42.587.360 86.618.582
2024* 6.120.370 43.619.048 91.141.847
Jonger dan 25 jaar 2020 375.170 84.154 2.019.889
2021 389.550 91.471 2.140.126
2022 440.280 116.263 2.720.215
2023 461.900 132.035 3.040.857
2024* 652.480 167.643 4.011.647
25 tot 35 jaar 2020 1.159.160 1.621.312 12.578.608
2021 1.186.500 1.684.957 12.619.008
2022 1.235.060 1.998.161 15.059.766
2023 1.272.310 2.115.067 16.364.354
2024* 1.314.300 2.326.825 17.733.883
35 tot 45 jaar 2020 1.161.780 5.072.989 15.947.514
2021 1.193.150 5.153.681 15.868.911
2022 1.234.640 5.741.453 18.224.359
2023 1.266.850 5.889.258 19.158.257
2024* 1.304.680 6.149.905 20.343.976
45 tot 55 jaar 2020 1.292.580 11.355.055 19.842.586
2021 1.284.020 11.175.606 19.294.313
2022 1.274.340 11.628.605 20.763.242
2023 1.264.740 11.817.208 21.047.562
2024* 1.252.970 11.775.666 21.251.438
55 jaar tot AOW-leeftijd 2020 1.331.730 18.523.476 22.307.677
2021 1.366.870 18.866.545 22.510.431
2022 1.416.940 19.839.882 24.102.797
2023 1.471.730 21.871.674 26.242.557
2024* 1.507.790 22.591.199 27.191.295
AOW-leeftijd of ouder 2020 74.460 352.725 409.100
2021 87.700 373.349 375.869
2022 99.880 741.662 750.845
2023 97.150 761.770 764.596
2024* 86.350 607.517 609.238
Leeftijd onbekend 2020 2.020 450 521
2021 1.990 360 438
2022 1.960 317 450
2023 2.010 346 400
2024* 1.810 292 370
Vrouwen Totaal leeftijd 2020 4.941.070 21.151.602 47.089.597
2021 5.033.750 21.840.625 48.661.831
2022 5.230.000 23.468.962 54.264.284
2023 5.353.880 26.105.877 59.877.650
2024* 5.592.220 27.692.153 65.346.533
Jonger dan 25 jaar 2020 411.930 82.671 1.835.869
2021 424.630 91.084 1.972.742
2022 471.760 104.800 2.311.215
2023 498.950 125.171 2.692.795
2024* 662.020 159.846 3.496.789
25 tot 35 jaar 2020 1.088.320 1.499.229 10.810.531
2021 1.107.740 1.558.511 11.244.712
2022 1.149.740 1.744.838 12.937.140
2023 1.177.750 1.926.243 14.358.191
2024* 1.203.380 2.148.516 15.969.881
35 tot 45 jaar 2020 1.042.680 4.071.457 11.787.863
2021 1.068.250 4.176.464 12.170.409
2022 1.106.620 4.459.048 13.585.383
2023 1.132.490 4.813.080 14.831.367
2024* 1.162.090 5.103.028 16.157.662
45 tot 55 jaar 2020 1.180.330 6.876.512 12.150.861
2021 1.172.640 6.990.939 12.295.468
2022 1.171.020 7.272.059 13.246.544
2023 1.163.600 7.887.075 14.213.058
2024* 1.151.710 8.164.417 14.939.949
55 jaar tot AOW-leeftijd 2020 1.181.890 8.535.944 10.417.862
2021 1.219.380 8.931.476 10.885.662
2022 1.276.950 9.617.456 11.909.921
2023 1.329.680 11.066.721 13.493.799
2024* 1.370.000 11.889.857 14.555.218
AOW-leeftijd of ouder 2020 35.220 85.639 86.405
2021 40.420 92.067 92.667
2022 53.220 270.675 273.922
2023 50.710 287.496 288.286
2024* 42.340 226.408 226.888
Leeftijd onbekend 2020 700 150 205
2021 690 84 172
2022 680 86 158
2023 710 91 155
2024* 660 80 147
Geslacht onbekend Totaal leeftijd 2020 41.120 14.044 15.261
2021 41.350 13.655 15.538
2022 40.910 13.820 16.428
2023 35.020 9.892 11.259
2024* 30.270 8.535 10.081
Jonger dan 25 jaar 2020 0 0 0
2021 0 0 0
2022 0 0 0
2023 0 0 0
2024* 0 0 0
25 tot 35 jaar 2020 0 0 0
2021 0 0 0
2022 0 0 0
2023 0 0 0
2024* 0 0 0
35 tot 45 jaar 2020 660 32 32
2021 530 24 24
2022 390 19 19
2023 280 13 13
2024* 170 7 7
45 tot 55 jaar 2020 750 197 198
2021 810 196 196
2022 870 109 109
2023 920 106 106
2024* 960 107 107
55 jaar tot AOW-leeftijd 2020 580 215 222
2021 610 204 204
2022 640 295 295
2023 660 298 298
2024* 630 276 276
AOW-leeftijd of ouder 2020 50 14 14
2021 90 18 18
2022 70 18 18
2023 80 20 20
2024* 70 19 19
Leeftijd onbekend 2020 39.070 13.586 14.796
2021 39.320 13.214 15.097
2022 38.930 13.379 15.987
2023 33.090 9.455 10.821
2024* 28.440 8.126 9.672
Bron: CBS.
Verklaring van tekens

Tabeltoelichting


Deze tabel bevat cijfers over het aantal personen met een aanspraak op toekomstig collectief arbeidsgerelateerd ouderdomspensioen, het totaal opgebouwde bruto pensioenbedrag in het verslagjaar en het totaal te bereiken bruto pensioenbedrag. De gegevens kunnen worden uitgesplitst naar geslacht, leeftijd, burgerlijke staat, herkomstland en geboorteland (ouders).

In Nederland bestaat het pensioenstelsel uit drie onderdelen, deze worden pijlers genoemd. De eerste pijler is het collectieve ouderdomspensioen dat voortkomt uit de Algemene Ouderdomswet (AOW). De tweede pijler is het collectieve arbeidsgerelateerde ouderdomspensioen. Onder de derde pijler vallen individuele producten van personen bij verzekeraars of banken. Deze kunnen worden afgesloten om (tekorten in) de eerste en tweede pijler aan te vullen.

Gegevens over de eerste en derde pijler zijn (nog) niet opgenomen in deze tabel.

Naast de genoemde pijlers kan het vermogen van personen zoals spaartegoed en onroerend goed worden gebruikt als pensioenvoorziening.

Het CBS gaat over op een nieuwe indeling van de bevolking naar herkomst. Voortaan is meer bepalend waar iemand zelf geboren is, naast waar iemands ouders geboren zijn. Daarbij wordt het woord migratieachtergrond niet meer gebruikt. De hoofdindeling westers/niet-westers wordt vervangen door een indeling op basis van werelddelen en veelvoorkomende immigratielanden. Deze indeling wordt geleidelijk ingevoerd in tabellen en publicaties met bevolking naar herkomst.

Gegevens beschikbaar vanaf: 2020

Status van de cijfers:
De cijfers tot en met 2023 zijn definitief. De cijfers over 2024 zijn voorlopig.

Wijzigingen per 5 december 2025:
Er zijn fouten ontdekt in de gegevensleveringen over 2022 en 2023, wat inhoudt dat in beide jaren pensioenaanspraken ontbraken. Deze fouten zijn gecorrigeerd, waardoor de cijfers in beide verslagjaren zijn gewijzigd.
- Toegevoegd zijn de voorlopige cijfers van 2024;
- De voorlopige cijfers van 2023 zijn gecorrigeerd en definitief gemaakt.
- Op de definitieve cijfers van 2022 is een correctie toegepast.

Wanneer komen er nieuwe cijfers?
De voorlopige cijfers van het jaar 2025 worden in het vierde kwartaal 2026 gepubliceerd.

Toelichting onderwerpen

Personen met pensioenaanspraken
Het totaal aantal personen met één of meerdere aanspraken op collectief arbeidsgerelateerd ouderdomspensioen.
Het gaat hier om het opgebouwde recht op een toekomstige levenslange periodieke pensioenuitkering dat voortkomt uit een arbeidsrelatie.
Het collectief arbeidsgerelateerd ouderdomspensioen is de tweede pijler van het Nederlands pensioenstelsel.
Bruto jaarbedrag opgebouwd pensioen
Het totale bruto bedrag aan opgebouwd pensioen in het verslagjaar, waar deelnemers aan een collectief arbeidsgerelateerde ouderdomspensioenregeling aanspraak op kunnen maken bij het bereiken van de pensioenleeftijd.
Het collectief arbeidsgerelateerd ouderdomspensioen is de tweede pijler van het Nederlands pensioenstelsel.
Een aanspraak op collectief arbeidsgerelateerd ouderdomspensioen is het (opgebouwde) recht op een toekomstige levenslange periodieke uitkering dat voortkomt uit een arbeidsrelatie.

Bruto jaarbedrag te bereiken pensioen
Het totale bruto bedrag aan te bereiken pensioen in het verslagjaar, waar deelnemers aan een collectief arbeidsgerelateerde ouderdomspensioenregeling bij ongewijzigde voortzetting van het arbeidscontract aanspraak op kunnen maken bij het bereiken van de pensioenleeftijd.
Het collectief arbeidsgerelateerd ouderdomspensioen is de tweede pijler van het Nederlands pensioenstelsel.
Een aanspraak op collectief arbeidsgerelateerd ouderdomspensioen is het (opgebouwde) recht op een toekomstige levenslange periodieke uitkering dat voortkomt uit een arbeidsrelatie.