Arbeidsdeelname; wijken en buurten, 2020

Arbeidsdeelname; wijken en buurten, 2020

Geslacht Leeftijd Wijken en buurten Arbeidsdeelname Beroeps- en niet-beroepsbevolking (aantal) Arbeidsdeelname Werkzame beroepsbevolking (aantal) Arbeidsdeelname Netto arbeidsparticipatie (%) Positie in de werkkring Werknemer Werknemer (% van de werkzame bevolking) Positie in de werkkring Werknemer Werknemer met vaste arbeidsrelatie (% van de werkzame bevolking) Positie in de werkkring Werknemer Werknemer met flexibele arbeidsrelatie (% van de werkzame bevolking) Positie in de werkkring Zelfstandige (% van de werkzame bevolking )
Totaal mannen en vrouwen 15 tot 75 jaar Kleine Zilk 270 220 82 64 41 23 36
Totaal mannen en vrouwen 15 tot 75 jaar Grote Zilk 1.530 1.130 74 82 55 27 18
Totaal mannen en vrouwen 15 tot 25 jaar Kleine Zilk 50 40 . . . . .
Totaal mannen en vrouwen 15 tot 25 jaar Grote Zilk 260 200 76 98 18 79 2
Totaal mannen en vrouwen 25 tot 45 jaar Kleine Zilk 60 50 . . . . .
Totaal mannen en vrouwen 25 tot 45 jaar Grote Zilk 430 390 91 83 64 19 17
Totaal mannen en vrouwen 25 tot 35 jaar Kleine Zilk 30 30 . . . . .
Totaal mannen en vrouwen 25 tot 35 jaar Grote Zilk 230 210 92 84 62 21 16
Totaal mannen en vrouwen 35 tot 45 jaar Kleine Zilk 30 20 . . . . .
Totaal mannen en vrouwen 35 tot 45 jaar Grote Zilk 200 180 91 82 66 16 18
Totaal mannen en vrouwen 45 tot 55 jaar Kleine Zilk 50 40 . . . . .
Totaal mannen en vrouwen 45 tot 55 jaar Grote Zilk 270 250 91 76 65 11 24
Totaal mannen en vrouwen 45 tot 75 jaar Kleine Zilk 160 130 81 . . . .
Totaal mannen en vrouwen 45 tot 75 jaar Grote Zilk 840 540 64 76 63 13 24
Totaal mannen en vrouwen 55 tot 65 jaar Kleine Zilk 80 70 . . . . .
Totaal mannen en vrouwen 55 tot 65 jaar Grote Zilk 310 240 77 79 69 11 21
Totaal mannen en vrouwen 65 tot 75 jaar Kleine Zilk 40 20 . . . . .
Totaal mannen en vrouwen 65 tot 75 jaar Grote Zilk 260 60 23 . . . .
Mannen 15 tot 75 jaar Kleine Zilk 140 120 . . . . .
Mannen 15 tot 75 jaar Grote Zilk 770 600 77 77 54 23 23
Mannen 15 tot 25 jaar Kleine Zilk 30 20 . . . . .
Mannen 15 tot 25 jaar Grote Zilk 140 100 . . . . .
Mannen 25 tot 45 jaar Kleine Zilk 30 30 . . . . .
Mannen 25 tot 45 jaar Grote Zilk 220 210 93 78 63 15 22
Mannen 25 tot 35 jaar Kleine Zilk 20 10 . . . . .
Mannen 25 tot 35 jaar Grote Zilk 110 100 . . . . .
Mannen 35 tot 45 jaar Kleine Zilk 10 10 . . . . .
Mannen 35 tot 45 jaar Grote Zilk 110 100 . . . . .
Mannen 45 tot 55 jaar Kleine Zilk 20 20 . . . . .
Mannen 45 tot 55 jaar Grote Zilk 120 110 . . . . .
Mannen 45 tot 75 jaar Kleine Zilk 80 70 . . . . .
Mannen 45 tot 75 jaar Grote Zilk 410 290 70 70 60 10 30
Mannen 55 tot 65 jaar Kleine Zilk 40 40 . . . . .
Mannen 55 tot 65 jaar Grote Zilk 160 140 85 . . . .
Mannen 65 tot 75 jaar Kleine Zilk 20 10 . . . . .
Mannen 65 tot 75 jaar Grote Zilk 130 40 . . . . .
Vrouwen 15 tot 75 jaar Kleine Zilk 130 100 . . . . .
Vrouwen 15 tot 75 jaar Grote Zilk 760 530 70 87 57 30 13
Vrouwen 15 tot 25 jaar Kleine Zilk 20 20 . . . . .
Vrouwen 15 tot 25 jaar Grote Zilk 130 100 . . . . .
Vrouwen 25 tot 45 jaar Kleine Zilk 30 30 . . . . .
Vrouwen 25 tot 45 jaar Grote Zilk 200 180 89 88 65 23 12
Vrouwen 25 tot 35 jaar Kleine Zilk 20 20 . . . . .
Vrouwen 25 tot 35 jaar Grote Zilk 110 100 . . . . .
Vrouwen 35 tot 45 jaar Kleine Zilk 10 10 . . . . .
Vrouwen 35 tot 45 jaar Grote Zilk 90 80 . . . . .
Vrouwen 45 tot 55 jaar Kleine Zilk 30 20 . . . . .
Vrouwen 45 tot 55 jaar Grote Zilk 150 130 90 . . . .
Vrouwen 45 tot 75 jaar Kleine Zilk 80 60 . . . . .
Vrouwen 45 tot 75 jaar Grote Zilk 430 250 59 82 66 16 18
Vrouwen 55 tot 65 jaar Kleine Zilk 40 30 . . . . .
Vrouwen 55 tot 65 jaar Grote Zilk 150 100 68 . . . .
Vrouwen 65 tot 75 jaar Kleine Zilk 10 0 . . . . .
Vrouwen 65 tot 75 jaar Grote Zilk 130 20 . . . . .
Bron: CBS.
Verklaring van tekens

Tabeltoelichting


Deze tabel bevat jaarcijfers over de arbeidsdeelname en de positie in de werkkring van de werkzame beroepsbevolking in Nederland op wijk- en buurtniveau. De bevolking van 15 tot 75 jaar wordt ingedeeld in de werkzame, werkloze en de niet-beroepsbevolking. Van de bevolking van 15 tot 75 jaar (excl. de institutionele bevolking) wordt het aantal en het percentage weergegeven dat behoort tot de werkzame beroepsbevolking. Voor de bevolking met betaald werk wordt het percentage werknemers en zelfstandigen weergegeven. Voor de verschillende indelingen is een uitsplitsing naar geslacht en leeftijd beschikbaar. De indeling naar wijken en buurten is gebaseerd op de woongemeenten van 1 januari 2020.

Gegevens beschikbaar vanaf: 2020

Status van de cijfers:
De cijfers zijn definitief.

Wijzigingen per 31 januari 2023:
De definitieve cijfers zijn toegevoegd.

Wanneer komen er nieuwe cijfers?
De voorlopige cijfers over 2021 zijn in januari 2023 gepubliceerd in een nieuwe tabel.

Toelichting onderwerpen

Arbeidsdeelname
Beroeps- en niet-beroepsbevolking
Personen die tot de werkzame, de werkloze of de niet-beroepsbevolking behoren.
Werkzame beroepsbevolking
Personen die betaald werk hebben.
Netto arbeidsparticipatie
Het aandeel van de werkzame beroepsbevolking in de bevolking (beroeps- en niet-beroepsbevolking).

Deze definitie heeft betrekking op personen die in Nederland wonen (exclusief de institutionele bevolking). De gegevens worden meestal gepresenteerd voor de bevolking van 15 tot 75 jaar.
Positie in de werkkring
Werknemer
Een persoon die in een arbeidsovereenkomst afspraken met een economische eenheid maakt om arbeid te verrichten waartegenover een financiële beloning staat.

Als een persoon meer dan één baan of werkkring heeft, dan wordt uitgegaan van de baan of werkkring waaraan de meeste tijd wordt besteed.
Werknemer
Een persoon die in een arbeidsovereenkomst afspraken met een economische eenheid maakt om arbeid te verrichten waartegenover een financiële beloning staat.

Als een persoon meer dan één baan of werkkring heeft, dan wordt uitgegaan van de baan of werkkring waaraan de meeste tijd wordt besteed.
Werknemer met vaste arbeidsrelatie
Een werknemer met een arbeidsovereenkomst voor onbepaalde tijd én een vast aantal uren per week.

Als een persoon meer dan één baan of werkkring heeft, dan wordt uitgegaan van de baan of werkkring waaraan de meeste tijd wordt besteed.

Werknemer met flexibele arbeidsrelatie
Een werknemer met een arbeidsovereenkomst voor bepaalde tijd óf een flexibel aantal uren per week.

Tot de werknemers met een flexibele arbeidsrelatie behoren:
- Werknemer tijdelijk, uitzicht op vast
- Werknemer tijdelijk >=1 jaar
- Werknemer tijdelijk <1 jaar
- Oproep/-invalkracht
- Uitzendkracht
- Werknemer vast, geen vaste uren
- Werknemer tijdelijk, geen vaste uren

Als een persoon meer dan één baan of werkkring heeft, dan wordt uitgegaan van de baan of werkkring waaraan de meeste tijd wordt besteed.
Zelfstandige
Een persoon die voor eigen rekening of risico arbeid verricht
- in een eigen bedrijf of praktijk (zelfstandig ondernemer),
- als directeur-grootaandeelhouder (dga),
- in het bedrijf of de praktijk van een gezinslid (meewerkend gezinslid), of
- als overige zelfstandige.

Als een persoon meer dan één baan of werkkring heeft, dan wordt uitgegaan van de baan of werkkring waaraan de meeste tijd wordt besteed.