Arbeidsdeelname; wijken en buurten, 2021

Gewijzigd op: 31-1-2024 02:00

Bekijk volledige tabel Download volledige dataset Toon toelichting

Arbeidsdeelname; wijken en buurten, 2021
Geslacht	Leeftijd	Wijken en buurten	Arbeidsdeelname Beroeps- en niet-beroepsbevolking (aantal)	Arbeidsdeelname Werkzame beroepsbevolking (aantal)	Arbeidsdeelname Netto arbeidsparticipatie (%)	Positie in de werkkring Werknemer Werknemer (% van de werkzame bevolking)	Positie in de werkkring Werknemer Werknemer met vaste arbeidsrelatie (% van de werkzame bevolking)	Positie in de werkkring Werknemer Werknemer met flexibele arbeidsrelatie (% van de werkzame bevolking)	Positie in de werkkring Zelfstandige (% van de werkzame bevolking )
Totaal mannen en vrouwen	15 tot 75 jaar	Boskoop	12.230	9.190	75	80	55	25	20
Totaal mannen en vrouwen	15 tot 75 jaar	Laag Boskoop	490	400	81	69	48	20	31
Totaal mannen en vrouwen	15 tot 25 jaar	Boskoop	2.030	1.500	74	95	22	73	5
Totaal mannen en vrouwen	15 tot 25 jaar	Laag Boskoop	90	70	.	.	.	.	.
Totaal mannen en vrouwen	25 tot 45 jaar	Boskoop	3.960	3.520	89	83	63	21	17
Totaal mannen en vrouwen	25 tot 45 jaar	Laag Boskoop	120	110	.	.	.	.	.
Totaal mannen en vrouwen	25 tot 35 jaar	Boskoop	2.030	1.800	88	87	61	27	13
Totaal mannen en vrouwen	25 tot 35 jaar	Laag Boskoop	50	50	.	.	.	.	.
Totaal mannen en vrouwen	35 tot 45 jaar	Boskoop	1.920	1.720	89	79	64	15	21
Totaal mannen en vrouwen	35 tot 45 jaar	Laag Boskoop	60	60	.	.	.	.	.
Totaal mannen en vrouwen	45 tot 55 jaar	Boskoop	2.300	2.020	88	75	64	12	25
Totaal mannen en vrouwen	45 tot 55 jaar	Laag Boskoop	110	100	.	.	.	.	.
Totaal mannen en vrouwen	45 tot 75 jaar	Boskoop	6.240	4.180	67	72	61	10	28
Totaal mannen en vrouwen	45 tot 75 jaar	Laag Boskoop	280	210	77	63	56	7	37
Totaal mannen en vrouwen	55 tot 65 jaar	Boskoop	2.230	1.730	77	75	66	8	25
Totaal mannen en vrouwen	55 tot 65 jaar	Laag Boskoop	100	80	.	.	.	.	.
Totaal mannen en vrouwen	65 tot 75 jaar	Boskoop	1.710	420	25	40	28	13	60
Totaal mannen en vrouwen	65 tot 75 jaar	Laag Boskoop	70	30	.	.	.	.	.
Mannen	15 tot 75 jaar	Boskoop	6.210	4.970	80	75	53	22	25
Mannen	15 tot 75 jaar	Laag Boskoop	260	220	87	62	47	16	38
Mannen	15 tot 25 jaar	Boskoop	1.070	770	72	93	22	71	7
Mannen	15 tot 25 jaar	Laag Boskoop	50	40	.	.	.	.	.
Mannen	25 tot 45 jaar	Boskoop	2.020	1.860	92	79	60	19	21
Mannen	25 tot 45 jaar	Laag Boskoop	70	60	.	.	.	.	.
Mannen	25 tot 35 jaar	Boskoop	1.040	940	91	84	59	25	16
Mannen	25 tot 35 jaar	Laag Boskoop	30	30	.	.	.	.	.
Mannen	35 tot 45 jaar	Boskoop	980	920	93	74	61	13	26
Mannen	35 tot 45 jaar	Laag Boskoop	30	30	.	.	.	.	.
Mannen	45 tot 55 jaar	Boskoop	1.150	1.080	94	70	61	9	30
Mannen	45 tot 55 jaar	Laag Boskoop	50	50	.	.	.	.	.
Mannen	45 tot 75 jaar	Boskoop	3.110	2.340	75	66	57	8	34
Mannen	45 tot 75 jaar	Laag Boskoop	140	120	.	.	.	.	.
Mannen	55 tot 65 jaar	Boskoop	1.130	970	85	70	64	6	30
Mannen	55 tot 65 jaar	Laag Boskoop	50	50	.	.	.	.	.
Mannen	65 tot 75 jaar	Boskoop	830	290	35	37	24	13	63
Mannen	65 tot 75 jaar	Laag Boskoop	30	20	.	.	.	.	.
Vrouwen	15 tot 75 jaar	Boskoop	6.030	4.220	70	85	58	28	15
Vrouwen	15 tot 75 jaar	Laag Boskoop	230	170	75	77	51	26	23
Vrouwen	15 tot 25 jaar	Boskoop	960	720	75	97	21	76	3
Vrouwen	15 tot 25 jaar	Laag Boskoop	40	30	.	.	.	.	.
Vrouwen	25 tot 45 jaar	Boskoop	1.940	1.660	86	88	65	23	12
Vrouwen	25 tot 45 jaar	Laag Boskoop	50	50	.	.	.	.	.
Vrouwen	25 tot 35 jaar	Boskoop	1.000	850	86	91	62	29	9
Vrouwen	25 tot 35 jaar	Laag Boskoop	20	20	.	.	.	.	.
Vrouwen	35 tot 45 jaar	Boskoop	940	800	85	84	68	16	16
Vrouwen	35 tot 45 jaar	Laag Boskoop	30	30	.	.	.	.	.
Vrouwen	45 tot 55 jaar	Boskoop	1.150	950	82	82	67	15	18
Vrouwen	45 tot 55 jaar	Laag Boskoop	60	50	.	.	.	.	.
Vrouwen	45 tot 75 jaar	Boskoop	3.130	1.840	59	79	66	13	21
Vrouwen	45 tot 75 jaar	Laag Boskoop	140	100	.	.	.	.	.
Vrouwen	55 tot 65 jaar	Boskoop	1.100	760	69	80	70	11	20
Vrouwen	55 tot 65 jaar	Laag Boskoop	50	40	.	.	.	.	.
Vrouwen	65 tot 75 jaar	Boskoop	880	130	15	.	.	.	.
Vrouwen	65 tot 75 jaar	Laag Boskoop	30	10	.	.	.	.	.
Bron: CBS.

Verklaring van tekens

Tabeltoelichting

Deze tabel bevat jaarcijfers over de arbeidsdeelname en de positie in de werkkring van de werkzame beroepsbevolking in Nederland op wijk- en buurtniveau. De bevolking van 15 tot 75 jaar wordt ingedeeld in de werkzame, werkloze en de niet-beroepsbevolking. Van de bevolking van 15 tot 75 jaar (excl. de institutionele bevolking) wordt het aantal en het percentage weergegeven dat behoort tot de werkzame beroepsbevolking. Voor de bevolking met betaald werk wordt het percentage werknemers en zelfstandigen weergegeven. Voor de verschillende indelingen is een uitsplitsing naar geslacht en leeftijd beschikbaar. De indeling naar wijken en buurten is gebaseerd op de woongemeenten van 1 januari 2021.

Gegevens beschikbaar vanaf: 2021

Status van de cijfers:
De cijfers zijn definitief.

Wijzigingen per 31 januari 2024:
Definitieve cijfers 2021 zijn toegevoegd

Wanneer komen er nieuwe cijfers?
De definitieve cijfers over 2022 verschijnen begin 2025. De voorlopige cijfers over 2022 zijn begin 2024 in een nieuwe tabel verschenen (zie paragraaf 3).

Toelichting onderwerpen

Arbeidsdeelname

Beroeps- en niet-beroepsbevolking: Personen die tot de werkzame, de werkloze of de niet-beroepsbevolking behoren.

Werkzame beroepsbevolking: Personen die betaald werk hebben.

Netto arbeidsparticipatie: Het aandeel van de werkzame beroepsbevolking in de bevolking (beroeps- en niet-beroepsbevolking).

Deze definitie heeft betrekking op personen die in Nederland wonen (exclusief de institutionele bevolking). De gegevens worden meestal gepresenteerd voor de bevolking van 15 tot 75 jaar.

Positie in de werkkring

Werknemer

Een persoon die in een arbeidsovereenkomst afspraken met een economische eenheid maakt om arbeid te verrichten waartegenover een financiële beloning staat.

Als een persoon meer dan één baan of werkkring heeft, dan wordt uitgegaan van de baan of werkkring waaraan de meeste tijd wordt besteed.

Werknemer: Een persoon die in een arbeidsovereenkomst afspraken met een economische eenheid maakt om arbeid te verrichten waartegenover een financiële beloning staat.

Als een persoon meer dan één baan of werkkring heeft, dan wordt uitgegaan van de baan of werkkring waaraan de meeste tijd wordt besteed.

Werknemer met vaste arbeidsrelatie: Een werknemer met een arbeidsovereenkomst voor onbepaalde tijd én een vast aantal uren per week.

Als een persoon meer dan één baan of werkkring heeft, dan wordt uitgegaan van de baan of werkkring waaraan de meeste tijd wordt besteed.

Werknemer met flexibele arbeidsrelatie: Een werknemer met een arbeidsovereenkomst voor bepaalde tijd óf een flexibel aantal uren per week.

Tot de werknemers met een flexibele arbeidsrelatie behoren:
- Werknemer tijdelijk, uitzicht op vast
- Werknemer tijdelijk >=1 jaar
- Werknemer tijdelijk <1 jaar
- Oproep/-invalkracht
- Uitzendkracht
- Werknemer vast, geen vaste uren
- Werknemer tijdelijk, geen vaste uren

Als een persoon meer dan één baan of werkkring heeft, dan wordt uitgegaan van de baan of werkkring waaraan de meeste tijd wordt besteed.

Zelfstandige: Een persoon die voor eigen rekening of risico arbeid verricht
- in een eigen bedrijf of praktijk (zelfstandig ondernemer),
- als directeur-grootaandeelhouder (dga),
- in het bedrijf of de praktijk van een gezinslid (meewerkend gezinslid), of
- als overige zelfstandige.

Als een persoon meer dan één baan of werkkring heeft, dan wordt uitgegaan van de baan of werkkring waaraan de meeste tijd wordt besteed.