Maatstaven Financiële-verhoudingswet (Fvw)

Maatstaven Financiële-verhoudingswet (Fvw)

Status cijfer Regio's Perioden Particuliere huishoudens Huishoudens met relatief laag inkomen (aantal)
Voorlopig Utrecht (PV) 2026
Voorlopig Utrecht (CR) 2026
Voorlopig Het Gooi en Vechtstreek (CR) 2026
Voorlopig Barendrecht 2026
Voorlopig Dordrecht 2026
Voorlopig Drechterland 2026
Voorlopig Echt-Susteren 2026
Voorlopig Papendrecht 2026
Voorlopig Sliedrecht 2026
Voorlopig Stichtse Vecht 2026
Voorlopig Utrecht (gemeente) 2026
Voorlopig Utrechtse Heuvelrug 2026
Voorlopig Woensdrecht 2026
Voorlopig Zwijndrecht 2026
Definitief Utrecht (PV) 2026
Definitief Utrecht (CR) 2026
Definitief Het Gooi en Vechtstreek (CR) 2026
Definitief Barendrecht 2026
Definitief Dordrecht 2026
Definitief Drechterland 2026
Definitief Echt-Susteren 2026
Definitief Papendrecht 2026
Definitief Sliedrecht 2026
Definitief Stichtse Vecht 2026
Definitief Utrecht (gemeente) 2026
Definitief Utrechtse Heuvelrug 2026
Definitief Woensdrecht 2026
Definitief Zwijndrecht 2026
Bron: CBS.
Verklaring van tekens

Tabeltoelichting


Deze tabel bevat gegevens die (mede) als grondslag dienen bij het bepalen van de hoogte van de Algemene Uitkeringen aan gemeenten en provincies. Daarnaast zijn er enkele gegevens ten behoeve van de Decentralisatie Uitkering beschikbaar.
Het Ministerie van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties bepaalt deze uitkeringen aan de hand van verdeelmodellen. De hiervoor gebruikte eenheden die het CBS levert worden beschreven in de 'Toelichting op de berekeningen van de uitkeringen uit het gemeentefonds 1997 e.v. jaren', zie paragraaf 3. Dit verdeelstelsel is op 1 januari 1998 in werking getreden (Staatsblad, 1997, 526).

Gegevens beschikbaar vanaf: 2023.

Status van de cijfers:
Er worden zowel voorlopige als definitieve cijfers gepubliceerd.

De onderwerpen: Belastingcapaciteit woningen, belastingcapaciteit niet-woningen en Amendement De Pater kunnen door nagekomen berichten ondanks de status definitief alsnog worden aangepast.

Wijzigingen per 9 december 2025

Definitieve cijfers 2023
-Huishoudens met relatief laag inkomen

Voorlopige cijfers 2024
-Huishoudens met relatief laag inkomen

Definitieve cijfers 2024
-Huishoudens met relatief laag inkomen

Voorlopige cijfers 2025
-Huishoudens met relatief laag inkomen

Wanneer komen er nieuwe cijfers?
Nieuwe cijfers worden onregelmatig gepubliceerd.

Toelichting onderwerpen

Particuliere huishoudens
Een particulier huishouden is een verzameling van één of meer personen die een woonruimte bewoont en zichzelf daar particulier, d.w.z. niet bedrijfsmatig voorziet in huisvesting en dergelijke levensbehoeften.

Een particulier huishouden wordt afgeleid uit de Basis Registratie Personen en belastingdienstgegevens over samenwonende paren met waar nodig gebruikmaking van de Enquête Beroepsbevolking.
Huishoudens met relatief laag inkomen
Het aantal particuliere huishoudens exclusief studentenhuishoudens in een regio in het 2e, 3e en 4e deciel van de landelijke inkomensverdeling van het gestandaardiseerd besteedbaar inkomen van particuliere huishoudens exclusief studentenhuishoudens.

Het huishoudensinkomen bestaat uit de som van de inkomens van de afzonderlijke leden van de huishoudens.

Het gestandaardiseerd besteedbaar inkomen is het besteedbaar inkomen gecorrigeerd voor verschillen in grootte en samenstelling van het huishouden. Deze correctie vindt plaats met behulp van equivalentiefactoren. In de equivalentiefactor komen de schaalvoordelen tot uitdrukking die het gevolg zijn van het voeren van een gemeenschappelijke huishouding. Met behulp van de equivalentiefactoren worden alle inkomens herleid tot het inkomen van een eenpersoonshuishouden. Op deze wijze is het welvaartsniveau van verschillende typen huishoudens onderling vergelijkbaar gemaakt.

In tabellen met inkomensverdelingen zijn de huishoudens in tien inkomensklassen verdeeld. De klassengrenzen van de verdeling zijn als volgt bepaald. De huishoudens worden gerangschikt naar hoogte van besteedbaar inkomen. Daarna worden de eenheden in tien, qua aantal gelijke groepen (zogenaamde decielgroepen) verdeeld en wordt het hoogste inkomen in elke groep bepaald. Deze inkomens vormen de klassengrenzen of decielen. Voor de maatstaf geldt het totaal aantal huishoudens met een inkomen in het 2e, 3e en 4e deciel.

Voorlopige cijfers betreffen voorlopige gegevens over het voorgaand jaar. Definitieve cijfers betreffen definitieve gegevens over het voorgaand jaar.