Sociaal-economische status; scores per wijk en buurt, regio-indeling 2022

Sociaal-economische status; scores per wijk en buurt, regio-indeling 2022

Wijken en buurten Perioden Gestandaardiseerd inkomen 1e tot en met 40e percentielgroep (%) Gestandaardiseerd inkomen 41e tot en met 80e percentielgroep (%) Gestandaardiseerd inkomen 81e tot en met 100e percentielgroep (%) Gestandaardiseerd inkomen Gemiddelde percentielgroep (Getal)
Rhoon-Zuidoost 2021 21,0 35,6 43,4 66,4
Daalmeer-Zuidoost 2021 28,4 50,8 20,8 56,7
Aalderinkshoek Zuidoost 2021 22,4 57,6 20,0 58,7
Schelfhorst Zuidoost 2021 37,9 45,1 17,0 51,3
Centrum Stad Zuidoost 2021 29,6 44,8 25,5 55,7
Danswijk Zuidoost 2021 28,5 55,4 16,1 54,9
Parkwijk Zuidoost 2021 20,5 47,6 31,8 62,5
Tussen de Vaarten Z.- Zuidoost 2021 25,5 55,6 18,9 56,9
Muziekwijk N.-Zuidoost 2021 43,2 40,1 16,7 47,9
Sallandsekant Zuidoost 2021 . . . .
Faunabuurt Zuidoost 2021 17,5 49,0 33,5 64,5
Zuidoost Alphen 2021 33,3 45,9 20,8 54,4
Leidsebuurt Zuidoost 2021 41,1 31,7 27,2 52,2
Spaarndammerbuurt Zuidoost 2021 49,8 29,5 20,6 45,8
Frederik Hendrikbuurt 2021 44,9 27,8 27,3 49,4
Frederik Hendrikbuurt Noord 2021 45,2 27,8 27,0 49,3
Frederik Hendrikbuurt Zuidoost 2021 45,9 27,3 26,8 48,4
Frederik Hendrikbuurt Zuidwest 2021 40,8 29,4 29,7 52,4
Oosterparkbuurt Zuidoost 2021 44,3 27,4 28,3 49,7
Zuidoostkwadrant Indische buurt 2021 55,9 28,7 15,3 40,8
Zeeburgereiland Zuidoost 2021 94,4 4,5 1,1 9,1
Middeneiland Zuidoost 2021 . . . .
Banne Zuidoost 2021 51,6 30,6 17,8 44,3
Osdorp Zuidoost 2021 58,9 27,9 13,2 38,0
Nieuw Sloten Zuidoost 2021 32,6 43,2 24,2 54,4
Buitenveldert Zuidoost 2021 40,9 31,9 27,2 51,7
Hoofdcentrum Zuidoost 2021 . . . .
K-buurt Zuidoost 2021 43,7 37,0 19,3 47,0
Gein Zuidoost 2021 48,6 41,5 9,9 43,5
Zuidoost 2021 39,2 48,5 12,4 48,9
Pr. Hendrikpark 2021 17,5 42,1 40,5 67,7
Meerwede Zuidoost 2021 30,0 45,4 24,6 57,4
Prins Hendrik Stichting 2021 . . . .
Broekvelden-Zuidoost 2021 26,8 52,4 20,8 57,6
Reeuwijk-Brug-Zuidoost 2021 10,1 30,2 59,7 77,8
Verspr.h. ten zuidoosten van Hummelo 2021 . . . .
Hendrik en omgeving 2021 . . . .
Centrum-Zuidoost 2021 38,1 35,6 26,3 50,1
Wassinkbrink - zuidoost 2021 . . . .
Wagenberg zuidoost 2021 31,8 44,0 24,1 56,8
Zuidoost 2021 34,4 43,4 22,2 54,6
Bennekom-Zuidoost 2021 14,3 47,0 38,7 68,2
Wijk 07 's-Heer-Hendrikskinderen 2021 24,2 50,8 25,0 60,2
's-Heer-Hendrikskinderen 2021 22,1 53,1 24,8 61,1
Verspr.h. ten N. v. 's-Heer-Hendrikskind 2021 . . . .
Verspr.h. ten Z. v. 's-Heer-Hendrikskind 2021 . . . .
Prins Hendrikkwartier 2021 24,3 27,2 48,6 67,9
Hendrik-Ido-Ambacht 2021 29,1 45,2 25,7 57,8
Graaf Hendrik- en Triangelpolder 2021 . . . .
Bron: CBS.
Verklaring van tekens

Tabeltoelichting


Deze tabel bevat cijfers over de sociaal-economische status (SES-WOA) van gemeenten, wijken en buurten in Nederland. Deze status wordt beschreven in termen van de financiële welvaart, het opleidingsniveau en het recente arbeidsverleden van particuliere huishoudens op 1 januari van het verslagjaar. Voor alle gegevens, ongeacht verslagjaar, geldt dat de gemeente/wijk/buurt-indeling van 2022 is toegepast.

Gegevens beschikbaar vanaf: 2014

Status van de cijfers:
De cijfers over verslagjaar 2021 zijn voorlopig. De overige cijfers in deze tabel zijn definitief.

Wijzigingen per 12 juni 2023:
Geen, dit is een nieuwe tabel.

Wanneer komen er nieuwe cijfers?
Onregelmatig.

Toelichting onderwerpen

Gestandaardiseerd inkomen
Gestandaardiseerd inkomen
Het besteedbare inkomen van een huishouden bestaat uit het bruto-inkomen (inkomen uit arbeid, eigen onderneming en vermogen, uitkeringen en ontvangen overdrachten) verminderd met betaalde overdrachten (bijv. partneralimentatie), premies en belasting op inkomen en vermogen. Het besteedbaar inkomen wordt gestandaardiseerd door te corrigeren voor verschillen in grootte en samenstelling van het huishouden. Dit gebeurt door het huishoudensinkomen te delen door een equivalentiefactor die uitdrukt hoe groot het schaalvoordeel is bij het voeren van een gemeenschappelijke huishouding, gebaseerd op de uitgaven voor levensonderhoud (bestedingen). Hierbij is het eenpersoonshuishouden als norm gekozen.
1e tot en met 40e percentielgroep
1e tot en met 40e percentielgroep
De toekenning aan percentielgroepen is gebaseerd op alle particuliere huishoudens in Nederland. Deze worden van laag naar hoog gerangschikt op inkomen en vervolgens ingedeeld in honderd opeenvolgende groepen van gelijke omvang: de percentielgroepen. Voor huishoudens in de 1e t/m 40e percentielgroep geldt dus dat deze behoren tot de 40% huishoudens met het laagste inkomen. Nb. Studentenhuishoudens worden per definitie bij deze groep ingedeeld.

41e tot en met 80e percentielgroep
41e tot en met 80e percentielgroep
De toekenning aan percentielgroepen is gebaseerd op alle particuliere huishoudens in Nederland. Deze worden van laag naar hoog gerangschikt op inkomen en vervolgens ingedeeld in honderd opeenvolgende groepen van gelijke omvang: de percentielgroepen. Voor huishoudens in de 41e t/m 80e percentielgroep geldt dus dat 40% van de huishoudens een lager inkomen heeft en 20% van de huishoudens een hoger inkomen.
81e tot en met 100e percentielgroep
81 tot en met 100e percentielgroep
De toekenning aan percentielgroepen is gebaseerd op alle particuliere huishoudens in Nederland. Deze worden van laag naar hoog gerangschikt op inkomen en vervolgens ingedeeld in honderd opeenvolgende groepen van gelijke omvang: de percentielgroepen. Voor huishoudens in de 81e t/m 100e percentielgroep geldt dus dat deze behoren tot de 20% huishoudens met het hoogste inkomen.

Gemiddelde percentielgroep
Gemiddelde percentielgroep
De gemiddelde percentielgroep wordt berekend door de percentielgroepen waartoe de huishoudens in de regio behoren op te tellen en vervolgens te delen door het totaal aantal huishoudens in de regio.