Zelfstandigen; inkomen, vermogen, regio (indeling 2021)

Zelfstandigen; inkomen, vermogen, regio (indeling 2021)

Type zelfstandige Bedrijfstakken/branches(SBI2008) Regio's Perioden Zelfstandige, voornaamste inkomen Zelfstandigen (x 1 000) Zelfstandige, voornaamste inkomen Inkomen van zelfstandigen Gemiddeld persoonlijk inkomen (1 000 euro) Zelfstandige, voornaamste inkomen Inkomen van zelfstandigen Mediaan persoonlijk inkomen (1 000 euro) Zelfstandige, voornaamste inkomen Inkomen van zelfstandigen Gemiddeld inkomen als zelfstandige (1 000 euro) Zelfstandige, voornaamste inkomen Inkomen van zelfstandigen Mediaan inkomen als zelfstandige (1 000 euro) Zelfstandige, voornaamste inkomen Inkomen van zelfstandigen Gemiddeld gestandaardiseerd inkomen (1 000 euro) Zelfstandige, voornaamste inkomen Inkomen van zelfstandigen Mediaan gestandaardiseerd inkomen (1 000 euro) Zelfstandige, alle inkomens Zelfstandigen (x 1 000) Zelfstandige, alle inkomens Inkomen van zelfstandigen Gemiddeld persoonlijk inkomen (1 000 euro) Zelfstandige, alle inkomens Inkomen van zelfstandigen Mediaan persoonlijk inkomen (1 000 euro) Zelfstandige, alle inkomens Inkomen van zelfstandigen Gemiddeld inkomen als zelfstandige (1 000 euro) Zelfstandige, alle inkomens Inkomen van zelfstandigen Mediaan inkomen als zelfstandige (1 000 euro) Zelfstandige, alle inkomens Inkomen van zelfstandigen Gemiddeld gestandaardiseerd inkomen (1 000 euro) Zelfstandige, alle inkomens Inkomen van zelfstandigen Mediaan gestandaardiseerd inkomen (1 000 euro)
Zelfstandige A-U Alle economische activiteiten Oost-Nederland (LD) 2020* 263,9 45,6 35,8 43,8 33,5 46,0 37,4 408,0 44,1 34,9 30,2 16,0 43,6 36,4
Zelfstandige A-U Alle economische activiteiten West-Nederland (LD) 2020* 648,7 47,2 35,9 45,0 33,3 48,0 37,3 984,0 46,8 35,6 31,6 16,7 45,9 36,8
Zelfstandige A-U Alle economische activiteiten West-Nederland, exclusief G4 (LD) 2020* 0,0 . . . . . . 0,0 . . . . . .
Zelfstandige A-U Alle economische activiteiten Oost-Groningen (CR) 2020* 8,0 . . . . . . 12,0 . . . . . .
Zelfstandige A-U Alle economische activiteiten Zuidwest-Friesland (CR) 2020* 13,7 . . . . . . 19,4 . . . . . .
Zelfstandige A-U Alle economische activiteiten Zuidoost-Friesland (CR) 2020* 14,0 . . . . . . 20,8 . . . . . .
Zelfstandige A-U Alle economische activiteiten Zuidoost-Drenthe (CR) 2020* 10,7 . . . . . . 16,1 . . . . . .
Zelfstandige A-U Alle economische activiteiten Zuidwest-Drenthe (CR) 2020* 10,1 . . . . . . 15,2 . . . . . .
Zelfstandige A-U Alle economische activiteiten Zuidwest-Overijssel (CR) 2020* 10,2 . . . . . . 16,2 . . . . . .
Zelfstandige A-U Alle economische activiteiten Zuidwest-Gelderland (CR) 2020* 23,0 . . . . . . 32,9 . . . . . .
Zelfstandige A-U Alle economische activiteiten Oost-Zuid-Holland (CR) 2020* 26,6 . . . . . . 39,0 . . . . . .
Zelfstandige A-U Alle economische activiteiten Zuidoost-Zuid-Holland (CR) 2020* 25,2 . . . . . . 37,3 . . . . . .
Zelfstandige A-U Alle economische activiteiten West-Noord-Brabant (CR) 2020* 44,8 . . . . . . 67,9 . . . . . .
Zelfstandige A-U Alle economische activiteiten Noordoost-Noord-Brabant (CR) 2020* 52,7 . . . . . . 79,8 . . . . . .
Zelfstandige A-U Alle economische activiteiten Zuidoost-Noord-Brabant (CR) 2020* 57,5 . . . . . . 87,7 . . . . . .
Zelfstandige A-U Alle economische activiteiten Súdwest-Fryslân 2020* 8,4 . . . . . . 12,1 . . . . . .
Zelfstandige A-U Alle economische activiteiten West-Brabant (AM) 2020* 50,3 . . . . . . 75,5 . . . . . .
Zelfstandige A-U Alle economische activiteiten Noordoost-Brabant (AM) 2020* 49,0 . . . . . . 74,2 . . . . . .
Zelfstandige A-U Alle economische activiteiten Zuidoost-Brabant (AM) 2020* 35,8 . . . . . . 55,8 . . . . . .
Zelfstandige B-E Nijverheid (geen bouw) en energie Oost-Nederland (LD) 2020* 11,2 50,4 44,2 49,1 42,6 51,0 38,3 15,3 49,1 42,2 37,5 26,7 48,3 37,5
Zelfstandige B-E Nijverheid (geen bouw) en energie West-Nederland (LD) 2020* 21,9 47,6 40,7 45,9 39,0 47,4 37,3 29,2 47,7 40,0 35,9 26,2 45,8 37,1
Zelfstandige B-E Nijverheid (geen bouw) en energie West-Nederland, exclusief G4 (LD) 2020* 0,0 . . . . . . 0,0 . . . . . .
Zelfstandige B-E Nijverheid (geen bouw) en energie Oost-Groningen (CR) 2020* 0,4 . . . . . . 0,5 . . . . . .
Zelfstandige B-E Nijverheid (geen bouw) en energie Zuidwest-Friesland (CR) 2020* 1,1 . . . . . . 1,3 . . . . . .
Zelfstandige B-E Nijverheid (geen bouw) en energie Zuidoost-Friesland (CR) 2020* 0,7 . . . . . . 1,0 . . . . . .
Zelfstandige B-E Nijverheid (geen bouw) en energie Zuidoost-Drenthe (CR) 2020* 0,5 . . . . . . 0,6 . . . . . .
Zelfstandige B-E Nijverheid (geen bouw) en energie Zuidwest-Drenthe (CR) 2020* 0,5 . . . . . . 0,6 . . . . . .
Zelfstandige B-E Nijverheid (geen bouw) en energie Zuidwest-Overijssel (CR) 2020* 0,3 . . . . . . 0,5 . . . . . .
Zelfstandige B-E Nijverheid (geen bouw) en energie Zuidwest-Gelderland (CR) 2020* 1,2 . . . . . . 1,5 . . . . . .
Zelfstandige B-E Nijverheid (geen bouw) en energie Oost-Zuid-Holland (CR) 2020* 1,1 . . . . . . 1,4 . . . . . .
Zelfstandige B-E Nijverheid (geen bouw) en energie Zuidoost-Zuid-Holland (CR) 2020* 1,2 . . . . . . 1,5 . . . . . .
Zelfstandige B-E Nijverheid (geen bouw) en energie West-Noord-Brabant (CR) 2020* 2,1 . . . . . . 2,8 . . . . . .
Zelfstandige B-E Nijverheid (geen bouw) en energie Noordoost-Noord-Brabant (CR) 2020* 2,5 . . . . . . 3,4 . . . . . .
Zelfstandige B-E Nijverheid (geen bouw) en energie Zuidoost-Noord-Brabant (CR) 2020* 3,1 . . . . . . 4,1 . . . . . .
Zelfstandige B-E Nijverheid (geen bouw) en energie Súdwest-Fryslân 2020* 0,7 . . . . . . 0,9 . . . . . .
Zelfstandige B-E Nijverheid (geen bouw) en energie West-Brabant (AM) 2020* 2,4 . . . . . . 3,3 . . . . . .
Zelfstandige B-E Nijverheid (geen bouw) en energie Noordoost-Brabant (AM) 2020* 2,3 . . . . . . 3,1 . . . . . .
Zelfstandige B-E Nijverheid (geen bouw) en energie Zuidoost-Brabant (AM) 2020* 1,8 . . . . . . 2,4 . . . . . .
Zelfstandige B-F Nijverheid en energie Oost-Nederland (LD) 2020* 45,0 47,7 42,9 47,1 42,7 42,7 36,3 54,1 46,6 41,5 40,3 35,6 42,1 36,0
Zelfstandige B-F Nijverheid en energie West-Nederland (LD) 2020* 114,9 45,2 40,0 44,2 39,1 40,0 34,9 133,4 44,8 39,2 39,0 34,2 39,8 34,9
Zelfstandige B-F Nijverheid en energie West-Nederland, exclusief G4 (LD) 2020* 0,0 . . . . . . 0,0 . . . . . .
Zelfstandige B-F Nijverheid en energie Oost-Groningen (CR) 2020* 1,5 . . . . . . 1,8 . . . . . .
Zelfstandige B-F Nijverheid en energie Zuidwest-Friesland (CR) 2020* 2,8 . . . . . . 3,4 . . . . . .
Zelfstandige B-F Nijverheid en energie Zuidoost-Friesland (CR) 2020* 2,5 . . . . . . 3,0 . . . . . .
Zelfstandige B-F Nijverheid en energie Zuidoost-Drenthe (CR) 2020* 2,0 . . . . . . 2,4 . . . . . .
Zelfstandige B-F Nijverheid en energie Zuidwest-Drenthe (CR) 2020* 1,7 . . . . . . 2,1 . . . . . .
Zelfstandige B-F Nijverheid en energie Zuidwest-Overijssel (CR) 2020* 1,3 . . . . . . 1,6 . . . . . .
Zelfstandige B-F Nijverheid en energie Zuidwest-Gelderland (CR) 2020* 4,8 . . . . . . 5,6 . . . . . .
Zelfstandige B-F Nijverheid en energie Oost-Zuid-Holland (CR) 2020* 5,8 . . . . . . 6,7 . . . . . .
Zelfstandige B-F Nijverheid en energie Zuidoost-Zuid-Holland (CR) 2020* 5,7 . . . . . . 6,6 . . . . . .
Zelfstandige B-F Nijverheid en energie West-Noord-Brabant (CR) 2020* 8,3 . . . . . . 9,9 . . . . . .
Zelfstandige B-F Nijverheid en energie Noordoost-Noord-Brabant (CR) 2020* 11,3 . . . . . . 13,5 . . . . . .
Zelfstandige B-F Nijverheid en energie Zuidoost-Noord-Brabant (CR) 2020* 11,3 . . . . . . 13,6 . . . . . .
Zelfstandige B-F Nijverheid en energie Súdwest-Fryslân 2020* 1,8 . . . . . . 2,1 . . . . . .
Zelfstandige B-F Nijverheid en energie West-Brabant (AM) 2020* 9,6 . . . . . . 11,4 . . . . . .
Zelfstandige B-F Nijverheid en energie Noordoost-Brabant (AM) 2020* 10,4 . . . . . . 12,4 . . . . . .
Zelfstandige B-F Nijverheid en energie Zuidoost-Brabant (AM) 2020* 6,2 . . . . . . 7,5 . . . . . .
Zelfstandige G-I Handel, vervoer en horeca Oost-Nederland (LD) 2020* 54,9 42,0 32,4 39,6 29,5 43,7 35,8 74,5 40,6 31,9 30,5 19,0 42,1 35,1
Zelfstandige G-I Handel, vervoer en horeca West-Nederland (LD) 2020* 122,8 40,4 29,9 37,7 26,4 43,2 34,4 168,1 39,3 29,6 28,8 16,5 41,6 33,8
Zelfstandige G-I Handel, vervoer en horeca West-Nederland, exclusief G4 (LD) 2020* 0,0 . . . . . . 0,0 . . . . . .
Zelfstandige G-I Handel, vervoer en horeca Oost-Groningen (CR) 2020* 2,0 . . . . . . 2,7 . . . . . .
Zelfstandige G-I Handel, vervoer en horeca Zuidwest-Friesland (CR) 2020* 3,0 . . . . . . 3,9 . . . . . .
Zelfstandige G-I Handel, vervoer en horeca Zuidoost-Friesland (CR) 2020* 2,9 . . . . . . 4,0 . . . . . .
Zelfstandige G-I Handel, vervoer en horeca Zuidoost-Drenthe (CR) 2020* 2,6 . . . . . . 3,5 . . . . . .
Zelfstandige G-I Handel, vervoer en horeca Zuidwest-Drenthe (CR) 2020* 2,4 . . . . . . 3,2 . . . . . .
Zelfstandige G-I Handel, vervoer en horeca Zuidwest-Overijssel (CR) 2020* 2,0 . . . . . . 2,7 . . . . . .
Zelfstandige G-I Handel, vervoer en horeca Zuidwest-Gelderland (CR) 2020* 4,8 . . . . . . 6,3 . . . . . .
Zelfstandige G-I Handel, vervoer en horeca Oost-Zuid-Holland (CR) 2020* 4,9 . . . . . . 6,5 . . . . . .
Zelfstandige G-I Handel, vervoer en horeca Zuidoost-Zuid-Holland (CR) 2020* 5,6 . . . . . . 7,4 . . . . . .
Zelfstandige G-I Handel, vervoer en horeca West-Noord-Brabant (CR) 2020* 9,2 . . . . . . 12,6 . . . . . .
Zelfstandige G-I Handel, vervoer en horeca Noordoost-Noord-Brabant (CR) 2020* 10,3 . . . . . . 14,2 . . . . . .
Zelfstandige G-I Handel, vervoer en horeca Zuidoost-Noord-Brabant (CR) 2020* 11,5 . . . . . . 15,9 . . . . . .
Zelfstandige G-I Handel, vervoer en horeca Súdwest-Fryslân 2020* 1,8 . . . . . . 2,3 . . . . . .
Zelfstandige G-I Handel, vervoer en horeca West-Brabant (AM) 2020* 10,8 . . . . . . 14,5 . . . . . .
Zelfstandige G-I Handel, vervoer en horeca Noordoost-Brabant (AM) 2020* 9,6 . . . . . . 13,2 . . . . . .
Zelfstandige G-I Handel, vervoer en horeca Zuidoost-Brabant (AM) 2020* 7,1 . . . . . . 9,9 . . . . . .
Zelfstandige G-N Commerciële dienstverlening Oost-Nederland (LD) 2020* 125,7 50,2 40,8 48,1 38,4 49,9 38,7 184,7 48,7 39,2 34,8 20,7 47,4 37,6
Zelfstandige G-N Commerciële dienstverlening West-Nederland (LD) 2020* 341,8 52,2 40,7 49,9 38,0 53,4 39,4 495,8 51,7 39,7 36,5 20,7 50,8 38,5
Zelfstandige G-N Commerciële dienstverlening West-Nederland, exclusief G4 (LD) 2020* 0,0 . . . . . . 0,0 . . . . . .
Zelfstandige G-N Commerciële dienstverlening Oost-Groningen (CR) 2020* 3,5 . . . . . . 5,2 . . . . . .
Zelfstandige G-N Commerciële dienstverlening Zuidwest-Friesland (CR) 2020* 5,8 . . . . . . 8,3 . . . . . .
Zelfstandige G-N Commerciële dienstverlening Zuidoost-Friesland (CR) 2020* 6,1 . . . . . . 9,0 . . . . . .
Zelfstandige G-N Commerciële dienstverlening Zuidoost-Drenthe (CR) 2020* 4,8 . . . . . . 7,0 . . . . . .
Zelfstandige G-N Commerciële dienstverlening Zuidwest-Drenthe (CR) 2020* 4,6 . . . . . . 6,8 . . . . . .
Zelfstandige G-N Commerciële dienstverlening Zuidwest-Overijssel (CR) 2020* 4,9 . . . . . . 7,3 . . . . . .
Zelfstandige G-N Commerciële dienstverlening Zuidwest-Gelderland (CR) 2020* 10,7 . . . . . . 15,0 . . . . . .
Zelfstandige G-N Commerciële dienstverlening Oost-Zuid-Holland (CR) 2020* 12,7 . . . . . . 18,2 . . . . . .
Zelfstandige G-N Commerciële dienstverlening Zuidoost-Zuid-Holland (CR) 2020* 12,7 . . . . . . 18,1 . . . . . .
Zelfstandige G-N Commerciële dienstverlening West-Noord-Brabant (CR) 2020* 22,0 . . . . . . 32,3 . . . . . .
Zelfstandige G-N Commerciële dienstverlening Noordoost-Noord-Brabant (CR) 2020* 25,0 . . . . . . 36,4 . . . . . .
Zelfstandige G-N Commerciële dienstverlening Zuidoost-Noord-Brabant (CR) 2020* 28,2 . . . . . . 41,3 . . . . . .
Zelfstandige G-N Commerciële dienstverlening Súdwest-Fryslân 2020* 3,5 . . . . . . 5,0 . . . . . .
Zelfstandige G-N Commerciële dienstverlening West-Brabant (AM) 2020* 24,8 . . . . . . 36,0 . . . . . .
Zelfstandige G-N Commerciële dienstverlening Noordoost-Brabant (AM) 2020* 23,3 . . . . . . 33,8 . . . . . .
Zelfstandige G-N Commerciële dienstverlening Zuidoost-Brabant (AM) 2020* 18,5 . . . . . . 27,3 . . . . . .
Zelfstandige M-N Zakelijke dienstverlening Oost-Nederland (LD) 2020* 47,1 52,5 43,0 50,6 41,0 48,5 40,0 75,6 51,3 41,8 34,0 18,4 46,0 38,7
Zelfstandige M-N Zakelijke dienstverlening West-Nederland (LD) 2020* 149,3 55,5 43,3 53,3 40,9 53,2 41,3 229,3 55,4 42,5 37,3 20,2 50,3 40,1
Zelfstandige M-N Zakelijke dienstverlening West-Nederland, exclusief G4 (LD) 2020* 0,0 . . . . . . 0,0 . . . . . .
Zelfstandige M-N Zakelijke dienstverlening Oost-Groningen (CR) 2020* 1,0 . . . . . . 1,7 . . . . . .
Zelfstandige M-N Zakelijke dienstverlening Zuidwest-Friesland (CR) 2020* 2,0 . . . . . . 3,1 . . . . . .
Bron: CBS.
Verklaring van tekens

Tabeltoelichting


Deze tabel bevat gegevens over het inkomen en vermogen van zelfstandigen per regio. Er wordt onderscheid gemaakt tussen enerzijds de personen voor wie het voornaamste inkomen wordt gegenereerd uit werkzaamheden als zelfstandige, en anderzijds alle personen met inkomen uit werkzaamheden als zelfstandige. De cijfers in deze tabel zijn verder uitgesplitst naar type zelfstandige en naar economische activiteit. Diverse niveaus van regionale indelingen zijn beschikbaar, van gemeente tot landsdeel.

Peildatum van doelpopulatie, vermogen, en gemeentelijke indeling is 1 januari van het verslagjaar.

Alle cijfers in deze tabel zijn op persoonsniveau, ook de vermogens; (bedrijfs)vermogens zijn bepaald per huishouden, en worden toegekend aan alle personen in het huishouden als een maat voor de welvaart. Peildatum van doelpopulatie en vermogen is 1 januari van het verslagjaar.

Voor het bepalen van de SBI van zelfstandigen wordt gebruik gemaakt van het Algemeen Bedrijvenregister (ABR).

Gegevens beschikbaar vanaf: 2007.

Status van de cijfers:
De cijfers over 2006 tot en met 2019 zijn definitief. De cijfers over 2020 zijn voorlopig.

Wijzigingen per 7 november 2022:
Geen, deze tabel is stopgezet.

Wijzigingen per 10 maart 2022:
De cijfers over vermogen van zelfstandigen in 2010 waren niet correct en zijn uit de tabel verwijderd. Voor dit jaar kan worden uitgegaan van de vermogens van 2011, omdat sinds 2011 de peildatum is verschoven van 31 december naar 1 januari.

Wanneer komen er nieuwe cijfers?
Niet meer van toepassing.
Deze tabel wordt opgevolgd door de tabel Zelfstandigen; inkomen, vermogen, regio (indeling 2022)'. Zie paragraaf 3.

Toelichting onderwerpen

Zelfstandige, voornaamste inkomen
Alle personen waarbij het inkomen uit werkzaamheden als zelfstandige de voornaamste inkomensbron is.
Zelfstandigen
Alle personen waarbij het inkomen uit werkzaamheden als zelfstandige de voornaamste inkomensbron is.
Inkomen van zelfstandigen
Drie inkomensbegrippen worden gerapporteerd voor zelfstandigen; het inkomen als zelfstandige, het persoonlijke inkomen, en het gestandaardiseerde huishoudensinkomen. Het gestandaardiseerde inkomen is toegekend aan alle personen in het huishouden als maat van de welvaart.
Gemiddeld persoonlijk inkomen
Het persoonlijk inkomen omvat het totaal van inkomen werknemer, inkomen zelfstandige, uitkering inkomensverzekeringen en uitkering sociale voorzieningen (met uitzondering van kinderbijslag en kindgebonden budget). Premies inkomensverzekeringen (uitgezonderd premies voor volksverzekeringen) zijn hierop in mindering gebracht.
Mediaan persoonlijk inkomen
Het persoonlijk inkomen omvat het totaal van inkomen werknemer, inkomen zelfstandige, uitkering inkomensverzekeringen en uitkering sociale voorzieningen (met uitzondering van kinderbijslag en kindgebonden budget). Premies inkomensverzekeringen (uitgezonderd premies voor volksverzekeringen) zijn hierop in mindering gebracht. Het mediane inkomen is gelijk aan het middelste inkomen indien de inkomens van alle personen van laag naar hoog worden gerangschikt.
Gemiddeld inkomen als zelfstandige
Het inkomen als zelfstandige omvat inkomen uit eigen onderneming, loon directeuren en overige inkomsten uit arbeid.
Mediaan inkomen als zelfstandige
Het inkomen als zelfstandige omvat inkomen uit eigen onderneming, loon directeuren en overige inkomsten uit arbeid. Het mediane inkomen is gelijk aan het middelste inkomen indien de inkomens van alle personen van laag naar hoog worden gerangschikt.
Gemiddeld gestandaardiseerd inkomen
Het gestandaardiseerd inkomen is het besteedbaar inkomen gecorrigeerd voor verschillen in grootte en samenstelling van het huishouden. Deze correctie vindt plaats met behulp van zogenoemde equivalentiefactoren. In de equivalentiefactor komen de schaalvoordelen tot uitdrukking die het gevolg zijn van het voeren van een gemeenschappelijke huishouding. Met behulp van de equivalentiefactoren worden alle inkomens herleid tot het inkomen van een eenpersoonshuishouden. Op deze wijze zijn de welvaartsniveaus van huishoudens onderling vergelijkbaar gemaakt. Omdat welvaart door individuen ervaren wordt, wordt het gestandaardiseerde inkomen aan elk van de leden van het huishouden toegekend.
Mediaan gestandaardiseerd inkomen
Het gestandaardiseerd inkomen is het besteedbaar inkomen gecorrigeerd voor verschillen in grootte en samenstelling van het huishouden. Deze correctie vindt plaats met behulp van zogenoemde equivalentiefactoren. In de equivalentiefactor komen de schaalvoordelen tot uitdrukking die het gevolg zijn van het voeren van een gemeenschappelijke huishouding. Met behulp van de equivalentiefactoren worden alle inkomens herleid tot het inkomen van een eenpersoonshuishouden. Op deze wijze zijn de welvaartsniveaus van huishoudens onderling vergelijkbaar gemaakt. Omdat welvaart door individuen ervaren wordt, wordt het gestandaardiseerde inkomen aan elk van de leden van het huishouden toegekend.
Zelfstandige, alle inkomens
Alle personen met inkomen uit werkzaamheden als zelfstandige.
Zelfstandigen
Alle personen die inkomen uit werkzaamheden als zelfstandige hebben, ongeacht de hoogte van het inkomen. Zowel hoofdinkomen als neveninkomens worden hier meegerekend.
Inkomen van zelfstandigen
Drie inkomensbegrippen worden gerapporteerd voor zelfstandigen; het inkomen als zelfstandige, het persoonlijke inkomen, en het gestandaardiseerde huishoudensinkomen. Het gestandaardiseerde inkomen is toegekend aan alle personen in het huishouden als maat van de welvaart.
Gemiddeld persoonlijk inkomen
Het persoonlijk inkomen omvat het totaal van inkomen werknemer, inkomen zelfstandige, uitkering inkomensverzekeringen en uitkering sociale voorzieningen (met uitzondering van kinderbijslag en kindgebonden budget). Premies inkomensverzekeringen (uitgezonderd premies voor volksverzekeringen) zijn hierop in mindering gebracht.
Mediaan persoonlijk inkomen
Het persoonlijk inkomen omvat het totaal van inkomen werknemer, inkomen zelfstandige, uitkering inkomensverzekeringen en uitkering sociale voorzieningen (met uitzondering van kinderbijslag en kindgebonden budget). Premies inkomensverzekeringen (uitgezonderd premies voor volksverzekeringen) zijn hierop in mindering gebracht. Het mediane inkomen is gelijk aan het middelste inkomen indien de inkomens van alle personen van laag naar hoog worden gerangschikt.
Gemiddeld inkomen als zelfstandige
Het inkomen als zelfstandige omvat inkomen uit eigen onderneming, loon directeuren en overige inkomsten uit arbeid.
Mediaan inkomen als zelfstandige
Het inkomen als zelfstandige omvat inkomen uit eigen onderneming, loon directeuren en overige inkomsten uit arbeid. Het mediane inkomen is gelijk aan het middelste inkomen indien de inkomens van alle personen van laag naar hoog worden gerangschikt.
Gemiddeld gestandaardiseerd inkomen
Het gestandaardiseerd inkomen is het besteedbaar inkomen gecorrigeerd voor verschillen in grootte en samenstelling van het huishouden. Deze correctie vindt plaats met behulp van zogenoemde equivalentiefactoren. In de equivalentiefactor komen de schaalvoordelen tot uitdrukking die het gevolg zijn van het voeren van een gemeenschappelijke huishouding. Met behulp van de equivalentiefactoren worden alle inkomens herleid tot het inkomen van een eenpersoonshuishouden. Op deze wijze zijn de welvaartsniveaus van huishoudens onderling vergelijkbaar gemaakt. Omdat welvaart door individuen ervaren wordt, wordt het gestandaardiseerde inkomen aan elk van de leden van het huishouden toegekend.
Mediaan gestandaardiseerd inkomen
Het gestandaardiseerd inkomen is het besteedbaar inkomen gecorrigeerd voor verschillen in grootte en samenstelling van het huishouden. Deze correctie vindt plaats met behulp van zogenoemde equivalentiefactoren. In de equivalentiefactor komen de schaalvoordelen tot uitdrukking die het gevolg zijn van het voeren van een gemeenschappelijke huishouding. Met behulp van de equivalentiefactoren worden alle inkomens herleid tot het inkomen van een eenpersoonshuishouden. Op deze wijze zijn de welvaartsniveaus van huishoudens onderling vergelijkbaar gemaakt. Omdat welvaart door individuen ervaren wordt, wordt het gestandaardiseerde inkomen aan elk van de leden van het huishouden toegekend.